Harley-Davidson zet zijn verjonging verder in met meer variaties op het Revolution Max-blok. De Sportster S heeft met de Nightster zelfs een concurrent binnen zijn eigen subgenre van sportieve Harley-Davidsons. De goedkopere Nightster heeft hetzelfde motorblok, maar minder inhoud en pk’s. Hoe groot zijn de verschillen in de praktijk en ben je beter af met de Sportster S of de Nightster?
Fotografie: Jarno van Osch
Testlocatie | Genk, België |
Temperatuur | 27 graden |
Testkilometers | 200 km |
Welke heeft de beste looks?
Het belangrijkste aankoopargument om een Harley-Davidson te kopen? Ongetwijfeld de looks. In het geval van de twee recente toevoegingen in het ‘Sport’-gamma van de Amerikaanse motorbouwer – de Sportster S en nieuwere Nightster – zit het in ieder geval al goed. Hoewel het moderne Harley-Davidsons zijn, zien ze er nog steeds typisch uit zoals je van het merk mag verwachten: stoer, laag en mooi afgewerkt. De Sportster S is daarbij stoerder, heeft een lager silhouet en is mooier afgewerkt dan de Nightster. Je ziet duidelijk dat het de duurste machine is, met onder andere een knap TFT-scherm, tegenover het eenvoudige analoge LCD-scherm van de Nightster. De Sportster S is volgens ons – maar smaak is heel persoonlijk – de knappere machine. De gedrongen stijl, de overbemeten onderdelen zoals de uitlaat en de banden, maar ook de kleurkeuze. Zo is de Sportster S verkrijgbaar in de bijzonder originele en mooie kleur ‘Mineral Green Metallic’. Een tint die je niet snel zal kiezen op een motorfiets, maar op de Sportster S werkt de combinatie met het bronskleurige motorblok heel goed. Andere opvallende, uiterlijke verschillen tussen beide motorfietsen zijn de plaatsing van de uitlaat (laag bij de Nightster, hoog bij de Sportster S), de dikte van de banden (normaal bij de Nightster, dik bij de Sportster S) en de vorm van het achterspatbord. Of het gebrek daaraan op de Sportster S. Het spatbordje is zo klein dat het nut ervan – spatwater van je rug houden – compleet in het water valt. Cool voor de looks, dat wel. Een ander dingetje is de positie van de nummerplaat. Op de Nightster is dat gewoon op het achterlicht geplaatst, wat er wat amateuristisch uitziet. De Sportster S krijgt een nummerplaat/achterlicht-combinatie die met een zijarm aan het achterwiel bevestigd is, wat een mooiere oplossing is. Aan de voorkant vinden we op de Nightster een klassieke ronde (led)koplamp, terwijl de Sportster S voor een atypische afgeronde rechthoek gaat. Niet ieder z’n meug, maar het past beter bij het lage, in elkaar gedoken uiterlijk van de Sportster S. De ronde koplamp vinden we dan weer beter passen bij de wat klassieker getekende Nightster. In hun stijl zijn het beide mooie motoren, maar als we alles optellen klinkt de Sportster S qua looks op een overtuigende overwinning.
Welke is het snelst in een drag race?
Niets is zo leuk als intense stoplichtsprints met een Harley-Davidson. Je ziet het in films, je hoort de gretige motoren ronken en je wil het dan zelf ook doen. Dat we de rij-eigenschappen vooral beoordelen op hun sprintcapaciteiten heeft een reden. Je kunt fijn sturen met beide machines, maar ze blinken er niet in uit. De Nightster doet het wel beter dan de Sportster S en dat heeft alles te maken met de dikke voorband van die laatste. Toch wil ook de Sportster S wel in de bocht vallen, dankzij de conische vorm van die voorband. Een slim trucje om de stoere looks te combineren met rijplezier. Maar tijdens het rijden bereik je op beide machines al snel de limiet van de hellingshoek, dus concentreren wij ons op de acceleratie.
Twijfeltest Indian Scout Bobber Twenty vs. Indian Chief Bobber
De 90 pk sterke Nightster doet het in een drag race zeker niet verkeerd. Hij voelt snel aan, terwijl het motorblok en de versnellingsbak soepel reageren. Een heel verschil dus met Harley-Davidsons van vorige generaties. Die kon je niet zo snel schakelen en reageerden veel bruter op je gasinput. Daarbij zijn deze twee machines rijkelijk uitgerust met allerlei elektronica. Bochten-ABS, tractiecontrole, Drag Torque Slip Control System en verschillende rijmodi. Met andere woorden; gas erop in rechte lijn en niet vrezen voor een wegslippend achterwiel. Tijdens onze testweek was het zeer warm en droog, dus hebben we nooit de elektronica voelen ingrijpen, maar we weten uit een eerdere rit met de Sportster S dat die tractiecontrole werkt zoals het hoort.
Het mag geen verrassing zijn dat de Sportster S hier duidelijk de snellere is. Met zijn grotere cilinderinhoud (1252 cc tegen 975 cc), surplus aan vermogen (123 pk tegen 90 pk) en koppel (125 Nm tegen 95 Nm) laat hij de Nightster achter alsof die stilstaat. Het verschil is behoorlijk groot. Sterker nog, de Sportster S is indrukwekkend snel. Het Revolution Max-motorblok pikt gretig op en lanceert de Sportster S als een raket de verte in. Een klein nadeel in de drag race is wel dat de zitpositie op de Sportster S comfortabeler is. Klinkt dat gek? We bedoelen ermee dat je op de Nightster meer voorovergebogen ligt en dus minder wind vangt. We vonden het trouwens opvallend dat we makkelijker op de Sportster S zaten, want zo ziet hij er niet uit. Zijn grote voordelen zijn de bijna 50 mm hogere zithoogte en zijn hogere stuur. Meer zitten dan liggen dus. Toch maakt het voor de Sportster S allemaal niet uit, want met zijn sprintcapaciteiten laat hij veel motoren voor Piet Snot staan.
Welke biedt de meeste pk’s voor zijn geld?
Meer vermogen is – meestal – fijner. Maar ook een stuk duurder. Reken je per pk af, krijgen we een goede kijk op wat je nu eigenlijk krijgt voor je geld. In het geval van de Sportster S betaal je 183,7 euro per pk. Dat is behoorlijk veel. Maar nog niet zo veel als de Nightster, want daar moet je maar liefst 213,3 euro per pk neerleggen. Meer vermogen hoeft dus niet op alle manieren duurder te zijn. Bekijken we de aankoopprijzen van beide machines, dan krijgt de Nightster een prijskaartje van 19.195 euro en de Sportster S eentje van 22.595 euro. Een verschil van 3.400 euro. Dat is veel geld, laat dat duidelijk zijn, maar omdat de prijzen van beide Harley-Davidsons toch al rond de 20.000 euro schommelen, valt het procentueel gezien best mee. Bekijk je het op die manier, is de Sportster S een veel interessantere aankoop, want hij is ook beter afgewerkt, sneller, comfortabeler en heeft een betere prijs per pk-verhouding.
2022 Harley-Davidson Pan America test: HD met Quickshifter
Aan de andere kant kun je die 3.400 euro ook uitgeven aan accessoires op de Nightster. Want je weet toch dat je de Harley-Davidson-dealer niet verlaat zonder nog wat extra onderdelen op je nieuwe machine bij te bestellen. Dat hoort gewoon zo op een Harley-Davidson. Dan heb je een machine die fijn rijdt en voldoende vermogen heeft, maar er vooral ‘uniek’ uitziet. Dus het is maar de vraag wat het belangrijkst is voor jou: de looks, de prijs of de pk’s.
Conclusie duotest Harley-Davidson Nightster vs Sportster S
Een droge 3-0 voor de Sportster S. Makkie, kat in ’t bakkie. Het ‘Sport’-gamma van Harley-Davidson kreeg afgelopen jaren een welkome vernieuwing met de Sportster S en later de Nightster. Na de Pan America twee Harley-Davidsons die de vernieuwing van het merk moeten inzetten. De belangrijkste eigenschap daarvan? Het Revolution Max-motorblok, of althans een variatie daarop. In de Sportster S werd het Pan America-blok gebruikt, maar dan met wat minder power. Het Nightster-motorblok krijgt ook wat minder cilinderinhoud. Beide machines zijn de sportiefste, toch zeker qua uiterlijk, Harley-Davidsons die je kunt kopen. Wil je voor de beste, mooiste, snelste en meeste waar voor je geld gaan, kies dan de Sportster S. Maak je een foute keuze met de Nightster? Nee, zeker niet. Sterker nog, het is de makkelijkere motor voor beginnende rijders. Hij stuurt beter, is handiger te manoeuvreren en heeft een geschikter aantal pk’s voor debutanten.
Plus en min Harley-Davidson Nightster
+ Fijn motorblok, voelt modern(er) aan, sturen
– Niet goedkoop, niet sportief, remmen
Plus en min Harley-Davidson Sportster S
+ Origineel en stoer uiterlijk, afwerking, trekkracht
– Geluid, vering, vuile rug door gebrek spatbord