Groot was de consternatie op zondag 7 mei 1972 in Markelo. Op die dag werd de Nederlandse Grand Prix motorcross in de 250cc-klasse verreden. ’s Morgens bleken twee fabrieks-CZ’s van de Russen te zijn gestolen. Eén van de Russen stapte die dag op een toevallig (?) aanwezige KTM. De Russen reden de jaren daarna op KTM.
Fotografie: NMBA
Nu precies een halve eeuw later is nog steeds niet duidelijk wat er toen is gebeurd. De motoren van de Russen Gennady Moiseev en Pavel Rulev stonden in de nacht van zaterdag op zondag voor hun hotel (De Herikerberg) op een aanhanger. Tegenwoordig zou je zeggen ‘dat is vragen om problemen’. In die tijd scheen dat nog wel te kunnen. Of zouden de Russen eropuit zijn geweest de motoren te laten verdwijnen? Of was er een afspraak met KTM? ‘We zijn vaak in Nederland geweest en veronderstelden dat diefstal hier niet voor zou komen’, was de nonchalante reactie van manager Urban van het team. Niet bekend is of de motoren daar ’s nachts altijd zo stonden of dat ze er die zaterdagavond speciaal waren neergezet.
Moede hoofd
Ondanks de afwezigheid van die twee motoren, konden de Russen wel aan de Grand Prix deelnemen. Hoe? Dat staat in het verslag van Guus van de Beek in MOTOR, toen nog een weekblad: ‘Paniek, maar dat werd opgelost door motoren te ruilen. Moiseev, die kennelijk als een van de sterkste Russen wordt beschouwd, nam de machine van Karinov, en voor Rulev was nog een reserve-machine beschikbaar. Vladimir Karinov startte daarna op een min of meer toevallig beschikbaar zijnde KTM, een machine die door de Oostenrijkse KTM-manager Erwin Lechner, zelf ex-crosskampioen van Oostenrijk, voor testdoeleinden naar Markelo was gebracht. Deze toch geheel nieuwe machine sloeg in als een bom: Karinov wist er in de eerste manche tot de 13e ronde mee aan de leiding te rijden, totdat hij uiteindelijk het moede hoofd moest neerleggen voor de twee Belgische superrijders. In de tweede manche pakte hij weer rondenlang de leiding; een steen door het luchtfilterhuis, met als gevolg een door zand vastgelopen big-end, maakte een eind aan een droomdebuut in een Grand Prix. En dan te bedenken dat dit nog niet eens de beste KTM was. Volgens Lechner werd die tezelfdertijd in Oostenrijk ingezet’.
De Benelli-racers van Geart Cuperus
De twee Belgische superrijders naar wie wordt verwezen, waren de Suzuki-fabrieksrijders Joël Robert en Sylvain Geboers, die eerste en tweede werden in het dagklassement en in de manches respectievelijk eerste en tweede, en tweede en derde werden. Beiden reden, voordat ze voor Suzuki uitkwamen, op CZ. Robert behaalde de eerste drie van zijn zes wereldtitels op CZ. Karinov bleek een foutje in het programmaboekje te zijn, want zijn naam was Kavinov. Deze Rus won acht keer een 250cc-GP. Aan Lechner kan niets meer worden gevraagd, want de Oostenrijker overleed twintig jaar geleden. Hij was aanvankelijk werkzaam op de ontwikkelingsafdeling van KTM en kwam later op de verkoopafdeling terecht. Hij verliet KTM in 1976. Lechner was zeven keer Oostenrijks kampioen, in de wegrace en in de enduro, dat destijds nog terreinsport werd genoemd.
Niet over praten
Omdat CZ een Tsjechisch product was, bemoeide de ambassade van Tsjecho-Slowakije zich er direct mee. Uiteraard werd de politie ingeschakeld. Maar tot het terugvinden van de aanhanger en de motoren leidde dat die zondag niet. Een 10-jarige jongen vond na het weekend wel de aanhanger op een paadje bij buitencentrum De Hessenheem, op ongeveer een kilometer verwijderd van het Markelose crosscircuit en ook in de nabijheid van het hotel. Hij had de ophef over de verdwijning van de motoren meegekregen en realiseerde zich dat dit wel eens de gezochte aanhanger zou kunnen zijn vanwege het buitenlandse kenteken dat erop zat.
Van de motoren ontbrak elk spoor. Wel werden de nummerborden 55 (Moiseev) en 57 (Rulev) gevonden. Ter plaatse werden geen bandensporen aangetroffen, waaruit de conclusie werd getrokken dat de CZ’s niet rijdend werden afgevoerd. Ze zullen waarschijnlijk in een vrachtwagen, busje of dichte aanhanger zijn geplaatst. Tot op de dag van vandaag is nooit duidelijk geworden waar de motoren zijn gebleven. Degenen die kunnen weten wat er die nacht is gebeurd hebben er nooit in het openbaar over gesproken. Of er niet over willen praten, nadat ze erop aangesproken waren. Nu, vijftig jaar later, zullen er nog weinigen zijn die kennis hebben van het gebeuren. Zo ze er zijn, is het maar de vraag of ze nu wel openheid van zaken willen geven.
De CZ’s waren fabrieksmotoren. De waarde van dergelijke motoren is moeilijk in geld uit te drukken. Dat blijkt ook wel uit de berichten van die tijd. Er wordt in een krant een bedrag van ƒ 16.000,- genoemd, maar iemand anders schreef ƒ 25.000,-, in huidig geld ruim 7.000, respectievelijk ruim 12.000 euro. Dat waren de prijzen van toen, de inflatie meegerekend kom je nu op bedragen van 33.000 respectievelijk 51.000 euro.
KTM voor test
Uiteraard werd er meteen gespeculeerd of dit een ‘normale’ diefstal was geweest, of dat er van de kant van de Russen in samenwerking met KTM (andersom is natuurlijk eveneens mogelijk) sprake was van opzet om ervoor te zorgen dat de Russen op KTM’s terecht zouden komen. Deze laatste gedachte werd gevoed door de aanwezigheid van een KTM voor testdoeleinden, zoals door KTM werd gezegd. Waarom zou er een motor op zaterdag naar Markelo worden gebracht, aangezien geen van de deelnemers stond ingeschreven op een KTM. In eigen land had KTM dat jaar weliswaar niet de gelegenheid de motor te tonen tijdens een 250cc-Grand Prix, want in 1972 werd er uitsluitend een 500cc-GP verreden in Oostenrijk; op 23 april in Sittendorf. Dus twee weken voor Markelo. Het zou, ondanks dat het een andere klasse was, toch misschien wel meer voor de hand hebben gelegen om als Oostenrijks merk te kiezen voor een presentatie in eigen land.
Een derde mogelijkheid die werd geopperd (onder anderen door de Russen en later verwoord in het communistische dagblad De Waarheid) was dat er een concurrerend merk achter zat. In de CZ zouden nieuwe technieken zijn toegepast. Daarvan zou een andere fabrikant op de hoogte willen komen. Bovendien was men in Markelo dan verlost van twee sterke motoren en zouden de Russen verzwakt aan de start komen. CZ deed het dat jaar goed, getuige de leiding in het WK van Alexej Kibirin na de GP’s van Spanje (waar hij tweede werd) en Frankrijk (waar hij vierde werd). Kibirin kwam in Markelo niet verder dan de negende plaats. In de trainingen op circuit De Herikerberg was Kibirin wel de snelste geweest voor Kavinov.
Overigens: al die rijders werden destijds Russen genoemd, omdat ze uit de Sovjet-Unie kwamen, maar de in 2010 overleden Kibirin was een Oekraïner (geboren in Lviv).
Snel vertrokken
Het vermoeden dat er sprake was van een vooropgezet plan van beide partijen werd enkele dagen later verder gevoed, want op de donderdag (Hemelvaartsdag) na de GP van Markelo reden Moiseev en Kavinov tijdens de traditionele cross op de Grebbeberg in Rhenen op KTM’s. Dit keer in de 500cc-klasse op KTM’s van 388 cc. Moiseev kwam die dag niet zo uit de verf, maar Kavinov greep de dagzege. Niet bekend is of Lechner die motoren in Markelo ook al bij zich had, of dat ze halsoverkop vanuit Oostenrijk naar Nederland waren gebracht. Of wellicht al gepland richting Rhenen waren gestuurd.
Waardevaste motoren: investeren én verdienen aan motorfietsen
De vermoedens van opzet worden bevestigd door de nu 82-jarige Ab Hofhuis, destijds vice-voorzitter van de organiserende Markelose motorclub MC Ons Genoegen. Hij was als KNMV-official in Rhenen en zag in de bus van de Russen een los motorblok liggen. Hofhuis nu: ‘Ik herkende het nummer. Dat kwam nagenoeg overeen, slechts een 0 en een 9 verschilden, maar dat nummer kon zijn aangepast. Ik ben ervan overtuigd dat het een blok van een verdwenen motor was.’ Hofhuis vond het opvallend dat de Russen na afloop van de wedstrijd wel heel snel waren vertrokken. Hofhuis gaf zijn bevindingen door aan de politie. Er werd door de douane getracht de Russen bij de grens te controleren, maar ze werden niet gezien. Misschien een niet voor de hand liggende route gekozen?
Hoe het contact tussen het Oostenrijkse merk en de Russen tot stand is gekomen zal wel nooit worden opgehelderd, een feit is wel dat het niet bij die twee optredens in Nederland is gebleven, want een jaar later gingen de Russen op KTM’s deelnemen aan de GP’s bij de kwartliters. Er werden vele GP’s op KTM gewonnen en Gennady Moiseev greep drie keer de wereldtitel. De succesvolle samenwerking duurde zes jaar.
IJzeren gordijn
Het lijkt, achteraf bekeken, het meest waarschijnlijk dat de Russen alles in gang hebben gezet. Zij deden al heel lang mee bij de kwartliters en waren internationaal succesvol met als hoogtepunt de 250cc-wereldtitel van Victor Arbekov op CZ in 1965. In de periode 1962-1985 werd achttien keer een Russische 250cc-GP georganiseerd. De Russen realiseerden zich begin jaren zeventig dat ze op CZ waarschijnlijk nimmer meer zouden kunnen meestrijden om de wereldtitel. Als land achter het IJzeren Gordijn lag het niet voor de hand dat ze zouden overstappen op een motormerk dat uit een land kwam dat niet tot de invloedsfeer van de Sovjet-Unie behoorde. Door de diefstal te ensceneren (en KTM daarvan op de hoogte te stellen) liet Vladimir Kavinov in Markelo zien dat ze op een KTM zeer waarschijnlijk beter zouden presteren dan op een CZ. Maar zeker is dit niet, het is en blijft speculatie.
Nadat de Russen in 1980 weer terugkeerden naar CZ, was het met hun successen gedaan. KTM is tot op de dag van vandaag wel succesvol.
Bronnen: MOTOR Magazine, Ab Hofhuis en Delpher.
Expositie 90 jaar cross
In Het Beaufort Markelo (Burgemeester de Beaufortplein 1 in Markelo) wordt van pinksterzondag 5 juni tot en met zaterdag 11 juni een tentoonstelling gehouden over negentig jaar motorcross in Markelo. De Markelose Motorclub Ons Genoegen heeft in de loop der jaren tal van GP’s georganiseerd, waardoor de club een rijke historie kent. Voor openingstijden en het programma van de tentoonstelling ga je naar www.motorcrossmarkelo.nl.