Het Britse Malle London organiseerde in het verleden al verschillende meerdaagse rondritten. Dit keer ging het bedrijf met The Great Malle Mountain Rally een stapje verder door het evenement open te stellen voor exclusieve of gewoon mooie motoren. Van tot custom omgebouwde Ducati’s via limited edition Triumphs tot de Royal Enfield Interceptor 650 waarop onze verslaggever over legendarische bergpassen in de Alpen mocht rijden.
Tekst: Jules Hermie
Fotografie: Malle London
Het is de avond voor de start van The Great Malle Mountain Rally net iets te gezellig in Schloss Friedberg, een dertiende-eeuws gotisch kasteel waar we de nacht doorbrengen. Dat is vooral te merken aan de chaos op de dag van vertrek. Maar waar een wil is, is een weg en na een kater-gerelateerde oponthoud, gaat de bonte stoet toch op weg. Het doel is om binnen de vooraf gestelde tijd Castel Kattenzungen in Italië te bereiken. Kattenzungen, een typisch Italiaanse naam. Om er te komen rijden we ongeveer driehonderd kilometer via vier verschillende checkpoints in de Oostenrijkse en Italiaanse Alpen. Via de Sellapas en de Rollepas begeven we ons richting eindbestemming. Vooral de Sellapas is echt een must voor wie in de buurt is, populair onder bezitters van motoren en sportwagens. De route biedt de perfecte combinatie van rijplezier en indrukwekkende vergezichten. De kleuren en omvang van de Dolomieten zorgen voor een onvergetelijke ervaring.
De nogal romantische omgeving maakt het niet gemakkelijk om de focus op de weg te houden. En laat dat nu net zijn wat je beter wel kunt blijven doen. Zo springt er plots een koe vanuit de bosjes de weg op. Dat is schrikken als je op kruissnelheid en dagdromend voorbij komt gereden. Gelukkig laat de Interceptor zich vlotjes rond het obstakel sturen. Net voor zonsondergang arriveren we bij het tentenkamp. Daar kruipen we vroeg onder de lakens, want de af te leggen weg is nog lang en de kater van de avond ervoor is nog niet helemaal weggesleten.
Stelvio = 48 keer feest
Na een vrij korte nacht – met dank aan de koebellen die al vroeg in de ochtend klinken – vertrekken we uit Zuid-Tirol om aan het langste en meest technische stuk van dit motoravontuur te beginnen. De weg naar de eerste checkpoint is bovendien niet je dat. Kilometerslange slingerwegen, maar helaas ook veel verkeer op de weg. Constant remmen, accelereren en, vooral, goed opletten. Na enkele uren komen we, zonder het door te hebben, aan bij de Stelviopas, 48 haarspeldbochten verspreid over 46 kilometer.
De Stelviopas is als het ware een circuit in de bergen. De Royal Enfield moet hier natuurlijk niet onderdoen voor de grotere en zwaardere motoren in de rally. Inhalen vergt soms wel enige voorbereiding, maar dat verhoogt alleen maar de funfactor. Op de top, zo’n 2.757 meter hoog, stoppen we kort voor een befaamde Ernstl’s braadworst, terwijl we genieten van het machtige uitzicht: besneeuwde bergtoppen zover het oog reikt. Daarna is het tijd voor het tweede deel van de Stelvio: de afdaling.
Die blijkt nog uitdagender dan de weg omhoog. In een vrij gedurfd tempo sjezen we richting Davos. Wie denkt dat een pk-krachthonk hier de beste keuze is, heeft het mis. De Enfield heeft geen probleem om de sterkere motoren in de Malle Rally bij te houden. Op dit type wegen is zijn gewicht een onmiskenbaar voordeel en de 48 paarden blijken ook hier weer voldoende. Op deze technische stukken worden de remmen stevig op de proef gesteld, maar het Aziatische Bybre ofwel By Brembo stelt niet teleur. Het is verbluffend om te zien hoe snel je tot stilstand komt met een enkele remschijf voor en achter.
Na dik driehonderd kilometer komen we alweer aan op een gezellige camping in de Zwitserse Alpen, net voor het vallen van de avond. Tijd voor enkele lokale biertjes bij het kampvuur en daarna de tent in.
Toerisme Verenigde Staten: over country roads door West-Virginia
Beetje buitenaards
Op de ochtend van de derde rallydag zijn de warme Italiaanse zonnestralen verleden tijd. In de ochtendmist verlaten we het Zwitserse Maloja Camp richting de Splügenpass. Zodra we aan onze beklimming beginnen, vermindert de zichtbaarheid zienderogen. Tijd om de snelheid drastisch te verminderen, want we zien nog maar een paar meter ver. Onder deze winterse weersomstandigheden blijkt een open helm en zonnebril misschien wel de meest stijlvolle keuze, maar zeker niet de slimste. De Enfield heeft minder problemen met het weer dan zijn berijder; zonder blikken of blozen knoopt de Interceptor alle slingerwegen aan elkaar. Ook al zijn de banden niet de breedste, ze bieden voldoende grip in dit regenachtige weer. Richting het volgende checkpoint dus. In Biasca stijgt de temperatuur weer. Daar merk ik dat de vermoeidheid toe begint te slaan.
Even rusten, alvorens we één van de meest indrukwekkende wegen van de Zwitserse Alpen aanpakken. Voordat we aan die Furkapas beginnen, moeten we eerst over de Gotthardpas. We rijden omhoog over de met keitjes bezaaide Tremola aan de zuidkant van deze pas. De scherpe haarspeldbochten, die ons vanaf de pashoogte naar Airolo voeren, staan bekend als het langste lint in Zwitserland. Het water valt net tijdens deze etappe met bakken uit de hemel, wat ervoor zorgt dat de glibberige kasseienweg toch wel een heuse onderneming wordt. Nadat we deze opeenvolging van lussen eindelijk overwonnen hebben, komen we boven aan de Gotthardtunnel. Rijden door deze tunnel kan het best omschreven worden als door een zwart gat richting een ander universum reizen. Omdat je op grote hoogte rijdt, hangen de wolken als het ware in de tunnel. In combinatie met de verlichting krijg je een werkelijk buitenaardse sfeer. Knap.
Voorbij het zwarte gat
Aan de andere kant van het zwarte gat dalen we snel en zien we zowaar enkele lichtstralen door het wolkendek naar beneden vallen. Het is alsof Pluvius onze gebeden gehoord heeft, want net als we ons klaarmaken voor de Furkapas, stopt het met regenen. Tijd om de Interceptor nog eens in de toeren te jagen. We rijden over bergpassen met een hellingsgraad van elf procent, door haarspeldbochten en scherpe, blinde bochten. Enkele betonnen paaltjes scheiden ons van een diepe afgrond. Het is even slikken, maar de angst maakt snel plaats voor euforie. Op weg naar beneden worden we als toetje nog getrakteerd op een regenboog met de meeste levendige kleuren.
Met de zon in het gezicht en nog nagenietend van de Furkapas, rijden we onze overnachtingsplaats voor die avond tegemoet. Alsof de dag nog niet vermoeiend genoeg is geweest, mogen we eerst nog een stevig stuk offroaden naar het hoger gelegen berghotel Chäserstatt. Waar dit op een zwaardere wegmotor waarschijnlijk de nodige stress met zich had meegebracht, is het op Interceptor 650 puur plezier. Alsof we met een echte scrambler rijden, vlammen we over de gravel- en modderpaden heen. Ook hier zorgt het relatief lage gewicht ervoor dat we iedereen op ons pad het nakijken geven. Boven aangekomen, beseffen we des te meer dat de Royal Enfield ons nu al voor de derde keer echt heeft verbaasd.
Chaussée déformée
Op de vierde rallydag verlaten we Chäserstatt en rijden richting de Frans grens. Het grootste gedeelte van deze korte etappe bevindt zich in de schaduw van de Mont Blanc. Op de Franse wegen wordt de vering van de Enfield serieus op de proef gesteld. Waar ze in de voorgaande landen de beschadigingen aan het wegdek herstellen, kiezen ze in Frankrijk resoluut voor een andere aanpak. Door middel van het verkeersbord ‘chaussée déformée’ waarschuwen ze de weggebruikers voor de hobbelige rit die eraan komt. Zo kan het dus ook. Hier komt de zachte vering van de Royal Enfield goed van pas. Niet alleen de vering, maar ook het zadel en het brede stuur van de Interceptor dragen bij aan het hoge rijcomfort. De rechte zithouding kun je gemakkelijk uren volhouden.
Op de weg naar Saint-Sixt zorgen de laaghangende wolken in dit bosrijke gebied voor een sprookjesachtig wereld. Eenmaal in het château aangekomen, is het tijd voor een duik in het zwembad. Natuurlijk met een prachtig panorama van de omliggende bergen. Na het Malle Rally-diner zakken we – ondertussen naar goede gewoonte – nog even door. Tijd om te verbroederen met collega-motorrijders en naar wat sterke verhalen te luisteren. ‘Ik ging helemaal dwars naar die bocht’, ‘Het achterwiel brak zeker een halve meter uit’ en ‘De Yeti stak zowaar net voor mij de weg over.’ Je kent het wel…
Toerisme Portugal: Met de motor naar de rand van de (oude) wereld
The Dark Side of the Hoon
De voorlaatste dag belooft één van de betere te worden. 343 Kilometer via Val-d’Isère, over de Italiaanse grens om daarna weer door te steken richting Frankrijk. De Col de l’Iseran is het hoogtepunt van de dag, zowel letterlijk als figuurlijk. Op 2.770 meter hebben we geluk dat de pas toegankelijk is, want tot enkele dagen voor onze aankomst lag er zelfs nog sneeuw. De grootsheid van deze berg is moeilijk in woorden te vatten. Noem het gerust intimiderend.
Eenmaal over het hoogste punt belanden we op ‘The Dark Side of the Hoon’, zoals onze Britse collega’s deze passage noemen. Als echte maniakken ‘hoonen’ (wat zoveel betekent als ‘roekeloos rijden’) we over de bergflanken van de Savoie. Op de stroken ruw asfalt kan ik het potentieel van de Interceptor volledig benutten; lange snelle bochten, korte en halfblinde bochten, ontelbare haarspeldbochten, en nu en dan zicht op de kristalheldere bergmeren. Let op, ook hier staan geen vangrails. Wie hier een bocht mist, landt enkele honderden meters lager.
Op dit type secundaire wegen, waar topsnelheid geen rol speelt, blijkt de Interceptor 650 helemaal in zijn sas. De toerenteller tussen 4.000 tot 6.000 toeren houden en genieten maar. De fantastische wegen en de stralende zon maken dat deze dag niet lang genoeg kan duren. In de vooravond komen we breed lachend aan bij Château Les Picomtins. Dit compleet gerenoveerde kasteel ligt aan het Lac de Serre-Ponçon, een gigantisch blauw stuwmeer in de Franse hoge Alpen. Stiekem zijn de meeste deelnemers blij dat dit de laatste nacht op grote hoogte is. Kamperen in de bergen is een beetje als werken bij de slager. Klinkt wel leuk, maar als je het doet, heb je het altijd koud en binnen de kortste keren doet je rug pijn. Maar goed, slapen in tenten hoort nu eenmaal bij avontuur. Comfort niet.
Finish in zicht
De ijzige kou bij vertrek de volgende ochtend zijn we snel vergeten, want ook op de slotdag krijgen we vanaf het begin een reeks langgerekte lussen voorgeschoteld. Het geluid van de ronkende paralleltwin is de perfecte soundtrack voor deze rit door één van de meest fantastische stukken in de Franse Vooralpen van Grasse. Eenmaal over de Italiaanse grens komen we aan bij de uitdaging van de dag: de Tendapas. Na Limone Piemonte loopt de weg met ruim aangelegde krommingen naar boven. Op de noordelijke helling van deze bergpas wordt de weg een stuk smaller en volgen er twaalf scherpe bochten die je naar de top brengen. We zijn best gehaast, want de afdaling kan slechts op enkele vaste tijdstippen per dag worden gemaakt. Dat komt omdat er onmogelijk twee voertuigen elkaar kunnen passeren op deze weg, die bestaat uit 46 onverharde haarspeldbochten.
De groep rijdt dus in een colonne naar beneden, een indrukwekkend gezicht. Het is de laatste grote uitdaging, voordat we verder richting de kust rijden. Eenmaal beneden, lijkt de finish plots wel heel dichtbij want de Côte d’Azur verschijnt uit het niets aan de horizon. Gek, die ochtend zijn we nog de kou aan het trotseren in de Alpen en een paar uur later rijd je door pittoreske kustdorpjes. Met de bergen achter ons zijn we helemaal niet meer gehaast en al cruisend zetten we de reis verder langs de kuststrook, richting Monaco. Het had van mij nog wel wat langer mogen duren, want ook cruisend toont de Enfield zich een goede reismetgezel. Vroeger dan we willen, komen we aan op de boulevard in Monaco. Even de motorfietsen parkeren, kleren uit (op onze onderbroek na) en recht de Middellandse Zee in. De ervaring kan niet completer zijn.
The Great Malle Mountain Rally & Royal Enfield
Deze rally is een ware aanrader voor iedereen die droomt van avontuurlijk motorrijden in het algemeen en rijden in de bergen in het bijzonder. We durven met zekerheid te stellen dat elke deelnemer bovendien als een betere motorrijder is teruggekomen.
Tijdens een intense Malle Rally-week smeed je niet alleen een band met je metgezellen, maar word je ook één met je motor. Het mag verrassend zijn, maar ik zal ook de Royal Enfield Interceptor 650 missen die me in die zes dagen over bergpassen, kronkelwegen en gravelpaden heeft geloodst. Op geen enkel moment is de motor uit zijn element of schiet hij tekort. Meer dan dat zelfs, het is wat ons betreft een uitstekende keuze voor dit werk. De Interceptor doet alles wat hem opgedragen wordt en hij doet het… in stijl. Misschien is dat ook de verklaring voor het feit dat de Royal Enfield Interceptor momenteel één van de best verkopende motorfietsen ter wereld is. De combinatie van deze polyvalente twin met de routes en organisatie van de Malle Rally resulteert in een ervaring die je – zonder zin voor overdrijven – als onvergetelijk mag bestempelen.