Tijdens de afgelopen Dakar-rally overleden twee motorrijders. Om de race veiliger te maken voor tweewielers overweegt de organisatie om motoren uit te rusten met vermogens- en snelheidsrestricties.
2020 was een slecht Dakar-jaar met het overlijden van Paulo Gonçalves en Edwin Straver. Bovendien ging een rijder als Adriën van Beveren snoeihard onderuit. Om het risico vroor motorrijders te verminderen overweegt de organisatie – in overleg met de FIM – om de snelheid van motoren naar beneden te brengen.
Andere routes
Om dit voor elkaar te brengen, krijgen de etappes een ander gezicht. Het zijn niet langer volgas-laagvlieg stukken, maar technischer en langzamer routes. Het blazen met 180 km/u moet dus plaats maken voor uitdagende trajecten waar de gaskraan niet volledig opengetrokken kan worden.
Motoren castreren
De organisatoren overwegen ook technische ingrepen bij de motoren. De kleine eencilinders – in het verleden ooit ingevoerd om de snelheid te beperken – zijn erg snel geworden. Met elektronische hulpmiddelen zijn motoren natuurlijk redelijk makkelijk te ‘castreren’.
Einde roadbook
Zelfs het roadbook is niet langer heilig in Dakar. Races werden verloren en gewonnen door mensen die extreem handig of juist slecht waren met een roadbook, maar de organisatoren kijken naar modernere alternatieven. Daarbij kijken rijders niet langer naar een rol met informatie (die ze ook nog eens zelf moeten doordraaien), maar krijgen ze audiovisuele waarschuwingen en aanwijzingen. Daardoor kunnen ze hun aandacht voor de volle honderd procent bij de weg houden.
Verplichte kleding
Ook de rijders zelf ontkomen mogelijk niet aan de veiligheid verhogende maatregelen die de organisatie overweegt. Jassen met airbags en nekbraces kunnen mogelijk verplicht worden voor alle deelnemers.