Back to basic
Die kleine X 300 is het laatste familielid van de Versys-familie volgens Kawasaki, na de Versys 1000 en 650 dus. Waar die twee grotere broers duidelijk wat van elkaar weg hebben qua uiterlijk, is dat bij de jongste telg minder het geval. Een iets minder uitgesproken design maar nu ook weer niet basaal als het om onderhuidse handigheidjes gaat. De paralel tweecilinder is namelijk gewoon voorzien van een slipperclutch en –assist. Koppelen doe je dus bijna letterlijk met je pink. Dat doe je dan ook redelijk vaak met zo’n lichte motorfiets. Zijn maximale trekkracht van liefst 25,7 Nm behaal je pas bij 10.000 toeren (maximaal vermogen zelfs bij 11.500). Voor je de straat uit bent zit je dus al haast in zijn vijfde versnelling, al is dat voor op de smalle weggetjes van Texel meer dan voldoende. Daarbij is de Versys door zijn maximale vermogen dat nipt onder de 30 kW blijft steken tevens geschikt voor de A2-rijders onder ons. Toch is hij juist ook voor de iets doorgewinterde rijder interessant. Is het simpelweg niet door zijn aardige prijs van €6.699,-, dan misschien wel door dat speelse karakter wat hij bezit. Misschien dat het de rechte zithouding is, of het gebrek aan een overvloed aan informatie op het dashboard – maar op de Versys-X voel je je weer een paar jaar jonger.
Generatie X
Terugkomende op die crossende brozems. Hoewel de wegen op het waddeneiland er goed bijliggen, wil je met een motor met een X-aanduiding toch wel even weten wat zijn offroadkwaliteiten zijn. Een uitstapje door een veldje geeft vertrouwen. De lange wielbasis van net geen anderhalve meter en grondspeling van 18 cm zijn niet bijzonder ruim voor het extremere offroad-gebruik, maar voor een zandpad hier of daar hoef je niet bang te zijn. Met dieper zand blijkt hij wel moeite te hebben merken we, aangekomen bij de vuurtoren aan de Noordzijde van het eiland. Dat is natuurlijk ook niet gek, want met 175 kilo afgetankt heeft hij nu eenmaal niet al te veel in de schaal te leggen om een beetje grip te krijgen in die mulle ondergrond. Nee, houdt het beter bij vastere ondergrond om jezelf te verplaatsen. Het asfalt in de stad bijvoorbeeld. Want daar is toch waar deze Versys waarschijnlijk helemaal gaat uitblinken. Door zijn lage gewicht en relatief kleine formaat, past hij uiterst goed in het drukke verkeer in de binnenstad.
Conclusie
De jongste Versys uit de familie kan daarom wel eens een veelgeziene gast worden op de Nederlandse straten. Hoewel A2-motoren nog veelal worden gemeden door meer ervaren rijders, zie ik toch juist bij die rijders een toekomst voor de Versys-X. Zijn lichte sturen en gretige parallel twin zorgen al bij de eerste meters iedere keer voor een glimlach op je gezicht. Hij wil werken, dat merk je aan alles, al is hij daar mischien weer net té licht voor. Maak je een uitstapje over zandwegen dan redt hij zich met aangereden zand. Zodra het mul wordt krijgt hij het door zijn lage gewicht lastig. Nee, misschien is de X nu eenmaal beter geschikt voor gebruik in drukker verkeer. Daar komt dat lage gewicht namelijk alleen maar beter van pas tusse de auto’s in. Hoog op zijn poten, maar toch nog makkelijk je voet aan de grond kunnen krijgen: wat wil je eigenlijk nog meer van een motor in de stad. De Versys-X 300 valt vooral te roemen om die veelzijdigheid. En met 17 liter benzine in de tank kun je daar en flinke afstand van genieten, al is het zadel aan het eind van die rit wel de reden om even pauze te nemen. Al met al moet de Versys-X vooral bekeken worden vanuit die funfactor die hij bezit. Ieder ritje is leuk. Valt het dan toch een keer tegen, dan sla je gewoon het eerste beste veld in om een beetje te crossen, zoals die brozems in de jaren 50 ook al deden met hun lichte bromfietsen. Of je denkt gewoon even terug aan de aankoopprijs, want daar wordt je natuurlijk helemaal blij van.
Tekst: Tom van Appeldoorn, foto’s: Kawasaki
[justified_image_grid ids=25619,25620,25621,25622,25623,25624,25625,25626,25627,25628,25629]