De ANWB is een club die mannen en vrouwen in gele autootjes laat rondrijden om andere mannen en vrouwen te helpen als ze met pech langs de kant van de weg staan. Naast pechhulp ontvangen leden ook het blad Kampioen. Trots kondigt dit clubblad in de laatste editie de Grote Fiets enquête aan. Het is het zoveelste voorbeeld van een zinloos onderzoek.
Wat leert de enquête ons allemaal? Hou je vast: fietsen maakt slank, we gebruiken fietsen recreatief en om naar het werk te komen, dieven stelen fietsen, van fietsen krijg je zadel- en spierpijn en 29% van alle fietsers stapt wel eens lazarus op zijn stalen ros.
Diep onder de indruk van zoveel nieuwe inzichten, besloot ik ter plekke de Grote Motorenquête te houden. Hoe ziet de gemiddelde motorrijder er uit?
Het kwalitatieve onderzoek onder één motorrijder levert een keur aan informatie en verrassende antwoorden op. Zo maakt motor rijden dik. Van spierpijn is geen sprake, maar motorrijders die ooit onderuit gingen klagen wel over schaafwonden, breuken en ander lichamelijk ongemak. We gebruiken motoren om naar ons werk te gaan en puur recreatief. Of niet.
In vergelijking met fietsers rijden we minder vaak lam, maar dat heeft naar verluidt iets met wettelijke regelgeving van doen. Motorrijders met franjes aan hun stuur houden er meestal geen sportieve rijstijl op na. Toerrijders maken de meeste kilometers. Motorrijders met franjes de minste. We vervloeken sportdrank en zweren bij bier.
Hekel hebben we aan snelheidsbeperkingen, verkeersdrempels, Coos Spee en domme onderzoeken met voorspelbare antwoorden. Helaas zijn er daar zo veel van. Ongeacht of het nou om fietsen, wc-brillen, deodorant of energieleveranciers gaat. Te pas en te onpas schotelen bedrijven en organisaties ons stupide enquêtes voor. Ik heb niet het idee dat mijn verzoek veel uitmaakt: “maar stop daar nou eens mee.” Tenzij ze me echt iets nieuws leren. Naar de enquête die bewijst dat motorrijders met franjes goed scoren bij de dames kijk ik bijvoorbeeld reikhalzend uit.
