Fotografie: Hans Avontuur
Van hemelhoge bergpassen tot verdwaalweggetjes door niemandsland. Frankrijk is een magnifiek motorland. En de Fransen? Die ontvangen de motards met open armen. Hans Avontuur kiest zijn tien favoriete streken – tot nu toe.
Jura
Woeste wildernis
Dit berggebied op de grens met Zwitserland is één van de grootste verrassingen van Frankrijk. Op de een of andere manier ontsnapt het door zijn wat afzijdige ligging nogal gemakkelijk aan de aandacht bij het plannen van een buitenlandse trip. Maar de Jura biedt alles dat motorrijden – in mijn ogen – zo onbetaalbaar mooi maakt. Met toppen iets boven de 1.600 meter is dit misschien geen hooggebergte, maar het gaat er voortdurend pittig op en neer. En mooier nog: de wegen zijn smal, bochtig, verrassend, hoekig en avontuurlijk. Geen gladgestreken toeristenland, maar een woeste bergwereld met diepe ravijnen en wilde rivieren. Ook mooi: het industriële erfgoed van oude zoutmijnen, de zogeheten Salins. Na een dag rijden is het bovendien fijn als je ’s avonds in een gezellig dorp overnacht. En die zijn er genoeg. Mijn persoonlijke favorieten? Arbois (wijndorp), Château-Chalon (wijndorp) en met stip op één: Baume-les-Messieurs dat in een kloof ligt en bijna volledig door hoge wanden wordt omarmd. Motor parkeren, bagage naar de kamer en op zoek naar een fijn terras: deux bières s’il vous plaît.
Meer info
Toerisme Auvergne, Frankrijk: dansen op de vulkaan
Franse Alpen
Alpen anders
De Franse Alpen zijn anders dan die in Oostenrijk of Zwitserland. Gelukkig, want zo hebben we iets te kiezen. Het grootste verschil? Het is er minder aangeharkt. Dat dit af en toe ten koste gaat van het wegdek moet je op de koop toe nemen. In Frankrijk wordt het rijden van bergpassen vaak net wat spannender. Soms liggen er bochten van circuitkwaliteit, soms is het plaveisel zo pokdalig dat je bijna uit het zadel stuitert bij het uitkomen van een haarspeldje. Maar luister even mee: Galibier, Izoard, Madeleine, Glandon, la Croix-de-Fer. De rij met beroemde passen is eindeloos. Met de Col de la Bonette als hoogste (2.715 meter). Vanaf de pashoogte kun je nog een extra lus naar 2.802 meter rijden, waarmee de Bonette de hoogste pas van Europa zou zijn. Maar dat is een beetje marchanderen. De Franse Alpen hebben maar één nadeel. Er zijn tijdens vakanties en weekenden relatief veel fietsers onderweg. In de afdaling kun je er zomaar eentje in het achterwiel hebben. Verder niets dan plussen. Ook wat de accommodatie betreft. Er zijn veel eenvoudige, gemoedelijke hotels waar je als motorrijder welkom bent zonder dat dit met een groot bord op de gevel staat.
Meer info?
Normandië
Eerbetoon
Utah Beach, Sword Beach, Juno Beach, Omaha Beach en Gold Beach. Hier begon in juni 1944 de bevrijding van Europa. Het is nabij de invasiestranden van Normandië niet de vraag óf je een eerbetoon gaat brengen aan al die helden die er uit de landingsvaartuigen sprongen, maar hoe. Natuurlijk bezoek je de stranden, op een aantal trajecten gaat de weg er zelfs pal langs. En als je afstapt, doe je dat zeker bij één van de begraafplaatsen. De rillingen over je lijf. Zoveel gesneuvelden. Het geeft het motorrijden in Normandië een extra missie. Het vieren van onze vrijheid, want dat is geen vanzelfsprekendheid. Adem halen, genieten en gas geven over kleine weggetjes door golvend heuvelland. Vaak zijn ze omzoomd door hagen, soms heb je prachtig vergezicht. Je rijdt er door boerendorpen met drie boerderijen, een tractor in het gras, een slapende hond op de doorgaande weg. Hand wat van het gas en laat je simpelweg meevoeren door het land, een groter gevoel van vrijheid krijg je niet. En dreig je te verzanden in Hollands gemopper over het weer of leem op het wegdek? Kijk dan vooral even naar de bordjes waarmee straten bij de kust een alternatieve naam hebben gekregen. Die van een jonge soldaat die in juni 1944 het leven heeft gelaten. Voor ons.
Meer info?
Dracénie
Provence unplugged
Bij Zuid-Frankrijk denk je aan joie de vivre, stranden, palmbomen, de Côte d’Azur en megajachten in de glamourhaven van St. Tropez. En dat is er allemaal. Maar pal achter de toeristenkust ligt een andere wereld. Die van de ongepolijste Provence. En potd… wat vinden we daar een berg fantastisch stuurterrein. De streek Dracénie, rondom de stad Draguignan, doet er nog een schepje bovenop. Hier is het toerisme voor een groot deel aan voorbijgegaan. Je rijdt er over kleine weggetjes van dorp naar dorp. Het een nog mooier gelegen dan het andere. Vaak bovenop een hoge klif met uitzicht over de omgeving. Het gaat bovendien geen honderd meter rechtdoor. Bocht na bocht na bocht na bocht. Het ene moment rijd je er langs lieflijke olijfboomgaarden, dan draai je een spectaculaire kloof in, gevolgd door een dorp met droompleintje. Koffiestop verplicht. En had ik al gezegd dat de Gorges du Verdon, de Grand Canyon van Europa, om de hoek ligt?
Bretagne
Kliffenkust
Hoe spannend wil je het hebben? Hoewel het ook in het binnenland van Bretagne meer dan goed rijden is, moet je voor het spektakel aan de west- en noordkust zijn. Daar rijst het land met enorme kliffen op uit zee: Pointe du Raz, Pointe du Van, Cap de la Chèvre, Pointe de Pen-Hir, Cap d’Erquy, Cap Fréhel… In veel gevallen kun je de kliffen vanuit je zadel bekijken, soms moet je parkeren en een stukje lopen om het maximaal te beleven. Het zijn de extra meters op je motorlaarzen dubbel en dwars waard. Op een aantal kliffen staan historische vuurtorens die de zwaarste stormen doorstaan. Wat Bretagne ook speciaal maakt, is het robuuste karakter van de dorpen en de mensen. Niet lullen maar poetsen. Dat idee. En dan liefst zonder bemoeienis vanuit Parijs, want ze laten zich door niemand iets vertellen. Als vreemdeling op de motor ben je er echter meer dan welkom. Zeker als het slecht weer is en je op je motor de elementen trotseert, net als een Bretonse visser op zee.
Meer info?
Frankrijk: Authentiek sturen in Le Coin Perdu
De Ardèche
Klassieker herontdekt
In onze zoektocht naar ‘onontdekt’ en ‘nieuw’ rijden we soms te gemakkelijk voorbij aan bekende streken. Neem de Ardèche, bekend als campingparadijs en derhalve geliefd bij Nederlandse gezinnen die er onder meer gaan kanoën over de gelijknamige rivier. Buiten het hoogseizoen – vakantiedrukte – heb je het landschap vol ravijnen, rotswanden en slingerwegen voor jezelf. Het is lekker gevarieerd rijden. Er zijn brede valleien die de grotere rivieren volgen, zoals de Ardèche, maar ook tal van kleine kloven met weggetjes waarop gewerkt moet worden. Opschakelen, afremmen, twee tikken terug, de hoek om, gas erop. Daarna opent de wereld zich weer en kun je op adem komen. Afstappen voor koffie, lunch of een bezienswaardigheid kan in mooie dorpen zoals Vogüé met kasteel, het spectaculair gelegen Balazuc of Jaujac voor het bezoekerscentrum van het Parc Naturel Régional des Monts d’Ardèche.
Meer info?
Morvan
Door de leegte
Op donderdag afdalen naar het noorden van de Morvan, vrijdag en zaterdag stevig sturen door de streek en op zondag zoveel mogelijk binnendoor terug. Veel beter wordt een lang weekend niet. Het leuke van de Morvan is dat je er het gevoel krijgt dat je iets aan het ontdekken bent, nieuw terrein. Andere motorrijders kom je er nauwelijks tegen. Zo stil is het er niet altijd geweest. Eeuwenlang was dit de levendige groentetuin van Parijs, maar met de opkomst van grootschalige landbouw stortte de Morvan economisch compleet in en stroomden de dorpen leeg. Goed, je rijdt er af en toe nog altijd door een half verlaten dorp, maar je ziet ook dat er meer en meer gerenoveerd wordt. De eenvoud van de Morvan begint langzaam weer hip te worden. Wie de streek optimaal wil beleven, moet er zwerven. Niet teveel vasthouden aan een vooraf vastgeklonken route. Het voelt heerlijk vrij om mee te bewegen met het terrein. Vallei links, heuvel rechts, dorp rechtdoor, kasteeltje, mooi weggetje rechts? Waarom niet? Wie op zoek is naar een leuke overnachtingsplek moet in het noorden naar het pelgrimsoord Vézelay sturen en in het zuiden naar de authentieke stad Autun.
Meer info?
Occitanië
Alles in één
Het achterland van de bak- en braadkust van de Languedoc is ongekend afwisselend. Alles dat motorrijden in Frankrijk zo mooi maakt, vind je er tijdens één stevige tocht. Van ontspannen toeren door golvende wijngaarden tot gummen en stiften in diepe kloven. Met onderweg het ene na het andere hoogtepunt, zoals het Romeinse aquaduct Pont du Gard en het perfect bewaard gebleven middeleeuwse vestingstadje Carcassonne. De uitdagende bergwereld gaat via golvend boerenland langzaam over in de kust, waar we enkel naartoe rijden voor een verfrissende duik in de Middellandse Zee. Heb je nog tijd over? Pak dan de flanken van de Pyreneeën mee.
Meer info?
Ardennen anders
Hoewel het geweldig toeren is in de Belgische Ardennen, valt er aan de Franse kant van het middelgebergte nog een wereld te ontdekken. Verder weg? Ja, maar als je het combineert met de Belgische kant, dan kun je het tijdens één weekend meenemen. De heuvels zijn er minder hoog en het landschap is wat opener. Het stuurt een beetje als de Eifel, maar dan met een ongepolijst Frans karakter. Zet je motor in de derde versnelling en spelen maar. Sedan, Charleville-Mézières en Rocroi zijn stuk voor stuk bijzondere stadjes en onderweg kom je vanzelf opmerkelijke plekken tegen, zoals het gehucht Avioth met een enorme kathedraal. En als je de smaak eenmaal te pakken hebt, rijd je door naar de aangrenzende regio’s van de Avesnois en Thiérache voor nog meer ontdekkingsmateriaal. Denk aan ongerept slingerterrein, kerken die eruit zien als middeleeuwse vestingen, beken die je met de motor kunt oversteken en een negentiende-eeuws paleis voor fabrieksarbeiders.
Meer info?
Mercantour
Het woeste zuiden
De Mercantour is geen streek waar je dagenlang kunt sturen. Maar als je in het zuiden van de Franse Alpen de Col de la Bonette bedwingt, draai dan op de top niet om zoals de meeste motorrijders doen. Daal af en maak aan de andere kant van de iconische pas een ontdekkingstocht door de woeste en wilde Mercantour. Je wordt er omringd door toppen die tot boven de 3.000 meter hoogte gaan en duikt er kloven in met snelstromende riviertjes op de bodem. Je kunt er nog een aantal passen rijden, zoals de Col de la Lombarde (2.351 meter), maar ook kiezen voor de hevig slingerende weggetjes die het gebied doorkruisen en je op onbekend en verrassend terrein brengen. Neem de route naar Roubion. Een kunstwerk dat meesterlijk uit de rotsen is gehouwen: smal, steil, tunnels, bochten, afgrond. Aan de zuidrand van de streek beland ik in een landschap dat de rotswanden steeds dichter tegen elkaar knijpt tot er slechts een ravijn over is. Met zijn rode rotsen en groene bomen doet het aan Arizona denken. En het mooiste van alles is dat je elke bocht moet veroveren, je krijgt niets cadeau.
Meer info?