Er is iets aan de nacht dat me altijd heeft aangetrokken. Als alles stil wordt en de beschaving onder de wol duikt, dan overspoelt me het betere “helmgevoel”. Het geluid zwakt geleidelijk af tot een fractie van zijn intensiteit, en met een droge klik van het vizier sluit je de wereld even helemaal buiten.
Geen telefoontjes, mails, lastige vragen of verplichtingen. Alsof je een trechter op je hoofd zet die enkel nog info toelaat via de paar vierkante centimeters polycarbonaat voor je neus. Rust, stilte en bezinning onder een laagje duisternis. Geen overbodige luxe als je ‘s nachts van de ene metropool naar de andere wil rijden – van de indommelende hoofdstad van Europa naar de legendarische lichtstad bij dageraad.
Motor vs. vliegtuig, van Brussel naar Frankfurt. Wie is het snelst?
De perfecte compagnon
Goed, de motivatie staat op punt, nu nog een geschikte bolide vinden. Gelukkig hebben we al snel een uitverkorene op het oog. Want welke motor is beter toegesneden op zo’n klus dan de Yamaha MT-09? Een motor die ‘The Dark Side of Japan’ vertegenwoordigt, én waarvan de kleurstelling Midnight Cyan heet – dat smeekt om een nachtelijke rit, toch? We krijgen van de importeur een nagelnieuw exemplaar toegestopt, dat voor de gelegenheid is uitgerust met comfortzadel, een kort, gerookt vliegenschermpje en verschillende tank- en grippads.
Yamaha’s MT-09 werd voor 2024 grondig aangepakt. De Japanse triple levert nog steeds 119 pk en 93 Nm, maar de versnellingsbak en quickshifter werden onder handen genomen. De zithouding is ook bijgespijkerd: het lager en dichter naar de rijder geplaatste stuur, en de hoger en verder naar achter geplaatste voetsteunen zorgen voor een sportieve zit. De ophanging staat vooraan wat harder gedempt, achteraan net wat zachter. Dat zorgt voor een strakker sturende voorkant en een nog steeds speelse achterkant – business in the front, party in the back! Yamaha heeft ook een nieuwe Brembo-hoofdremcilinder en een instelbaar koppelingshendel gemonteerd, en zowel het TFT-scherm als de volledige voorzijde werden grondig opnieuw geboetseerd.
20.52 uur: Klaar voor vertrek(?)
We trappen onze nachtelijke queeste af bij het vallen van de avond, in het schemerlicht van een lokale eetgelegenheid. Wie Brussel zegt, zegt immers ook frieten. Een stevig pak patat met mayonaise om de innerlijke mens te versterken, voor we op urenlang in het zadel moeten – het diner van een echte – eh – kampioen! Terwijl onze fotograaf enkele eerste kiekjes schiet, controleer ik de bandenspanning. Ik rijd vandaag solo, met een kleine rugzak, dus houd ik de voorgeschreven waarden aan: 2.5 bar vooraan en 2.9 bar achteraan moeten me zonder problemen naar Parijs en terug brengen. Tot… ik de gigantische schroef opmerk, die dwars door m’n achterband priemt.
20.57 uur uur: Schroef door de band, streep door de trip?
Plots verdwijnt de hoop om Parijs te halen samen met de lucht uit m’n band. Net voor negenen ‘s avonds, op een zondag? Daar gaat de hoop om nog een bandenboer te vinden die ons uit de nood wil helpen. Telefoontjes naar twee pechverhelpingsdiensten brengen al evenmin zoden aan de dijk: zij kondigen respectievelijk anderhalf en twee uur wachttijd aan, en willen 230 (!) euro rekenen voor het herstellen van onze band. Eh, doei! De held van de avond wordt een breed glimlachende Brusselaar van Noord-Afrikaanse afkomst, die we via de sociale media opsnorren. Hij heeft pluggen, lijm en een manometer mee en herstelt onze band binnen het kwartier, voor enkele tientjes. Dan toch nog met een glimlach op weg!
21.47 uur: De eerste zondvloed
We hebben de Yam amper in z’n één getikt, of we beleven België al op z’n best: nu we stilaan op de herfst afstevenen, ontkomen we immers niet aan ons meteorologisch lot. Nog voor we Brussel goed uit zijn gebold, krijgen we de eerste plensbui al over ons heen. Het korte windschermpje op de MT-09 doet z’n uiterste best, maar kan niet verhinderen dat een eerste zondvloed zich langs elke opening in ons motorpak probeert te wringen. We kiezen voor de meest zuidelijke verkeersader uit het kloppend hart van de Belgische hoofdstad en zetten koers richting Drogenbos. De in leds verpakte koeltoren van de lokale energiecentrale zwaait ons met felgekleurde golven uit, terwijl we in de nacht verdwijnen.
22.59 uur: De nacht valt
Net voor we de eerste 75 kilometer hebben gerond valt de nacht letterlijk over ons heen. Om klokslag 23 uur wordt de straatverlichting gedoofd, en wordt onze trip plots een heel pak eenzamer. Met de lichtbundel die onze MT-09 op de einder projecteert als enige gids. In de verte doemt een gevaarte op: we passeren langs het hellend vlak van Ronquières, waar de enorme scheepslift elke boot tot 68 meter hoger tilt. Een mastodont van een bouwwerk dat qua energie volledig zelfvoorzienend is én een hoofdrol speelt in de film “Brussels by Night”. Veel toepasselijker wordt het niet. Maar goed, vaart maken!
00.17 uur: Een streepje licht
Een klein halfuurtje na middernacht zijn we bij de grensovergang bij Quiévrain. Bij het openen van de allereerste spoorlijn tussen Brussel en Parijs – in 1842 – was Quiévrain de plaats waar de grenscontrole steevast plaatsvond. Wat destijds een bloeiende stad rond de internationale spoorlijn was, blijkt nu een grensdorp in verval. Een zeldzaam streepje verlichting onderweg, zij het door de casino’s die nog net op Belgisch grondgebied liggen… We vullen de tank, dubbelchecken de bandenspanning nog even, en bollen Frankrijk binnen.
02.34 uur: Geen tijd
Veel tijd voor een citytrip hebben we niet, dus snellen we in een boog rond de voormalige vestingsstad Valenciennes, meanderen met de Schelde mee langs de citadel van Cambrai, en passeren het tijdens de Slag om de Somme felbevochten Péronne. Onze eerstvolgende pauze staat net voorbij Roye ingepland, nabij Tilloloy. Geen tijd te verliezen, rijden maar! Een brugje over de A1, op de D133, is perfect voor een snelle hap en een energiedrankje. De eerste vermoeidheid sluipt er toch stilaan in, en het weer zit nog steeds niet mee.
03.41 uur: Parijs lijkt veraf
‘De nacht is altijd donkerder net vóór de dageraad en het leven is hetzelfde, de moeilijke tijden zullen voorbijgaan, alles zal beter worden en de zon zal helderder schijnen dan ooit.’ De woorden van Hemingway die altijd in mijn achterhoofd zijn blijven malen, kunnen op dit moment niet treffender zijn. De regen klettert nu al urenlang met bakken uit de lucht en had m’n TomTom duidelijk niet nodig om de weg naar de binnenzijde van m’n jas te vinden. De wind beukt een eind weg tegen m’n helm, de moed druppelt mee richting m’n motorlaarzen en Parijs lijkt plots veraf. Net op dat moment spot ik de richtingaanwijzer naar Compiègne – de stad waar, in een wagon diep in het gelijknamige bos, op 11 november 1918 de Wapenstilstand in Wereldoorlog I werd ondertekend. Maar geen haar aan mijn hoofd dat eraan denkt zelf de witte vlag te zwaaien. De de MT-09 heeft er zin in en over enkele uren komt de zon op. Dus moed bijeen rapen en gaan!
04.57 uur: Concorde
Dik 70 kilometer verderop blijken onze gebeden verhoord: de regenbuien blijven achterwege, de strakke wind gaat een tikkeltje liggen. Ideaal om ons natte kloffie droog te waaien voor we de Lichtstad binnenbollen. Een soort euforie maakt zich meester van me, en ik besluit om een kleine omweg te maken. Neen, echt in de buurt van Roissy-en-France moest ik volgens de routeplanner niet zijn. Maar daar ligt wel de Aéroport Charles De Gaulle, die ‘s nachts nagenoeg verlaten is en ons dus ruim voldoende tijd gunt om de fenomenale Concorde van dichtbij te bewonderen. Het illustere, supersonische passagiersvliegtuig vliegt al sinds 2003 niet meer uit, maar staat netjes opgebokt langs een van de toegangswegen naar de luchthaven. Een duwtje door de geluidsmuur, meer hebben we niet nodig om naar Parijs te knallen. We laten de Départementales – de Franse B-wegen – even voor wat ze zijn en malen de laatste kilometers over de snelweg.
05.29 uur: PARIJS!
We laten de verrassend verlaten Périférique – de verkeersaorta rond de Franse hoofdstad die bij daglicht dicht klontert – via de Avenue de la Grande Armée en zien in de verte de Arc de Triomphe opdoemen. Een triomf, een overwinning! Dat is ook het gevoel dat overblijft als we rondjes om het bouwwerk draaien. Wat een geweldig gevoel. We blijven cirkelen tot we zeeziek worden en zetten dan koers naar een rustiger deel van de stad.In de Avenue de Camoens krijgen we, vanop de kasseitjes, een geweldig zicht op de slechts voor een deeltje verlichte Eiffeltoren. Die wordt op het moment van schrijven gerenoveerd en ter gelegenheid van de Olympische Spelen in een gouden tint gedoopt – dus veel dichter dan dit komen we er helaas niet bij, vandaag. Maar het zicht op de Parijse trots maakt veel goed.
06.06 uur: Croissant met koffie
Goed, we zijn mooi op tijd in de Franse hoofdstad voor een dot van een zonsopgang… maar een flink eind te vroeg voor de heerlijke croissant en dampende pot koffie waar ik nu al uren naar smacht. Hoewel de Parijse koffiebars al vroeg open lijken, zijn ze dat blijkbaar nog niet. Zeven uur is zeven uur, en geen minuut vroeger. Dat wordt ons meermaals op – eh – typisch Franse wijze duidelijk gemaakt. Dan maar een snelle supermarktcroissant en een koffie uit een automaat. Ach, dat smaakt ook. Zeker in het zicht van de Eiffeltoren.
En dan nu terug naar huis – langs de kortste weg…
Foto’s: Jonathan Godin