dinsdag 29 april 2025
Home Blog Pagina 14

Historie Harley-Davidson ééncilinders #1: van Silent Grey Fellow tot Peashooter

0

Door de jaren heen heeft Harley-Davidson verschillende motorblokken gebouwd. Naast de bekende V-twins bouwde H-D o.a. ook eencilinders. De historie van Harley-Davidson begon zelfs met dit motorconcept. In tegenstelling tot de meeste van haar concurrenten uit die tijd bracht H-D meteen een volwassen motorfiets en zeker geen fiets met een motorblokje er in gemonteerd. In twee delen brengen we de 120 jaar lange ééncilinder-historie van Harley-Davidson voor het voetlicht. In dit eerste deel de periode tot de Tweede Wereld Oorlog.

Toen Harley-Davidson in 1903 opgericht werd, stond de motorwereld nog in zijn kinderschoenen. Pas vier jaar daarvoor werden de eerste Amerikaanse motorfietsen in productie genomen door het merk Orient, dat gebruik maakte van Europese ééncilinder motorblokken. De meeste van deze blokken waren nogal groot, lomp en vooral zwaar, omdat ze in eerste instantie ontwikkeld waren voor fietsachtige- drie- en vierwielers. Die zware, grote blokken waren verre van ideaal, omdat ze ook nog eens in (al dan niet verzwaarde…) fietsframes gemonteerd werden die nauwelijks sterk genoeg waren om alle krachten te verwerken. Toen merken als Curtiss, Thomas, Merkel en Indian rond 1901 motoren gingen bouwen, deden ze het anders. Hun blokken waren gebaseerd op het lichtere en kleinere Europese DeDion ontwerp, met een cilinderinhoud van rond de 250 cc. Door het lichtere gewicht en wat lagere motorvermogen van zo’n 1,75 (Indian) – 2,25 (Merkel) pk kon het frame de krachten beter aan en waren ze dankzij hun rijklare gewicht van zo’n 55 à 60 kg relatief snel. Mits de weg het toeliet waren snelheden van 50 tot 60 km/u haalbaar. Toch waren er nog veel fabrikanten die zware blokken gebruikten, zoals Mitchel met hun 38,48 ci (630 cc) eencilinder die destijds als een beest van een machine gezien werd en een top kon halen van bijna 100 km/u.

DE EERSTE HARLEY-DAVIDSON

In 1901 bouwden William ‘Bill’ Harley en Arthur Davidson hun eerste motorfiets met een motorblok dat in een fietsframe gemonteerd werd. Maar het motorblok functioneerde onvoldoende, hellingen konden er niet mee overwonnen worden en het rijwielgedeelte was veel te zwak. Een tweede, geheel nieuwe versie, die in 1902 en 1903 ontwikkeld werd met hulp van hun vriend Ole Evinrude, was beter en opvallend modern voor die tijd. Het motorblok was geen licht eencilindertje, zoals Indian gebruikte, maar een volwassen 24,74 ci (404 cc) eencilinder die licht voorover hellend in het frame gemonteerd zat. Zoals gebruikelijk in die tijd, was de inlaatklep een atmosferisch bediende kopklep en de veel heter wordende uitlaatklep een zijklep. Een versnellingsbak was er niet en het achterwiel werd aangedreven door een leren riem. Het motorblok zat voor die tijd echt goed doordacht in elkaar en bleek bijzonder betrouwbaar. Het slechts 22 kg zware blok werd niet in een versterkt fietsframe gemonteerd, maar in een volledig nieuw type frame dat net zo doordacht ontworpen was als het motorblok. Juist die combinatie maakte dit eerste prototype zo uniek. Bill en Arthur gebruikten een enkelvoudig wiegframe dat zich als een lus rond de onderkant van het motorcarter krulde. Dit zogenaamde ‘loop-frame’ vormde de basis van alle latere wiegframes en kenmerkt zich naast zijn stijfheid ook door de lage positie van het in het frame gemonteerde motorblok. Deze combinatie zorgde voor een uitzonderlijk goede wegligging. De zwart gespoten motorfiets van de twee vrienden voldeed prima, hij woog rijklaar nog geen 63 kg en sprintte vlot naar een topsnelheid van 80 km/u. Vergeleken met zijn concurrenten was het motorblok wat groter qua cilinderinhoud, maar het nieuwe frame kon de krachten prima aan. Daarnaast was de betrouwbaarheid stukken beter dan die van de meeste andere productiemotoren uit die tijd. Het was een volwassen motorfiets en velen zien deze eerste Harley als één van de eerste motorfietsen die in samenhang met al haar onderdelen ontworpen werd. Motorblok en frame waren goed op elkaar afgestemd en geen som van allerhande losse delen. Overal in Milwaukee en ver daarbuiten trokken ze veel bekijks met hun motorfiets en hun werkplaatsje stroomde na werktijd regelmatig vol met mensen die hem wilden zien, horen en… Rijden!

DE EERSTE HARLEY-DEALER

Tot op dat moment was het eigenlijk niet meer dan een hobbyproject geweest van de twee vrienden. Dat veranderde toen hun vroegere schoolkameraad Henry Meyer de motorfiets graag wilde kopen om voor woon/werkverkeer te gebruiken. Hij bood er goed geld voor en dat zette Bill en Arthur aan het denken. ‘Wat als ze hem in serie gingen produceren?’ De motormarkt groeide immers als een raket, want een auto was voor de meeste mensen nog volledig onbereikbaar. Dit leidde tot de oprichting van de Harley-Davidson Motor Company in 1903 en vervolgens de opstart van een serieproductie. In 1904 werden er 1 of 2 gebouwd maar in 1905 waren dat er al 5. De Harley-fabriek zelf ziet daarom 1905 als haar eerste productiejaar. Dat jaar verschenen ook de eerste advertenties in de kranten, kwam de eerste werknemer in dienst (Perry E. Mack) en werd Carl Herman Lang uit Chicago de eerste Harley-dealer, die er direct drie bestelde. Het 1905 model verschilde wat van het prototype uit 1903. De cilinderinhoud was inmiddels ook toegenomen tot 28,84 ci (440 cc) en het carter werd hiervoor iets versterkt. De nieuwe zwart gekleurde Harley stond te koop voor 200 dollar. Vandaag de dag een schijntje, maar een fabrieksarbeider verdiende destijds net geen 50 dollarcent per uur.

Historie: Moto Guzzi 500cc-V8 70 jaar

THE SILENT GREY FELLOW

In 1906 steeg de productie al naar 50 stuks. Opnieuw kende het model wat wijzigingen. Zo kreeg het voorvering in de vorm van een korte Sager ‘Cushion Ride’ schommelarm-voorvork. Voor het eerst was hij ook in een andere kleur leverbaar, ‘Renault grijs’ en kon de uitlaat afgesloten worden met een klepje voor de uitblaasopening. Dat maakte hem tot de stilste motor op de markt en dat was verkoop technisch een meesterzet, want veel paarden in het verkeer werden onrustig of sloegen op hol als een motorfiets langs knetterde. Harley noemde het model in haar advertenties trots ‘The Silent Grey Fellow’, naar zijn stille motorloop en zijn mooie grijze kleur. De naam was een blijvertje en staat tot op de dag van vandaag synoniem voor alle vroege Harley eencilinders, die afstammen van het eerste prototype uit 1903. The Silent Grey Fellow werd zo goed ontvangen dat de jaarproductie in 1907 al steeg naar 150 stuks. Er werden in die periode steeds meer dealers aangesteld en de productie steeg navenant. De Silent Grey Fellow werd steeds verder doorontwikkeld. Het model profiteerde ook van de nieuwe technieken die op Harley’s V-twins toegepast werden. Na een eerste poging in 1909 was de serieproductie daarvan in 1911 definitief opgestart. Langzaam maar zeker namen de V-twins het stokje over van de Silent Grey Fellow eencilinders. De Silent Grey Fellow werd doorontwikkeld naar een volwassen motorfiets van 35 ci (574 cc) met koppeling, versnellingsbak, kettingaandrijving en een motorblok dat legendarisch geworden was door zijn betrouwbaarheid. In 1918, zijn laatste productie jaar, werden er nog 270 van gebouwd. Niet veel naast ruim 26.000 V-twins. De eencilinder werd in eerste instantie opgevolgd door de Sport Twin boxer, die bij lange na niet het succes van The Silent Grey Fellow kon evenaren. Om die reden introduceerde Harley eind 1920 een nieuwe ééncilinder, de 600 cc ‘Model CD’. Het was eigenlijk een V-twin, maar dan zonder achterste cilinder. Het rijwielgedeelte was ook gelijk aan dat van de V-twin. Eind 1922 verdween dit model weer. Tot op dat moment waren er slechts 39 gebouwd. De verkopen vielen zwaar tegen, omdat hij nauwelijks goedkoper was dan zijn 1200 cc V-twin broer.

TT VAN ASSEN

Ook in de racerij waren de Harley singles actief. Ze werden door particulieren, maar ook door de fabriek zelf gebruikt in het tijdperk dat de eerste H-D V-twins hun intrede deden. In 1910 was er voor het eerst een Harley-racer leverbaar af fabriek. Het was de 491 cc Model 6E ‘Factory Stock Racer, 30 ci F head single’. Rond 1915 creëerde H-D’s ingenieur Bill Ottaway een nieuwe 500 cc/30.5 ci single racer door de voorste cilinderpartij van een V-twin racer te demonteren en de krukas hier op aan te passen en te balanceren. Deze zogenaamde ‘blanked off’ H-D Singles waren ruim 10 jaar lang erg succesvol in de racerij. Of de voorste, of de achterste cilinderpartij werd gedemonteerd. In 1915 waren deze Singles voor het eerst leverbaar als ‘Speciality’ models. Het waren de Model 11K4 ‘Track Racer’ en de Model 11K5 ‘Roadster Racer’. Beiden waren F-heads met magneetontsteking. In Nederland was H-D’s blanked off racer ook te zien. Tijdens de eerste TT van Assen in 1925 kwam Bertus van Hamersveld in actie met een blanked off 500 cc Harley-Davidson fabrieksracer. Bertus lag lange tijd op kop tot in de laatste ronde een klepveer brak en Piet van Wijngaarden op Norton de overwinning pakte.

MODEL S ‘PEASHOOTER’

Vanwege de zorgen over de steeds hogere snelheden van de zware V-twin racers en de daarmee gepaard gaande gevaren, organiseerde Amerikaanse AMA motorbond in 1926 een nieuw Amerikaans racekampioenschap voor motoren tot 350 cc. Harley reageerde hier in 1926 op met de 350 cc Model S ‘Peashooter’ ééncilinder kopklep productieracers. Het was een ‘high performance’ machine, die gebaseerd was op de Model AA en BA ééncilinder kopklep straatmachines. Het grote verschil was dat de Peashooter door de ontwikkelingsafdeling van H-D flink opgevoerd was. Hij kon een vermogen leveren van 30 pk en liep standaard op alcohol. De fabrieksmachines reden over de 150 km/u. Dat zijn werkelijk uitstekende waarden voor een 350, zelfs in deze tijd. Als het motorblok liep dan gaf het korte, heftige klappen. Een beetje het geluid van een proppenschieter, oftewel een ‘peashooter’ in het Amerikaans-Engels. Eddie Brinck en Joe Petrali waren bijzonder succesvol met deze machine, die een grote rol speelde in de vroeg Amerikaanse dirttrack historie. Het was tevens de eerste H-D met een bolvormige hemisferische verbrandingskamer.

In de jaren ’30 werd speedway erg populair in Amerika en ook H-D ontwikkelde een speedway racer. In 1934 was hij klaar in de vorm van de Model CAC 500 cc ééncilinder 2-klepper. Tussen 1934 en 1935 werden er slechts negen van gebouwd. Ze reden op alcohol en het motorblok leek verdacht veel op de bestaande Engelse JAP blokken, die bijna onverslaanbaar waren in de speedway. Helaas was de CAC geen succes, waarna Harley’s speedway project in 1935 tot een snel einde kwam.

Tot zover deel 1 van de Harley-Davidson eencilinder historie. In deel 2 laten we de naoorlogse eencilinder modellen de revue passeren.

MOEILIJKE TIJDEN
In 1924 besloot H-D een nieuwe ééncilinder te ontwikkelen. In 1925 was de 350 cc ‘Model A’ klaar en ging die eenpitter in productie als een nieuw model voor 1926. Hij koste de helft van de Sport Twin en werd met name in overzeese gebieden heel populair. Tussen 1926 en 1930 was hij leverbaar als zijklepper (Model A met magneetontsteking en Model B met bobine) en als kopklepper (Modellen AA en BA), die 50 % meer vermogen leverden. De cilinderinhoud was 350 cc, maar er was ook een 500 cc uitvoering (Model C) leverbaar. Tussen 1931 en 1934 waren deze modellen alleen nog als zijklepper leverbaar. Toen viel het doek, want de vraag was in een paar jaar tijd met maar liefst 90% afgenomen. In Amerika door de economische crisis na de Beurskrach, in Europa en het Britse gemenebest door nieuwe, torenhoge importbelastingen voor Amerikaanse motoren. Het zouden moeilijke tijden voor Harley worden, met name omdat juist de singles de fabriek altijd goed draaiende hielden. In totaal zijn er 27.000 (350 cc en 500 cc) ééncilinders geproduceerd tussen 1926 en 1934.

Tekst: Ivar de Gier en Gerard van den Akker
Afbeeldingen: Harley-Davidson, Archives A. Herl

Internazionale brengt ode aan Valentino Rossi met uniek voetbalshirt

0
Valentino Rossi Inter Milan

FC Internazionale Milano, de voetbalclub van Nederlanders Denzel Dumfries en Stefan de Vrij, en Nike hebben een unieke samenwerking aangekondigd ter gelegenheid van de 46e verjaardag van legendarisch motorrijder Valentino Rossi. De nieuwe Away Special Edition jersey is een eerbetoon aan zowel Rossi’s passie voor de Inter als zijn indrukwekkende carrière.

De klassieke jersey van het seizoen 2024/25 is voorzien van iconische elementen uit Rossi’s leven, waaronder het bekende “Sole e Luna” ontwerp. Dit symboliseert de verbinding tussen de werelden van voetbal en motorracen. Bijzondere details zijn onder andere het nummer 46 onder het Nike-swoosh en een label dat vermeldt: “Engineered to the exact specifications of Valentino Rossi”.

Valentino Rossi zelf zei: “Het is een droom die uitkomt, die mijn liefde voor motoren en mijn favoriete team verbindt.” De jersey zal gedragen worden tijdens de wedstrijd tegen Cagliari op 12 april 2025 en is voor de echte fans vanaf nu hier verkrijgbaar.

Long Way Home: McGregor en Boorman verkennen Europa op klassieke motoren

0

De populaire ‘Long Way’-serie van Ewan McGregor en Charley Boorman heeft een nieuw hoofdstuk gekregen met de release van ‘Long Way Home’ vanaf 9 mei 2024 exclusief op Apple TV+. Anders dan bij hun eerdere avonturen, die zich richtten op wereldreizen met moderne BMW GS-motorfietsen of elektrische Harley-Davidson LiveWires, keren de avonturiers nu terug naar de basis met een meer intieme Europese reis op klassieke motorfietsen.

Een andere benadering van motoravontuur

In deze nieuwe serie reist McGregor op een gerestaureerde Moto Guzzi Eldorado uit 1974, terwijl Boorman kiest voor een BMW R75/5 van vergelijkbare leeftijd. Hun reis begint bij McGregor’s huis in Schotland en eindigt bij Boorman’s woning in Engeland, waarbij ze door maar liefst 17 landen rijden. De route voert hen door Scandinavië, voorbij de Poolcirkel, door de Baltische staten en door continentaal Europa.

Waar ‘Long Way Up’ draaide om de uitdagingen van elektrisch rijden en het vinden van oplaadpunten, keert ‘Long Way Home’ terug naar wat de originele serie zo geliefd maakte: kameraadschap, de reis zelf en de uitdagingen van het reizen op motorfietsen – nu met de extra dimensie van het rijden op klassieke motoren die bijna vijftig jaar oud zijn.

Praten met Charley Boorman over de Long Way Up

Terug naar de essentie van motoravontuur

Critici, die een preview van de serie voorgeschoteld kregen, suggereren dat ‘Long Way Home’ goed zal aanslaan bij fans van de originele serie. De terugkeer naar de wortels van avontuurlijk motorrijden en de focus op de vriendschap tussen McGregor en Boorman worden geprezen. Kijkers waarderen vooral de adembenemende landschappen en de charme van de vintage motorfietsen, evenals het tragere tempo en de uitdagingen van het onderhouden van oudere machines tijdens een lange reis.

Sommige critici merken op dat de serie niet dezelfde pioniersgeest heeft als ‘Long Way Round’ vanwege de meer vertrouwde Europese setting. Toch lijkt de serie juist door deze terugkeer naar eenvoud en de authentieke beleving van klassiek motorrijden veel motorliefhebbers aan te spreken.

‘Long Way Home’ bouwt voort op het culturele fundament dat McGregor en Boorman eerder legden met hun avontuurlijke motorreizen, maar voegt een nostalgisch element toe door het gebruik van klassieke motoren en de meer persoonlijke route door Europa.

Toertocht Bourgondië, Frankrijk: niet alleen voor de wijn

0
Toertocht Bourgondië, Frankrijk

Vrienden van het Savoir-vivre zijn dol op Bourgondië, en dat is niet alleen vanwege de heerlijke rode en witte wijnen. De regio heeft zoveel meer te bieden: kastelen in overvloed en prachtige motorwegen, of je nu door de heuvelachtige wijngaarden rijdt of rond Mont Saint Romain en Mont Beuvray. Vergeet ook het betoverende Beaune niet, ideaal voor de après-moto.

Bourgondië. De kenner begint al te zwijmelen bij de gedachte aan de edele druppels van de Pinot Noir en Chardonnay, verbouwd in de 1.247 wijngaarden tussen Dijon en Santenay. En hoewel de band Die Toten Hosen het misschien zo verwoordt: ‘Zonder alcohol zou het dagelijks leven zo grauw zijn’, geldt voor ons: nul promille op de motor. Terwijl Sabine op de Royal Enfield Super Meteor 650 al in de sfeer van het restaurant komt, schittert deze Indische cruiser in Celestial Red, bijna bordeauxrood.

Toertocht Ain, Frankrijk: heerlijke, rustige wegen tussen Genève en Lyon

Kom er maar in

Gisteren zijn we in Beaune, de wijnhoofdstad van Bourgondië, aangekomen en verblijven we in Domaine Baptiste Guyot, dat zowel een B&B als een wijnmakerij is. Vandaag rijden we op een zonnige oktoberochtend naar Château Savigny-lès-Beaune. Er zijn veel kastelen, maar geen zoals deze, met een verzameling zeldzame Abarth-raceauto’s, oldtimers en youngtimers, en zelfs een aantal afgedankte gevechtsvliegtuigen en helikopters in de kasteeltuin. Wauw! Een curiositeit of een cultureel vergrijp? Hoe dan ook, we toeren vrolijk verder. De D2 slingert zich levendig door het herfstkleurige loofwoud naar Bouilland en komt uit op de D18 en D25, die kronkelig de hoogte in gaan. Hier telt geen Newtonmeter, maar baumé – de maateenheid voor suikergehalte in druiven. Het is een genot voor het oog wanneer het bos zich opent en een zee van wijngaarden onthult in geel, oranje en groen, de kleurenpracht van de Hautes-Côtes de Nuits.

De belangrijkste wijnregio in Bourgondië is Château Clos de Vougeot, zetel van de Bacchus-broederschap en ontmoetingsplaats voor feestelijke diner dansants. We cirkelen om de door muurtjes afgeschermde wijngaarden en voegen ons bij de Route des Grands Crus. Deze ongeveer zestig kilometer lange route, de Champs-Élysées van Bourgondië, loopt van Puligny-Montrachet in het zuiden tot Chenôve in het noorden en verbindt gerenommeerde locaties en beroemde wijndorpjes. In Gevrey-Chambertin aan de D122 hebben we nog een late rendez-vous met de blauwe druiven van de Grand Cru-locatie Clos de Bèze. Het hoogseizoen van de wijnoogst is eind september, en dat is inmiddels voorbij – de wijngaarden die als een kleurrijk tapijt de zacht golvende heuvels bedekten zijn verdwenen. In plaats daarvan staan er aan de D31 rotsachtige torens, waarvan de haarspeldbochten naar Quemigny-Poisot niet alleen dappere wielrenners uitdagen. Aan de D35 knipoogt Château Montculot naar ons, verborgen achter het bladerdak. Bij Pont-de-Pany glinstert het flesgroene Canal de Bourgogne, dat uitnodigt om een slokje te drinken langs de oever. En zo varen we ontspannen door het Val d’Ouche, tot in Bussière-sur-Ouche de D33B afbuigt naar Château Commarin.

Heeft iemand daar toevallig ‘Kom er maar in’ gehoord? Niets zou me liever zijn! De motoren geparkeerd bij het smeedijzeren hek, en onder de Ducati-rode parasols van het kasteelcafé hebben we een tafeltje gevonden. Oslo, een Vietnamese straathond, kijkt verlangend naar de lekkernijen op tafel, terwijl Daisy, het hangbuikvarken, tevreden knort in het park van het barok-classicistische waterkasteel. Très jolie. En het wordt nog mooier als we aan de D970 Château Sainte Sabine ontdekken. Heilige Strohsack, wanneer is er ooit een kasteel naar een motorrijdster genoemd? Had ze een adellijke achtergrond? Reïncarneerde ze als rijdster van het Indiase ijzer? Terug in Beaune moeten we voor een bier in restaurant Maison Jules maar liefst 9,90 euro afrekenen. Ja, dat is waarschijnlijk de ‘strafbelasting’ wanneer je in Frankrijk geen vin rouge of blanc bestelt.

Kastelenallee

Typisch Frans is ook het ontbijt met brioche en zelfgemaakte jam in Domaine Baptiste Guyot, voordat de banden weer gaan knarsen en de motoren het grind van de binnenplaats van de wijnmakerij verlaten. Vandaag gaan we naar het zuiden van Bourgondië. Op weg naar Saint-Romain nemen we de D17, een kronkelige opkikker langs geparkeerde bestelwagens en tractoren, terwijl tussen de wijngaarden van de Côte de Beaune de hoofden van ijverige druivenplukkers zichtbaar zijn. En dan begint een ware kastelenexpeditie, waarbij we van het ene kasteel naar het andere trekken.

Het eerste is La Rochepot. Torentjes met kantelen en kleurrijke dakpannen sieren de hoog boven het gelijknamige, niet zo opgeknapte dorp verheven vesting uit de dertiende eeuw. Tijdens de Franse Revolutie zag het er heel anders uit; de vesting werd verwoest en diende als steengroeve. Tot de vrouw van de Franse president Carnot in 1893 de ruïne kocht en in 1895 de herbouw begon. Het eindresultaat: in 2018 werd de Oekraïner Dmytro Malinovsky, sinds 2015 eigenaar van La Rochepot, gezocht wegens fraude en witwassen. Hij werd samen met drie medeplichtigen gearresteerd en in 2021 werd het kasteel met inboedel en al in beslag genomen.

Sprookjesspoor door het Weserbergland

In plaats van ‘Ga direct naar de gevangenis, ga niet over Start’ dan toch liever de vrijheid op twee wielen. Zeker gezien de Bourgondische ‘kastelenallee’, die zes andere adellijke bouwwerken in petto heeft: Dracy-lès-Couches, Couches, Germolles, Sercy, Cormatin en Nobles, allemaal met ‘Château de’ ervoor en met een lange, eigen geschiedenis – waarvoor hier niet genoeg ruimte is. Daarom alleen korte impressies van de tussenstops; bij Épertully een door hagen omzoomd zijweggetje, bijna zoals in Wales; rond Col de Brancion en Mont Saint Romain, Col de la Pistole en Col de la Croix een denkbeeldig Bourgondisch circuit, waar hoogstens wat witte Charolais-runderen je kunsten in het bochtenwerk in de gaten houden. Het is stilte voor de storm.

Cluny, opgericht in 910 als benedictijnenabdij, groeide uit tot het ‘tweede Rome’ met de grootste kerk dat het christendom ooit rijk was. De abdij hield toezicht op bijna 1.500 kloosters en 20.000 monniken in heel Europa. Tot ook hier de Franse Revolutie nauwelijks een steen op de andere liet en lange tijd slechts paarden graasden tussen de overgebleven muren. En terwijl de wederopstanding van de DDR uit de ruïnes slechts veertig jaar duurde, heeft Cluny intussen de status van UNESCO-werelderfgoed bereikt. Van de vroegere pracht is, ondanks miljoeneninvesteringen in de herbouw, relatief weinig te zien, maar dankzij moderne 3D-technologie kon de kerk tenminste volledig digitaal worden gereconstrueerd, zodat je nu virtueel terug kunt wandelen naar en door de twaalfde eeuw. Omne suum tempus postulat, alles heeft zijn tijd nodig. Vooral zo’n bezichtiging! Should I Stay Or Should I Go? Het is geen gemakkelijke beslissing, die vraag werd al behandeld in de onsterfelijke klassieker van The Clash.

Vroeg of laat kom je weer terug in Beaune en daar staat meteen de volgende must-see op het programma: het Hospice Hôtel-Dieu, het ‘Paleis van de Armen’ met zijn opvallend kleurrijke dak. Het ziekenhuis uit 1443 was, toen hier de Honderdjarige Oorlog en de pest woedden, een weldoend fonds. Het is prachtig ingericht en was een van de meest geavanceerde instellingen van het land. Tot 1971 diende het als ziekenhuis; inmiddels huisvest het complex een bejaardentehuis en museum. Maar ach, ver na achten is er niets meer te zien van het kleurrijke dak. Een kleine troost voor de fotograaf: de lichtshow aan de basiliek Notre-Dame, waarop de façade als door een wonder kleurrijke, sacrale motieven laat verschijnen.

Twee prominente figuren

Wie kent niet de romantische komedie ‘Chocolat’ met Juliette Binoche en Johnny Depp? De filmset was een als chocoladezaak omgebouwd huis in Flavigny-sur-Ozerain. En daar rijden we nu naartoe. Het is overigens een echte locatie voor snoepliefhebbers door de anijsbonbonfabriek. Een heerlijke plek, met gelegenheid om alle verschillende dragées te proeven. Verpakt in ovale doosjes met nostalgische afbeeldingen van verliefde stellen, zijn ze het perfecte souvenir voor thuis; en duidelijk goedkoper dan parfum uit Grasse. Het huis uit ‘Chocolat’ staat trouwens al een tijdje leeg – een stille schreeuw om een echte chocoladewinkel in de pittoreske straatjes van het dorp. Een ondernemersidee?

Bezield door grote ideeën en idealen zijn zonder twijfel twee prominente figuren in het hedendaagse Frankrijk, die we, zodra de motoren weer zijn opgewarmd, in Alise-Sainte-Reine tegenkomen: Jeanne d’Arc en Vercingetorix. Het standbeeld van de maagd van Orleans, hoog te paard, staat beneden in het dorp, terwijl het monumentale, bronzen standbeeld van de Arvernervorst bovenop de Mont Auxois prijkt. Wie dieper in de geschiedenis wil duiken, kan het MuséoParc Alésia bezoeken. Wie het kort en leuk houdt, leest ‘Asterix en het schild van de Arverner’. En met heel veel tijd kun je ook nog een uitstapje wagen naar de Morvan, naar Mont Beuvray met het museum van Bibracte en de Keltische opgravingssite. Voor ons is er net genoeg tijd voor een omweg naar Semur-en-Auxois, waar je vanaf de Pont Joly het door dikke, ronde en slanke torens gekenmerkte stadje kunt bewonderen. En waar je in La Cantine de Zan kunt genieten van een geweldige appeltaart. Bon appétit!


Reisinfo

Voor vrienden van edele wijnen is Bourgondië een paradijs, goed beschermd door Bacchus, de beschermheilige van de wijnmakers (en langlopende studenten). En ook motorrijden betekent daar genot, de regio met zijn zacht golvende wijngaarden, charmante kastelen en andere culturele hoogtepunten biedt machtig veel plezier – ongeacht of ’s avonds geldt “In vino veritas” of liever alcoholvrije dranken in het glas zitten.

Heenreis Van bijvoorbeeld Rotterdam is het zo’n 700 kilometer naar Beaune, de wijnhoofdstad van Bourgondië. De route gaat via Antwerpen en Brussel naar Frankrijk, dan via Reims, Troyes en Dijon naar de bestemming.

Overnachten Domaine Baptiste Guyot, 48 Rue du Faubourg Saint-Martin, 21200 Beaune, is een kleine familieonderneming geleid door het jonge wijnmakerspaar Baptiste en Elise, die jaarlijks ongeveer 40000 flessen wijn produceren, zowel rood als wit. Buiten de zomervakantie en de wijnoogst in september worden ook twee kamers op B&B-basis verhuurd, zodat gasten ook een kijkje kunnen nemen in de kunst van het wijnmakerij. Motoren kunnen op de binnenplaats parkeren, tot het charmante centrum van Beaune is het vijf minuten lopen. Voor reserveringen per e-mail, contact@domaine-baptiste-guyot.fr; telefoon 0033/380224655, www.domaine-baptiste-guyot.fr.

Uitstapjes Het hoogtepunt in Château Savigny-lès-Beaune, naast al die verzamelde oude auto’s en motoren, zijn vooral de ongeveer 100 afgedankte gevechtsvliegtuigen in het kasteelpark, www.chateau-savigny.com. De grotten van Blanot leiden diep onder de grond, www.grottes-de-blanot.fr. Dankzij digitale reconstructie kan men nu virtueel rondwandelen door de kloosterwereld van de 12e eeuw in de abdij van Cluny, www.cluny-abbaye.fr. Het Hôtel-Dieu – Hospices de Beaune, ooit ziekenhuis en nu museum, geldt als een juweel van Bourgondië met zijn kleurrijke dak en kostbare interieur. Een heerlijke snoeplocatie is in Flavigny-sur-Ozerain de fabriek voor anijsdragées, www.anis-de-flavigny.de. Een Vercingetorix-standbeeld, opgravingen uit de Gallo-Romeinse tijd en een interactief museum zijn te vinden in het MuséoParc Alésia, www.alesia.com. Ook een tijdreis mogelijk in het Keltendorp Bibracte op de Mont Beuvray, www.bibracte.fr.

Adressen www.bourgondie-toerisme.com, www.france.fr/nl/bourgondie


Download de route Bourgondië, Frankrijk

Reisduur: 3-4 dagen
Afgelegde afstand: 700 kilometer

Tekst en foto’s: Klaus H. Daams

Ducati x Lamborghini = een waanzinnige Panigale V4

0
Ducati x Lamborghini

Na de Streetfighter V4 Lamborghini in 2023 en Diavel 1260 Lamborghini in 2021, is dit het derde hoofdstuk in de samenwerking tussen Ducati en Lamborghini. De Panigale V4 Lamborghini krijgt designinvloeden van de Lamborghini Revuelto, met heel wat extra’s. De technische basis voor de Panigale V4 Lamborghini is de nieuwe Panigale V4 S. Om de V4 Lamborghini te creëren, werkte Ducati’s Centro Stile samen met Lamborghini om de speciale kleurstelling en een reeks unieke details geïnspireerd op de Revuelto te ontwerpen, waardoor deze exclusieve motorfiets ontstond die beperkt is tot 630 genummerde exemplaren. De gesmede aluminium velgen zijn speciaal ontworpen voor deze motor en hebben dezelfde stijl als die van de Revuelto, terwijl het achterste deel en de vleugels zijn herzien volgens de lijnen van de Revuelto. De Panigale V4 Lamborghini is krachtiger dan het model waarvan hij is afgeleid. Dankzij de voor openbare weg goedgekeurde Akrapovič-uitlaatdemper en de speciale afstelling van het motorblok is het maximumvermogen verhoogd tot 218,5 pk.

De Panigale V4 Lamborghini krijgt een kleurstelling op basis van de zwarte kleur van carbon met zichtbare textuur, details in Verde Scandal, Grigio Telesto en Grigio Acheso, en een speciaal zadel, dat is geïnspireerd op het interieur van de Revuelto. Als extra bewijs van de aandacht voor elk detail in deze samenwerking tussen de twee merken, is het kuipwerk en de overige onderdelen zoals het hitteschild, hielbeschermer en voor- en achterspatborden volledig gemaakt van carbon, waarbij gebruik is gemaakt van dezelfde keperbinding als in de auto’s van Lamborghini. Op de symmetrielijn van de motorfiets, waar het weefsel elkaar kruist, is het typische visgraatmotief te zien. De carbon onderdelen, in combinatie met de Akrapovič titanium uitlaatdemper, zorgen voor een gewichtsvermindering van 2 kg ten opzichte van de Panigale V4 S. Elke Panigale V4 Lamborghini wordt geleverd met een certificaat van echtheid en een speciale motorhoes in een gepersonaliseerde doos die past bij de kleurstelling. Bovendien wordt elke Panigale V4 Lamborghini geleverd in een op maat gemaakte houten kist, compleet met paddockstand in dezelfde kleur. De leveringen van de Ducati Panigale V4 Lamborghini beginnen in september 2025 voor een onbekende prijs en das waarschijnlijk met een reden: ze zullen allemaal al uitverkocht zijn…

Test Ducati Panigale V4 S 2025: Klasse apart!

Speciale Clienti
Naast deze 630 exemplaren produceert Ducati ook een nog exclusievere serie, de Speciale Clienti, die alleen beschikbaar is voor 63 Lamborghini-klanten. Deze selecte groep kan het kleurenschema van hun Lamborghini overbrengen op hun Ducati, of anders kiezen uit kleurencombinaties die worden voorgesteld door het Ducati Centro Stile. Er is ook een limited edition helm, jas en leren motorpak, met hetzelfde kleurenschema als de 630 motoren. Kopers van de Speciale Clienti kunnen het pak krijgen in de kleuren van hun motorfiets.

Suzuki onthult exclusieve GSX-8R Kiiro Edition

0

In verschillende Europese landen heeft Suzuki een GSX-8R Kiiro limited edition gelanceerd. De Kiiro-edition GSX-8R heeft een felgele carrosserie met zwarte logo’s, grijze wielen en een grijze aluminium subframe, samen met een aantal extra’s uit de Suzuki-accessoirescatalogus.

Naast de gele carrosserie – waar de Kiiro-editie zijn naam aan ontleent – komen de beperkte GSX-8R’s met een solozadel, een smoked screen, Gilles-gefreesde aluminium rem- en koppelingshendels, een tankpad en een tweekleurige zitting met een GSX-logo.

Twijfeltest Suzuki GSX-S1000GT vs GSX-S1000GX: Luxeprobleem

De bekroonde GSX-8R heeft brede erkenning gekregen voor zijn krachtige, koppelrijke 776cc-motor, na de lancering vorig jaar. Deze is ondergebracht in een chassis met een stalen hoofdframe en een aparte aluminium subframe, met voor- en achtervering van Showa.

Een elektronica-pakket omvat standaard een bidirectionele quickshifter en selecteerbare vermogens- en traction control-modus, waarbij alle informatie wordt weergegeven via een kleur TFT-scherm.

Of de Suzuki GSX-8R Kiiro limited edition ook naar de Benelux komt, is nog niet bekend.

Scott Redding onthult keerpunt in relatie tussen Rossi en Márquez

0

De rivaliteit tussen Valentino Rossi en Marc Márquez behoort tot de meest intense confrontaties in de motorsportgeschiedenis. Wat begon als een relatie van wederzijds respect, ontwikkelde zich tot een verbitterde vete die de MotoGP-wereld in twee kampen verdeelde. Een cruciaal keerpunt in deze relatie werd onlangs belicht door oud-MotoGP-rijder Scott Redding, die wees naar een specifiek moment: Márquez’ bezoek aan Rossi’s beroemde Ranch in de winter van 2014-2015.

Volgens Redding verscheen Marquez bij de Ranch met een volledige HRC-truck en een team van zeven à acht mensen, inclusief computers en uitrusting. Deze demonstratieve entree werd door Rossi ervaren als een flagrante disrespect. Wat mogelijk bedoeld was als een vriendschappelijk bezoek, werd door Rossi geïnterpreteerd als een territoriale uitdaging, een poging om zijn trainingsdomein te infiltreren met een volledige fabriekspresentie.

Terug naar de Dutch TT-persconferentie die de MotoGP voor eeuwig veranderde

Chronologie van een escalerende vete

De eerste jaren van hun relatie waren gekenmerkt door wederzijdse bewondering. Bij zijn debuut in 2013 zag Márquez Rossi als een idool, terwijl de Italiaan het onmiskenbare talent van de jonge Spanjaard erkende. Márquez veroverde direct de titel in zijn debuutseizoen, een prestatie die respect afdwong in het gehele paddock.

In 2014 domineerde Márquez het kampioenschap terwijl Rossi een heropleving doormaakte. De competitie tussen hen intensiveerde, maar bleef sportief. Het was na dit seizoen dat het bewuste Ranch-bezoek plaatsvond, wat achteraf gezien het begin van het einde markeerde.

Het seizoen 2015 vormde het absolute hoogtepunt van hun rivaliteit:

  • In Argentinië kwam het tot een contact waarbij Márquez viel, wat de eerste tekenen van groeiende spanning vertoonde.
  • De race in Assen bracht een controversiële overwinning voor Rossi na een intens gevecht waarbij hij de GT-chicane al dan niet geforceerd afsneed in de laatste ronde. In de daaropvolgende persconferentie kwam het tot een letterlijke woordenwisseling.
  • Het dieptepunt kwam in aanloop naar Maleisië (Sepang), waar Rossi Márquez beschuldigde van het bevoordelen van Jorge Lorenzo een race eerder op Phillip Island. Tijdens de race vond een incident plaats waarbij Márquez viel na contact met Rossi, wat leidde tot een straf voor de Italiaan.
  • In Valencia vertrok Rossi door deze straf vanaf de laatste plaats. Ondanks een indrukwekkende inhaalrace kon hij niet voorkomen dat Lorenzo de titel veroverde, waarbij Márquez’ rijgedrag tijdens de race verdere beschuldigingen van samenzwering voedde.

De impact op de MotoGP-wereld

De vete tussen Rossi en Márquez heeft diepe sporen nagelaten in de MotoGP. De motorcommunity raakte gepolariseerd tussen aanhangers van beide rijders, met fans die hartstochtelijk partij kozen. Ook in het paddock ontstonden spanningen die de professionele verhoudingen beïnvloedden.

Diverse prominenten hebben zich over de situatie uitgelaten. Casey Stoner heeft Rossi bekritiseerd voor het aanjagen van de spanning en het manipuleren van de publieke opinie. Carlos Checa suggereerde dat Rossi Márquez had onderschat, niet beseffend hoe vastberaden de jonge Spanjaard was. Jorge Lorenzo, die indirect profiteerde van de situatie door de titel van 2015 te winnen, heeft altijd een neutrale positie proberen te bewaren.

Ook na al die jaren blijft deze rivaliteit een onderwerp van discussie onder motorsportfans. De vraag blijft wat er zou zijn gebeurd als deze vete nooit was ontstaan: zou Rossi zijn tiende wereldtitel hebben behaald? Zou Márquez Rossi als zijn rolmodel hebben blijven zien?

Wat begon op de Ranch als een ogenschijnlijk onschuldig bezoek, ontketende uiteindelijk een van de meest fascinerende hoofdstukken in de geschiedenis van de MotoGP – een verhaal van respect dat omsloeg in rivaliteit, met gevolgen die tot op de dag van vandaag voelbaar zijn in de motorsportwereld.

2025 BMW R 1300 R: De krachtigste boxer-roadster ooit

0
2025 BMW R 1300 R

De 2025 BMW R 1300 R vormt het nieuwste hoofdstuk in BMW’s rijke roadster-historie die teruggaat tot 1923. Met deze nieuwe toevoeging blijft BMW trouw aan de traditie van boxermotoren en cardanaandrijving die met de R 32 begon, maar voegt er een duidelijke focus op sportiviteit, comfort en geavanceerde technologie aan toe. De R 1300 R komt voort uit een vraag naar dynamische roadsters die zowel geschikt zijn voor dagelijks gebruik als langere toertochten.

Wat direct opvalt is het gespierde, compacte en minimalistische ontwerp. Met zijn korte achterkant en agressieve koplampunit straalt de motorfiets een moderne, dynamische uitstraling uit. De prijzen voor deze nieuwste BMW-roadster beginnen bij €19.690.

Indrukwekkende krachtbron en technische innovaties

Het hart van de R 1300 R is de volledig herziene 1300cc-boxermotor, die zich onderscheidt als de krachtigste boxer die BMW ooit in serieproductie heeft gebracht. Met een grotere boring (106,5 mm) en kortere slag (73 mm) levert deze motor een indrukwekkend vermogen van 145 pk (107 kW) bij 7.750 tpm en een koppel van 149 Nm bij 6.500 tpm. Deze configuratie zorgt voor een levendiger motorkarakter met betere ademhaling en hogere toerentallen.

De R 1300 R komt standaard met drie rijmodi: Rain, Road en Dynamic. Elke modus past de motorrespons, tractiecontrole (MTC) en het ABS Pro-systeem aan voor optimale prestaties onder verschillende rijomstandigheden. Voor wie meer controle wenst, zijn de optionele rijmodi ‘Dynamic’ en ‘Dynamic Pro’ beschikbaar, waarbij de laatste volledige aanpassingsmogelijkheden biedt.

Geavanceerde rijhulpsystemen

BMW heeft de R 1300 R uitgerust met diverse innovatieve technologieën die de rijervaring veiliger en comfortabeler maken. De optionele Automated Shift Assistant (ASA) maakt schakelen mogelijk zonder de koppeling te gebruiken, terwijl het Dynamic Suspension Adjustment (DSA)-systeem automatisch de demping van de vering aanpast op basis van rijomstandigheden en belasting.

Op veiligheidsgebied biedt de motorfiets BMW’s Integral ABS Pro, een geavanceerd antiblokkeersysteem dat de remkracht optimaal verdeelt tussen de voor- en achterwielen. Het systeem houdt rekening met de hellingshoek tijdens het remmen in bochten. Daarnaast zorgt de adaptieve bochtverlichting (Headlight Pro) voor betere zichtbaarheid in bochten door de richting van de LED-koplamp aan te passen.

Dit is de 2025 BMW R 12 G/S: terugkeer van de avontuurlijke legende

Modelvarianten en aanpassingsmogelijkheden

BMW biedt verschillende uitvoeringen van de R 1300 R aan, waaronder de basisversie, Exclusive, Performance en Option 719 Kilauea. De Performance-versie richt zich specifiek op sportieve rijders met upgrades zoals een sportonderstel met stijvere veren en dempers, sportzadel en kortere hendels voor directere bediening.

Voor rijders die langere tochten maken, is er een elektrisch koffersysteem beschikbaar met geïntegreerde verlichting en USB-C-aansluiting. Verwarmbare zadels en handvaten verhogen het comfort tijdens koude ritten, terwijl een verhoogd windscherm voor betere windbescherming zorgt.

The Clarks met Cesar Zuiderwijk op RIDERS Festival 2025

0

Motoren en muziek gaan hand in hand. Menig motorrijder weet dat. En menig muziekliefhebber ook. Dat deze twee werelden dan ook samenkomen op RIDERS Festival is eigenlijk geen verrassing. Maar laat je vooral wel verrassen door de steengoede line-up die voor je klaar staat op Main Stage, met onder andere The Clarks en Cesar Zuiderwijk.

THE CLARKS MET GOLDEN EARRING DRUMMER CESAR ZUIDERWIJK

De headliner van zondag 1 juni: The Clarks. Met niemand minder dan Cesar Zuiderwijk. The Clarks is één van de meest bekende classic rock bands van Nederland. Zeker bij liefhebbers van 60’s, 70’s en 80’s classic rock. Al jaren geven ze menig succesvol optreden en sinds 2018 zijn ze ook regelmatig bij je thuis te zien, namelijk op tv als huisband van Veronica Inside.

Extra special is de relatie met de Haagse rockband Golden Earring. Al honderden keren traden The Clarks op met Barry Hay en Rinus Gerritsen. Tijdens RIDERS Festival brengt deze unieke band ook een speciale gast mee. Namelijk niemand minder dan Cesar Zuiderwijk, drummer van Golden Earring.

Wat kun je verwachten op RIDERS Festival 2025?

TICKETS EN MEER INFORMATIE

Genieten van de beste Haagse Rock, onder het genot van een hapje en drankje en vooral heel veel sfeer? Blokkeer 1 juni dan alvast in je agenda. Een weekend lang genieten van de beste live muziek en nog veel meer? Op 31 mei ben je ook van harte welkom. Bekijk de gehele line-up hier, en houdt het programma in de gaten voor alle andere toffe activiteiten.

Wil je er alvast zeker van zijn dat je toegang hebt tot het evenement? Scoor dan nu alvast hier je kaartjes.

Praktische informatie

WaarAutotron Rosmalen

Wanneer         
31 mei en 1 juni 2025
Zaterdag van 10.00 – 17.00u
Zondag van 10.00 – 17.00u
Meer informatieRIDERSfest.nl
Ticketsticketpoint.nl/RIDERSfestival

Interview Jaimie van Sikkelerus: ‘Ik accepteer niet dat mijn hoofd wel wil en mijn lichaam niet’

0
Jaimie van Sikkelerus

Jaimie van Sikkelerus is volop in voorbereiding op zijn tweede seizoen in het British Superbike-kampioenschap. Toch voelt het voor de coureur uit Akersloot als een debuutjaar. In 2024 raakte hij opnieuw geblesseerd aan zijn knieën, waaraan hij voor de achttiende keer geopereerd werd. We spraken Van Sikkelerus tijdens zijn voorbereiding in Spanje, waar hij tien weken verblijft. De 27-jarige coureur sprak bovendien openhartig over de huidkanker die in 2022 bij hem werd vastgesteld, een moment dat zijn kijk op het leven én zijn sportieve mindset blijvend heeft veranderd.

Jaimie, hoe gaat het met je voorbereiding op het seizoen?

‘Ik ben eind januari naar Spanje vertrokken en blijf hier tot 10 april. We hebben hier de mogelijkheid om elke dag te trainen, zowel op de motor als fysiek. En dat is ook nodig, want ik ben acht maanden uit de running geweest vanwege mijn knieblessures. Helaas brak ik bij mijn eerste testdag eind januari meteen twee ribben, na een crash buiten mijn schuld om. Met mijn ribben gaat het inmiddels weer goed, maar de impact van mijn laatste knieoperatie bleek heftiger dan verwacht.’

Het is niet de eerste keer dat je aan je knieën bent geopereerd.

‘Klopt, ik ben inmiddels al achttien keer geopereerd aan mijn knieën. In het verleden had ik op de motor veel problemen, omdat mijn voeten wat scheef stonden. Een aantal jaar geleden hebben we daarom een ingrijpende aanpassing doorgevoerd: de stand van mijn voeten is veranderd. Daarvoor moesten mijn benen worden doorgezaagd en verdraaid. Vorig jaar ontstond er – door al die operaties – te veel speling op mijn knieschijf, waardoor die steeds uit de kom schoot tijdens het rijden. Dat probleem speelde al vanaf de eerste race. Halverwege het seizoen ging het echt niet meer en hebben we besloten om direct weer te opereren.’

Wat hebben ze precies gedaan?

‘Mijn knieschijf is verlaagd door mijn peesaanhechting 1,3 cm lager te plaatsen. Ook is het kapsel strakker gemaakt, waardoor de knieschijf nu minder bewegingsvrijheid heeft. Maar zo’n ingreep heeft natuurlijk impact. Denk aan je bovenbeenspieren, die aan de knieschijf vastzitten en dus opgerekt moeten worden. Normaal pak je één knie tegelijk aan, maar om sneller weer op de motor te kunnen zitten, heb ik ervoor gekozen om beide benen in één keer te laten doen. Tijdens de eerste testdag kreeg ik wel hoofdpijn, omdat het buigen van de knie moeizaam ging. Hier in Spanje ben ik aan de slag gegaan met een 1 op 1 sportschool die gespecialiseerd is in wegrace. Samen zijn we naast fysiek trainen ook op zoek gegaan naar een warming-up die mijn knieën optimaal voorbereidt op het racen. Ik kon dat daar direct met een racesimulator testen. Ik denk dat we de juiste oplossing gevonden hebben. Eind maart en begin april gaan we het uitproberen tijdens de tests met de Superbike.’

Al die operaties… Veel lezers zullen zich waarschijnlijk afvragen: waarom doe je dit jezelf aan?

‘Ik kan het simpelweg niet accepteren dat mijn hoofd wel wil, maar mijn lichaam niet. Je kunt beter spijt hebben van de dingen die je wél hebt gedaan, dan van wat je hebt gemist. Als ik al die operaties niet had ondergaan, was mijn carrière sowieso voorbij geweest. Door het wel te doen, hield ik in elk geval een kans om door te groeien. Ik wilde koste wat kost voorkomen dat ik later zou denken: had ik het maar geprobeerd. En kijk nu: ik race in de British Superbike — in mijn ogen het allermooiste kampioenschap dat er is.’

Interview Glenn Coldenhoff: ‘Crossen mooiste dat er is’

Wat maakt het kampioenschap zo bijzonder, en wat verwacht je van 2025?

‘De passie van de fans, de teams en de organisatie. Ook onder de rijders is er veel respect, terwijl er op de baan echt keihard wordt gestreden. Verwachtingen uitspreken is lastig, omdat ik vorig jaar een half seizoen heb gemist. Veel circuits zijn voor mij dus nog nieuw met een Superbike. Als ik er dit jaar in slaag om constant in de top twintig te finishen in dit ijzersterke veld, dan mag ik tevreden zijn. Het allerbelangrijkste is dat ik gedurende het seizoen een stijgende lijn laat zien.’

Vorig jaar reed je nog in de Pathway-klasse van het British Superbike-kampioenschap. Nu sta je aan de start met een ‘echte’ Superbike. Kun je het verschil uitleggen?

‘Ik ben allereerst heel dankbaar dat TAG Racing Honda mij dit jaar opnieuw de kans heeft gegeven, ondanks het missen van een half seizoen. In de Pathway-klasse zijn het motorblok, de versnellingsbak, achterbrug en voorvork standaard. Die onderdelen mogen bij de Superbikes wél aangepast worden. Vooral op het gebied van acceleratie en stabiliteit is er daardoor een verschil. Traction en wheelie control heeft geen enkele rijder in de BSB.’

FOTO 07: In 2025 racet Jaimie van Sikkelerus opnieuw voor TAG Racing, maar nu in de officiële British Superbike-klasse.

Dat Assen weer op de BSB-kalender staat, moet voor jou bijzonder zijn.

‘Het is onwijs gaaf om voor eigen publiek te mogen racen, zeker als enige Nederlander in de British Superbike. Het is een mooie kans om aan sponsoren en fans die niet naar Engeland kunnen komen, te laten zien wat mijn wereld inhoudt. Vloeiende en vlakke circuits – zoals het TT Circuit Assen – liggen mij minder goed. De typisch Engelse, technische circuits passen beter bij mijn rijstijl. Mijn achtergrond in de Supermoto helpt daar ook bij. Technische secties, harde rempunten en het ‘gooi- en smijtwerk’, dat ligt mij.’

Je voorbereiding in Spanje duurt tien weken. Waarom zo lang en hoe zien je dagen eruit?

‘Motoradventures Costabrava biedt mij de mogelijkheid om hier in Macanet de la Selva te verblijven. Bijna al mijn concurrenten verblijven in het voorjaar in Spanje. Als je dat niet doet, loop je eigenlijk meteen al een achterstand op. Ik probeer zo’n drie keer per week op de motor te zitten. Dat kan zijn op een 600 cc of met een Supermoto op een kartbaan. Daarnaast train ik veel op de mountainbike of met de enduromotor. En natuurlijk ook intensief in de sportschool. Tijdens deze tien weken kan ik me volledig op mijn sport focussen en het ritme terugvinden, voordat het BSB-seizoen in mei van start gaat.’

Een heel ander onderwerp: je hebt ook een vorm van huidkanker gehad. Dat moet een heftige ervaring zijn geweest.

‘Tijdens het seizoen 2022 kreeg ik de diagnose huidkanker, een zeldzame en agressieve vorm, genaamd DFSP. Mijn huid op mijn buik begon naar binnen te groeien. Na onderzoek bleek het mis te zijn. Bij veel vormen van huidkanker kun je het aangetaste deel wegsnijden en is het daarmee klaar. Maar bij deze vorm groeien de ‘wortels’ naar binnen toe, waardoor je een groter gebied moet verwijderen. Het lastige is dat je niet kunt zien waar de uiteinden precies zitten. Direct met het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis besproken dat ik eerst mijn seizoen af wilde maken. Ik had er tijdens het rijden weinig last van; het voelde meer als een pijnlijke knikker en werd direct na mijn laatste race geopereerd. Daarbij is veel huid verwijderd, maar ook de toplaag van mijn ribben en buikspieren. Ik word nu nog twee keer per jaar gecontroleerd. Pas na zes tot acht jaar kan definitief worden vastgesteld of alles weg is.’

Interview BSB-directeur Stuart Higgs: ‘Assen levert nooit slechte races op’

Dat is de praktische kant, maar deze situatie moet mentaal ook veel met je hebben gedaan.

‘Het is best bijzonder: kort nadat ik de diagnose had gekregen, behaalde ik mijn beste resultaten in de British Supersport. Begin 2022 lukte het mij niet om aan de verwachtingen te voldoen en bleef ik zonder podiumplaatsen. Mentaal zat ik behoorlijk in de knoop en toen kwam de diagnose DFSP er ook nog eens bovenop. Dat zette mij aan het denken. Ik heb toen een lijst gemaakt met echt álles wat in mijn hoofd zat. Alles waar ik geen invloed op had, heb ik doorgestreept en wat ik kon veranderen direct aangepakt. Dat bracht rust in mijn hoofd. Na mijn diagnose stond ik in de daaropvolgende zeven races maar liefst vijf keer op het podium en won een race. Dat liet mij wel zien hoeveel invloed je mentale gesteldheid heeft. De ziekte heeft mij zeker sterker gemaakt en bewuster van het feit dat je voor jezelf moet kiezen, en in het moment moet leven. Juist daarom is het voor mij ook geen probleem om die knieoperaties te ondergaan, als dat ervoor zorgt dat ik weer plezier kan hebben in het racen.’

Je bent inmiddels 27 jaar. Wat wil je nog bereiken in de motorsport?

‘De BSB is gewoon mijn plek. Ik wil in dit kampioenschap doorgroeien en misschien in de verre toekomst naar het WK Endurance. Het doel is nog steeds om van het racen volledig mijn werk te maken. Op dit moment ben ik nog volledig afhankelijk van mijn sponsoren, die ik ieder onwijs dankbaar ben. Het zou geweldig zijn als ik dat in de British Superbike kan bereiken!’

Foto’s: BSB, Teams, SMX racing, Damon Teerink