woensdag 30 oktober 2024

De opkomst en ondergang van de Nederlandse Motorsport Bond (NMB)

In de nasleep van de Tweede Wereldoorlog was Nederland bezig met de wederopbouw van het land, inclusief de motorsport. Vanwege een tekort aan deviezen en benzine waren er in 1946 en 1947 slechts een paar motorsportwedstrijden mogelijk. Pas in april 1948 kreeg de KNMV-toestemming van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat om een beperkt aantal wedstrijden te organiseren. Per provincie werden slechts twee terreinwedstrijden toegestaan. Dit zorgde voor ontevredenheid bij clubs en renners in Noord-Brabant en Limburg, waar veel motorcrossers actief waren.

Als reactie op het gebrek aan wedstrijden en interne conflicten binnen de KNMV, besloten deze ontevreden partijen op 12 februari 1949 bijeen te komen in café-restaurant Van Vilsteren in Helmond. Dit resulteerde in de oprichting van een nieuwe motorsportbond: de Zuid-Nederlandse Motorsport Bond (RKZNMB). Met deze nieuwe bond konden ze zelf beslissen over het aantal wedstrijden en locaties.

Hoewel de RKZNMB aanvankelijk slechts uit twintig renners en een klein aantal clubs bestond, kon er wel onder hun eigen vlag worden gereden. Op 18 april 1949 organiseerde S.M.C. St. Anthonis de eerste terreinwedstrijd namens de nieuwe bond, met achttien renners aan de start en zo’n 6.000 à 7.000 toeschouwers. Het aantal renners groeide snel naar ongeveer 200 renners binnen vijf wedstrijden. Het eerste seizoen van de RKZNMB was succesvol, met veel wedstrijden en publieke belangstelling.

De opkomst van een nieuwe bond

In de jaren 50 maakte de nieuwe bond snel naam in het zuiden van Nederland. Steeds meer renners en clubs sloten zich aan, waardoor de sportfamilie groeide. In 1950 en 1951 streden Theo Aben en Jan Clijnk om het kampioenschap in de klasse 500cc-senioren. Aben won in 1950, maar helaas kwam hij om het leven tijdens een wedstrijd in Oisterwijk in 1951. Clijnk werd toen kampioen. In 1952 stapte Clijnk echter over naar de KNMV, gevolgd door andere toppers van de NMB. In datzelfde jaar veranderde de bond haar naam door het weglaten van ‘Zuid’. In 1953 werd de RKNMB koninklijk goedgekeurd, wat voor meer aanzien en status zorgde. Antoon van Bokhoven werd in 1954 de nieuwe voorzitter en leidde de bond met autoriteit. De Internationale Motorsport Bond werd ook opgericht, waardoor er internationaal samengewerkt kon worden en er later zelfs een West-Europees kampioenschap gehouden kon worden. In de jaren 50 werden er niet alleen wedstrijden georganiseerd in het zuiden van Nederland, maar ook elders zoals Amersfoort, Rhenen, Hilversum en Zeist. De bond had nog geen eigen bondsblad, dus communiceerde ze met haar leden via informatiebulletins. In 1959 vierde de RKNMB haar tiende jubileum en keek terug op haar bewogen eerste tien jaar in een feestelijke uitgave van het bondsblad Motorpost. Het jubileumcross-evenement in Udenhout trok ongeveer 15.000 bezoekers. Enkele namen van RKNMB-kampioenen uit de jaren 50 waren: Koos Aben, Theo Aben, Jan Clijnk, Jan van Dongen, Cor van Lankveld, Puck van Oorschot, Martin Karsmakers, Toon Lambrechts, Jan Heuvelmans, Jan Maessen, Cor Turk, Stef Smits en Willy van den Elzen. Onder leiding van voorzitter Antoon van Bokhoven groeide het aantal leden, clubs en georganiseerde wedstrijden aanzienlijk. De toekomst zag er dus veelbelovend uit voor de jaren 60.

Tegenslagen van de RKNMB

In januari 1960 werd aangekondigd dat de contributie van de RKNMB zou worden verhoogd, omdat deze te laag was. Hoewel de RKNMB een bond voor amateurs was, ontvingen de renners wel start- en prijzengeld. Kort daarna werd de bond geconfronteerd met een zwaar verlies toen bondsvoorzitter Antoon van Bokhoven op zondag 1 mei 1960 overleed. Zijn broer Michel van Bokhoven werd aangesteld als interim-voorzitter. Ondanks deze tegenslag ging de bond door en het seizoen van 1960 eindigde op 25 september in Roermond. Op de jaarvergadering op 7 januari 1961 werd Michel van Bokhoven officieel gekozen als voorzitter.

In februari 1962 kwam het hoofdbestuur van de Internationale Motorsport Bond (later IMBA) bijeen om afspraken te maken voor een nauwere samenwerking. Ze besloten om voortaan een gezamenlijke wedstrijdkalender te hanteren. Op 20 oktober 1962 accepteerde de Nederlandse Katholieke Sportbond NKS de RKNMB als lid, waardoor de erkenning voor de RKNMB toenam en het imago van ‘zwarte bond’ voorgoed verleden tijd moest zijn.

TT Circuit Assen: iedere bocht zijn eigen historie

De RKNMB organiseerde niet alleen kleine wedstrijden in het zuiden van Nederland, maar ook grote evenementen zoals op de Grebbeberg bij Rhenen, waar zelfs renners uit elf landen aanwezig waren bij een Grand Prix-wedstrijd op 7 mei 1964. Deze wedstrijd trok maar liefst 46.000 toeschouwers.

Er waren ook opkomende talenten binnen de bond. Frans Merks werd West-Europees kampioen in de 250cc-klasse in 1964, terwijl Jo Lammers en Pierre Karsmakers respectievelijk eerste en tweede werden in het NMB 250cc-kampioenschap van datzelfde jaar. Lammers en Karsmakers stapten later over naar de KNMV.

In de loop van 1964 werd de toevoeging ‘RK’ uit de naam van de bond verwijderd, waardoor de NMB meer een nationale motorsportbond werd. Dit en het goede werk van de NMB resulteerden in een subsidie van 1.000 gulden van de Nederlandse Sport Federatie in 1965 voor het organiseren van trainingen voor renners.

In de jaren zestig ontstond er ontevredenheid bij wegracers van KNMV door gebrek aan startgelegenheid. In het najaar van 1966 ontving NMB een verzoek om ook wegraces te organiseren, wat zij wel zagen zitten. Op 2 april 1967 vond de eerste succesvolle NMB-wegrace plaats in Reusel, Noord-Brabant. Deze races bleken zeer populair te zijn en boden mogelijkheden voor verdere groei van de NMB als serieuze concurrent voor de KNMV. Bovendien leverden deze races kampioenen op die later bij de KNMV grote successen behaalden, zoals Henk van Kessel (wereldkampioen 50cc in 1974), Piet van de Wal en Theo van Geffen. Vanaf 1969 werd ook de 24 uur van Oss aan de wedstrijdkalender toegevoegd, waarmee de NMB de concurrentie met de TT van Assen wilde aangaan.

In de jaren zestig werden ook nieuwe talenten ontdekt bij de NMB-motorcross, zoals Frans Goossens, Frans Merks, Henk Vosters, Jo Lammers, Pierre Karsmakers, Floor Verbrugge, Piet Dirkx, Gerrit Does, Jan de Rooy, Ad Verstegen, Gerrit Poel, Roelof Thijs en Piet van Beek. In 1969 had de NMB maar liefst 108 wedstrijden georganiseerd en waren er meer dan 1.200 rijders met een startbewijs.

Someren, 17-6. Start Formule klasse Armin Zeh (41), Harrie van der Kruijs (19), Rob Punt (20), Jo Scholtze (14), Frans van de Camp (15), Jack Weezeman 57) en Fred Bloemink (46).

De concurrentie met KNMV wordt intens

In de jaren 70 had de NMB verschillende afdelingen die motorcrosswedstrijden organiseerden onder hun vlag, waaronder Noord, De Dwerg en Oost. In 1970 kwam er een nieuwe afdeling bij genaamd Gelimbra, maar deze scheidde zich al snel weer af in 1971 om zelfstandig motorcrosswedstrijden te organiseren.

Op 13 en 14 juni 1970 vond de tweede editie van de 24 uur van Oss plaats. De Italiaanse Laverda-fabriek was aanwezig en won overtuigend de marathonwedstrijd. Ondanks dat dit evenement veel toeschouwers en publiciteit trok, waren er helaas vier dodelijke slachtoffers in zowel 1970 als 1971. Desondanks bleef de 24 uur van Oss op de kalender staan, totdat in 1975 de bekende NMB-rijder Hans Hutten verongelukte, waarna het evenement niet meer werd georganiseerd.

In de eerste vijf jaar van de jaren 70 waren NMB-crossers succesvol in wedstrijden voor het Europese IMBA-kampioenschap. In verschillende klassen behaalden rijders zoals Jaap Versluis, Arno Vonk, Martien van den Boer en Ad Verstegen Europese titels tussen 1971 en 1975.

De NMB was binnen IMBA de enige bond met een wegraceafdeling, waardoor hun wegracers helaas niet konden deelnemen aan internationale buitenlandse wedstrijden. Hierdoor maakten diverse wegrenners, waaronder kampioenen als Boet van Dulmen, Jack Middelburg, Mar Schouten en Kees van der Kruijs, de overstap naar de KNMV.

De beginjaren van de jaren 70 waren succesvol voor de NMB, met drukke wedstrijdkalenders en een groeiend aantal leden. In 1973 had de NMB zelfs bijna evenveel leden (10.143) als de KNMV (13.500).

Hoe Leeuwarden in 1947 de motorsport terugbracht naar Nederland

Onverwachte samenwerking tussen rivaliserende bonden

In 1976 kwam er onverwacht een samenwerking tot stand tussen de twee rivaliserende bonden, KNMV en NMB. Na een proefjaar met uitwisselingswedstrijden besloten ze om voortaan gezamenlijk een Nederlands kampioenschap te organiseren. De verhouding was vastgesteld op twee derde KNMV en één derde NMB, wat betekende dat NMB-clubs minder kampioenswedstrijden mochten organiseren. Hoewel sommige clubs hier niet blij mee waren, bood de samenwerking ook voordelen. Ze konden nu namelijk toprenners van de KNMV aantrekken voor hun wedstrijden en zelfs deelnemen aan grote KNMV-wedstrijden en internationale races.

Niet altijd verliep de samenwerking vlekkeloos en waren er problemen die opgelost moesten worden. Ondanks dat de KNMV over het algemeen sterker was, behaalden NMB-crossers en wegrenners toch mooie resultaten en eindigden hoog in het kampioenschap. Bij de wegracers behaalden renners zoals Harrie van der Kruijs, Marco Bonke, Rinus van Kasteren, Jos Dieteren, Anton Straver, Rob Beute en zijspanequipes Fred Draaisma/Willem van Dis en Jo van de Ven/Peter van Deursen topklasseringen. In 1979 wisten Hans Spaan (50cc) en Martin van Soest (125cc) zelfs kampioenschapstitels te winnen voor de NMB. Ook presteerden NMB-crossers goed, maar behaalden ze niet hoger dan een vierde en vijfde plaats, met onder andere Leo Brans, Jan Lemmens, Peter Klomp, Ad Verstegen en het zijspan-team van Jan Bakens/Ad van Esch.

Wijlre, 2-8. V.l.n.r. De heer Van Zanten, omroeper Jan de Rooij, Piet vande Wal winnaar 350cc, Piet Nugteren en Michel van Bokhoven.

Het einde van de NMB-wegraces

In het begin van 1980 werd aangekondigd dat er een nieuwe samenwerkingsovereenkomst van drie jaar was getekend tussen de KNMV en de NMB. Helaas werd het wegraceseizoen van dat jaar gekenmerkt door tragedie, met fatale ongevallen tijdens races in Wijnandsrade, Venhuizen en Ammerzoden. Zowel drie coureurs als drie toeschouwers verloren hierbij hun leven. Later in het seizoen vond er nog een ongeluk plaats in Sint Joris ten Distel, waarbij het NMB-zijspanduo Jos Stet en Andre Schilder betrokken was. Het bleek dat zij niet gemachtigd waren om daar te racen, wat resulteerde in een controverse die bekend kwam te staan als de ‘Telegramaffaire’. Deze kwestie leidde tot een conflict tussen het hoofdbestuur en de wegracerennerscommissie, met als gevolg het aftreden van voorzitter Michel van Bokhoven.

De financiële en organisatorische problemen die ontstonden door deze tragedie en de noodzaak om nieuwe veiligheidsmaatregelen te implementeren, brachten de NMB in moeilijkheden. De afdeling motorcross had echter geen last van deze problemen en draaide normaal door met succesvolle jeugdcompetities in 1980 en 1981. Vanwege de boycot van de KNMV vond er in 1980 geen gezamenlijk wegracekampioenschap plaats. In 1981 was dit wel het geval, maar tegen die tijd waren veel wegrenners al overgestapt naar de KNMV.

Het wegraceseizoen van 1981 was teleurstellend met slechts vijf races van de NMB en drie gastraces op het circuit van Nijvel, georganiseerd door de KNMV. Aan het begin van 1982 werd de afdeling wegrace geadviseerd om zich bij de KNMV aan te sluiten tijdens een algemene ledenvergadering. De NMB kon namelijk niet langer de kosten dragen voor strengere veiligheidsmaatregelen. Dit betekende het einde van de NMB-wegraces.

De motorcrossafdeling van de NMB ging nog een jaar verder onder leiding van teruggekeerde voorzitter Michel van Bokhoven, maar in 1982 werd duidelijk dat het einde van de zelfstandige bond in zicht was. Op 1 januari 1983 fuseerde de NMB met de KNMV en kwam er een einde aan een trotse organisatie: De Nederlandse Motorsport Bond. De NMB had veel betekend voor de motorsport in Nederland, met talloze toeschouwers die genoten hadden van wedstrijden en duizenden coureurs die hun geliefde sport op toegankelijke wijze konden beoefenen. Hoewel de NMB nu geschiedenis is, zal ze zeker niet worden vergeten!

Herbeleef de glorie dagen van de NMB

Dit jaar markeert de 75ste verjaardag van de oprichting van de ZNMB in Helmond, en dat willen de ‘Vrienden van de NMB’ (motorcross) en ‘NMB-wegraces’ niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Op zondag 28 januari zal er een grote motorshow plaatsvinden in Truckland Acht, Het Schakelplein 26, Eindhoven, waar NMB-motorcrossmotoren worden tentoongesteld en er een reünie is voor NMB-motorcrossers. Voor meer informatie kun je contact opnemen via motorpost2016@gmail.com.

Op zondag 28 april organiseert Mari van Kasteren namens NMB-wegraces een indrukwekkende tentoonstelling over NMB-wegraces in gemeenschapshuis De Beckart, Oude Lieshoutseweg 7 in Nijnsel. Voor meer informatie kun je contact opnemen via nmbwegraces@gmail.com.

Tekst: Mari van Kasteren
Foto’s: NMB-bondsfotografen, archief Gerrit Does en Mari van Kasteren

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen