Feest bij Honda: de familie is uitgebreid met een heuse drieling in de A2-generatie: drie varianten van de CB500. Vandaag concentreren we ons op de avontuurlijkste van het stel; de CB500X. Is minimaal allroad ook maximaal avontuur?
We trappen even af met een algemeen kennismakingsrondje want de avontuurlijke kleine, 500 cc A2-twin komt zoals gezegd niet in zijn eentje, maar wordt vergezeld door de naakte CB500R en de wat sportievere en volledig gekuipte CBR500R. Die delen, om de productiekosten overzichtelijk te houden, een groot aantal gezamenlijke onderdelen, waaronder uiteraard frame en blok.
Op die eerste twee machines komen we later nog terug, eerst rijden we met de kleine avonturier, die zich onderscheidt van zijn zusjes door de montage van een 19 inch voorwiel, langere veerwegen, de montage van speciaal ontwikkelde Dunlop Trailsmart Mixtrail-banden, een iets grotere tank, verstelbaar windscherm en natuurlijk langere veerwegen. Voor alledrie geldt overigens dat de staande, 180 graden 500 cc twin wat is opgefrist, waarbij Honda verklaart dat het vermogen tussen 3.000 en 7.000 toeren met vier procent is gestegen. Het topvermogen blijft uiteraard begrensd op 35 kW om binnen de grenzen van het A2-rijbewijs te blijven.
Dubbelloops eindpijp
Een vriendelijke allrounder voor een relatief aangename prijs; dát was het uitgangspunt bij de ontwikkeling van de nieuwe ‘X’. En geloofwaardig ook, want de maker van de Africa Twin kan zich niet veroorloven om een al te slap aftreksel te presenteren, al was het alleen maar omdat Grote Broer (goed, da’s persoonlijk, maar toch) er van alle serieuze allroads qua looks met kop en schouders bovenuit steekt. Het doet daarom deugd om te zien dat de CB500X zich in ieder geval qua uiterlijk niet hoeft te schamen. Hier staat een heel fraaie machine, waarbij niet bezuinigd is op details. Genoeg gekeken en vergeleken; tijd om het achterland en die eindeloze bochten van Tenerife te vereren met een bezoek. Hoe gedraagt de kleine Adventure zich als het gaat om Groots Toeren?
Allround toerkarakter
Dat begint met een goede zitpositie. Die is, zeker als je niet hoger bent dan 1,85 meter, heel aangenaam. De kniehoek is behoorlijk ruim, zonder meteen de grondspeling in gevaar te brengen want hij staat tenslotte lekker hoog op de poten. Het zadel is eigenlijk precies goed, loopt niet te steil af naar beneden en het stuur is lekker hoog en valt als vanzelf in de handen. De staande twin sluit vervolgens heel goed aan bij het allround toerkarakter van de ‘X’. Onderin pakt hij heel makkelijk op en verder is hij over hele toerengebied krachtig genoeg om je lekker aan de gang te houden.
Bij flinke stijgingspercentages dien je echter wel hoog in de toeren te blijven en is het soms een beetje teleurstellend dat er niet ‘meer’ in zit. Maar ja, 35 kW en geen greintje meer, zo schrijft de wet voor in A2-land. Die 180-graden krukas levert daarbij overigens een heel fruitig en plezierig geroffel af bij de uitlaat en dat past naadloos bij de rest van het karakter van de motor.
Buitenspelen mogelijk
Ook het rijwielgedeelte is echt prima voor elkaar, ondanks het feit dat Honda wat zuinig is geweest met het uitdelen van electronica en instelmogelijkheden. De 500X voelt, ook bij stevig bochtenwerk, nergens zenuwachtig of onrustig aan, ook als het wegdek her en der wat acné vertoont. Licht, stabiel, voorspelbaar en betrouwbaar, je hebt eigenlijk nooit het gevoel dat het wegcontact achter de feiten aanloopt en dat geeft je voldoende vertrouwen om vrij te kunnen genieten van die fikse bodemvrijheid.
Dat is mede te danken aan de bandenkeuze, die op het asfalt getuigen van veel absorberend vermogen en zelfs op het gravel behoorlijk verbazen met de hoeveelheid geleverde grip. Datzelfde geldt voor de remmen. Natuurlijk klinkt een enkele 310 mm schijf met tweezuigerremklauw heden ten dage bepaald niet overbemeten, maar de rem laat zich heel mooi doseren en vertraagt als een malle. Overigens helemaal-modern-Honda: als je heel hard in de ankers gaat, knippert het remlicht als een malle. Emergency Brake Light. Fijne waarschuwing voor je achterliggers.
Een allroad, ook een kleine variant als de CB500X, slijt uiteraard het grootste gedeelte van zijn leven op het verhard, maar om te bewijzen dat hij niet vies is van een stukje offroad, zoeken we wat lekker stoffige achterafpaden op met een stevig assortiment kuilen en keien. De CB doet het allemaal gedwee, zet hem in z’n twee en geniet van dat lekkere bullige draaikarakter. Forensen, dijkjes pakken of een full-blown wereldreis: de kleine allroad kan het allemaal, mits je bereid bent om € 8.158 euro bij de dealer achter te laten.
Tekst: Jaap van der Sar
Foto’s: Honda