Eens een keer geen keiharde één tegen één met motoren die elkaar het leven zuur proberen te maken. Nee, de BMW R1250 GS en de Triumph Scrambler 1200 XE zijn absoluut niet elkaars concurrenten. Maar ze hebben wel één ding gemeen waarom veel mensen er als een blok voor vallen. Het zijn namelijk beiden high-end motoren met een offroad uiterlijk en karakter. Maar in hoeverre kun je met zo’n luxe machine nou daadwerkelijk offroad rijden? We zochten het uit met een expert: oud-Dakarrijder en crossheld Gerard Rond!
BMW R1250 GS
De grote jongen met het rijke verleden. Voorgangers wisten overwinningen in de Dakar op hun naam te zetten. Met de jaren is het er voornamelijk qua luxe op vooruit gegaan. Hoe presteert deze avontuurlijke mastodont anno 2019 in het veld?
Wat vindt Gerard:
“Jammer dat je hem met dat telelever-systeem niet kan laten duiken. Dat doe ik met een crossmotor graag om de bocht als het ware kleiner te maken. Dat is in mijn tijd als crosser in mijn rijstijl gekropen dus zoiets mis ik al snel. Langere afstanden lijken me fantastisch aan boord van deze motorfiets. Wel belemmert het ruitje het zicht iets. Vooral dat bovenste geknikte randje zou beter gemaakt kunnen worden. Als ik er nu doorheen kijk zie ik nog geen steen voor mijn voorwiel liggen. Toch neigt het geheel naar een machine voor rallyraids. Dan moet de vering overigens wel harder en er een heleboel gewicht af anders kom je niet ver. Ik voel dat er meer aandacht aan de offroadprestaties is gegeven van deze GS en dat is fijn.”
Gerard Rond
Triumph Scrambler 1200XE
Toen de Scrambler 1200 begin dit jaar werd gepresenteerd werd er meteen ook een exemplaar ingeschreven in de Mexican 1000, een serieuze woestijnrace door Baja California. Voor dat soort hardcore gebruik is de Scrambler gebouwd, toch?
Wat vindt Gerard:
“In tegenstelling tot de BMW die ik het liefst dagen lang gebruik, pak ik voor twee uurtjes liever de Triumph. Hij is lichter en daardoor speelser en beweeglijker. De uitlaat voel je – voor mijn smaak – iets teveel aan de rechterkant in je been. Al valt het met hoge crosslaarzen aan gelukkig wel weer mee. Maar ja, dat hoort natuurlijk bij het idee van deze machine; Het is niet voor niets een Scrambler. Het voelt wel echt als werken op dit ding en daarom denk ik dat hij fijner is voor erbij. Hij is steeds in vlagen leuk omdat het veel energie doordat je er zo druk mee bent. Makkelijk omgooien en lomp doen is wat ik het liefst met de Triumph doe. Dat gaat wel richting cross/enduro wat mij nou eenmaal goed ligt vanwege mijn achtergrond.”
Gerard Rond
Meten is weten
Zoals we al schreven is het vergelijk tussen deze twee motoren in droge cijfers moeilijk te veranderen. Ja het zijn twee tweecilinders, maar verder houdt de vergelijking wel op. Het verschil in koppel is 36,7 Nm, in pk’s is het 45,7. Beide in het voordeel van de BMW, natuurlijk.
De BMW is sinds de implementatie van de variabele klepbediening enorm veel krachtiger geworden over zijn hele toerenbereik. De ‘drietrapsraket’-lijn die met de oude luchtgekoelde boxers nog duidelijk zichtbaar was is nu zo goed als verdwenen. De twee kleinere pieken die hij levert doen nog slechts herinneren aan die tijd. De Triumph doet het zonder pieken en dalen, die loopt zowel qua vermogen als koppel erg mooi en voorspelbaar.
Wel interessant om te noemen is hoe deze twee demomotoren uitgerust zijn met opties. De Triumph is met iets meer dan 1000 euro aan accessoires die louter cosmetisch zijn. De BMW is een ander verhaal. De gave HP-kleuren alleen al kosten 885 euro. In totaal zit er volgens de configurator op de BMW-website voor om en nabij 5200 euro aan extra’s op dit exemplaar. Oef. Het prijsverschil wordt daarmee wel heel erg groot. En ja, wil je met een motorfiets van bij elkaar zo’n 25.200 euro überhaupt offroad waar de kans op brokken toch altijd vele malen groter is dan op het asfalt?
Conclusie
Twee onwijs potige machines met beide een uiterlijk dat onmiskenbaar offroad-gericht is. Dat is de kortste manier om de R1250 GS en Scrambler 1200 XE te omschrijven in dit vergelijk. Natuurlijk is het een moeilijke vergelijking omdat ze niet bepaald in dezelfde tak van sport opereren. Toch zijn de overeenkomsten ook groot.
De GS is een motorfiets waarmee BMW wil uitdragen dat iedereen avontuurlijk kan toeren. De Scrambler van Triumph is juist meer gebouwd voor mensen die op zoek zijn naar de uitstraling van een offroadmachine maar niet willen inleveren op vermogen of comfort. Dat laatste gaat in principe ook op voor het beoogde publiek voor de GS. Maar ga je dan na die vele plezierige asfaltkilometers eindelijk de gebaande paden afkom je dan wel uit de voeten? Gaat het gewicht en al dat vermogen je niet tegenwerken? Komt zo’n ding eigenlijk überhaupt verder dan vijf meter het zand door?
Zoals we kunnen concluderen na een dag lang spelen in het Brabantse zand hoef je voor dat soort dingen echt niet bang te zijn. Zowel de GS als de Scrambler zijn met verve geslaagd. De BMW is in het korte en trage werk duidelijk in het nadeel vergeleken met de Triumph die zich makkelijker laat besturen. Aan de andere kant geeft de paralleltweecilinder met zijn 270-graden-krukas wel net iets meer ruimte om een klap verkeerd te geven bij zeer lage toeren waardoor je kans loopt dat hij afslaat. Noem het karakter en spijker je motorkennis bij en je kan een hele dag rijden zonder er mee te maken te krijgen.
Op de lange paden vol groeven is de BMW dan weer de betere, zeker als het gas wat verder opengaat. Daar merk je veel van het comfort dat de tele- en paralever-systemen geven. Hier kun je dagen lang offroad mee rijden in een of ander ver land om moeiteloos via het asfalt weer thuis te komen zonder een centje pijn te lijden. Of, zoals Gerard het stelt: ‘De Triumph is voor twee manches, de BMW voor een zesdaagse’. Twee kanten van het spectrum. Het hangt er dan ook vooral vanaf waar je voorkeur ligt en hoe je in het leven staat welke van deze twee motorfietsen beter bij je past. Een winnaar aanwijzen? Dat is dan ook schier onmogelijk.
Tekst: Tom van Appeldoorn
Fotografie: Shot Up Productions
Met dank aan: Gerard Rond, Expierence Island
De volledige test verscheen in MOTO73 editie 24. Nabestellen? Dat kan hier!