De BMW R 1300 RT, wordt samen met de R 1300 RS officieel onthuld op 29 april 2025, zet de lange traditie van BMW’s succesvolle luxe tourmotoren voort. Als opvolger van de R 1250 RT neemt deze nieuwe motorfiets niet alleen de sterke punten van zijn voorganger over, maar integreert ook de nieuwe 1300cc-boxermotor die al furore maakt in modellen zoals de R 1300 GS en R 1300 R. De RT-modellen staan al decennialang bekend om hun superieure comfort en ongeëvenaarde toureigenschappen, wat ze bijzonder populair maakt bij overheidsdiensten, met name de politie.
Krachtiger hart, geavanceerde technologie
De nieuwe BMW R 1300 RT wordt aangedreven door een vloeistofgekoelde 1300cc-boxermotor die indrukwekkende 145 pk (107 kW) levert bij 7.750 tpm en een maximaal koppel van 149 Nm bij 6.500 tpm. Ten opzichte van de voorgaande R 1250 RT betekent dit een vermogenstoename van 9 pk en 6 Nm extra koppel. De geschatte topsnelheid ligt rond de 231 km/u.
Een van de meest innovatieve kenmerken van de nieuwe R 1300 RT is het optionele Automated Shift Assistant (ASA) systeem. Dit geavanceerde schakelsysteem, dat voor het eerst verscheen op de R 1300 GS eerder dit jaar, maakt schakelen zonder koppeling mogelijk of biedt zelfs volledig automatisch schakelen. Dit verhoogt het rijcomfort aanzienlijk, vooral tijdens lange ritten of in druk stadsverkeer.
BMW R 1300 RS: Sporttourer wordt volledig vernieuwd in 2025
Innovatieve aerodynamica en verbeterd frame
Een opvallende innovatie zijn de elektrisch verstelbare elementen aan de zijkant van de kuip, de zogenaamde ‘flaps’. Deze passen zich automatisch aan de rijsnelheid aan voor optimale windbescherming. Bij hogere snelheden schuiven ze uit om winddruk te minimaliseren en stabiliteit te verhogen, wat zorgt voor ontspannen rijden, zelfs bij hoge snelheden.
Het nieuw ontwikkelde stalen hoofdframe en aluminium subframe bieden verbeterde stijfheid bij een lager gewicht. Dit resulteert in preciezer stuurgedrag en hogere stabiliteit in alle rijomstandigheden. Het beproefde Telelever-systeem met centrale vering aan de voorkant wordt aangevuld met een nieuw ‘flex-element’ tussen het stuur en de vork. Deze innovatie verbetert de stuurprecisie en feedback van de weg, terwijl trillingen worden verminderd en het comfort wordt verhoogd.
Verbeterde verlichting en connectiviteit
De R 1300 RT is uitgerust met een nieuw ontworpen centrale LED-koplamp, aangevuld met extra verlichting voor bochten en dagrijlicht. Het LED-systeem biedt niet alleen betere verlichting, maar is ook energie-efficiënter en draagt bij aan de passieve veiligheid. De richtingaanwijzers zijn elegant geïntegreerd in de achteruitkijkspiegels.
Het geïntegreerde connectiviteitssysteem biedt uitgebreide functies voor Android- en Apple-apparaten, waaronder navigatie. Het display is groter en beter afleesbaar dan bij het voorgaande model, waardoor de bedieningsgemak verder toeneemt.
Prijs en beschikbaarheid
In Nederland kost de huidige BMW R 1250 RT ongeveer €25.700. Verwacht wordt dat de nieuwe R 1300 RT duurder zal zijn vanwege de talrijke technische innovaties en uitgebreide uitrusting. Experts schatten een startprijs van ongeveer €27.000 en hoger, afhankelijk van de gekozen uitrusting.
Honda CR500: De brutaalste crossmotor uit de geschiedenis
De Honda CR500R heeft in de crosswereld een bijna mythische status bereikt. Deze machine maakte zijn debuut in 1984 als opvolger van de CR480R. Wat begon als een luchtgekoelde motor onderging in 1985 een revolutionaire transformatie met de introductie van vloeistofkoeling. Deze cruciale verbetering stelde de 491cc-eencilinder tweetaktmotor in staat om zijn woeste vermogen van ongeveer 63 pk effectiever te benutten, waardoor de machine vrijwel onmiddellijk uitgroeide tot het referentiepunt in motocross-competities.
De brutale kracht en het intimiderende karakter van de CR500 maakten de motor berucht onder rijders. Het beest temmen vereiste bijzondere vaardigheden, wat deze Honda onderscheidde als een machine voor de meest ervaren en gedurfde piloten.
De gouden jaren van de CR500
De jaren ’90 vertegenwoordigden het hoogtepunt van de Honda CR500-evolutie. In 1989 introduceerde Honda een volledig nieuw frame en voerde het significante verbeteringen door aan zowel de motor als de ophanging. Twee jaar later, in 1991, kreeg de CR500 een geavanceerde Kayaba-cartridgevork die de besturing verder verfijnde en de motorfiets op alle fronten competitiever maakte.
Gedurende deze periode bleef Honda het ontwerp verfijnen, met constante verbeteringen aan het motorblok, een steeds stijver frame en steeds geavanceerdere ophanging. De combinatie van deze aanpassingen consolideerde de status van de CR500 als een dominante kracht in motocrosswedstrijden, gevreesd en gerespecteerd door tegenstanders.
Het einde van een tijdperk
Ondanks zijn legendarische status moest de CR500 uiteindelijk buigen voor de veranderende tijden. In 2001 stopte Honda definitief met de productie, gedwongen door steeds strengere emissieregels en de opkomst van viertaktmotoren in de crosswereld. Deze beslissing markeerde het einde van een tijdperk, maar deed niets af aan de erfenis die de CR500 had opgebouwd.
Verzamelobject met astronomische prijzen
Wat ooit een competitiemachine was, is nu een felbegeerd verzamelobject geworden. Recent werd een onbereden exemplaar voor het verbazingwekkende bedrag van 78.000 dollar (ongeveer €72.000, zie video) geveild op eBay, een bedrag dat de iconische status van deze motorfiets bevestigt.
In Nederland weerspiegelen de prijzen op marktplaatsen als Marktplaats.nl deze waardering. Een CR500 uit 1990 in nieuwstaat kan ongeveer €13.500 kosten, terwijl volledig gerestaureerde latere modellen uit 2000 zelfs tot €18.500 kunnen opbrengen. Zeldzame exemplaren zoals de originele luchtgekoelde versie uit 1984 (ook bekend als ‘Twinshock’) worden aangeboden rond €5.500.
Legendarische Honda RC30 van Carl Fogarty gaat onder de hamer
Een tijdloze erfenis
De Honda CR500 blijft tot de verbeelding spreken van crossliefhebbers wereldwijd. De combinatie van extreme kracht, een intimiderend karakter en de uitdaging om deze motor te beheersen, maken hem tot een blijvende legende in de motorsportgeschiedenis. Ook nu, meer dan twintig jaar na het einde van de productie, blijft de CR500 een statussymbool dat respect afdwingt en verzamelaars blijft verleiden met zijn rauwe, compromisloze aard.
Voor degenen die jagen op deze legende is de zoektocht naar een exemplaar in goede staat een missie die doorzettingsvermogen, expertise en een aanzienlijke financiële investering vereist – maar voor de ware liefhebbers is geen prijs te hoog voor het bezit van deze ontembare 2-takt icoon.
Volume omhoog en luister naar het geluid van de Yamaha V4
Yamaha heeft een historische verandering in gang gezet door de ontwikkeling van een V4-motor voor haar MotoGP-machines. Deze beslissing markeert een keerpunt voor het Japanse merk, dat jarenlang als enige fabrikant vasthield aan de inline-vier cilinderopstelling. De strategische heroriëntatie komt voort uit de noodzaak om de prestatiekloof met concurrenten als Ducati, Aprilia en KTM te dichten, die allemaal al successen boeken met V4-configuraties.
Sinds het vertrek van Suzuki eind 2022 stond Yamaha alleen in het gebruik van een inline-viercilinder in MotoGP. Hoewel het merk lange tijd geloofde in het onbenutte potentieel van deze configuratie, hebben de toenemende eisen op het gebied van vermogen en aerodynamische efficiëntie, samen met aanstaande regelwijzigingen voor 2027, geleid tot deze koerswijziging.
De drijvende krachten achter de V4-ontwikkeling
De impuls voor Yamaha’s V4-motorontwikkeling komt voort uit een grondige analyse van de mogelijkheden ten opzichte van de inline-vier, vooral met het oog op de 2027-reglementen die een verkleining van de motorcapaciteit naar 850 cc voorschrijven. Om deze transitie te versnellen, heeft Yamaha medio 2024 Luca Marmorini aangetrokken, een gerenommeerd ingenieur met uitgebreide ervaring bij Ferrari en Toyota in de Formule 1.
Lin Jarvis, Yamaha’s teambaas, benadrukte dat het primaire doel van het project is om het volledige potentieel van de V4-motor te begrijpen, in plaats van simpelweg toe te geven dat de inline-vier zijn grenzen heeft bereikt. Deze benadering weerspiegelt Yamaha’s toewijding aan innovatie en excellentie in de MotoGP.
Tijdlijn en testvoortgang
Het V4-project van Yamaha volgt een zorgvuldig uitgestippeld pad:
- Najaar 2022: Yamaha begint serieus een V4-motor te overwegen om concurrerend te blijven.
- Juni 2024: Aanstelling van Luca Marmorini als consultant om de V4-ontwikkeling te leiden.
- September 2024: Officiële bevestiging van het V4-ontwikkelingsprogramma, met doelstelling voor baantests medio 2025.
- Februari 2025: Eerste tests van de V4-motor op het Sepang International Circuit in Maleisië, met testrijders Cal Crutchlow en Augusto Fernandez.
- April 2025: Verdere tests in Valencia, waarbij de karakteristieken van de motor verder worden geëvalueerd.
Tijdens een recente privétest in Valencia werd de nieuwe V4-motor gedemonstreerd met Augusto Fernandez als testrijder. Videobeelden legden het geluid van de nieuwe motor vast, dat volgens experts afwijkt van andere V4-motoren op de grid en mogelijk de kenmerkende Yamaha crossplane-klank mist.
Technische specificaties en vergelijking
Hoewel specifieke technische details nog vertrouwelijk blijven, is bekend dat Yamaha’s V4-motor een 90-graden cilinderopstelling heeft, gericht op optimalisatie van de massamiddelpuntverdeling en motorbalans. De motor zal naar verwachting een maximumvermogen leveren van meer dan 240 pk, met nadruk op een verbeterd koppel in het middengebied en een betere gasrespons.
In vergelijking met de inline-vier biedt de V4-configuratie potentiële voordelen qua compactheid, wat resulteert in een verbeterde aerodynamische efficiëntie. Deze eigenschappen zijn cruciaal voor Yamaha’s streven naar hernieuwde competitiviteit in de hoogste klasse van de motorsport.
Yamaha test V4-motorblok in Valencia: Een keerpunt voor MotoGP-succes?
Implicaties van de 2027-reglementen
De aankomende 2027-reglementen, die een verkleining van de motorcapaciteit naar 850 cc voorschrijven, hebben een significante invloed gehad op Yamaha’s motorontwikkelingsstrategie. Door nu al een V4-motor te ontwikkelen die geoptimaliseerd is voor deze toekomstige regels, beoogt Yamaha een voorsprong te nemen op de concurrentie.
De 2027-regels leggen ook nadruk op duurzaamheid, wat Yamaha dwingt om de brandstofefficiëntie in het V4-ontwerp te verfijnen. Deze proactieve benadering weerspiegelt Yamaha’s lange-termijnvisie en toewijding aan innovatie in de MotoGP.
Feedback van rijders en toekomstperspectief
Hoewel specifieke testresultaten vertrouwelijk blijven, is de initiële feedback van testrijders over de V4-motor bemoedigend. Ze prijzen de soepele vermogensafgifte, verbeterde handling en verhoogde stabiliteit. Toch melden sommige rijders uitdagingen bij het aanpassen aan de unieke eigenschappen van de motor, vooral wat betreft gascontrole en bochtsnelheid.
Alex Rins heeft inzicht gegeven in Yamaha’s strategie door te stellen dat de V4-motor alleen zal worden geïntroduceerd wanneer deze aantoonbaar beter presteert dan de huidige inline-vier. Dit benadrukt Yamaha’s toewijding aan prestatiegericht besluitvorming in plaats van overhaaste implementatie van nieuwe technologie.
De komende maanden zullen cruciaal zijn om te bepalen of deze technologische gok de prestatiekloof met de concurrentie kan dichten en of Yamaha’s iconische geluid moet wijken voor potentiële prestatiewinst in de veeleisende wereld van de MotoGP.
Jorge Martin geeft update over zijn herstel
Jorge Martin heeft onlangs via sociale media een update gegeven over zijn gezondheidstoestand na zijn zware crash tijdens de Qatar Grand Prix. De Aprilia-rijder, die pas onlangs zijn debuut maakte voor het team na een eerdere blessure, meldde dat hij het ziekenhuis heeft verlaten maar nog steeds veel pijn ervaart. ‘Eindelijk uit het ziekenhuis. Bedankt allemaal voor de berichten en voor de steun tijdens deze moeilijke periode in mijn leven. Ik heb nog steeds veel pijn, maar alles is onder controle. Ik blijf nog een paar dagen in Qatar als voorzorgsmaatregel, en zodra het kan, ga ik naar huis om te rusten en bij mijn dierbaren te zijn. Ik hoop dat het heel snel zal zijn,’ schreef Martin.
De Spanjaard liep bij zijn val in bocht 14 van het Lusail International Circuit tijdens de race op 13 april ernstige verwondingen op, waaronder zes gebroken ribben en een pneumothorax (klaplong). Hij werd onmiddellijk naar het Hamad General Hospital in Doha overgebracht voor intensieve behandeling en evaluatie.
De aard van Martin’s blessures
De pneumothorax die Martin opliep is een serieuze medische aandoening waarbij lucht tussen de long en de borstwand lekt, waardoor druk op de long ontstaat die de volledige uitzetting belemmert. Deze aandoening was een direct gevolg van de ribfracturen die hij bij de crash opliep en vereiste onmiddellijke medische interventie. Bij Martin werd een drain geplaatst om de opgesloten lucht te verwijderen en de long weer te laten uitzetten.
Complicerend was dat VR46 Ducati-rijder Fabio Di Giannantonio na de val onvermijdelijk in contact kwam met Martin. Di Giannantonio beschreef het incident als ‘de ergste scène uit mijn leven’, wat de inherente gevaren van de sport en het gemeenschappelijke begrip onder rijders van de risico’s die ze nemen onderstreept.
MotoGP-rijder Martín vecht tegen ernstige verwondingen: herstel kan maanden duren
Afwezigheid bij de Spaanse Grand Prix
Als gevolg van zijn verwondingen zal Martin de aankomende Spaanse Grand Prix op het Circuito de Jerez moeten missen. Lorenzo Savadori, de testrijder van Aprilia Racing, zal hem vervangen. Dit wordt Savadori’s vierde optreden dit seizoen, nadat hij eerder al heeft deelgenomen aan de Thaise, Argentijnse en Amerikaanse Grands Prix.
Savadori is niet zomaar een invaller; als ervaren testrijder heeft hij een diepgaand inzicht in de dynamiek van de Aprilia-machines. Zijn ervaring maakt hem tot een waardevol onderdeel van het team tijdens Martin’s afwezigheid. Hij zal samenwerken met Marco Bezzecchi in de fabrieksstal van Aprilia.
De bredere impact van Martin’s afwezigheid
De afwezigheid van Martin heeft verstrekkende gevolgen voor Aprilia Racing en het kampioenschap als geheel. Als een van hun sterrijders zal zijn afwezigheid ongetwijfeld invloed hebben op de strategie en algehele prestaties van het team. Het verlies van potentiële kampioenspunten is een grote tegenslag, waardoor het team zijn doelen moet bijstellen.
Naast directe raceresultaten verstoort Martin’s blessure ook Aprilia’s vermogen om cruciale gegevens te verzamelen en nieuwe componenten te testen. Zijn expertise is essentieel voor de voortdurende ontwikkeling van de RS-GP-motorfiets, en zijn afwezigheid zal onvermijdelijk de voortgang van het team vertragen.
Hoewel eerdere blessures tijdelijke obstakels vormden, heeft zijn veerkracht hem steeds weer terug in de strijd gebracht. De steun van het team blijkt uit de woorden van Aprilia Racing CEO Massimo Rivola: ‘We staan achter Jorge in deze moeilijke periode.’ Deze toewijding aan Martin’s herstel biedt hoop op een snelle en triomfantelijke terugkeer, ondanks de onmiddellijke tegenslagen.
BMW R 1300 RS: Sporttourer wordt volledig vernieuwd in 2025
De vernieuwing van BMW’s R-modellenlijn gaat in 2025 verder met de aanstaande introductie van de R 1300 RS. Na de lancering van de R 1300 GS en de recente onthulling van de R 1300 R op 10 april 2025, is het nu de beurt aan de sporttourer uit de boxerfamilie. Op 23 april publiceerde BMW een eerste teaserfoto die suggereert dat de motor een grondige revisie ondergaat. De officiële presentatie staat gepland voor 29 april 2025, waarbij gelijktijdig ook de nieuwe R 1300 RT zal worden onthuld.
De R 1300 RS is geen cosmetische opfrisbeurt van zijn voorganger maar een fundamentele herziening die voortbouwt op de nieuwe technische basis die BMW met de R 1300 GS heeft geïntroduceerd. De motor combineert elementen uit BMW’s rijke sporttour-historie met moderne technologie en prestaties.
Indrukwekkende technische specificaties
De nieuwe R 1300 RS wordt aangedreven door de watergekoelde 1300cc-boxermotor die ook in de GS-variant wordt gebruikt. Deze krachtbron levert 145 pk (107 kW) bij 7.750 tpm en een maximaal koppel van 149 Nm bij 6.500 tpm. Dit betekent een aanzienlijke vermogenstoename ten opzichte van de voorgaande R 1250 RS. De topsnelheid zal naar verwachting rond de 246 km/u liggen.
Het frame is gebaseerd op de constructie van de R 1300 GS met een hoofdframe van stalen platen en een aangeschroefd achterframe van gegoten aluminium. De motorfiets beschikt over een Paralever-enkelzijdige swingarm met cardanaandrijving en een upside-down voorvork met twee zijdelings geplaatste radiatoren.
De motorfiets weegt 245 kg met een voor 90% gevulde 17-liter tank en heeft een toegestaan totaalgewicht van 460 kg. De wielbasis bedraagt 1.523 mm, met een naloop van 122,5 mm bij een balhoofdhoek van 62 graden. De veerweg is 140 mm voor en 130 mm achter, terwijl de standaard zadelhoogte 815 mm bedraagt, met vijf verschillende zadelvarianten als keuzemogelijkheid.
Crystalburn introduceert nieuwe 900cc boxermotor met duidelijke BMW-invloeden
Sportievere focus met geavanceerde technologie
Een opvallende wijziging is de bredere achterband van 190/55ZR17, in vergelijking met de 180/55ZR17 op de R 1250 RS. Dit wijst samen met de aangekondigde opties voor een sportonderstel en sportremsysteem op een nog scherpere focus op sportieve prestaties.
BMW zal naar verwachting ook verschillende geavanceerde technologische features aanbieden, waaronder mogelijk een draadloos centraal vergrendelingssysteem en radar-ondersteunde veiligheidssystemen zoals een dodehoekdetectie en adaptieve cruisecontrol. Wellicht het meest vernieuwende element is de mogelijke beschikbaarheid van het ASA (Automated Shift Assistant) automatische schakelsysteem dat BMW introduceerde op de R 1300 GS. Dit systeem maakt schakelen zonder koppeling mogelijk of zelfs volledig automatisch rijden.
De marktintroductie van de R 1300 RS wordt verwacht in de vroege zomer van 2025. Hoewel de officiële prijzen nog niet bekend zijn, kan de laatst bekende prijs van de R 1250 RS (vanaf ongeveer €18.800) als indicatie dienen. Gezien de uitgebreide vernieuwingen en technologische innovaties is het aannemelijk dat de nieuwe R 1300 RS iets duurder zal zijn, mogelijk vanaf ongeveer €20.000.
Met deze nieuwe sporttourer positioneert BMW zich sterk in het segment tegenover concurrenten als de Kawasaki Ninja 1000SX, Ducati SuperSport en sportieve varianten uit Yamaha’s Tracer-reeks. De combinatie van krachtige boxermotor, geavanceerde technologie en de balans tussen sportieve prestaties en toercomfort moet de R 1300 RS tot een aantrekkelijke optie maken voor ervaren rijders tussen de 35 en 55 jaar die op zoek zijn naar een premium motorfiets.
Virus Power Alien: ‘leerloos’ racepak overtreft hoogste veiligheidsnormen
De Italiaanse fabrikant Virus Power bewijst dat traditionele lederen motorpakken niet langer de enige optie zijn voor optimale bescherming. Het bedrijf, opgericht in 2018 als een afsplitsing van beschermende werkkleding fabrikant Pri.Ma.Tex Srl, heeft een volledig leerloos racepack ontwikkeld dat niet alleen aan de hoogste veiligheidsnormen voldoet, maar deze zelfs overtreft.
Het geheim ligt in het gepatenteerde MultiProtective textielmateriaal. Dit geavanceerde composietmateriaal biedt een scheurweerstand van meer dan 550 N in zone 1-2 volgens de EN 17092:2019 norm – ruim 10 tot 12 keer hoger dan de minimumvereisten van ≥ 50 N. De prestaties van het materiaal zijn zo uitzonderlijk dat het pak kan worden gemaakt met één enkele laag stof, zonder de versterkende naden of dubbele lagen die traditionele lederen pakken nodig hebben.
Indrukwekkende voordelen tegenover traditioneel leer
De Virus Power pakken bieden verschillende substantiële voordelen ten opzichte van hun lederen tegenhangers:
- Gewichtsvermindering: Een Virus Power-pak met AAA-certificering weegt slechts 4 kg, ongeveer 25-30% minder dan een vergelijkbaar lederen pak met AA-certificering.
- Superieure ademende eigenschappen: Dankzij een gepatenteerde weeftechniek ervaart de rijder minder transpiratie en vochtverlies.
- Thermische bescherming: De lage warmte-uitwisselingscoëfficiënt beschermt rijders tegen brandwonden tijdens langdurige glijpartijen.
- Wasbaar: In tegenstelling tot leer kunnen de pakken gewoon in de wasmachine worden gereinigd na het verwijderen van de beschermers.
- Duurzaamheid: Volledig recyclebaar en GRS-gecertificeerd (Global Recycled Standard), wat een strenge audit garandeert voor elk productiestadium.
Geavanceerde bescherming
Het materiaal is slechts één aspect van de veiligheidsaanpak van Virus Power. De pakken zijn uitgerust met CE EN 1621-1 Level 2 goedgekeurde SAFE TECH-beschermers voor schouders, ellebogen, heupen en knieën. Ze zijn ontworpen voor naadloze integratie met het elektronische airbagsysteem van Helite, dat cruciale bescherming biedt voor borst, ribben, heupen en rug. Titanium en polyurethaanhars externe beschermers op schouders en knieën verbeteren verder de schuurweerstand.
Dickies x Harley‑Davidson: werkkleding krijgt nieuwe twist in ‘Born to Be Alive’ collectie
Alien: Het vlaggenschip
Het topmodel, de Virus Power Alien, vertegenwoordigt het technologische hoogtepunt van het bedrijf. Terwijl het de MultiProtective-stof en AAA-certificering behoudt, bevat de Alien geavanceerde designelementen en uitgebreide aanpassingsmogelijkheden. Het geïntegreerde Helite-airbagsysteem is standaard, en het pak is verkrijgbaar in verschillende opvallende kleurenschema’s. De prijs begint bij ongeveer €2.600, afhankelijk van de configuratie en verkoper.
Professionele erkenning
Scott Redding, een ervaren racer in het WorldSBK, heeft zich achter het Virus Power-pak geschaard en verklaarde: ‘Voor mij is dit de toekomst van motorracepakken… Qua comfort is het absoluut geweldig.’ Naast Redding gebruiken ook racers in de Europese Moto2-serie, Italiaanse en Spaanse kampioenschappen en de MiniGP-finales deze innovatieve pakken, wat hun effectiviteit in diverse racedisciplines bevestigt.
Een duurzame toekomst
Virus Power daagt de status quo uit door te bewijzen dat prestaties en duurzaamheid kunnen samengaan zonder compromissen. Hun gepatenteerde MultiProtective-materiaal vertegenwoordigt een fundamentele verschuiving in hoe we over motorkleding denken. Het is niet meer de vraag of leer traditioneel is, maar of het nog noodzakelijk is. Met superieure technische prestaties, milieuvriendelijke materiaalkeuzes en professionele erkenning lijkt Virus Power het antwoord te hebben: een resoluut “nee”.
Voor Nederlandse motorrijders die geïnteresseerd zijn in deze innovatieve pakken, is de Virus Power Alien verkrijgbaar via Europese retailers zoals FC-Moto.de. De investering is aanzienlijk, maar voor wie het hoogste niveau van veiligheid, comfort en duurzaamheid zoekt, bieden deze pakken een overtuigend alternatief voor de traditionele lederen motorkleding.
Tien spectaculaire motorprototypes die in de ontwerpfase bleven steken
De motorwereld zit vol met beloftes, innovatieve concepten en prototypes die motorliefhebbers doen watertanden. Helaas haalt maar een fractie van deze ontwerpen de productiefase. Economische factoren, marketingoverwegingen of simpelweg pech zorgen ervoor dat sommige van de meest opwindende motorfietsen nooit in de showroom belanden. Een analyse van tien opmerkelijke conceptmotoren die in de loop der jaren zijn verdwenen, laat zien hoe groot het gat kan zijn tussen droom en daad in de motorindustrie.

Yamaha Chivicker (2003): de BMX-geïnspireerde minibike
In 2003 presenteerde Yamaha een verrassend concept: de Chivicker, een minibike met duidelijke BMX-invloeden. Met een eenvoudige 50cc-motor in een licht, stijlvol frame had deze motorfiets de potentie om een niche te vullen. De timing was echter ongelukkig. In een markt die destijds werd gedomineerd door het streven naar meer vermogen, had een bescheiden, laagvermogen concept weinig kans. Ironisch genoeg zou de Chivicker met de huidige trend naar elektrische mobiliteit wellicht wel succesvol zijn geweest als Yamaha een elektrische versie had ontwikkeld.

Top 10 adventure motoren voor 2025
Honda CB4X
De Honda CB4X werd ontworpen door Valerio Aiello met ondersteuning van het ontwerpteam van Honda R&D in Rome. De Honda werd gepresenteerd tijdens de EICMA van 2019. Mogelijk is deze motor te plaatsen in het segment van sportieve crossover-motoren. Bovendien zou de CB4X binnenkort in productie kunnen gaan. Op basis van de geruchten die op het internet zijn opgedoken, zouden we de CBX4 binnenkort kunnen zien uitgerust, misschien uitgerust met de viercilinder van de CBR 650 of, wellicht, met de krachtigere 998 cc van CB 1000R…

Laverda SFC 1000 (2003/2004): een legendarisch merk dat niet herleefde
Begin jaren 2000 deed Aprilia een poging om het historische merk Laverda nieuw leven in te blazen met de SFC 1000, een sportmotor die terugreep naar de legendarische modellen uit het verleden. In 2004 leek een straatversie met verlichting en kentekenplaat klaar voor productie. Het lot besliste anders toen Aprilia in financiële problemen kwam en werd overgenomen door Piaggio. De nieuwe eigenaar gaf geen prioriteit aan het Laverda-project, waardoor een kans om een iconisch merk te doen herleven verloren ging.

Aprilia Blue Marlin
Ook al verscheen de Blue Marlin van Aprilia in de eerste maanden van het nieuwe millennium, het leek al klaar voor productie. Dat was echter niet het geval: ontdaan van alle onderdelen miste het concept in werkelijkheid ‘vitale onderdelen’, zoals de koelvloeistofreservoir en de accu. Een soortgelijke weg werd kort daarna bewandeld door Aprilia met de Tuono van 2002, wat het idee suggereert van een airbox die zo klein is dat deze zich kan aanpassen aan de beperkte ruimte die het minimalistische ontwerp van de motor biedt…

Sachs Beast
Even leek het erop dat Sachs met de spectaculaire brommer Madass 50 zou slagen. Als dat een feit was, zou de stap naar de motorwereld evenveel succesvol worden met de Beast, een prototype dat werd ontworpen door Target Design – hetzelfde bedrijf dat in 1979 de Katana voor Suzuki produceerde. De Beat was uitgerust met de Folan 60-graden V-twin die al te zien was in de Zweedse Highland. Het sterke punt van het concept was echter het totaal ontbreken van een frame, dat feitelijk werd ‘vervangen’ door de 998 cc aluminium V-twin. Door een gebrek aan materiaal liep het project bijna onmiddellijk vast, maar het keerde terug, zij het gedeeltelijk, met de B805 uit 2001 die slechts de koplampen van het Beast leende en weinig anders…

Yamaha Tesseract (2007): de futuristische quad-bike
Op de Tokyo Motor Show van 2007 onthulde Yamaha de Tesseract, een hybride quad-bike met een futuristisch ontwerp en een geavanceerd kantelsysteem voor de wielophanging. Dit experimentele voertuig was zijn tijd ver vooruit en zou later blijken een voorloper te zijn van Yamaha’s Tricity en Niken-modellen. De complexe technologie en het polariserende ontwerp waren echter te duur en te radicaal voor massaproductie in die tijd.

Yamaha XS-V1 Sakura
De XS-V1 Sakura werd eveneens gepresenteerd in 2007 en was een voortrekker van de retro-mode. De zijpanelen van gegoten aluminium, de vintage ogende LED-koplampen met futuristische details, de ‘zachte’ uitlaat en de afwerkingen van de luchtgekoelde DOHC tweecilinder zijn allemaal elementen die vandaag de dag erg in de smaak vallen. Maar in 2007 werden ze misschien niet helemaal begrepen…

Honda EVO6 (2007): de gespierde zescilinder
Honda verraste in 2007 met de EVO6, een conceptmotor die de zescilinder motor van de Goldwing combineerde met een agressief, minimalistisch ontwerp en een opvallend groot achterwiel. Deze ‘muscle bike’ avant la lettre had potentie, maar de financiële crisis van 2008 maakte een einde aan de ontwikkeling van dergelijke luxe concepten. De combinatie van rauwe kracht en strakke vormgeving had zeker aanspraak kunnen maken op een nichepubliek.

Honda CB1100R (2007): eerbetoon aan endurance
Naast de CB1100F (die wel in productie ging) presenteerde Honda de CB1100R, een retro-geïnspireerde sportmotor die knipoogde naar de enduranceracemotoren uit de jaren ’70 en ’80. Met een solozadel, lichtgewicht frame, omgekeerde voorvork en radiale remklauwen was dit een technisch hoogstaand eerbetoon aan een roemrijk raceverleden. Honda koos er echter voor om de veelzijdiger CB1100F te produceren, die een breder publiek aansprak.

Honda RC-E (2011): een elektrische sportmotor die te vroeg kwam
In 2011, toen elektrische motorfietsen nog zeldzaam waren, toonde Honda de RC-E, een emissievrije sportmotor met een aantrekkelijk ontwerp. Hoewel het concept liet zien dat zelfs grote fabrikanten zich op de elektrische markt begonnen te oriënteren, besloot Honda zich te concentreren op andere technologieën. De markt voor elektrische motoren stond nog in de kinderschoenen, waardoor dit vooruitstrevende project niet verder werd ontwikkeld.
Toekomstperspectief: lessen uit het verleden
Deze verdwenen concepten leren ons dat de motorwereld vol zit met geniale ideeën die niet altijd tot wasdom komen. Economische factoren, marketingbeslissingen en markttiming spelen allemaal een cruciale rol in het wel of niet slagen van een motorproject. Sommige concepten waren simpelweg te vroeg, zoals de elektrische Honda RC-E of de hybride Yamaha Tesseract. Andere, zoals de Laverda SFC 1000, werden slachtoffer van bedrijfsovernames en veranderende prioriteiten.
De recente Honda CB4X, een sportieve crossover ontworpen door Valerio Aiello, heeft mogelijk een betere kans om daadwerkelijk geproduceerd te worden. De groeiende crossover-markt en het aansprekende ontwerp zouden deze motorfiets tot een succes kunnen maken, hoewel Honda’s plannen hiervoor nog niet officieel bevestigd zijn.
Conceptmotoren blijven een essentieel onderdeel van de motorindustrie – ze tonen waar fabrikanten naartoe willen, experimenteren met nieuwe technologieën en peilen de reacties van het publiek. Zelfs de modellen die nooit in productie gaan, beïnvloeden vaak toekomstige ontwikkelingen en inspireren nieuwe generaties motorfietsen.
Doc Collin’s Liquor brengt ambachtelijke dranken naar RIDERS Festival 2025
Op 31 mei en 1 juni 2025 barst het Autotron Rosmalen weer uit zijn voegen tijdens het RIDERS Festival – dé plek waar passie voor motoren, goede vibes en onvergetelijke beleving samenkomen. Temidden van ronkende motoren en livemuziek vind je ook Doc Collin’s Liquor: een puur Nederlands merk dat ambachtelijke whisky’s, rum en likeuren maakt met karakter. Stoer, smaakvol en net zo uniek als het festival zelf. Kom proeven, beleven en genieten!
De ambachtelijke wereld van Doc Collin’s Liquor
Doc Collin’s Liquor blinkt uit in de Nederlandse drankenindustrie door hun toewijding aan kwaliteit en vakmanschap. Het bedrijf biedt een scala aan producten, waaronder handgemaakte whisky’s, rum en likeuren, allemaal vervaardigd met biologische ingrediënten. Deze toewijding aan natuurlijke en hoogwaardige componenten resulteert in dranken met een onderscheidende en authentieke smaak. Hun producten zijn niet alleen geliefd bij fijnproevers, maar ook bij degenen die op zoek zijn naar een unieke drinkervaring.
RIDERS Festival 2025: Het ultieme motormekka met de grootste namen uit de motorwereld!
RIDERS Festival 2025: Één brok beleving
RIDERS Festival is een evenement dat motorliefhebbers samenbrengt voor een weekend vol beleving, muziek, motoren en gezelligheid. Met het uitgebreide programma is er voor iedereen iets te doen en te beleven. Gepassioneerde exposanten bieden een breed aanbod van producten en diensten. Snuffel rond op de motormarkt en shop de leukste motorkleding, gadgets en meer. Of proef één van de uitgesproken smaken bij Doc Collin’s Liquor!
Proef de passie
Bezoekers van RIDERS Festival 2025 kunnen bij de stand van Doc Collin’s Liquor kennismaken met hun ambachtelijke dranken. Het team van Doc Collin’s zal aanwezig zijn om uitleg te geven over het productieproces en de unieke kenmerken van hun producten. Daarnaast biedt Doc Collin’s de mogelijkheid om ter plaatse hun dranken te proeven en aan te schaffen, zodat bezoekers de authentieke smaak zelf kunnen ervaren.
Uiteraard doen we proeven met mate, want we willen natuurlijk wel dat je weer veilig thuiskomt. Want je komt ongetwijfeld op de motor! RIDERS Festival is dé bestemming voor een ritje en we verwachten prachtig weer. Parkeer je motor op het festivalterrein – gratis! – en stap direct in de beleving.
We zien je op 31 mei en 1 juni
Koop nu je tickets in de voorverkoop en ben niet alleen goedkoper uit maar weet ook zeker dat je erbij bent. Wacht je toch en koop je kaartjes aan de deur? Houd dan rekening met een lange wachttijd. Wil je direct doorlopen? Scoor je tickets nu hier online en wandel na het scannen direct het terrein op.

Toertocht Provence-Alpes-Côte d’Azur, Frankrijk: je neus achterna
Rondom Grasse, de wereldhoofdstad van parfums, verleidt een mix van verschillende ‘geuren’ je zintuigen en niet alleen van de neus.
‘Heerlijk en spannend, maar ook een beetje sprankelend fris – of, iets uitgebreider: zware tonen van amber, sandelhout en ceder, afgerond met een lichte noot van citrus.’ Aldus het begeleidend schrijven dat we met het souvenir van de Tour naar Grasse naar de gewaardeerde thuisblijvers willen sturen. Grasse kondigt zich aan als een olfactorische orkaan die in het hart van de Franse parfumproductie ligt, niet ver van de Côte d’Azur. Oké, tot zover is het korte briefje duidelijk. Dat de ontvangers het geschenk niet verwarren met ‘Airfresh Citrus’, een goedkope toiletverfrisser die eerder bestemd is om te verdrijven dan te verleiden.
Bij aankomst blijkt ‘La Bellaudière’ een bijzonder charmant plekje om te verblijven. Het is een schattig hotel aan de groene rand van Grasse, gebouwd in de zestiende eeuw en, een stukje geschiedenis tijdens het avondeten moet kunnen, in 1900 voor een jaar het toevluchtsoord van Pierre-Auguste Renoir – kort voordat Bill Harley en Arthur Davidson in 1903 de voorouder van Sabines reisfiets, de Heritage Classic 114, te water lieten. En nu on y va, de touwen los voor de motoren.
Tip: Clue de Saint Auban
De lavendel, een van de basisplanten voor de lokale parfumproductie en bovendien een schilderachtig uithangbord van de regio, is helaas eind september al verwelkt, maar ook zonder de blauw-paarse flits is er genoeg om de retina te prikkelen. Ogen open en gaan, door Grasse met zijn rotondes en straatcafés, drukke e-scooters en zonnebadende palmen, totdat we de stedelijke drukte achter ons laten en op de D4 vrolijk naar Cabris cruisen. Een spontane gedachte bij het passeren van de basisschool Marie de Saint Exupéry, waar kleine prinsen en prinsessen op het schoolplein ravotten, en ik terugdenk aan mijn kinderjaren waarin mijn moeder voorlas uit het beroemde boek. Ergens daardoor geïnspireerd, komen de synapsen ook nog met ‘Mamma’ van de Limburgse kinderster Heintje op de proppen. Maar we dwalen af – nu liever vrolijk verder naar Saint-Cézaire-sur-Siagne, voor een kort bezoek aan de gelijknamige grot, een kleine attractie, tenminste voor kinderen.
In plaats van onder de grond met onze gemotoriseerde speeltjes, gaan we direct omhoog. De D5 kronkelt veelbelovend op kaart 527 van Michelin – je ziet het alleen goed op een gedetailleerde kaart – dan over de Col de la Lèque, Col du Ferrier en Col de la Sine naar het noorden, vervolgens omhoog naar het ongeveer 1.000 meter hoge Plateau de Calern. In rechte lijn slechts 25 kilometer, maar gevoelsmatig lichtjaren verwijderd van de drukke Côte d’Azur. Terwijl daar waarschijnlijk eerder diesel, deodorant en zonnebrandcrème de zintuigen vertroebelen, verwent hier de geur van wilde tijm de zenuwbanen. Kleurrijke vlekken in de schaarse bergvegetatie van de hoogvlakte zijn soms de rode ‘koppen’ van de witte wegmarkeringen en soms die van wielrenners, net voor het maximale hartslagniveau in dit ideale trainingsgebied. Bij de Col de Bleine, slechts 1.439 meter hoog, maar met sappige haarspeldbochten die de kuitspieren uitdagen, ontmoeten we een wielerclub uit Grenoble; de voorzitter, ere wie ere toekomt, natuurlijk in de gele trui, de maillot jaune. Gedurende de smalltalk een tip: Clue de Saint Auban. Het is een smalle kloof met torenhoge rotswanden, een paar tunnels en zelfs een grotachtige gebedsruimte onder het rotsachtige dak, waardoorheen de weg zich zo spectaculair wurgt dat het uiteindelijk Sabines nummer 1 van de hele tour wordt.
Toertocht Bourgondië, Frankrijk: niet alleen voor de wijn
Zodra de Clue de Saint Auban ons weer uitspuwt, zoals volgens overlevering ooit de walvis Jonas, slaat de D2211 bij Briançonnet af over de Col du Buis, smal en steil. Wie, gezien het hellingspercentage van soms negentien procent, niet als een konijn naar de slang wil staren, laat de blik ook verder dwalen. Misschien naar die markante berg die eruitziet als, tja, de kop van een stekelbaars? Zeg me wat je ziet – en ik zeg je wie je bent…
Bij de Col de Félines, inmiddels op de voor een rally zeer geschikte D911, zou je kunnen inbeelden dat er dolfijnen door het dal trekken; hoewel het evengoed dromedarissen kunnen zijn. En dan WOW! Dit is zonder enige twijfel Metéora in het klein! Wat de Griekse kloosters op hun naar de hemel reikende zandsteenrotsen doen, heeft vestigingsbouwmeester Vauban in de tijd van Lodewijk XIV hoog boven Entrevaux laten bouwen. Citadelle d’Entrevaux, te beklimmen via een sterk versterkt, zigzaggend pad. Traptraining? Och nee. Liever de hartslag verhogen met cafeïne, tegenover de stadsmuur in de ‘Bar Yo’. Daarna mag het metalen hart uit Milwaukee laten zien wat het kan, waar zijn bijna 1900 cc en een draaimoment van 155 Nm in staat, op de haarspeldbochtige D2211A over de Col de Saint-Raphaël? Sabine: ‘De weg is gaaf, perfect om motor te rijden en om de voetsteunen bij te slijpen.’ En als de Heritage een Pan America was geweest… wie weet, misschien waren we dan vanaf de pas de gravelweg naar het westen over de Col de Besseuges ingeslagen. Maar in plaats daarvan gaat het naar het oosten. We zigzaggen op de D27, een schier eindeloze panoramische rit via Ascros en Toudon door de heuvels, de namiddagzon altijd in de rug, zodat ze niet verblindt en je ook je ogen goed de kost kunt geven. Op een gegeven moment toch maar een blik op de navigatie gericht: oeps, aankomsttijd 19:58; laatste bestellingen in ‘La Bellaudière’ 20:30. Dus vite vite, om te smullen en te slapen zoals Renoir ook deed.

De laatste dans
Bij het le petit déjeuner op het gezellige hotelterras een tip van Franck, de betrokken woordvoerder van het toeristenbureau van Grasse: de James Bond-weg. Dat is de D2 naar Gréolières, de weg waar Pierce Brosnan in ‘GoldenEye’ met zijn Aston Martin DB5 het duel aanging met Famke Janssen alias Xenia Zaragevna Onatopp in de Ferrari 355 en waarop ze het zo lekker lieten knallen. Om op te warmen de D3 omhoog naar het bergnest Gourdon, terwijl het asfalt met voetsteunen en floorboards zachtjes wordt gekust. Daarna over het eenzame Plateau de Caussols, waar de schaduwen van doorhangende stroomdraden vrolijke bochten op de weg schilderen en dan nog een keer over de Col de la Sine; herinneren we ons die nog? Na dit voorprogramma is het podium eindelijk vrij voor 007. En het is werkelijk geen prutweg die de locatie-scouts destijds hebben uitgekozen. Op de smalste plekken klemmen rotsen de weg samen zoals Xenia, het Bond-meisje, haar vijanden met haar dijen verpletterde. Maar beste lezers, kijk zelf maar eens op https://shorturl.at/4sPbk.
Na dit spektakel vinden we in de harde bagagetas van de Harley-Davidson geen fles Bollinger Champagne, zoals James uit het handschoenenvak van zijn DB5 toverde. Een paar kilometer verderop in Gréolières in ‘Le Relais’, dat tegelijk restaurant en bar is, zijn er tenminste wel verfrissend koude softdrinks. Het uitzicht is een Franse telenovela: dorpsleven, met barvrouw, oude mannen op een bankje onder een plataan en een stel dartelende honden. En nu?
Het achterland van de Côte heeft nog duizend-en-een andere bochten in petto. Het zou leuk zijn om naar de Col de la Bonnette te gaan, maar de Col de la Cayolle is vast ook geweldig. En de Grand Canyon du Verdon heeft Sabine sowieso al heel lang op haar bucketlist staan. Maar we kunnen ook naar de Middellandse Zee! Die is in de nazomer beslist nog heel geschikt om in te zwemmen. Je kunt de tijd slechts één keer besteden, wat een boerenwijsheid van jewelste is. En wat is verder het thema van deze toertocht? Precies.
‘Welke een landschap is het echter van de Gorges du Loup! Rotsen, afgronden, watervallen die als brede zilveren banden naar beneden hangen, vrij naar beneden kletteren, tot ze, zich splitsend, met groot geraas verder stromen de vallei in,’ prezen Klaus en Erika Mann in 1931 in hun reisgids over de Franse Rivièra – waaruit we tot op heden nog graag citeren. Hoewel de D6 door de ‘Wolvenkloof’ naar Pont-du-Loup waarschijnlijk drukker wordt bezocht dan iets meer dan negentig jaar geleden. Zo sereen zijn de kloven die tegelijkertijd zo dicht bij de betonnen kust liggen, waar drukte heel normaal is. Het contrast kan niet groter zijn. Maar omdat we al een paar dagen zijn geacclimatiseerd rijden we vrij ontspannen langs de metalen file, totdat de Middellandse Zee in Villeneuve-Loubet-Plage eindelijk en echt voor ons ligt; stralend azuurblauw, zoals de naam belooft.
Zonnebaden aan de Côte d’Azur voor motorrijders? Da’s niet zo makkelijk. Omdat Villeneuve-Loubet-Plage een breed zandstrand heeft, kun je je geliefde, mogelijk volgeladen motor er niet in de gaten houden. Wat dat betreft is het iets verder naar het zuiden, een plekje aan de D6098 met een parkeerstrook direct aan de kust, veel beter geregeld. En niet schrikken: het zijn geen destroyers of fregatten, waarvan de silhouetten uit de nevel opdoemen, maar de voor de kust ankerende superluxe jachten van de geldadel. Die rijkdom culmineert in Hôtel du Cap-Eden-Roc, een historisch hotel met een zoutwaterzwembad op de Cap d’Antibes. Sinds 2012 is het geïntegreerd in het Oetker Hotel Management. Gerrit en Ingrid vermaken zich daarentegen liever op de stranden rond Juan-les-Pins, waar in juli altijd het legendarische zomerfestival Jazz à Juan wordt georganiseerd.
Dus Harley Darling, bewaar de laatste dans voor mij – een nummer over de laatste etappe kan niet passender klinken. Voorbij Cannes tot Pégomas, laten we daar gaan dansen! Wat een zwierplezier om met de motoren over de D309 en D38 te rijden. Klimmen en dalen via Tanneron en Les Marjoris naar het Lac de Saint-Cassien. Ter afsluiting de D562 terug naar Grasse. Hebben we nog iets gemist? Natuurlijk, het souvenir voor de thuisblijvers.
Toertocht Kroatië: motorparadijs buiten de gebaande paden
Snuffelparadijsen
Grasse, de locatie van Patrick Süskinds roman ‘Het Parfum’, is het Mekka van de parfumindustrie. Rondleidingen bij Fragonard, Galimard of Molinard, de meest prominente parfumerieën van de stad, bieden een kijkje in de materie. Bovendien kun je daar je eigen parfum creëren, gewoon doen. Vroeger groeiden bijvoorbeeld jasmijn, lavendel en rozen op uitgestrekte velden rondom Grasse, maar deze basisstoffen worden tegenwoordig gedeeltelijk geïmporteerd. Voor verdere verwerking onttrekken destillatie, extractie en andere technieken de geurstoffen uit de bloemen. Daar komen dierlijke grondstoffen zoals amber en musk bij, inmiddels chemisch geproduceerd. En nu begint het werk van de parfumeurs, de ‘neuzen’. Dit zijn mensen wiens reukvermogen, geheugen en concentratie extreem goed ontwikkeld moeten zijn om op basis van ongeveer 1.000 essences een parfum te componeren, dat meestal bestaat uit top-, hart- en basisnoten. Een van die genieën is Didier Gaglewski, die zo verfijnde geuren als Cambouis (smeermiddel) bedenkt. Een bezoek aan zijn boetiek in de rue de l’Oratoire 12, slechts enkele stappen van het Musée International du Parfum, is een amusante ervaring. Snuffelen en gesnuffeld worden voor een persoonlijk parfum. Wie iets voor thuisblijvers zoekt: in plaats van vele woorden gewoon een foto van de te bestuiven persoon – en dankzij Didiers ervaring is het succes bijna gegarandeerd, www.gaglewski.com. Alternatief is het atelier van Molinard in Grasse, www.molinard.com.
Reisinfo
Verblijf
Hotel La Bellaudière, 78 Avenue Pierre Ziller (iets buiten aan de D2085 richting Nice), F-06130 Grasse, Tel. 0033-493360257, www.labellaudiere.com. Charmant hotel met eveneens charmante eigenaren, smaakvol ingerichte kamers, een dromerige, met bomen omzoomde ontbijtterras en parkeergelegenheid achter het huis.
Eten
L’Auberge du Vieux Château, Place Mirabeau, F-06530 Cabris, Tel. 0033-493605012, www.aubergeduvieuxchateau.com. Gerenommeerde, veelgeprezen keuken op een prachtige locatie naast de ruïne van het voormalige kasteel van de markies de Cabris; niet alleen restaurant, maar ook hotel.
Uitstapje
Picasso-museum in Château Grimaldi in Antibes, aan de Place Mariejol direct aan zee.
Meer informatie
www.paysdegrassetourisme.fr, www.france.fr
Download de route

Tekst en foto’s: Klaus H. Daams
Triumph Originals: acht internationale teams strijden om ultieme custom Bonneville
Triumph heeft een nieuwe mondiale uitdaging gelanceerd die het hart van de motorwereld raakt: de Originals Custom Bike Competition. Deze wedstrijd is geen alledaagse marketingcampagne, maar een zoektocht naar authentieke creativiteit binnen de customwereld. Acht teams uit verschillende landen – het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Canada, Mexico, Brazilië, Frankrijk, Italië en Thailand – zullen hun vaardigheden tonen door unieke customs te bouwen gebaseerd op de iconische Bonneville-modellenlijn.
De deelnemers hebben een ruime keuze aan basismodellen: van de klassieke T100 en T120 tot de robuuste Scrambler 900, de minimalistische Bobber of de veelzijdige Speed Twin. Deze diversiteit aan startpunten belooft een indrukwekkende verscheidenheid aan eindresultaten op te leveren, waarbij elk team zijn eigen interpretatie geeft van wat ‘Britse originaliteit’ werkelijk betekent.
Een wedstrijd met historische wortels
De Triumph Bonneville is sinds haar introductie in 1959 onlosmakelijk verbonden met de customcultuur. Het model werd het toonbeeld van de café racer-beweging in de jaren ’60, waar jonge rebellen hun motorfietsen transformeerden tot lichtgewicht racemachines. De Bonneville, met zijn karakteristieke paralleltwin-motor en heerlijke wegligging, leende zich perfect voor deze cultuur van persoonlijke expressie.
In de decennia die volgden, evolueerde de Bonneville mee met verschillende customstijlen – van bobbers en choppers tot trackers – zonder ooit zijn essentie te verliezen. De herintroductie van de Modern Classics-lijn in de jaren 2000 blies deze traditie nieuw leven in en inspireerde een nieuwe generatie bouwers.
De Triumph Originals wedstrijd bouwt voort op eerdere successen, zoals de Bobber Build-Off van 2019, waar Laguna Ashford Triumph’s ‘The Drag Racer’ – een unieke combinatie van Bonneville Bobber met Thruxton-invloeden – de harten van zowel jury als publiek veroverde.
2025 Triumph Speed Triple 1200 RS: GVR op steroïden
De vijf pijlers van excellentie
Elke deelnemende custom wordt beoordeeld op basis van vijf fundamentele criteria:
- Iconische stijl: Heeft de motorfiets een krachtige visuele identiteit die aandacht vraagt?
- Britse originaliteit: Vangen de aanpassingen de essentie van Britse cultuur, innovatie en design?
- Creativiteit en innovatie: Verlegt het ontwerp grenzen binnen motorfietsdesign en techniek?
- Vakmanschap: Is elk detail uitgevoerd met precisie en artistieke flair?
- De rijervaring: Levert de motorfiets een opwindende en onvergetelijke ervaring op de weg?
Deze criteria weerspiegelen Triumph’s visie op wat een werkelijk memorabele custom motorfiets definieert – niet alleen esthetisch indrukwekkend, maar ook functioneel en doordacht.
Een mondiale competitie met lokale uitdagingen
Een interessant aspect van deze wedstrijd is hoe verschillende teams uit verschillende werelddelen de uitdaging zullen benaderen. Elke regio heeft zijn eigen motortraditie, technische mogelijkheden en budgettaire beperkingen. De vraag rijst of deze internationale verschillen in middelen en mogelijkheden tot een eerlijke competitie kunnen leiden, of dat ‘Britse originaliteit’ uiteindelijk bepaald wordt door wie de diepste zakken heeft.
De resultaten van deze mondiale uitdaging zullen in juni 2025 onthuld worden, waarna een panel van design- en cultuurexperts, samen met het publiek, zal bepalen welke custom Bonneville de ultieme expressie van Britse originaliteit belichaamt.