Een maximale jetlag, weinig slaap, honderden offroadkilometers per dag, kou, hitte en veel, heel veel stof. Als je het zo vertelt, was de GS Trophy 2020 een ware uitputtingsslag. Vraag je het de Nederlandse deelnemers, dan komen ze echter superlatieven te kort.
Het traject naar de GS Trophy was er één van vele maanden. Team NL ontstond op de finaledag van de kwalificatie in Wales en trainde zich daarna helemaal suf. Op de motor, met de motor en naast de motor, alles met Nieuw-Zeeland in het vooruitzicht. Die locatie, letterlijk aan de andere kant van de wereld, had al die maanden iets surrealistisch. En iets onbestemds, ook dat. Want waar Team NL nu precies voor trainde? En of de specifieke trainingsopdrachten ook daadwerkelijk in Nieuw-Zeeland zouden worden getoetst? BMW hield het bewust vaag en dus gingen de deelnemers met niet veel meer dan deze info op het vliegtuig: acht dagen rijden, van noord naar zuid, met 22 internationale teams die in de special stages tegen elkaar zullen strijden. Punt.
Dag 0, Rotorua
Als hoogst gelukkige afgevaardigde van de Nederlandse pers zit ik al op dag -2 in Nieuw-Zeeland, als je de dag van aankomst van alle ‘normale’ deelnemers als dag 0 bestempelt. De reden is simpel, want de organisatie wil van alle mediavertegenwoordigers eerst wél even zien dat ze ook daadwerkelijk offroad kunnen rijden. Een soort examen, dat ik zonder kleerscheuren doorsta en waardoor ik op deze dag 0 al met een enigszins gedoofde jetlag op Team NL zit te wachten. En o ja, op Nikki natuurlijk! Nikki, die zich via een vrouwenkwalificatie ruimschoots kwalificeerde voor één van de twee vrouwenteams die het internationale gezelschap een feminiene boost geven.
Met exact twaalf uur tijdsverschil is er geen pittiger jetlag te bedenken dan die tussen Nederland en Nieuw-Zeeland. Tel daar een vliegreis van 36 uur en een aansluitende bustocht van vijf uur bij op en je kunt je enigszins voorstellen hoe de Nederlandse deelnemers uit de bus komen: moe en lichtelijk gedesoriënteerd. Máár, ze zijn in Rotorua! Hier is het zomer en staan 140 F850GS’en te wachten op hun nieuwe tijdelijke eigenaren, hier wordt het evenement officieel geopend. Tal van plichtplegingen volgen, waaronder gesprekken met doktoren en het tekenen van de nodige documenten. Na een korte acclimatisatie is er echter geen ontkomen aan: de Trophy begint!
Dag 1, Rotorua – Napier Beach – 400 kilometer, 180 offroad
Deze eerste ochtend betekent ook de eerste kennismaking met het strikte ochtendregime. Om half zes moet een ieder zijn spullen, inclusief tent, hebben ingeleverd bij de transportvrachtwagen. Dat betekent een wektijd van uiterlijk vijf uur om in het donker en de nattigheid alles wat je bij je hebt in één tas te krijgen en aan te sluiten bij het ontbijt – om je daarna in mijn geval te beseffen dat je tandenborstel al in de vrachtwagen zit – en iets na half zeven de briefing van de marshal aan te horen. Aanpoten dus.
Elke marshal begeleidt elke dag twee landenteams over de route en langs de special stages. Team NL rijdt vandaag met Team Nordic, dat een Scandinavische samenstelling heeft. Die Scandinaviërs weten wel raad met de gravel-ondergrond die vandaag als een biljartlaken oogt, maar verraderlijk diep, los en dus glad is. Met allemaal precies dezelfde jetlag en volle focus op de weg zou bijna het eerste hoogtepunt van deze reis worden gemist: Mount Edgecumbe, een 821 meter hoge representant van het seismologisch en vulkanisch nogal actieve Noordereiland. Niet veel later zie ik vanuit mijn ooghoeken een F850GS in het water liggen, in wat het decor van de allereerste special stage blijkt. Een dubbele doorwading van een beekje, waarbij het venijn hem in de staart zit: na de tweede doorwading slaat het parcours in mul zand haaks linksaf en moeten de deelnemers de GS boven op een steile heuvel parkeren.
Zou je het driemaal mogen oefenen, dan is het allemaal niet zo’n probleem, maar het parcours verkennen is in deze Trophy nooit toegestaan. Team NL presteert tijdens deze eerste opdracht bovengemiddeld en doet datzelfde in de tweede special stage: geblinddoekt een parcours rijden, met louter instructies van een teamgenoot die op afstand door middel van een communicatiesetje aanwijzingen geeft. De negende plek in de tussenstand is een mooi begin en staat in schril contrast met het team van Nikki, dat vandaag helaas als hekkensluiter fungeert. Lake Waikearemoana vormt de toeristische afsluiter van de dag, maar er zullen weinig deelnemers zijn geweest van wie de jetlag klein genoeg was om hier nog volop van te genieten.
Dag 2, Napier Beach – Castlepoint – 360 km, 180 offroad
Nog voordat ik goed en wel de slaap uit mijn ogen heb gewreven, staan we op deze tweede dag gelijktijdig met een waanzinnige zonsopkomst boven de Grote Oceaan klaar voor special stage 1. Cape Kidnappers, zo luidt de precieze locatie, verwijzend naar een kidnappoging van de oorspronkelijke Nieuw-Zeelandse bewoners op een bemanningslid van James Cooks Endeavour.
Tja, toeristische vergezichten en historische anekdotes liggen hier voor het oprapen, maar daarvoor is eigenlijk geen tijd: Team NL is onmiddellijk aan de beurt om een GS door het kiezelstrand te slepen en te duwen. De kracht en de lengte van de Nederlandse mannen scoort behoorlijk op deze eerste special stage, waarna we op de verdere route klinkende namen als Elephant Hill, Black Bridge en Clear View passeren.
De uitzichten zijn weids en betoverend, de offroadroute waanzinnig. Zeker wanneer kilometers zandstrand tot die route blijken te behoren en special stage 2 óp dat strand wordt verreden: een parcours waarvoor elk team één deelnemer mag afvaardigen. Team NL besluit Peet naar voren te schuiven, met de opdracht ‘op 90 procent’ te rijden. Resultaat is de consolidatie van de zevende plek, maar daar wordt bij de barbecue ’s avonds eigenlijk niet over gesproken. Het is vooral de waanzinnige rit over het strand die de tongen dan losmaakt. Maar niet te lang, want om 5.00 uur gaat de wekker weer!
Dag 3, Castlepoint – Wainiu – 350 kilometer, 190 offroad
Team NL wint! Xavier zet een geweldige tijd neer in het strandzand van de eerste special stage, gedrieën wordt er aardig gegooid bij het nogal suffe handschoenwerpen van special stage 2 en Jaap evenaart Xavier in de trialoefening van special stage 3. Gelukkig telt special stage 2 maar voor de helft, omdat het een oefening zonder motor is. Zo wint Team NL deze derde dag en schuift het drietal plots op naar de derde plek in het algemeen klassement.
Loon naar werken, want de focus van de mannen is echt ongekend. Of, om een marshal te citeren die de competitieve focus van de drie Nederlanders wel érg competitief vindt: ‘Enjoy! You are in New Zealand, please enjoy!’ Maar wees gerust, dat doen ze ook wel. Zeker de beruchte Rimutaka Hill Road maakt het vandaag onmogelijk om níet te genieten.
In Nikki’s team is de competitiefocus geen topprioriteit, al zijn de dames wél blij dat ze het tweede vrouwenteam inmiddels hebben ingehaald. Nikki: ‘En we gaan ook nog wel een mannenteam verslaan, hoor!’
Dag 4, Wainui – Pelorus Bridge – 204 kilometer, verbindingsetappe
De oogjes zijn klein, héél klein, hier aan het ontbijt om half vier ’s nachts. Nu de jetlags langzaam verwerkt zijn, gooit de organisatie het over een andere boeg. Tja, de boot naar het Zuidereiland wacht op niemand, al zeker niet op 140 F850GS’en die moeten worden ingescheept. Eenmaal op de boot is er ruimte voor slaap, goede gesprekken en een GS-quiz die tot special stage 1 is gedoopt.
Onderweg is er ruimte om eens echt van de uitzichten te genieten en te werken aan een foto-opdracht waarvoor vanuit Nederland stemmen moeten worden geronseld. Op de camping blijken nog twee special stages te wachten. De eerste stuurt de teams het bos in, met een navigatieapparaat waarmee zij een tweede apparaat in het bos kunnen vinden. Het doel is om zo gauw mogelijk een route uit dat tweede apparaat naar het eigen navigatieapparaat te verzenden, om daarna naar de finish te hollen. Hoewel Team NL hier bedreven te werk gaat, blijken er ook teams voor wie deze apparatuur geen geheimen herbergt.
De tweede opdracht is, hoewel niet rijdend, een heerlijke motoropdracht: verwissel zo snel mogelijk het achterwiel van een F850GS. Maximale tijd? Vijftien minuten. Er blijken maar liefst zeven teams te zijn die het niet binnen vijftien minuten lukt. Team Japan wint door het binnen anderhalve minuut te doen, en Team NL presteert heel behoorlijk met vier minuten. Toch zakt Nederland in de tussenstand van het podium. ‘Even terug naar de rol van underdog, uit de schijnwerpers. Prima’, zo besluit Jaap wijselijk de avond.
Dag 5, Pelorus Bridge – Punakaiki Beach – 360 kilometer, 180 offroad
Oef! De ochtendklim naar Maungatapu Saddle is er eentje van de buitencategorie. Vol losse stenen, geërodeerd wegdek en gladde ondergrond. ‘Keep your momentum!’ hoor ik onze marshal herhaaldelijk over de communicatiesetjes roepen. Team NL rijdt vandaag met Team Engeland en daarvan komt één Engelsman met een achterstand van twintig minuten boven. Hij hield níet zijn momentum en in combinatie met zijn te korte benen maakte dat zijn klim tot een helletocht, zo lees ik af uit zijn bezwete, bezorgde en onthutste gezichtsuitdrukking.
Inmiddels heeft Team NL de eerste special stage er al op zitten: de drie deelnemers moeten een moeilijk trial-achtig parcours afleggen, terwijl ze tijdens een korte heuvelklim een boardingpass moeten zien te krijgen. Bonuspunten voor de teams die na afloop zowel de gate, het stoelnummer als het tijdstip van vertrek kunnen opdreunen. Voor Nederland een koud kunstje. Dat geldt bepaald niet voor de afdaling, die nog extremer is dan de ochtendklim en waarbij ik toch zeker een stuk of tien GS’en plat zie liggen. Ook die van onze marshal, op een stuk waarbij het werkelijk te steil is om te komen helpen: je kunt er simpelweg geen GS parkeren. Team NL komt wederom nergens in de problemen, zelfs niet op de nóg steilere klim die het begin van de middag markeert.
De uitzichten op de Tasman Sea, vernoemd naar onze eigen Nederlandse ontdekker van Nieuw-Zeeland, zijn betoverend, maar dat zie ik eigenlijk pas op de foto’s achteraf. Pfoeh, vandaag is écht pittig, écht Trophy zoals ik me dat had voorgesteld. Dat geldt niet voor de tweede special stage, die bij aankomst op de camping wordt aangekondigd: welk team weet zich het snelst vanuit een rij-outfit in een slaapzak te wurmen en er weer uit? Of, om Peet even te citeren: ‘Zijn we hier op de GS Trophy of ben ik in een scoutingkamp beland?’ De druiven zijn na afloop dan ook zuur voor Team NL, want ze dragen bij de einduitslag van de tweede special stage de rode lantaarn. Extra zure druiven, aangezien er tijdens de pittige rijdag heel veel landenteams bibberend, bevend en crashend de hellingen slechtten en Team NL datzelfde bijna fluitend deed. Maar helaas, daarmee waren vandaag geen punten te verdienen.
Dag 6, Punakaiki Beach – Lake Tekapo – 440 kilometer, 110 offroad
Het gezegde dat je in Nieuw-Zeeland vier seizoenen in één dag hebt, wordt vandaag bewaarheid. Van koud en nat naar heet en droog en weer terug. Eerst koud en nat, bij de eerste special stage: een trialparcours dat door twee teamleden moet worden afgelegd, in een tijd die zo weinig mogelijk verschilt. Snelheid levert geen bonus op, exacte snelheid wel! Een kolfje naar het zo berekenende en rijvaardige Team NL, zou je zeggen.
Nou, dat loopt even anders. In de tweede run mist het team een poortje, waarvan het herstel dusdanig veel tijd kost dat deze tweede run ruim twintig seconden langer duurt dan de eerste. Au. Dat de dag verder qua uitzichten bijna ongeëvenaard is, gaat er bij Team NL even niet in: dit is zuur, heel zuur. Gelachen word er pas weer nadat ik in verkrampte en vermoeide houding een rivierdoorwading afrond, om op het allerlaatste nippertje met GS en al om te vallen in het steenkoude smeltwater. Een zwemmende journalist, altijd lachen! Voor mij een reflecterend momentje: opeenvolgende nachten van vier, vijf uur slaap en lange, zware rijdagen hakken er zeker wel in.
Mijn natte pak is een subtiele en onschuldige waarschuwing tegen overschatting en verslapping. Ik ben me plotseling weer volop bewust van de helikopter die de hele dag met het deelnemersveld meevliegt en juist aan de voet van listige of ronduit gevaarlijke stukken geparkeerd staat. Tja, die staat daar niet voor niets… Nederland parkeert zich in het tussenklassement op plek zes, maar er wordt volop gejuicht voor Nikki, die met haar team het eerste mannenteam inhaalt: Team Noord-Afrika moet eraan geloven…
Dag 7, Lake Tekapo – Mount Aspiring – 375 kilometer, 180 offroad
Vandaag wordt het Mackenzie Basin geslecht, een rivierbekken dat uitzichten biedt zoals je ze in reisgidsen tegenkomt. Ongereptheid zo ver als je kunt kijken, duizenden schapen die in grote kuddes over de heuvels rennen, zo nu en dan onverwacht oversteken of doodleuk achter een blinde bocht liggen te genieten van het zonnetje. Met bergtoppen vol eeuwige sneeuw aan de horizon concludeer ik dat dit Nieuw-Zeeland in optima forma moet zijn.
Een paradijs om doorheen te rijden, met het gas dusdanig tegen de stuit dat vele pauzes noodzakelijk zijn om echt van de schoonheid te genieten. In die pauzes is er tijd voor selfies, filmpjes en foto’s. Jaap, Xavier en Peet genieten onderweg ook volop, net zoals het Team Latin America waarmee we vandaag rijden. Voor Nikki begon de dag minder, want zij crashte bij de eerste special stage dusdanig dat haar helm onder de krassen en putten kwam te zitten. Al is Nikki er de persoon niet naar om daarover in te zitten. Opstaan en doorgaan, dat idee. Klapstuk van vandaag is Danseys Pass, een pas op 935 meter hoogte waar het uitzicht over het ongerepte Nieuw-Zeeland fenomenaal is.
De omgeving werd ooit gedomineerd door een florerende goudkoorts, maar die tijd is lang vervlogen. In de Thomson Gorge stuiten we op andere deelnemers, die in de wacht staan voor de tweede special stage: hoe snel kan een team een GS aanduwen? Team Zuid-Korea vraagt Jaap om advies, Jaap herkent zijn concurrenten en antwoordt koel: ‘Definitely do it in fourth gear.’ Het resultaat? Nederland scoort goed deze dag, nadert Zuid-Korea tot op elf punten en mikt met de laatste dag voor de boeg op een top-vijfnotering. Want tja, de huidige plek zes is toch eigenlijk maar net niets…
Dag 8, Mount Aspiring – Coronet Peak – 265 kilometer, 110 offroad
Nevis Road wacht! Zeventig kilometer lang, Nieuw-Zeelands hoogste openbare ‘weg’, met zo’n dertig rivierdoorwadingen en een prachtige zandige ondergrond. Man, man, net als je denkt het paradijs te hebben gehad, blijkt Nieuw-Zeeland weer wat nog mooiers te hebben. Ik heb natuurlijk wel wat koudwatervrees bij de eerste rivierdoorwadingen, maar het blijft vandaag bij een stel natte voeten. Net zo spectaculair als de vergezichten is het competitieverloop van vandaag. Wanneer we aankomen bij de eerste special stage zien we koploper Zuid-Afrika een keiharde klapper maken.
Met twee man op één GS, waarvan de achterste twee volle jerrycans vast heeft, glijden ze onderuit op het natte gras. Niet veel later doet Team Japan hetzelfde en van Team Noord-Afrika wordt een deelnemer door doktoren onder handen genomen na zo’n zelfde klapper. Datzelfde team zag eerder al een deelnemer met een gebroken enkel in de helikopter verdwijnen, om maar even de sfeer in het team te kenschetsen… Toch is het een special stage zoals je die in een Trophy verwacht: rijkunsten, teamwork en uithoudingsvermogen spelen een sleutelrol. En Team NL wint!
Zij brengen de twee jerrycans als eerste over de finish, na op de motor en rennend door een riviertje een flinke afstand te hebben afgelegd. Hetzelfde doen ze bij de tweede special stage, die over een ruim technisch parcours voert en qua punten dubbel telt! Wederom tonen Xavier, Peet en Jaap aan dat wanneer het om écht motorrijden gaat ze in het deelnemersveld geen gelijken kennen. Dik en dik verdiend worden ze tijdens de slotceremonie van deze GS Trophy 2020 dan ook als vierde team op het podium geroepen, op héél nipte achterstand op de nummer drie, Italië. Frankrijk wordt tweede en Zuid-Afrika blijkt de terechte winnaar. En Nikki? Die manifesteerde zich als uitzondering binnen de vrouwenteams, met haar team eindigend op plek twintig, daarmee Team Noord-Afrika en het tweede vrouwenteam achter zich latend.
Eddie de Vries