Bart kan wel een paar extra vierkante meters gebruiken. Een verbouwing van de schuur zit al een tijdje in de planning, het komt er alleen steeds maar niet van. De lokroep van zijn motoren, het circuit en de werkbank klinken altijd harder en aantrekkelijker dan een verbouwing. Toch komt die grotere schuur er uiteindelijk wel, want Bart wil zijn motorenpark uitbreiden. Hoog op de verlanglijst staan een Aprilia RS660 en een RSV4. Die laatste moet Barts ultieme circuitfiets worden om zijn PR’s aan te scherpen. Op zijn RSV1000 doet hij 1.57 op Assen, maar die tijd moet in 2021 naar beneden. Ook iemand die in 1978 al begon met motor rijden blijft ambitieus.
Op de foto:
Motor rechts zonder blok: De Rickman Norton uit 1972 is het strijdwapen voor classic evenementen. De laatste tijd ligt het blok van de snelle Brit vaker uit elkaar dan gedacht. Ook vandaag is het sleutelen geblazen.
Helemaal rechts bovenin: De mooiste beker is die van de negende plaats tijdens de Battle of the Twins in 1995. De oude Norton liet die dag een heel peloton krachtige vuurrode Italianen achter zich. Mede dankzij de overvloedige regenval.
Rechts in de afsnee: Voor alledaagse ritjes pakt Bart zijn Norton Commando 850 uit 1974. Voor de traditionele week 26 schroeft hij dit bagagerek achter op de motor. Samen met zijn vaste maten toert hij dan – tentje achterop – duizenden kilometers door Europa.
Bovenin rechts naast de radio: Net als Burt Munro heeft Bart zijn offers voor de God of Speed. Zelfs de aanblik van de verwrongen onderdelen doet al zeer. Vooral de geknakte drijfstang maakt indruk als metalen belichaming van mechanische malheur.