Met terugwerkende kracht veroordeel ik mijn schandelijke gedrag van zondagavond 13 juli. Duizend nederige excuses voor het heulen met de vijand. Ik schaam me kapot. Die bewuste avond juichte ik – en deze openbaring kost me vreselijk veel moeite – in een kroeg in de Eifel voor het Duitse voetbalelftal tijdens de WK-finale in Brazilië. De keuze voor de Duitsers is hoogstens te verklaren door de tegenstander; het laffe Argentinië dat ons er in de halve finale uitknikkerde. Na het juichen werden de Duitse tolplannen steeds duidelijker en groeiden mijn kater en de aversie tegen onze buren. Plotseling voelde ik een kou die ik sinds 1974 niet meer gevoeld had.
Reet afvegen
‘Motorrijders ontkomen ook niet aan Duitse tol’, kopten websites en magazines over de tolplannen van onze Oosterburen. Na het lezen van alle berichten ontstond er kortsluiting in mijn hoofd. “Gloeiende gloeiende #$%^&* gloeiende! Hoe durven ze? Willen ze mijn charmante kop niet minstens vijf keer per jaar zien? Hopelijk beraadt Den Haag zich al op tegenmaatregelen. Ik pleit voor een economische boycot en het invoeren van de visumplicht voor Duitsers. Hoe durven ze geld te vragen voor het gebruik van wegen? Schandelijk. Vind je het gek dat Ronald Koeman ooit zijn reet afveegde met een Duits voetbalshirt?”
Zonder paranoia scheuren
Vorige week reed ik voor een KTM-introductie naar het Oostenrijkse Linz. Onderweg viel het me op hoe geweldig de Duitse wegen erbij liggen. Het is niet alleen het uitdagende karakter van het beton, maar ook de perfecte kwaliteit. Het oog voor veiligheid van kwetsbare verkeersdeelnemers zoals motorrijders komt daar nog eens bovenop. Ten slot blijft het een absoluut genot om gedachteloos en zonder repercussies knetterhard te rijden. Zonder paranoia naar snelheidscamera’s te speuren, kan het gas wijd open. Zalig.
Goede buur
Met 200+ reizen heeft iets magisch, het voelt alsof je een ritje maakt in een kermisattractie. Bij die gedachte ging me een lichtje branden. Op de kermis betaal ik zonder verblikken of verblozen een paar euro voor een kort ritje in de Hullie Gully. Zolang ik Duitsland zie als een grote kermisattractie komt het wel weer goed tussen ons. Haatgevoelens richting onze Oosterburen verdwenen als bij toverslag na dat plots verkregen inzicht; een goede buur is beter dan een verre vriend.
Achtbaanbelasting
Ondertussen neemt in Duitsland de weerstand tegen de plannen toe. Een goede buur, ik bedoel maar. Nog altijd hoop ik dat Duitsland de tolheffing afblaast want het lijkt me zo’n irritant gedoe om een paar keer per jaar een vignet te kopen. Mochten de plannen niet van tafel verdwijnen, dan noem ik het voor mezelf geen tolvignet, maar Achtbaanbelasting. Dat maakt het makkelijker te verteren. En die Duitsers hoeven echt niet te verwachten dat ik in 2016 voor ze juich, Oranje boven!