Ook een Monster moet voldoen aan Euro 4-wetten. Ducati doet dat op geheel eigen wijze: de Monster 1200(S) is met 150 pk sterker dan ooit.
In vergelijking met hun voorgangers zijn het reguliere en het S-model van de Monster 1200 sportiever geworden. Je ziet de verandering vooral terug in de geometrie. De rijwielbasis gaat van een toeristische 1511 mm naar een speelse 1485 mm. Gelijktijdig komt de upsidedown vork een graad steiler te staan op 23.3° en is ook de naloop met 86.5 mm sportiever dan voorheen. Eerdere Monsters kwalificeerden we weliswaar als pretpakket, maar tegelijk als stabiele motorfietsen. Comfortabel is de nieuwste generatie nog altijd, maar de lichtvoetigheid is op een hoger niveau gebracht.
Opgeruimde kont
Het uiterlijk van de instap 1200 en S-versie kreeg een flinke dosis R toegediend. Vooral het kortere, smallere en spitsere kontje lijkt zo van de Monster 1200 R geschroefd. De achterkant straalt sowieso meer sportiviteit uit door de hooggeplaatste nummerplaathouder die de lage vervangt. De kont krijgt een nog opgeruimder voorkomen door de duohandgrepen die te lijken zijn verdwenen, maar keurig zijn geïntegreerd in het polyester. De smallere tank kan een liter benzine minder kwijt (16.5L), maar lijkt door de bevestigingsclip bij het contactslot weer wat meer op de oorspronkelijke door Monster-Godfather Galuzzi getekende tank uit 1993.
Benzineboer
De 1198 cc zware Testastretta 11°DS twin levert in de Monster 1200 en 1200S 150 pk bij 9250 tpm en 126.2 Nm bij 7750 tpm. Het wordt nog mooier; dankzij een geoptimaliseerd in- en uitlaattraject pakt de V-twin onderin soepeler op en draait hij makkelijker rond. De bekrachtigde slipperkoppeling functioneert al net zo makkelijk als het blok ronddraait. Het kost amper kracht om de koppeling te bedienen. Op de 1200 S zijn de momenten dat je hem erbij pakt nog spaarzamer door de quickshifter. Zonder denken trap je de versnellingspook naar boven en beneden. Bij die laatste bezigheid heeft de twin een enkele keer de onhebbelijke eigenschap een benzineboertje op te hikken waardoor je met een ongepland hupje harder dan wenselijk op een bocht afkomt. Opschakelen gebeurt wel altijd vlekkeloos.
Geimponeerd
De motorfiets biedt meer dan voldoende ruimte voor een inwoner van de Lage Landen. Dat blijkt ook wel uit de zadelhoogte die 795 of 820 mm bedraagt. De vulling van het zadel is grote klasse. Niet te zacht en al zeker niet te hard, maar precies in het midden en daardoor uiterst comfortabel. Geïmponeerd door de beloofde 150 pk, laat ik de Monster lekker in de Touring-stand staan. Die levert net als standje Sport het volle vermogen, maar de gasreactie is minder bruut. Bij de Urban-stand ‘verdwijnen’ zo maar vijftig pk, terwijl de elektronica maximaal ingrijpt bij het ABS, tractioncontrol (DTC) en rear wheel lift (DWC).
Paradepaardje
Bij een typische twee-wielen-motorblok-en-tank-motor als een Monster draait alles om het pure rijden. Met een klein beetje warmte in de Pirelli Diablo Rosso III’s stuurt deze dikke fiets verbazingwekkend makkelijk. Geholpen door het brede stuur kost insturen amper fysieke inspanning. Niet verwonderlijk gezien de aangepaste geometrie die zelfs sportiever is dan die van de het paradepaardje van deze modellenreeks: de Monster 1200 R. De S etaleert hetzelfde voorbeeldige stuurgedrag als de R. Insturen kost geen kracht en de motorfiets op zijn lijn houden ook al niet. Integendeel zelfs; corrigeren in de bocht, of even de lijn verleggen, zit tegen té makkelijk aan. Toch voelt het geheel in balans.
Keurig in balans
De Brembo’s op de S zijn werkelijk van grote klasse. Er zijn genoeg remsystemen die een anker uitwerpen als je in het hendel knijpt, maar de Ducati doet het met erg veel gevoel. Alsof vingers en schijven een één-op-één verbinding hebben. Als je weet dat de Panigale over dezelfde remklauwen en -schijven beschikt, verrassen de prestaties niet. Het bochten-ABS is evenmin een verrassing. Het systeem kent drie niveaus van ingrijpen, van met een gierende achterband op een bocht afstormen (het rubber mag zelfs boven het wegdek zweven), tot aan vroegtijdig ingrijpen. Oh ja, het ABS kan ook volledig uit. De Ducati is nog altijd keurig in balans, maar scherper dan zijn voorganger. Verwar dat niet met een scherp randje, want dat ontbreekt.
Tekst: Ad van de Wiel, foto’s: Ducati
[justified_image_grid ids=26926,26927,26928,26929,26930,26931,26932,26933,26934,26935,26936,26937,26938,26939,26940]