Een fractie, een kleine beweging maar, en ik sla mijn platen vast. Waar ik ben ontstaat frictie. Omstuimig, of juist heel beheerst, verdeel ik gulzige pk’s vloeiend naar snelheid en kilometers. Het gas open, de motor versnelt en ik smeer de aandrijving loepzuiver over het asfalt. Ik laat me bedienen, twee, drie vingers, op koppel en slip door de nauwste bochten, of bruut, zonder schaamte, in één klap met rokende banden. Ik laat me gracieus bedienen, mishandelen, wetende dat al die kracht zonder mijn inmenging het asfalt nooit bereiken zal. Een dienende rol weliswaar, natuurlijk, maar belangrijk genoeg om alles in gang te zetten. Ik knijp, de platen op elkaar, verbindt en verbreek, als de natuurlijke vriend van iedere linkerhand en beheers de beweging tot in de finesses.
Maar frictie voel ik niet meer. Ik probeer, maar verlies mijn grip zodra de gashendel in beweging kom. Versleten, na jaren stevige grip rest mij niets dan een mistroostig schuiven, glijden, zonder overbrenging. Tot die laatste keer. Dan sla ik vast, mijn platen versmolten, ineen gestort en door geen hand meer te beroeren. Geduldig nu, wacht ik tot mijn platen zijn vervangen en mijn stevige grip weer is hersteld.
Jaap van der Sar
In 2019 bestaat de Honda CB750 50 jaar. Deze Honda betekende de nekslag voor veel motormerken, maar luidde ook de nieuwe tijd in. De motorfiets evolueerde van functioneel vervoersmiddel naar recreatief genotsmiddel. Omdat het zonde is een ’69 blok uit elkaar te schroeven, hebben we dat gedaan met een ’79 blok. Een vierklepper in plaats van een twee.