Het succesvolle Kawasaki-fabrieksteam in de WorldSBK transformeerde afgelopen winter naar Bimota. Waarom is deze keuze gemaakt? Wat is het potentieel van de Bimota KB998 Rimini? En welke rol speelt Kawasaki nog binnen het project? Motor.NL ging op zoek naar antwoorden en vond ze bij de Nederlander Marcel Duinker – crew chief van Axel Bassani bij Bimota – by Kawasaki Racing Team – die deze als geen ander wist te geven.
Marcel, waarom is Kawasaki overgestapt naar Bimota in de WorldSBK?
‘Kawasaki is grootaandeelhouder van Bimota. Het merk heeft een rijke historie en Kawasaki wil daar weer nieuw leven inblazen. Ze willen met Bimota de concurrentie aangaan met andere exclusieve merken. Het is aan ons om zo goed mogelijk te presteren en Bimota weer op de kaart te zetten. Wat betreft teamstructuur, teamleden en ook de coureurs zijn we hetzelfde gebleven. Het Kawasaki Racing Team is simpel gezegd overgegaan naar Bimota – by Kawasaki Racing Team. Toch was het een flinke omschakeling, zeker na meer dan twintig jaar in het groen-zwart te hebben gelopen.’
WorldSBK Assen 2025: geen grip voor Van der Mark en BMW
Wat was je eerste reactie toen je over het Bimota-project hoorde?
‘In eerste instantie voelde het bijna ongeloofwaardig toen ik hoorde dat we over anderhalf jaar met een ander merk zouden gaan rijden. Maar de realiteit volgde heel snel. We hebben heel lang met de Kawasaki ZX-10 geracet en veel succes gehad. Dat begon met Tom Sykes en is lange tijd met hem doorgegaan. Daarna heeft Jonathan Rea daar nog een flinke schep bovenop gedaan. De laatste jaren hebben veel andere fabrikanten de lat in het WorldSBK hoger gelegd. Wij hebben een paar moeilijke jaren gehad. De filosofie met Bimota is nu fundamenteel anders. Bimota heeft met de KB998 Rimini echt een racemotor gebouwd, waarvoor een straatversie gehomologeerd is.’
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de Bimota en Kawasaki?
‘Het motorblok is, op enkele details na, hetzelfde als vorig jaar. Het chassis – het rijwielgedeelte en de aerodynamica – is echt van Italiaanse bodem. Wat dat betreft zijn we qua chassis een totaal andere weg ingeslagen en dat heeft zeker voor de nodige verrassingen gezorgd.’
Kan je daar wat meer over vertellen?
‘Als je jarenlang met dezelfde motor werkt, weet je op een gegeven moment blindelings wat je moet doen zodra je tegen bepaalde limieten aanloopt. Als je naar het Bimota-chassis kijkt, valt je meteen een aantal dingen op. Het is een chassis van staal gecombineerd met aluminium en het geheel zit met bouten aan elkaar vast. Van dat concept schrok ik in eerste instantie wel. Ik heb ook alle MotoGP-jaren bij Kawasaki meegemaakt en in dat paddock veel verschillende chassisconcepten voorbij zien komen. In het begin was ik dus wel wat sceptisch. Maar vanaf de eerste roll-out voelde het chassis al net zo goed – misschien zelfs beter – dan dat van de Kawasaki. Dat heeft mij echt verrast. We zijn nog volop aan het ontdekken waar de limiet ligt en waar we kunnen verbeteren, maar de potentie is er absoluut.’
Waarom was er een verandering qua chassis nodig?
‘Het karakter van het chassis moet kunnen meebewegen met de evolutie van de banden. Daar draait het momenteel om in de WorldSBK en dat is in andere motorsportdisciplines niet anders. Wanneer je rijdt met een motor die in de basis al wat ouder is, loop je onvermijdelijk tegen bepaalde drempels aan. Bij Kawasaki wisten we precies waar we tekortkwamen en met het Bimota-chassis hebben we daar volledig op kunnen inspelen. Ik kan niet te veel in detail treden, maar we kunnen nu veel beter inspelen op de ontwikkeling van de banden. Dat is één van de grote troeven die we nu in handen hebben.’
Is de Bimota al beter dan de Kawasaki van eind 2024?
‘Laat ik het zo zeggen: er zit enorm veel potentie in. De winnende merken van dit moment – Ducati en BMW – hebben de afgelopen jaren echt een grote stap gezet. Het rijwielgedeelte van onze motor is zeker net zo goed. Qua motorvermogen komen we wat tekort en dat uit zich met name in de hogere versnellingen. Kawasaki is continu bezig om dat verder te ontwikkelen en we verwachten dit jaar daarin nog een echte stap te zetten. Als dat lukt, zijn we zonder enige twijfel écht competitief.’

Heeft het Bimota-project het potentieel om de succesjaren van Kawasaki te evenaren?
‘Dat is zeker het doel. We zijn niet gekomen om tussen de vijfde en tiende plek te rijden – we willen winnen. Maar de competitie is zwaar. Er zijn merken die er alles aan doen om te winnen en die ook ontwikkelingen vanuit de MotoGP kunnen meenemen. Bovendien heeft Ducati veel motoren op de grid staan, terwijl wij met Bimota alles met slechts twee motoren moeten ontwikkelen. Ducati en BMW zetten alles op alles, en wij moeten zien aan te haken.’
Merk je ook al Italiaanse invloeden vanuit Bimota?
‘Zeker. Er is een groot verschil in cultuur tussen Italianen en Japanners. Kawasaki heeft ons ruim tien jaar lang verrast door ons exact te geven wat we nodig hadden. Daardoor konden we ook al die overwinningen en wereldtitels behalen. De motivatie vanuit Bimota is enorm. Het is een kleine fabrikant, maar ze ondersteunen ons op alle vlakken en we kunnen snel schakelen. Wat ik ook echt bijzonder vind, is dat de straatversie van de Bimota KB998 Rimini exact hetzelfde is als de motor waarmee wij racen. Dat is echt uniek; de motor is één-op-één gehomologeerd. Tot nu toe heb ik alleen maar lof voor Bimota.’
Interview Jaimie van Sikkelerus: ‘Ik accepteer niet dat mijn hoofd wel wil en mijn lichaam niet’
Door de stap naar Bimota is jouw werk wel uitdagender geworden.
‘Zeker. We hebben heel lang met dezelfde motor gereden. Ik zeg niet dat het dan saai wordt, want racen is nooit saai. Er gebeuren altijd dingen die je niet verwacht en die je planning compleet overhoop kunnen gooien. Het blijft dus altijd interessant, maar de overstap naar Bimota heeft ons allemaal een soort reset gegeven. Iedereen is enthousiast en de sfeer is geweldig. Axel (Bassani) had vorig jaar moeite met de Kawasaki, maar voelt zich vanaf dag één goed op de Bimota. Dat geeft ook weer een nieuwe motivatie-impuls. De verandering heeft echt wel wat teweeggebracht.’
Hoe leg je op een verjaardag uit wat een crew chief doet?
‘We hebben twee coureurs binnen het team, en tegenwoordig werken er zo’n 45 mensen op het circuit. Die groep wordt ieder jaar groter. Tien mensen werken direct voor één coureur in de pitbox. Als crew chief ben ik eindverantwoordelijk. Iedereen heeft zijn eigen specialisme – denk aan elektronica, banden of vering. Ik geef zoveel mogelijk uit handen, want het is onmogelijk om in een druk weekend alles zelf te controleren. Voor iedere sessie – of beter gezegd: iedere ronde in een sessie – hebben we een doelstelling. Hoofdzakelijk bepaal ik de strategie voor het weekend. Als het goed gaat, krijg ik een schouderklopje. Gaat het mis, dan ben ik de boosdoener. Het is een grote verantwoordelijkheid, maar daar ben ik na al die jaren inmiddels wel aan gewend.’
Axel Bassani is nogal vanuit de schaduw naar de subtop van World Superbike gegroeid. Wat is hij voor coureur en persoonlijkheid?
‘Het is een hele slimme jongen. Hij is 25 jaar, maar heeft in zijn carrière al heel wat ups en downs meegemaakt. Daardoor is hij op jonge leeftijd al behoorlijk ervaren. Het is ook één van de leukste jongens waar ik ooit mee heb gewerkt. Hij komt uit een hele basic familie, die echt alles op alles heeft gezet om hem naar de top te brengen. Er zijn genoeg voorbeelden waarbij dat niet is gelukt, maar bij hem dus wel. Axel had het talent én het doorzettingsvermogen naar de wereldtop te groeien. Het is een toffe gast, die met beide benen op de grond staat. Hij heeft zijn emoties goed onder controle. Er zijn nog steeds momenten waarop ik echt onder de indruk ben van zijn professionaliteit.’

Waar ligt zijn plafond en wanneer zijn jullie aan het eind van het seizoen tevreden?
‘Hij heeft ontzettend veel talent, dat is duidelijk. Tijdens zijn Ducati-periode in de World Superbike is hij enorm gegroeid en heeft hij geweldige dingen laten zien. We analyseren alle data tot in detail en daarin zien we dat hij in de sectoren waar het op rijderstechniek aankomt met de absolute top meekan. De stap van Ducati naar Kawasaki was eigenlijk een overgang tussen de twee uitersten in de paddock. Het Bimota-chassis past veel beter bij hem. We zitten met het hele pakket nog in het leertraject, maar ik weet zeker dat hij als coureur met de besten meekan. Wanneer ik tevreden ben dit jaar? Daar kan en wil ik nog geen uitspraken over doen. Wat ik wél weet, is dat we het beste van Bimota én van Bassani nog niet hebben gezien.’
Twee decennia in groen-wit |
Op Texel – waar Marcel Duinker geboren is – neemt hij de passie voor techniek over van zijn vader en zijn vijf jaar oudere broer Alex. Door als kind altijd met hen mee te kijken, weet hij al vroeg waar zijn toekomst ligt. In 1996 gaat er een jongensdroom in vervulling: Marcel is nog scholier wanneer hij als monteur aan de slag mag bij Arie Molenaar Racing in de Grand Prix. Daar maakt hij deel uit van het team dat met Haruchika Aoki het 125cc-wereldkampioenschap wint. Na het afronden van de HTS komt Marcel in 2001 terecht bij Ten Kate en vervolgens bij Van Zon. In 2005 begint zijn carrière bij Kawasaki. Eerst in het MotoGP-testteam en later in het officiële Kawasaki MotoGP-team, waar hij verantwoordelijk is voor de afstelling van de vering en het chassis. Wanneer Kawasaki stopt in de MotoGP, maakt Marcel de overstap naar de World Superbike. Daar groeit Kawasaki uit tot een toonaangevend team. In 2013 pakt Marcel als crew chief van Tom Sykes de wereldtitel. Na jarenlang met Sykes te hebben gewerkt, één seizoen met Leon Haslam en vier jaar met Alex Lowes, is Marcel sinds 2024 de crew chief van Axel Bassani. |

Op jacht naar nieuwe successen |
Bimota heeft een bijzondere statistiek op zijn naam staan: de Italiaanse fabrikant won in 1988 namelijk de allereerste race van het wereldkampioenschap Superbike. Davide Tardozzi – tegenwoordig bekend als de enthousiaste teammanager van het Ducati-fabrieksteam in de MotoGP – won die race voor Bimota op Donington Park. In totaal won Bimota dat jaar zeven races, met Tardozzi en Stéphane Mertens als rijders. Zij eindigden respectievelijk als derde en vierde in het wereldkampioenschap. Een jaar later boekte Giancarlo Falappa twee overwinningen als Bimota-coureur, maar daarna zakte het Italiaanse merk terug. In 2000 wist Bimota nog eenmaal te zegevieren: Anthony Gobert pakte toen de winst op een natte baan op Phillip Island. In 2014 kwam er voor het laatst een Bimota – de BB3 – in actie in de World Superbike. Vijf jaar later werd Kawasaki grootaandeelhouder van Bimota, wat in 2025 leidde tot een terugkeer van het merk in de World Superbike. Maar ook in de Grand Prix-racerij heeft de fabrikant, die in 1973 het levenslicht zag, succes geboekt. Met een Bimota-frame in combinatie met een Yamaha-motorblok werd de Zuid-Afrikaan Jon Ekerold in 1980 wereldkampioen in de 350cc-klasse. |
Foto’s: Damon Teerink
