Test 2022 Kawasaki Versys 650. Goed nieuws voor avonturiers-in-spe: voor 2022 vernieuwt Kawasaki zijn op A2-reizigers beluste Versys 650. Onder z’n subtiel gerestylde kuipwerk schuilen vanaf 2022 onder meer tractiecontrole, bluetooth-connectiviteit en een 4,3”-tft-schermpje. Of en hoe dat pakket weet te overtuigen, mogen we in de achtertuin van Barcelona ontdekken. Spring maar achterop!
Testlocatie | Gerona, Spanje |
Testomstandigheden | Een geweldige reep asfalt, eindeloze bochtensequenties en een staalblauwe hemel. Wat wil een mens nog meer? |
Temperatuur | Dik 20 graden. |
Testkilometers | 100 kilometer voorzien, 180 kilometer gereden. Heerlijk. |
Bijzonderheden | Tractiecontrole, bluetooth en TFT vinden hun weg nu ook naar de lichtere Kawasaki’s, evenals ledverlichting en een makkelijk verstelbaar windscherm. |
Waarom rijden we de 2022 Kawasaki Versys 650?
Aan populariteit ontbreekt het de Versys 650 al sinds z’n introductie niet, maar erg veel updates kwamen er niet. Een kleurtje hier of Euro5-keuring daar niet te na gesproken. Anno 2022 zijn er wél flink wat nieuwigheden voorzien. Extra troeven voor een amper gewijzigde prijs? Dat moeten we aan den lijve ondervinden!
Fotografie: Ulla Serra, Kawasaki
Mijn persoonlijke ervaringen met de Versys 650 zijn op z’n zachtst gezegd – eh – getroubleerd. Wat voor de goede orde niet aan de motor zelf ligt. Dat zit zo: tijdens mijn allereerste perspresentatie met Kawasaki, intussen bijna zeven jaar geleden, ging ik in de allereerste fotobocht genadeloos op m’n snufferd met de Versys 650. Of het onervarenheid was, of een dieselvlek op het met hemelwater gemarineerde wegdek, laat ik in het midden. Feit was dat ik geen verhaal had, de twee wielen tegelijk kwijt was, en een pijnlijke fotosequentie rijker was. De arme Versys was nadien rijp voor de ijzerboer, ikzelf had enkel een deuk in m’n ego opgelopen. En in m’n zelfvertrouwen als rijder: het overkomt me nog dat ik badend in het zweet wakker word, omdat ik er tijdens een droom eentje gehorizontaliseerd heb. Aargh!
Test: 2022 Kawasaki Versys 1000 Standaard
Maar goed, één van de twee oorzaken voor m’n schuiver zou dankzij de 2022-update volledig van de baan moeten zijn. Neen, Kawa heeft geen dieselradar of specifieke regenband uitgedokterd, maar de nieuw toegevoegde tractiecontrole zou de onervaren motorrijder van weleer vermoedelijk met minder problemen door die bocht hebben geloodst. Daarover zo meteen meer. Eerst even een rondje bandentrappen, want hoe herkenbaar de Versys 650 in profiel ook lijkt, des te opvallender is het gebeitel als je z’n vooraanzicht monstert.
Facelift met tanden
Toen Gerard Joling een tijd terug een nieuw fietsenrek liet monteren, raakte Nederland amper uitgepraat over ‘s mans oogverblindende portie porselein. Kawa hoopt op eenzelfde effect, door de tanden van de Versys 1000 en Ninja’s watervalgewijs ook op de Versys 650 te voorzien. En daar slagen de Japanners wonderwel in: je moet je best al doen om de verschillen nog te spotten met de grote broer, van de iets agressiever gestijlde ledkoplampen over de opvallende slagtanden onder de neus, tot het kuipwerk op de radiator en de flanken van de benzinetank. Verder blijven de stilistische updates tot een minimum beperkt. Geen liposuctie of borstimplantaten, wel een flinke facelift.
Niet met de grote sier, maar subtiel en goed – dat vat de levenswandel van de Versys 650 eigenlijk best goed samen. In de eerste, op de ER-6N gebaseerde versie stonden zowel motor als ophanging meteen als een huis, drie jaar later – in 2010 – volgde een eerste voorzichtige restyling. De grootste upgrade kwam er in 2015, toen het vermogen werd opgesjord van 64 naar 69 pk en het remsysteem passend werd opgewaardeerd. In 2017 en 2021 volgden nog enkele kleine upgrades teneinde respectievelijk de Euro4- en Euro5-normering te halen. Maar noemenswaardig veranderen deed de Versys onder die impulsen niet. Tot nu, dus.
Kilometers vreten
Achter de nieuwe façade schuilt gelukkig nog steeds het pakket waarmee Kawasaki sinds jaar en dag jonge rijders en downsizers weet te overtuigen. Met je billen in de dik gepolsterde en comfortabele zit, tot de relaxte hoek waaronder je armen en benen richting het brede stuur en vanuit je troon richting de ergonomisch uitstekend geplaatste voetsteunen reiken: deze machine is gebouwd om in alle comfort kilometers te vreten. Om die insteek nog extra kracht bij te zetten, is ook de basissetting van de ophanging duidelijk op gerieflijkheid gericht. De lekker lange veerwegen en boterzachte demping vreten elke oneffenheid in het asfalt weg en zijn zowel instelbaar naar belading (veervoorspanning) toe, als naar uitgaande demping (vooraan). Heerlijk om de verwachte klappen tegen billen, onderrug en nieren amper als dusdanig doorgeseind te krijgen. Al dient gezegd dat we – als we het tempo opschroeven – toch ook even met de instellingen qua uitgaande demping in de weer willen om overmatige deining bij sportief rijden eruit te regelen.
Test 2022 Voge 500DSX: ‘Is het een Ducati?’
Tractiecontrole
Achter het in vier stappen verstelbare windschermpje – daarvoor moet je even in de weer en een drukknop rechts onder het dashboardje – zit een 4,3-inch tft-kleurenscherm opgeborgen. Het exemplaar op de Versys 650 kan je herkennen van andere modellen van de Groenen, en kan dus ook op onze goedkeuring rekenen. Naast alle boordinformatie, tref je er ook een eco-indicator en icoontje op aan dat op connectie met je smartphone (via bluetooth, middels Kawa’s eigen, gratis Rideology-app) duidt. Zo kan, wie dat zou willen, gestoord worden door meldingen van oproepen of binnenlopende berichtjes. Interessanter is dat je na de rit de gegevens van je rit en motor kan bekijken (Hellingshoeken!). Optioneel kan je in dat opzicht voor een extra USB-poort en/of 12V-aansluiting kiezen, die dan hun plaats links onder het dashboard vinden. Belangrijker is dat op het schermpje ook het logootje van ‘KTRC’ – Kawasaki’s benaming voor tractiecontrole – oplicht. Die kan je middels ‘Select’-knop op de linker stuurhelft selecteren, en middels de pijltjes naar stand 1, 2 of ‘off’ mikken. Dat laatste overigens enkel in neutraal en met het gas dicht.
Was er tijdens de ochtendrit nog her en der een oplichtend ‘KTRC’-logootje te zien omwille van het koude asfalt, dan kon de tractiecontrole tijdens de namiddag wel helemaal uit. Het perfecte wegdek, in combinatie met een graad of 20 Celsius maakte het rijhulpje op zich overbodig. Had het hier geregend, dan was het een heel ander verhaal geweest. Of tractiecontrole op deze erg soepel oppikkende machine écht nodig is, laat ik in het midden. Maar mooi dat Kawasaki ervoor gekozen heeft om deze extra veiligheid in te bouwen. Zeker voor de minder doorgewinterde rijder, én voor die prijs.
Sweetspot
Het blok zelf is al sinds 2006 in roulatie, en door de jaren heen werd het eigelijk ongemoeid gelaten. Een staande twin met 649 cc aan longinhoud, twee zuigers die fier naast elkaar in het gareel lopen en een ontstekingsvolgorde van 180°. We zouden liegen als we die combinatie de spannendste noemen die ooit in een frame werd gemikt, maar er is een goede reden waarom Kawasaki de paralleltwin heeft gelaten wat het is . Het blok haalt 67 pk en 61 Nm, is lekker kort gegeard in de eerste versnellingen en lang in de twee hoogste in de bak, en stampt zich overal doorheen. Of je nu door de drukke spits naar je werk slalomt, na de werkdag even een luchtje gaat scheppen op een slingerdijk, of een trip van meerdere honderden kilometers hebt gepland. Een ietwat kort aangrijppunt van de koppeling niet te na gesproken, kom je steeds zonder horten van de plaats, waarna de twin mooi lineair oppikt tot rond de 6.000 toeren. Daarna komt het blok helemaal in z’n element, tot het ergens tussen de 8 en 9.000 toeren stilaan buiten adem raakt. Maar die ‘sweetspot’ daagt je non-stop uit om een versnelling lager te schakelen, de boel aan de kook te houden en de limieten van z’n kunnen op te zoeken. En die ontgoochelen ook op deze testrit niet.
Spreekwoordelijke zweep
De reden daarvoor is tweeledig: we zijn met het motorjournaille naar de zone tussen Gerona en Barcelona afgezakt. Wat niet enkel een garantie is op serpentinebergwegen, waardoor je slakkenhuis danig in de war raakt en je niet meer weet wat onder of boven is, maar ook op het onvermijdelijke gidsenduo Joan en Gerard – vader en zoon. Zij kennen de regio als hun broekzak, zitten niet verlegen om de spreekwoordelijke zweep erover en loodsen het schrijverspeloton dus met een glimlach en een rotvaart door het landschap. Bijgevolg wringen we de arme Versys helemaal tot z’n limieten uit: een feestje in de rode zone van de toerenschaal, en sturen dat ‘t een lieve lust is. Na amper enkele kilometers valt aan de banden niet meer te zien dat ze net uit de verpakking komen. Zoals het een Kawasaki betaamt, gaat insturen al met de minste input en gooi je ‘m zonder tegenzin van z’n ene op het andere oor. Waarbij we noteren dat de grondspeling opvallend ruim is – slechts een zeldzame keer schrapen we een voetsteuntje tegen het asfalt.
Die mishandeling laat de Versys zich overigens opmerkelijk vlot welgevallen. Motorisch is hij niet van de wijs te brengen, schakelen gebeurt steeds precies en voorspelbaar, en ook de Nissin-remmen kwijten zich uitstekend van hun taak. Ook na 180 kilometer in de rode zone en constante remmomenten, valt er qua remdruk geen verval te noteren. Een stevige bite en veel feedback vooraan, zoals het hoort. En achter een initieel zachtere bite, maar ideaal om bij te sturen halverwege de bocht. De ABS grijpt een paar keer in, waarbij we noteren dat de ingreep bijlange niet zo onherroepelijk of frequent is als we bij andere motoren en merken in dit segment al hebben meegemaakt. Mooi zo.
Prettige soundtrack
Geen klachten dan? Wel, niet helemaal, al dient daarbij vermeld dat de testomstandigheden het doorsneegebruik van deze motor flink overtreffen. Als we even mogen zaniken, dan missen we de slipper/assist-koppeling die op de iets sportievere middenklassers van het merk wel is voorzien. Voorts is de ophanging duidelijk (en terecht) op rijcomfort afgesteld, waarbij we voor ons overdreven gepook toch even met de schroevendraaier in de weer gaan om de uitgaande demping van de voorvork bij te stellen. Deint-ie net wat minder na op deze eindeloze opeenvolging van remmen en gasgeven. Het windscherm is dan weer makkelijk te verstellen, al moet je wel met beide handen in de weer (en dus enkel bij stilstand): een hand om de drukknop in te duwen die het scherm ‘los zet’, de andere om het gelijktijdig naar de gewenste positie te verschuiven. Werkt uitstekend, maar het relatief kleine windscherm slaagt er niet in om alle rijwind van je schouders of helm weg te houden. Storen doet het tijdens onze rit niet, maar we kunnen ons inbeelden dat je voor een lange snelwegrit liever iets meer afgeschermd wordt. Voor grotere rijders is er een groter windscherm verkrijgbaar in transparant of smoke.
Kwestie van onze complimentensandwich te vervolledigen, toch nog even een open doekje voor het geweldige rubber – Bridgestone T32 R’s – én voor het gepruttel uit het subtiel onder het blok verwerkte dempertje. Ondanks Euro5 heeft de Kawasaki een erg te pruimen soundtrack.
Conclusie 2022 Kawasaki Versys 650
Als het Spaans gepook van het verzamelde motorjournaille één ding heeft duidelijk gemaakt, is het wel dat de Versys 650 veel meer kan dan z’n doelgroep ervan zal verwachten. Deze machine is gebouwd om in alle comfort te reizen – van die dagelijkse tientallen kilometers naar je werk, tot de zomerse trip richting zonniger oorden. Het blok is krachtig genoeg, heeft een soepele draaicultuur en overdondert nooit. Qua ophanging, zithouding en polstering van het zadel zal je zelden beter gezeteld hebben. Aangevuld met alle elektronische snufjes die je anno 2022 denkt nodig te hebben, is dit gewoon een uitstekend pakket voor de reiziger-in-spe.
Pluspunten 2022 Kawasaki Versys 650
- Rijcomfort
- Gebruiksgemak en inzetbaarheid.
- Prijs
Minpunten 2022 Kawasaki Versys 650
- setting van de vering als het tempo stijgt
- Windprotectie
Optioneel reiziger
Ambieer je een trip om de globe, dan valt het copieuze Grand Tourer-pakket niet te versmaden. Voor 2.249 euro (excl. montage) extra krijg je dan een topkoffer (47 liter), monokey zijkoffers met binnentassen (56 liter), handkappen, een groter windscherm, ledmistlampen, handvatverwarming, een tankpad, een 12V-aansluiting én een gps-houder. Geweldige value-for-money, als je het ons vraagt. Minder nodig? Dan kan je voor minder euro’s ook kiezen voor de minder uitvoerige Urban-, Tourer- en Tourer Plus-pakketten.