Het is verleidelijk om te beginnen met een opsomming van superlatieven. Te beginnen met het prijskaartje van een kleine 47 mille. Maar dat zou de Harley-Davidson CVO Street Glide hopeloos tekort doen. Want het cliché van ‘meer dan de som der delen’ begint al bij het beklimmen van deze toerkoning. Welkom in de wereld van schaamteloze pret voor de motorrijdende exhibitionist.
Tekst Jaap van der Sar, foto’s Jarno van Osch
Nu is het niet mijn gewoonte om ’s morgens éérst een blik in de tuin te werpen alvorens de laatste slaap uit het hoofd te douchen, maar mijn eerste zorg is toch echt om even te checken of de plaatselijke meeuwenkolonie het smetteloze verfwerk van de Street Glide met rust heeft gelaten. Meeuwenschijt, ze zouden het moeten verkopen als commerciële lakverwijderaar. Dus stommel ik, gewapend met een poetslap en een emmertje sop, in alle vroegte de deur uit om er zeker van te zijn dat er geen spatje van die rotzooi op Harley’s topmodel te vinden is. Fotograaf Jarno verdient op z’n minst een overdosis Sunburst Orange/Starfire Black voor de lens. Daarbij een compliment overigens voor de marketeers van Harley, die zo’n spectaculaire paint job van een passende naam hebben voorzien.
Het is nogal wat, een zonnige lentedag beginnen in de wetenschap dat er vandaag uitgebreid gereden gaat worden, moét worden, met het vlaggeschip van Harley’s indrukwekkende toerverzameling. Voor deze Street Glide is namelijk alles uit de kast gehaald, dankzij de afdeling Custom Vehicle Operations (vandaar, CVO). Deze club draagt zorg voor het feit dat bijna de volledige accessoire-catalogus terug te vinden is op deze Street Glide. En even afgezien het feit of Harley’s wel helemaal ‘jouw ding’ zijn, de impact op je netvlies is al voldoende om zelfs de grootste motorhater een keer of drie om te laten kijken. Had je gedacht anoniem je straatje te verlaten: de CVO Street trekt als een magneet de aandacht naar zich toe. Niet alleen dankzij die visuele blaaskakerij, maar ook vanwege die diepe, donkere roffel die de 114 cubic inches, ofwel 1.868 cc dikke V-twin door die lange, chromen pijpen naar buiten blaast.
Topkrachtcentrale
Door naar dat blok dus, want in Harley’s topmodel behoort een krachtcentrale die hem recht doet. En in dit geval betekent dat de grootste variant van de Milwaukee Eight, de nagelnieuwe V-twin die Harley vorig jaar heeft geïntroduceerd. Dit betekent dus vier kleppen per cilinder en een vloeistofgekoelde cilinderkop, meer vermogen en belangrijker nog: meer koppel dan ooit tevoren. En voordat we over de hier-in-het-Westen zo belangrijke pk’s beginnen: ja die zijn er ook, vast in overvloedig aantal. Maar nog steeds is het aantal traditiegetrouw onbekend en in het licht van de Street Glide CVO ook nauwelijks terzake doende. In een land zonder bochten en een maximumsnelheid van 60 mph gelden heel andere normen: Amerika is het land waar cruisen tot een ware wetenschap is ontwikkeld. Koppel is hier Koning en daarvan heeft de Street een karrenvracht in de aanbieding, 165 Nm bij slechts 3.250 tpm, voldoende om de pick-up van de buurman mee uit de blubber te trekken als het nodig is. De vloeistofkoeling onttrekt de kou aan twee radiateurs, die zich in de beenkappen bevinden. En dat scheelt aanzienlijk in de warmtehuishouding, want waar je voorheen bij warm weer moest vrezen voor blaren op de kuiten, blijven de benen nu op normale bedrijfstemperatuur. En die koelribben op het blok; zijn die dan alleen maar voor de sier? Volgens Milwaukee hebben ze zeker nog een functie, ik ben vooral blij dat ze niet wegbezuinigd zijn, want dit blok is ook qua looks een juweeltje. Ook het vermelden waard is de balansas, voorheen vloeken in de kerk bij Harley, maar in de nieuwe dikke twin filtert hij zo’n 75 procent van de trillingen weg en dat levert een fikse winst op voor liefhebbers van aangenaam toerwerk. Voor wie vreest dat het karakter compleet verdwenen is: niks aan de hand, het ding is zo afgeregeld dat je bij stationair nog altijd dat vertrouwde wiegen van de twin tot in je haarvaten voelt. Echt heel goed gedaan.
Analoog comfort
Dus, genoeg over de cijferlijst, de CVO is gemaakt om te toeren en dat staat vandaag met dikke stift in de agenda. Moet je ’m nog wel even weg zien te krijgen. Normaal gesproken is dat al gemanoeuvreer op de vierkante centimeter uit een Scheveningse tuin; met een volgetankte CVO Street Glide is dat prutsen op Olympisch niveau. Bijna 400 kilo brengt dit stuk Milwaukee Iron op de weegschaal, voldoende om je sportschoolbezoek voor een jaar uit te stellen. Had nu toch maar even de rest van de optielijst gelezen, want de achteruitversnelling is zeker een aanrader bij secuur gemanoeuvreer. Nu heet de achteruitversnelling ‘Buurman’, en kunnen we ervandoor. Niks lekkerder dan met van die vette klappen de stad uit te sturen, en daarbij meteen te voelen dat ook de veerpartij een fikse upgrade heeft ondergaan. Uiterst comfortabel, nog steeds, maar mét het gevoel dat je altijd voldoende contact hebt met de weg om te begrijpen wat er onder je gebeurt. De voorvork is van Showa, een hofleverancier voor het sportievere werk normaal gesproken, maar ook de Harley heeft er baat bij. De achterzijde heeft begrijpelijkerwijs wat minder ruimte voor lang veerwerk, maar na een lange rit staat je onderrug nog steeds in z’n oorspronkelijke stand, mits je rekening houdt met een oprisping bij Belgische asfalt-omstandigheden. Mocht je overigens nog wat zelf willen afstellen: de voorspanning van de achterveer kun je tegenwoordig met een dikke knop aanpassen, verder dien je het te doen met de keuzes van de ingenieurs. Rijmodi, elektronische hocus-pocus, lekker belangrijk.
Verstand uit, grijns aan
De meeste elektronica bevindt zich in het infotainmentgedeelte van de Street. Vier dikke speakers staren je imposant tegemoet vanonder de kuip, twee stuks zijn fraai weggewerkt in de kofferdeksels. 300 Watt, voldoende om een feestje te voorzien van dansbare deunen. ‘Je moet voor de gein de boel eens lekker opendraaien onderweg,’ geeft de firma nog even mee als tip. ‘Dat geluid gaat dwars door je doppen heen en houdt zelfs rekening met windgeruis.’ En zo kan het gebeuren dat we op de ringweg rond Rotterdam, het hoofd staccato meedreunend met Jumping Jack Flash van de Stones, nóg meer aandacht naar ons toetrekken dan het oranje/zwarte/chromen beest al deed zonder muzikale omlijsting. De CVO Street haalt zelfs bij de meest brave burgerman een duveltje naar boven. Cruisend met 80 km/u op de klok klinken de BOOM 6,5 inch speakers als een klok, en met een brede grijns in je potje geniet je schaamteloos van dit onzinnige vermaak. Als dit een midlifecrisis is, doe me er dan nóg maar een. Waarmee maar gezegd is: wie deze toptourmachine van H-D aan zichzelf probeert te verkopen met het verstand is gauw klaar. Voor hetzelfde geld koop je twee Yamaha FJR’s. Dat dus. En die produceren daarbij gegarandeerd nog eens minder akelige turbulentie rond je helm want dat is bij de Street Glide helaas nog niet onder de knie. Onder de 120 km/u blijven is het devies, beter voor je nekspieren en daarbij hoor je bij die snelheid toch ook de stereo niet meer. Met die laatste zin zou je in iedere andere motortest een vlaag van verstandsverbijstering vermoeden bij de schrijver maar heus; in dit geval dienen we dit gewoon te vermelden.
Hoe dan ook, tijd om de snelweg te verlaten en op wat gepastere wijze deel te nemen aan lichte bochtenpret en dijkweggetjes. Die verslindt de Street met kinderlijk gemak. Het apparaat mag dan loeizwaar zijn; het meeste gewicht zit laag en dat levert een heerlijk, loom, maar trefzeker stuurgevoel op. Nóg beter zou de kuip van de Road Glide zijn, die zit immers op het frame gemonteerd, in tegenstelling tot de stuurbevestiging van de Streetkuip, die de neiging heeft om in korte, langzame bochten wat door te vallen. Beetje gas erbij in de curve luidt het devies, dan gedraagt de Street zich braaf en voorbeeldig. Bij langzamer werk niet gehinderd door turbulentie, met een lome 2000 toeren op de klok, uitstekend zittend in de perfecte zetel, verlangen we als automatisch naar meer, langer en verder. En dan dat blok, die koppelvracht die je in welke versnelling dan ook, een schop onder je reet geeft als je erom vraagt, waarbij je soms totaal overbodig de versnellingsbak met een kloeke trap nog eens extra naar beneden trapt, al was het alleen maar voor die diepe, donkere bastonen… Voor wie zich na het lezen van dit epistel nog steeds afvraag of deze Harley zijn geld waard is luidt het devies: niet doen. Geniet vooral van je centen. Maar voor de enkeling die een hartgrondige allergie onder de leden heeft voor verstandig, rationeel en kleuren binnen de lijntjes: trek die rekening leeg, zet de stereo op 10 en geniet op z’n hardst van wellicht je minst verstandige beslissing ooit.
Dit vindt Jaap
De CVO Street Glide laat er geen enkel misverstand over bestaan: overrompelend, imponerend en aan alle kanten de vervulling van The American Dream. Een topmodel zoals je dat van Harley-Davidson verwacht. En daarbij echt een uitstekende toermachine, met een waanzinnig blok, aan alle kanten een grote vooruitgang op de V-twins van voorheen. Maar de grootste kracht van de CVO Street Glide zit ’m niet in zijn toercapaciteiten. De CVO koop je vooral voor zijn bluf, voor zijn lak aan verstand, voor zijn compleet over-the-top, compromisloze bravoure. En ieder moment van stilstand trekt meteen publiek en veelal bewonderende, maar soms ronduit jaloerse blikken. Voor de motorrijder die het lef heeft om onzinnig te genieten.