donderdag 21 november 2024

De Russische motoren van Jan Wassenaar

Russische motoren hebben verouderde techniek en het imago onbetrouwbaar te zijn. Twee redenen waarom ze ooit in Nederland maar in beperkte mate kopers vonden. Er zijn echter ook mensen die juist van hun technische eenvoud houden en niet opzien tegen wat sleutelwerk, als het moet ook onderweg.  Eén van hen is Jan Wassenaar uit het Friese Marsum. Hij rijdt niet alleen op een Rus, maar verzamelt ze ook.

Het was een historisch moment met grote gevolgen: de val van de Berlijnse Muur in november 1989. Het leidde het einde van het communisme en de USSR in. De nu 57-jarige Jan Wassenaar wilde graag bij die gebeurtenis zijn, maar door omstandigheden lukte dat niet. De televisiebeelden van het afbreken van de Muur staan nog altijd op zijn netvlies. Hij besefte op dat moment dat alles in Rusland zou gaan veranderen, ook de productie van motoren. Misschien zou die wel helemaal stoppen, dus stapte hij kort daarna naar Sieberg in Aalsmeer, de toenmalige importeur van het merk Dnepr, en bestelde een gloednieuwe MT16 met zijspan. ‘Na wat wachten kreeg ik hem uiteindelijk in 1991’, vertelt Jan. Hij rijdt met de Russische publiekstrekker heel wat ritjes. Zijn kinderen kraaien van plezier in de ruime bak. Die Dnepr bezit hij nog altijd. Er staat meer dan 50.000 kilometer op de teller en die zijn redelijk probleemloos verlopen. Natuurlijk was er wel eens wat onderweg, maar altijd is hij rijdend thuisgekomen. ‘Je weet dat Russische motoren niet perfect zijn, maar ik raak niet meteen van streek bij wat tegenslag.’

Russische motoren

De Dnepr is trouwens niet zijn eerste kennismaking met motorfietsen. Als jongen al is hij geïnteresseerd in bromfietsen. ‘Afgewisseld met motorfietsen. Japanse tweetakten waarmee we door het land gingen crossen’, vertelt Jan. Eenmaal achttien jaar oud verschijnt er al snel een Honda CB250. ‘Met een L achterop, in verband met het proefrijbewijs’, legt hij uit. Er volgt een zwaardere Kawasaki, maar Wassenaar wordt dan gegrepen door het merk Ducati. In 1985 kan hij een GP de schuur in rollen. ‘Een echte Duc, 750 cc zwaar en tien jaar oud. Een machtig ding’, aldus Jan. Hij trekt in zijn garage een puntje van een beschermende deken op. Daar staat de Italiaanse twin. Stoffig, dat wel: ‘Hij staat al lang stil. Voor een ritje is nu eerst uitgebreid onderhoud nodig.’

Beenschilden

Genoeg over Ducati, we gaan zijn Dnepr MT16 bekijken. De zwarte combinatie is oerdegelijk uitgevoerd. Het 650cc-boxerblok steekt breed uit. De Duitse traditie is nog herkenbaar aan de wijd uitlopende spatborden en de plunjervering. Ook traditioneel: geen buddyseat, maar twee zwierige zadels. Glad en strak zijn de beide trommelremmen. Een accessoire dat wijst op het gebruik in weer en wind zijn de beide zwarte beenschilden om koude en regen op te vangen. Altijd mooi om te zien is het reservewiel achter op de kofferbak van het zijspan. Dat geeft goed aan dat nut boven schoonheid gaat.

De aanschaf van de Dnepr in het begin van de jaren negentig doet zijn interesse voor Oostblok-motoren toenemen en een lidmaatschap van de dan nog maar kort bestaande – sinds 1990 – Ural Dnepr Club Nederland is een logisch gevolg. Een paar jaar later begint Wassenaar ook voorzichtig aan wat uitgroeit tot een verzameling. In de buurt van zijn woonplaats Marsum komt hij een Planeta op het spoor, een 350cc-tweetakt-eencilinder uit 1961. Als de verkoper na lang wikken en wegen de vraagprijs aanpast, slaat de Fries toe. Hij knapt de motor op en laat hem spuiten. Een toevallig contact met een lid van de Ural Dnepr Club Nederland leidt tot een IZH-zijspan. Een korte uitleg: IZH staat voor Izhevsk, een plaats in het Oeralgebergte. Het is ook de producent van de Planeta-motoren en… de Kalasjnikov, het beruchte automatische geweer.

De helrode combinatie valt op door het hoge voorspatbord dat mee veert met het frame en de met veel plaatwerk afgedekte carburateur. Het bescheiden instrumentarium is weggewerkt in de koplamp. De zijspanbak is van het model ‘torpedo’, gestroomlijnd dus en met een spitse neus.

Russische motoren

Letse verkoper

Voor een andere aanwinst spelen buitenlandse contacten een belangrijke rol.  Het is de tijd dat de motorbeurs Vehikel nog in de Jaarbeurshallen wordt georganiseerd. In de late jaren negentig laten zich daar ook de eerste verkopers uit de voormalige Russische republieken zien, waaronder een Letse man. Die is naar Utrecht afgereisd in een aftands busje, met daarin wat IZH-motoren voor de ‘handel’. Wassenaar maakt kennis met hem en is verbaasd over zijn staat van dienst. ‘Hij bleek te hebben gewerkt in een Russisch centrum ter ontwikkeling van racemotoren. Dat stond vlakbij Moskou en ontwierp onder andere een eigen viercilinder’, vertelt Jan. Hij koopt van de Let een bijzondere IZH, een 350cc-tweetakt eencilinder uit 1938 ‘Een regelrechte kopie van de vooroorlogse DKW, met stijf frame en een Webb-voorvork. En met hielbanden. In Europa waren die toen al allemaal vervangen door de gewone draadbanden, maar in Rusland nog lang niet.’

Het model is de IZH-8, een fraaie machine met een verrassend uiterlijk. Het meest opvallend is de zijwaarts aan de cilinder geplaatste uitlaat, die door middel van een hooggeplaatste bocht naar achteren loopt. Ook in het oog springend zijn het frame en de Webb-voorvork, die gedeeltelijk uit plaatframe bestaat. Het brede stuur heeft ‘omgekeerde’ hendels en het laaggeplaatste zadel rust op indrukwekkende krulveren. De restauratie van de Russische veteraan deed Wassenaar zelf. Al ging hem dat in het begin, zonder ook maar enige documentatie, niet gemakkelijk af. ‘Ik wist namelijk niets van die motor af. Echt helemaal niks.’

Naar Polen

Voor een andere aanwinst moet de Fries heel wat kilometers rijden. Zijn broer is met een Poolse vrouw getrouwd en dus gaat hij eens mee om ter plekke naar motoren te kijken. ‘Maar het land is groot hè, bijna zeven keer Nederland, dus je moet wel goed je zoekgebied in de gaten houden’, zegt Jan. Redelijk in de buurt staat een M72, een eerste model van IMZ. Een 750cc-zijklepper en de voorloper van het merk Ural. Bij de bezichtiging slaat hem echter de schrik om het hart. De klassieker is helemaal verchopt. ‘Met een verzaagde achtervork en het achterwiel van een auto.’

Wassenaar ziet meteen van de aankoop af, maar de eigenaar blijkt ook nog een aparte scooter te bezitten. Het is een Vjatka, een Russisch merk dat Vespa als voorbeeld heeft genomen, maar wel voor een wat robuustere uitvoering met grotere wielen kiest. De 125cc is uit 1961 en zit nog netjes in zijn originele lak. Wassenaar heeft nog nooit van het merk gehoord, maar koopt de scooter voor de ‘heb’. De uitvoer uit Polen verloopt echter stroperig, om het voorzichtig uit te drukken. ‘Eindeloos wachten bij de grens op de noodzakelijke stempels van ministeries en de douane en herhaaldelijk verzoeken om kopieën van papieren. Het kostte mij de hele nacht’, vertelt de Fries. Hij lost het resoluut op. Hij besluit de voorschriften te negeren, passeert de grens en rijdt naar Nederland.

Als verzamelaar is hij verguld met zijn aparte Viatka, maar de rijkwaliteiten van de scooter zijn volgens hem ronduit belabberd. ‘Het is techniek van bijna zestig jaar oud. Boven de 80 km/u zwabbert hij echt alle kanten op’, legt hij uit. De scooter dan maar wegdoen? ‘Nee, dat nooit. Vanwege de geschiedenis die aan hem kleeft, namelijk de inspanningen die ik moest doen om hem te krijgen.’

Russische motoren

Chinese onderdelen

Zijn verzameling is sindsdien nog best gegroeid. Inmiddels passen de motoren lang niet allemaal meer in zijn garage, dus is in de buurt op enkele plekken onderdak gezocht. Zo heeft Wassenaar ook nog een IZH model 49 van het bouwjaar 1958. De IZH is feitelijk de voorloper van de Planeta. Het is een 350cc-tweetakt-eencilinder. ‘Niet de gemakkelijkste motor om mee te rijden. Je moet hem echt in de versnellingen trappen’, aldus Jan. Ook heeft hij nog eenzelfde machine, maar dan uit 1953. Ooit gekocht van een verkoper uit Letland. De motor was er slecht aan toe en dus was een ingrijpende opknapbeurt nodig. Die is inmiddels achter de rug, maar aan de machine ontbreekt nog een kenteken. ‘Ook moet er nog een zijspan aan. Dat heb ik al, maar moet nog netjes worden gespoten.’

Ook gerestaureerd is zijn M72, een 750cc-zijklepper uit 1955. Het is de voorloper van de Ural. Bij aankoop was het een project, maar nu oogt de machine fraai. Apart is dat de motor ook nog een oosterse inslag heeft. ‘Het Chinese merk Chiang Jiang is namelijk op de M72 gebaseerd. Veel onderdelen zijn daarom uitwisselbaar’, vertelt Jan. Aan de boxer hangt een ‘derde wiel’. Alweer een motor met zijspan. Dat verklaart het ruimtegebrek van Wassenaar; zijspannen zijn nu eenmaal ruimtevreters. Opvallend is het zwaar uitgevoerde boxerblok. De cilinderkoppen liggen vol in de wind. De zijspanbak is Russisch robuust. Een strak gespannen zeiltje bedekt het mangat. Opvallend aan die bak is het voorlichtje aan de buitenkant. Geen los exemplaar, maar geïntegreerd in het plaatwerk.

Vergeleken met die zware combinatie is de Moskva uit 1955 maar een iel machientje. Het is een 125cc’tje, maar wel een apart motortje met ver doorlopende spatborden en kleine, halve trommelremmen. De voorvork heeft een grote centrale veer. Grappig oogt de kilometerteller. Die is los gemonteerd, naast de voorvork.

Russische motoren

Projecten

Net als veel andere verzamelaars moet Wassenaar met zijn tijd woekeren. Restauratieklussen genoeg, maar waar haal je de uurtjes vandaan? Met een job in de technische dienst van een verzekeringsmaatschappij en een eigen webwinkeltje in onderdelen is tijd een schaars goed. Jammer, want er liggen nog aardig wat interessante projecten te wachten. Veel van dat opknapwerk voert hij zelf uit. Een draaibank in de werkplaats duidt daar al op. Zijn favoriete klussen zijn het reviseren van blokken en in orde maken van de elektriciteit. Minder plezier beleeft Wassenaar aan het uitkloppen van gedeukte spatborden en schuren van frames en plaatwerk. ‘Ook spuiten boeit mij niet zo. Als het echt mooi moet worden, vraag ik mijn broer of hij het wil doen.’

De motormaker: Daan Borsje, Moto Adonis

Welke motoren nog op een ingrijpende opknapbeurt wachten? Wel, een IZH model 56, een 350cc-tweetakt uit 1957, en ook nog twee exemplaren van het merk Minsk. Eén uit 1960, een wegmodel met plunjervering en een deels met beplating afgedekt achterwiel. Zijn andere Minsk is uit 1980, een model offroad. Ondanks zijn cross-uiterlijk is de machine geschikt voor het vervoer van een passagier. Dat bewijst de forse buddyseat. ‘De oudste Minsk heb ik zelf uit Polen gehaald. De andere heb ik geruild tegen een MZ’, vertelt Jan. Met gevoel voor humor voegt hij eraan toe: ‘Ik weet niet of dat nu wel zo’n goede ruil was…’

Een project dat al aardig richting voltooiing gaat, is zijn K750, een 750cc-zijklepper van Ural uit de jaren zeventig. Wassenaar heeft de motor ooit in onderdelen gekocht. Als solomotor, maar inmiddels hangt er ook een zijspan aan. Motor en bak zijn in camouflagepak, in legerkleur dus: ‘Ik maak er een MW750 van. De letters MW verwijzen naar een militaire uitvoering’, verduidelijkt Jan. De bedoeling is dat de combinatie wordt behangen met allerlei militaire accessoires, zoals een jerrycan en munitiekist: ‘En scheppen en bijlen, kortom de hele reutemeteut.’

Webwinkel

In de loop der tijd kwam Jan Wassenaar erachter dat er nogal wat bedrijfjes zijn die onderdelen (na)maken. En als je dan voor jezelf onderdelen bestelt in een land als Polen, Letland of Litouwen, kun je net zo goed wat extra op de bestelbon zetten om anderen te plezieren. Tot voor kort handelde de Fries telefonisch en via e-mail verzoeken om onderdelen af, maar sinds april van dit jaar bestaat zijn eigen webwinkel www.rolpa.nl. Rolpa staat voor Russian Oldtimer Parts. Ja, daar is over nagedacht.

Pakkingen, beugeltjes, lagers, bouten, kabels, allerhande rubbers, zuigers, cilinders en uitlaatbochten. De magazijnstellingen liggen aardig vol met onderdelen voor Russische motoren. Zelf bestelt hij ze in de voormalige Oostbloklanden. Dat netwerk is in de loop der jaren opgebouwd. ‘De pakketdiensten weten me wel te vinden. Soms komen ze zelfs dagelijks langs’, vertelt Jan. Zijn klantenkring bestaat vooral uit liefhebbers uit Nederland en soms een Belg of een Duitser.

Nederlandse club

In 1990 werd door een groepje enthousiastelingen de Ural Dnepr Club Nederland opgericht. Inmiddels telt de club rond de 300 leden. De modellen van Dnepr en Ural zijn ver in de meerderheid, maar ook andere merken uit Rusland en de voormalige republieken zijn aanwezig. Vaak zijn dit tweetakten van merken als IZH, Voskhod en Planeta. Ook zijn er enkele motoren van Chinese makelij onder de leden: de Chang Jiang. Deze boxer is een kloon van de Ural M72.

De Ural Dnepr Club Nederland heeft een webwinkel, organiseert jaarlijks diverse ritten en vier kampeertreffens in verschillende delen van het land. Drukbezocht zijn de sleutelmiddagen. Vertrouwenwekkend is ook de keten van steunpunten. Die bestaat uit leden van de club die technische adviezen geven en in geval van pech bijstand kunnen verlenen. Jan Wassenaar is zo’n steunpunt voor de provincie Friesland.

Zeer lezenswaardig is het clubblad The Russian twin. Dat komt viermaal per jaar uit en staat vol met technische adviezen en interessante én vermakelijke verhalen van leden.

Voor meer informatie: www.udcn.nl.

Ural en Dnepr

De namen Ural en Dnepr worden vaak door elkaar gebruikt, maar het zijn wel degelijk gescheiden merken, al hebben ze wel de nodige overeenkomsten. Voor de eerste Ural M72, gemaakt in de oorlogsjaren, stond de BMW R71 model, een verouderde zijklepper. De motoren werden eerst in de ZiS-fabriek in Moskou gemaakt. Gedurende de oorlog verplaatste de Russische regering de fabriek naar het veiligere Irbit, achter het Oeralgebergte. Die fabriek groeide uit tot IMZ, vrij vertaald de Irbit Motorfietsen Fabriek, en vervolgens tot Ural. Ondanks de nodige moeilijkheden, inkrimpingen en een privatisering bestaat het merk nog steeds.

Dnepr heeft zijn oorsprong in Kiev, waar de KMZ-fabriek (Kievskii Mototsikletnii Zavod) stond. Ook bij Dnepr is de BMW R71 het grote voorbeeld. De fabriek bouwde die na. Later kwam er ook een 650cc-model. Na het uiteenvallen van Rusland in 1992 was het snel gedaan met het merk Dnepr. Tot het jaar 2000 was er nog een beperkte productie van modellen. Kort daarna hield het op te bestaan en kregen de machines en gereedschappen uit de fabriek een triest vervolg: zij werden verkocht als… oud ijzer.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen