Op het RAF-vliegveld van Elvington wheeliede stuntrijdster Kimberly Schijven zich onlangs naar de titel ‘snelste wheelievrouw ter wereld’. Over de minimaal vereiste kilometer haalde ze bovendien een duizelingwekkende snelheid van 153,036 mijl per uur, ofwel 245 km/u. Op één wiel. Hoe lang zoiets aan voorbereiding en training vergt? April jongstleden begon ‘Kilo Kim’ er pas mee…
‘In 2009 kocht ik een supermotard, leek me helemaal te gek om dat te doen. Ik had weliswaar mijn rijbewijs al een paar jaar, maar reed nooit. Geen geld voor een motor, vandaar. En brommers had ook nooit gehad. Maar dat supermotard kostte best geld, moet je weer een aanhanger hebben, een trainingsplek vinden, onderhoud, moest mijn eigen zaak weer dicht als ik ging trainen… Liep ik op een goed moment op een parkeerplaats wat stuntrijders tegen het lijf. Van het een kwam het ander; ik kocht een Kawa 636, rolde vanzelf in het stunten en belandde uiteindelijk in het team Bleuk, al jaren vaste prik tijdens de Motorbeurs Utrecht.
Nog steeds heb ik daar lol in, vooral door ons geweldig leuke team. Hebben altijd plezier voor tien. Maar het stuntwereldje wordt steeds kleiner en een trainingsplek vinden is al helemaal onmogelijk geworden, want iedereen stoort zich tegenwoordig om niks. En door dat geval in Haaksbergen krijg je bij geen gemeente een vergunning meer als het om iets gemotoriseerds gaat.
Mijn man Vincent was al gestopt met showrijden en kwam al jaren op de wheeliekampioenschappen in Elvington, Engeland, samen met Egbert (van Popta, wheeliewereldkampioen met 343 km/u, red.). Ze waren al aan het aandringen geweest dat ik een keer mee moest, maar ik vond het altijd Vincents ding. Ga ik niet tussen zitten. Maar toen ze bleven aandringen heb ik vorig jaar tegen Vince gezegd: ‘ik ga pas mee als jij gaat rijden’. Nou, hij en Egbert met z’n tweeën met hun zelfgebouwde turbo-Suzuki’s en een heel team vrienden erheen. Ik ging erheen op mijn 636, maar die mannen begonnen me al een beetje op te duwen dat ik maar eens een GSX-R1000 moest kopen. Eenmaal daar vond ik het eigenlijk niks om aan de zijlijn te staan. En begon in mij op te komen dat het wel tof zou zijn als ik ook de kilometer zou kunnen doen op m’n achterwiel.
Zoutzak
Begin dit jaar, het werd mooier weer, dacht ik: ‘laat ik het maar eens proberen met die wheelies’. Je moet weten dat wegwheelies een heel andere techniek vragen dan showwheelies. Het concept van voorwiel omhoog is hetzelfde, maar de snelheid, vertanding, mate van gasgeven, noem maar op is anders. Dus ik op straat een paar hopjes gemaakt; ik had natuurlijk sowieso nooit op straat gereden; dus hoe dat moet met het overige verkeer, stoplichten, snelweg, weet ik veel. Ik dacht nog: ‘stunten kan ik wel, maar rijden doe ik als een zoutzak’. Ik april stelde Egbert voor om met z’n drieën naar Santa Pod te gaan naar races op de kwartmijl: tweehonderd meter dragracen, dan op zijn achterwiel gooien en vervolgens tweehonderd meter wheelie. Daarzo was het allemaal bingo, alles foutloos. Toen begon de spirit wel te komen en dacht ik: ‘hé, dit is wel grappig…’ Dus zei Egbert op zijn beurt dat de kilometer voor mij ook wel appeltje-eitje zou worden.
In augustus gingen we dus met de hele ploeg naar Elvington. Da’s misschien nog wel het mooiste, onze crew. Allemaal heel verschillende figuren met ieder zijn eigen specialiteit of taak. Eigenlijk een grote familie; zo had de zus van Egbert mijn GSX-R naar Elvington gereden op voorwaarde dat ze hem op de heenweg heel zou houden, hahaha. Eenmaal daar was het 36 graden en stond er een loeiharde zijwind, waardoor iedereen alle kanten uit werd geblazen. Nu had Egbert me uitgebreid bijgespijkerd over Elvington bij zijwind. Dat je niet moet schrikken, dat de zijwind er als de bomenrij ophoudt met een vertraging in komt, dat er dan een soort draaikolk van wind ontstaat, al die informatie kun je wel gebruiken als je met tweehonderdplus op het achterwiel staat. Maar de kilometer haalde ik steeds nét niet, of hij werd afgekeurd door de spotters. Een dag later stond er juist harde rugwind, waardoor ik vol in vier steeds in de toerenbegrenzer ging, maar te weinig power had en teveel neerwaartse rugwind om in vijf de machine hoog te houden. Bovendien was het vechten om de zware wobbles te controleren.
Ondanks alle frustraties was ik er In de laatste run van zaterdag helemaal klaar voor, ik stond al als eerste in de aanslag aan het begin van de strip. Maar toen werd ik er uitgehaald omdat ik niet eerder een kilometer had voltooid. Bááálen natuurlijk, niet normaal. Dus wat gebeurt? Al die kerels achter me stapten van hun fiets en om me hun run te gunnen. Zo is dat sfeertje daar, echt heel bijzonder. Maar door alle emoties was ik totaal niet scherp meer en ben ik maar wat gaan showen voor de fotografen. Volgende keer beter…
Blok lijmen
En die volgende keer kwam rap! Toen hoorde ik van ingelaste wheeliekampioenschappen op het vliegveld van Elvington een maand later, dus afgelopen september. En dat er een Amerikaanse dame zou meedoen die uiteindelijk niet kwam opdagen. Heb toen een oproep op Facebook gedaan voor sponsoring en dat liep helemaal uit de klauwen, tot en met MotoMe TV aan toe. Was allemaal in no time geregeld. Maar ik voelde wel druk opkomen, zeker toen ik mijn GSX-R aan Egbert uitleende voor een trip naar de Eifel. Want wat kon er gebeuren? Hij is wereldkampioen, rijdt supergoed op circuit, is heel voorzichtig met andermans spullen… Maar hij gaat op zijn plaat over grind. En het ergste nog: een steen gaat dwars het blok in. Néééé, niet te geloven, een weekend voor de race! En ik had de sponsors nog beloofd een filmpje te maken met hun merknamen en zo. Nou, ik heb op mijn werk bijna zitten kotsen van de zenuwen.
Nu kenden ze een gozer die blokken kan lijmen, maar die zei dat het nooit op tijd zou drogen. En als het zou lukken, had ik nooit tijd om nog even te trainen, even het gevoel te krijgen met de nieuwe uitlaat en zo. Op het allerlaatste moment zegt die gozer: ‘ik denk dat het gaat lukken. Ik zet hem volle bak in de zon dat ‘ie beter droogt en dan maar op hoop van zegen gaan met die banaan’. Dus wij vijf dagen voor vertrek naar Elvington ding ophalen, filmpje in mekaar geflanst en op zondag snel proberen. Dat bestond uit niet meer dan een keer op en neer. Wat denk je? Wegwerkzaamheden; is uiteindelijk toch openbare weg, hè. Heen ging het voor geen kwartje omdat de quickshift fout stond afgesteld, maar de terugweg ging perfect. Het gevoel was er helemaal, en alle zenuwen weg.
Echt knokken
Maar op Elvington was het natuurlijk anders met een heel ander soort spanning en harde zijwind. Met Egbert had ik natuurlijk de strategie doorgenomen met die zijwind. Die kwam van links, dus startte ik links op de baan. Wat denk je? Word ik onderweg naar links geblazen, moest ik heel anders sturen en corrigeren. Heb je ook nog die draaikolk, die turbulentie op twee derde van de strip die jou helemaal uit balans brengt. Dan zit je echt te knokken, hoor, en moest ik vol de machine hoger rukken zonder in de toerenbegrenzer te komen. Ik was dus zo met tegensturen, meesturen, gas erop, gas eraf en onbewust misschien een tikkie voetrem bezig dat ik opkeek en de finish al zag. Ik dacht nog: ‘het zal toch niet zo zijn dat ik bij de eerste run het al haal?!’ Toen ik over de finish kwam was ineens alles stil…Het enige wat ik hoorde was in gedachten de stem van Egbert die me vooraf had gezegd: ‘als je het gevoel hebt dat je het hebt gehaald, houd hem dan nog even tweehonderd meter op je achterwiel en steek een vuist op. Dan weten wij het ook.’
Nou, gekkenhuis natuurlijk, buiten zinnen: de run was geldig met een topsnelheid van 134 mijl.
En dat bleek een recept voor meer, want in de opvolgende runs ging ik steeds sneller. 143 mijl, 153 mijl zelfs. En Vincent bleef steeds nét onder mij, terwijl hij toch op een turbomachine rijdt. Mijn insteek is altijd geweest mijn makkers niet in de weg te rijden. Nou ja, ook dat kwam goed, Vince was uiteindelijk sneller dan ik, we zijn dus nog steeds samen, hahaha. Maar ja, ondertussen zit ik wel in een spagaat. De groep is zo fantastisch en we hebben zoveel lol dat ik natuurlijk steeds mee zal gaan. Tegelijkertijd blijf ik ook niet aan de zijlijn staan. Dus als we er de volgende keer toch zijn… Ik heb al een strategie bedacht om de GSX-R ook in zijn vijf hoog te houden.’
Kimberly Schijven, 31, planner bij Waterboot, Dordrecht
‘Ik zou mijn leven kunnen vullen met het doen van rare dingen. Uit vliegtuigen springen en zo, speeddriften met auto’s. Maar ik heb meer een voorliefde voor uitstervende sporten. Stuntrijden dus, maar ook paaldansen. En kunstrolschaatsen, dat doe ik al vanaf mijn negende. Daar geef ik nog altijd les in en bedenk de choreografie en alle dingen eromheen. Maar eigenlijk is mijn wens dat Nederland zich wat meer gaat bezighouden met motorsport, dat mensen elkaar wat meer gunnen en niet direct gaan protesteren. Zo pas ik meer in Engeland, met de voorliefde voor snelheid, kabaal, rook en rubber.’