Test 2022 Ducati Streetfighter V2. De geschiedenis herhaalt zich. Konden we halverwege het vorige decennium voor ‘t eerst kennismaken met de Streetfighter 1098 en later pas met de kleinere 848, dik 15 jaar later doet Ducati dat kunstje nog eens over. Na de waanzinnig potente Streetfighter V4, zetten de Bolognezen nu ook met een minder ongrijpbare Streetfighter V2 op de bühne.
Testlocatie | Sevilla, Spanje |
Testomstandigheden | Perfect droog, zowel op het circuit als op de openbare weg. |
Temperatuur | 15 tot 22 graden. |
Testkilometers | 130 km op de openbare weg, vier sessies op het circuit van Monteblanco |
Bijzonderheden | Volledig nieuw in de Ducati-familie, een opvolger voor de Streetfighter 848 van weleer. |
Waarom rijden we de 2022 Ducati Streetfighter V2?
We waren al fan van de Streetfighter V4, maar die gaat in alle eerlijkheid wat petjes te boven qua power en prijskaartje. De Streetfighter V2 ziet er niet alleen even knap uit als z’n grote broer, maar zou ook qua gebruiksgemak wel eens een publiekslieveling kunnen worden. Bekijk hier de video van deze test.
Laat ons wel wezen: je moet al cum laude aan de brailleschool afgestudeerd zijn om de gelijkenissen tussen de Streetfighter V4 en de 2022 Ducati Streetfighter V2 niet in één oogopslag te spotten. Van de strak gepenseelde koplamp met de kenmerkende led-strip, over de vuurrode lik verf, de knappe enkelzijdige achterbrug, tot het omhoog priemende racekontje – slechts de opvallende verschillen qua schouderbreedte (die minstens gedeeltelijk aan de ‘halvering’ van het blok ligt) én de enkele uitlaatdemper springen eigenlijk meteen in het oog. Ook technisch gezien had Ducati de Streetfighter V2 eigenlijk ‘op het schap’ liggen: alleen een breder en hoger stuur, een licht gewijzigde geometrie, een iets langere swingarm (+16mm), een iets vlakker en dikker zadel, en enkele tanden extra aan het achterwiel onderscheiden ‘m onderhuids van de Panigale V2. O ja, en ook de ‘huid’ zelf is wat krapper. Wat oogt-ie strak in het pak, zonder dat kuipwerk – liefde op ‘t eerste gezicht.
Test 2022 Ducati Multistrada V2 S
Goed nieuws van die genendelerij is dat het 955cc grote Supersquadro-blok (en bijbehorend elektronicapakket) perfect past in het aluminium monocoque frame, dat eveneens van de Panigale V2 werd overgenomen. Waardoor ook deze Streetfighter V2 kan uitpakken met 153 pk bij 10.750 tpm en 101,4 Nm bij 9.000 tpm. Die ‘Superquadro’ – letterlijk vertaald ‘overvierkant’ – dankt z’n naam aan het feit dat een grote boring wordt gekoppeld aan een opvallend korte slag. En zo dus behoorlijk wat vermogen en koppel presteert bij hoge toerentallen, wat doorgaans erg interessant is voor racemotoren. ‘Maar die Streetfighter is toch een bike voor de openbare weg’, horen wij je denken. En daar verschijnt het grotere achtertandwiel in beeld: een hogere topsnelheid, maar ook meer koppel bij straatlegale snelheden.
De prominent in het zicht geplaatste monoshock komt qua kleur aardig in de buurt, maar is geen Öhlins – wel een volledig instelbare, progressieve unit van Sachs. Ook voor valt geen Zweeds goud te bespeuren, wel een 43mm-Showa BPF met alle stelmogelijkheden. Ook deze setup komt (licht gewijzigd) overgewaaid van de Panigale V2. Wat overigens ook gezegd kan worden van de Brembo-remmerij: de radiaal gemonteerde M4.32 Monoblocs troffen we ook al op de ‘gekuipte’ versie aan, al is ook hier een subtiel verschil te vinden. De remblokken kregen een andere compound, waardoor ze iets minder agressief in de remschijven moeten bijten.
Koksmes
Zoals we eerder al vermeldden, komt ook alle elektronica overgewaaid vanop de Panigale V2. Dus enkele tellen op de uitknop van de richtingaanwijzers drukken en je hebt de rijmodi (Sport/Road/Wet) voor het uitkiezen. En dankzij de zesassige IMU, kan je ook in de weer met alle rijhulpen die daarbij horen: hellingshoekgevoelige ABS en tractiecontrole, wheeliecontrole, instelbare motorrem en zelfs een quickshifter zitten onder je linkerduim verscholen.
Omdat we eerst van jetje mogen geven op het Circuito de Monteblanco kiezen we op aanraden van Ducati-testrijder Alessandro Valia voor ‘Sport’, met wheeliecontrole in de stand één, het ABS achter uitgeschakeld (‘Slide by brake’ actief), tractiecontrole in een lage stand en de elektronisch regelbare motorrem op de hoogste stand. Onder onze bandenwarmers zit een standaardset Pirelli Diablo Rosso IV’s verstopt.
Voor de vier sessies krijgen we een licht aangepaste versie van de 2022 Ducati Streetfighter V2 onder de billen, die ontdaan is van z’n spiegels, én naast z’n hendelprotectoren ook voorzien is van de op deze versie optionele winglets. Goed voor 27 kg aan downforce bij 265 km/u. Eh, gas d’rop!
Minder is beter
Met de rechterduim porren we de tweeling in het vooronder tot leven, waarna vrij potent maar herkenbaar gebulder zich uit de enkele demper krult. Een welgemikte prik duwt de Ducati in zijn een en we zijn op weg. Andiamo, ragazzi! Al in de eerste bocht valt op hoe onwaarschijnlijk licht én gedecideerd de Streetfighter V2 zich laat insturen. Bocht inkijken, terugschakelen – wat werkt die quickshifter geweldig snel en precies! – flink in de remmen en de Streetfighter mikt z’n voorwiel exact waar je had gehoopt. Een minimale input brengt ‘m haast vanzelf op hellingshoeken die je vooraf niet had verwacht. Wat een stuurijzer! Nu hadden we op de Streetfighter V4 al amper te klagen over het precieze sturen, maar de V2 is toch het koksmes in de lade met doordeweeks bestek. Ook qua power valt niks te klagen: tot rond de 8.000 tpm pakt de 2022 Ducati Streetfighter V2 mooi gelijkmatig op, met steevast voldoende koppel voorhanden om het tempo mooi hoog te houden. Eenmaal dat punt voorbij krijst de Superquadro de boel bijeen tot hij bij 11.000 tpm tegen de begrenzer kwakt. Wat een rush. Dik 200 pk is leuk voor de verhalen in de kroeg, een pak minder pk’s is in werkelijkheid vaak leuker.
Lezerstest Ducati motoren X Joseph Klibansky
Met een hark geasfalteerd
Een verschil met de Panigale V2 dat al tijdens de eerste sessie opvalt, is het feit dat de remblokjes zelf niet identiek zijn, maar ontworpen zijn voor een zachtere eerste bite. Daardoor moet je wel opvallend harder in de remhendel knijpen om het gewenste effect te krijgen. Remkracht is er in overschot, laat ons wel wezen, maar de aanvankelijke zachte remdruk is opmerkelijk. Wat er aan het eind van het rechte stuk op Monteblanco, bij dik 250 km/u, voor zorgt dat met de achterrem wat bijremt. Waarbij de ophanging ook z’n duit in het zakje doet, want het circuit van Monteblanco werd schijnbaar met een hark geasfalteerd – uiterst ruw tarmac, met een pokdaliger voorkomen dan wat de gemiddelde puber met Clearasil te lijf gaat. Die ware gesel voor zowel banden als ophanging had meteen elke onvolmaaktheid kunnen blootleggen, maar dat gebeurt (nagenoeg) niet: enkele korte uitbraakjes achter niet te nagesproken, zijn zowel de grip als de stabiliteit optimaal, en er valt amper geduik of gestempel te noteren als het tempo omhoog gaat. Nadien merken we op de GoPro-beelden wel dat de elektronica z’n werk heeft gehad om onze – eh – rijkunsten bij te sturen: een ware kerstboom aan dashboardlampjes die bij elke iets te vlot aangesneden bocht ging knipperen als een malle. Maar het feit dat we dat pas nadien merken, zegt veel over de subtiliteit van onze elektronische beschermengel. Hulde.
Nog wat te klagen?
Na de lunch staat nog een lokale rit van 130 kilometer op de openbare weg gepland, wat uiteindelijk toch het beoogde speelterrein voor het leeuwendeel van de kilometers moet worden. En al bij die eerste namiddagmeters – die we door het verkeer noodgedwongen in een slakkengangetje afleggen – valt wel meteen een ‘oud zeer’ op dat ons op de racebaan amper was opgevallen: Onder de 3.000 tpm gaat het allemaal een beetje met horten en stoten op de 2022 Ducati Streetfighter V2, met een injectie die nogal wat on/off vertoont. Maar daarmee houdt de klaagzang op, want iets hogerop op de toerenschaal kan het feest beginnen. Tussen de 4.500 en de 8.500 tpm in de Road-modus zit immers het gros van de power verstopt – eerlijk voor al wie graag hoogtoerig rijdt, beetje aanpassen voor de sportieve toerder, maar altijd met een brede grijns achter het vizier. Extra opgepookt door de brutale noot uit de demper en de plofjes die de uitstekend presterende quickshifter bij elke versnellingswissel te berde brengt, gaat het al snel hard. Als je in de buurt van de begrenzer komt, merk je dat de prestaties (in Road-modus) flink afzwakken, wat uitnodigt om net een tikkeltje vroeger te schakelen dan de schakelindicatoren aangeven. Genoten we op het circuit zo van het hoogtoerige karakter in de Sport-modus, dan vinden we de Road-modus eigenlijk een stuk aangenamer rijden, zowel bij normaal als sportiever gebruik. Daarbij wordt de koppelcurve iets meer lineair opgebouwd, met een mooiere spreiding. Waardoor de wolf plots weer in z’n schaapsvacht past en je letterlijk elke knik in de weg vol vertrouwen kan aansnijden.
2022 Ducati Streetfighter V2: koning in Niemandsland
Als we al een twijfelpuntje hebben rond deze motorfiets, dan draait dat nog het meest rond de positionering in de markt. De 2022 Ducati Streetfighter V2 is namelijk net iets te potent (en te prijzig: € 18.990,-) om de Ducati bij de middenklasse nakeds in te delen, met ettelijke tientallen pk’s aan surplus ten opzichte van de MT-09, Z900, Street Triple 765,… Maar hij komt tegelijk enkele strepen tekort om zich te meten met de 1290 Super Duke R en de Speed Triple RS. In die supernaked-klasse knokt de Streetfighter V4 namelijk ook al mee voor elke stukje grond. En zo wordt de Streetfighter V2 tegen wil en dank een beetje Koning in Niemandsland. Een oververdiend kroontje, overigens.
Conclusie 2022 Ducati Streetfighter V2
Begrijp me niet verkeerd, de Streetfighter V4 is een waanzinnig knappe motor en valt eigenlijk vrij eenvoudig beschaafd te rijden. Maar ik kan de motorrijders die hem tot het uiterste van z’n technische fiche zouden kunnen testen, letterlijk op één hand kan tellen – en daar hoor ik helaas niet bij. De Streetfighter V2 is meer de motor voor jou en mij, een perfect bruikbaar en uitgebalanceerd plaatje voor elke sportieve rijder. Nog steeds erg potent, maar perfect behapbaar. Waanzinnig levendig insturend, zonder aan stabiliteit in te boeten. Exotische premiumlooks om een moord voor te plegen, zonder de absolute hoofdprijs te betalen. Alle mogelijke elektronica aan boord, maar zonder nadenken te rijden. En amper directe concurrentie te bespeuren. Kat in het bakkie, wij zijn om.
Pluspunten 2022 Ducati Streetfighter V2
Flitsend stuurgedrag, waanzinnig knappe looks, potent Superquadro-blok
Minpunten 2022 Ducati Streetfighter V2
Best even voor sparen, remmen mochten iets gretiger bijten, beetje stotterig in lage toeren
Ducati Streetfighter V4SP
Gelijktijdig met de Streetfighter V2, trok Ducati ook het doek van de Streetfighter V4SP. Een gelimiteerde editie, waarbij een exclusieve kleurstelling gecombineerd wordt met alle snufjes van de Superleggera V4. Het rijklaargewicht zakt mede daardoor tot 196 kg, oftewel 3 kg minder dan de Streetfighter V4S. Dat kan meespelen op een markt waarbij het om halve pondjes draait. De ‘Winter Test’-kleurstelling combineert matzwart op de kuipdelen met mat carbon op de velgen en winglets – wat op zijn beurt prachtig contrasteert met de felrode accenten en de geborstelde aluminium tank. Een gelimiteerde editie zou die naam niet waard zijn zonder uniek nummer op de kroonplaat en een Italiaanse vlag op de carbon winglets. Verder krijgt de SP onder meer vijfspaaks-carbonvelgen (-1,4 kg), verstelbare, CNC-gefreesde voetsteunen, een carbon voorspatbord, een lithium-ion accu, en een open carbon koppelingsdeksel. De kersjes op deze taart luisteren naar welluidende namen: Öhlins Smart EC 2.0-vering en Brembo Stylema R-remklauwen.
Het kloppend hart is de 1103cc-Desmosedici Stradale met 208 pk, die een koppel van 123 Nm bij 9.500 tpm kan leveren. Op de Streetfighter V4SP is de Desmosedici Stradale uitgerust met de STM-EVO SBK-droge koppeling, die ook onder de meest extreme omstandigheden zonder problemen zal terugschakelen. De Streetfighter V4SP landt in februari 2022 bij de Ducati-dealers, in de ‘Winter Test’-kleurstelling met enkele zit. Begin alvast te sparen, want de Streetfighter V4SP moet € 36.990,- kosten…