Met een totale dominantie in het WorldSBK en een grote schare (circuit)fans wereldwijd, is de Kawasaki Ninja ZX-10R grondig aangepakt voor modeljaar 2021. Euro 5-updates aan het motorblok, een rijkekere uitrusting en een nieuw design moeten de basis vormen voor alweer een nieuwe WK-titel. Wij mochten een dag op het TT Circuit van Assen scheuren met de Test 2021 Kawasaki ZX-10R. Alleen deden we dat deze keer een tikkeltje anders…
Testlocatie | TT Circuit, Assen |
Testomstandigheden | Droog en warm |
Temperatuur | 25 graden |
Testkilometers | 4x 15 minuten circuittijd |
Bijzonderheden | We werden op Assen niet alleen getrakteerd op een leeg circuit en superweer, maar de Ninja’s waren ook uitgerust met full raceslicks. Inclusief bandenwarmers! |
Waarom rijden we de 2021 Kawasaki ZX-10R?
Kawasaki heeft niet alleen de styling aangepakt voor het modeljaar 2021, maar ook de motor en elektronica verfijnd. Ze bestempelen de ZX-10R als ‘Easy to ride’. Maar is dat ook zo?
Voor we het circuit op gaan, duiken we wat dieper in de specs van de nieuwe Ninja. Er kunnen meerdere boeken geschreven worden over alle onderdelen, elektronica en features die er op de ZX-10R zitten, maar we houden het zo beknopt en volledig mogelijk. Beloofd!
Het het nieuwe design springt het meest in het oog. De kop werd duidelijk scherper getekend, waarbij de led-koplampen verscholen zitten achter het kuipwerk. Vind je dat niet zo mooi? Kan goed zijn, maar je zult er toch aan moeten wennen, want dit wordt de nieuwe Ninja-styling. Aansluitend is het windscherm 40 mm hoger geworden en wat rechter gezet voor meer windbescherming.
Uiteraard kunnen winglets in 2021 niet ontbreken voor meer downforce.
Het motorblok dan, want dat is nu conform Euro5. We besparen je alle kleine aanpassingen, maar melden wel dat een nieuwe luchtgekoelde oliekoeler moet zorgen voor het zo goed mogelijk afkoelen van de 998cc-viercilinder. De versnellingsbakverhoudingen van de eerste, tweede en derde versnelling werden kleiner voor meer acceleratie bij lage en middelhoge toeren. Het chassis werd op zijn beurt dan weer zo goed als ongemoeid gelaten, maar de wielbasis is 10 mm gegroeid ten opzichte van de vorige generatie. Het rijgedrag in de bocht zou daarmee stabieler zijn.
Showa BFF en Brembo M50
De Showa BFF (Balance Free Front Fork) en BFRC lite (Balance Free Rear Cushion) blijven hetzelfde, maar zijn nu nog iets meer op circuitgebruik afgesteld. Brembo verzorgt de remmerij met de gelauwerde M50 monoblocs.
De grote novitet op het gebied van elektronica is het 4,3 inch tft-dashboard. Dat laat toe om te kiezen uit twee displays: een gekende setting voor straatgebruik met alle info in een oogopslag en een setting voor circuitgebruik met een stopwatch, een versnellingsindicator en een toerenteller als voornaamste schermvullers.
Nieuw zijn ook de verschillende rijmodi, waarbij je kunt kiezen uit Road, Sport, Rain en vier Rider-modi die je volledig naar wens kunt instellen. Verder doen ook cruisecontrol en smartphone-connectiviteit hun intrede. Tot slot beschikt de ZX-10R over een berg aan rijhulpmiddelen: van bochten-ABS tot launch control, instelbare tractiecontrole tot een op-en-neer-quickshifter, en een elektronische Öhlins-stuurdemper tot drie powermodi.
De Kawasaki-mannen sloten af met iets heel belangrijks. Ze meldden ons namelijk dat de nieuwe Ninja ‘Easy to ride’ is, waarbij ze verduidelijkten dat je geen professional moet zijn om hem op het circuit los te laten. En daar werd het – voor mij persoonlijk – heel interessant…
Duimen maar
Je moet namelijk weten dat ik geen doorwinterde circuitrijder ben. Ik heb wel een aantal trackdays op mijn teller staan, maar die kun je op letterlijk één hand tellen. Ik reed ook veelal met lichtere machines. Op het circuit ben ik dus een amateur. Al helemaal op het TT-circuit van Assen, waar ik nog nooit gereden heb. Laat staan met een 203 pk sterke superbike. Duim je mee?
Schrik van het vermogen heb ik niet, want ik heb al meerdere +180 pk-motoren onder mijn gat gehad. Het gaat me eerder over hoe de Ninja zich zal gedragen in de bocht, tijdens fel afremmen en op het Asser-asfalt. Full slicks met bandenwarmers moeten daar allemaal bij helpen, maar ook daar: ik ben een circuit-amateur en heb nog nooit met profielloze sloffen gereden. Maar goed. De eerste sessies is het vooral zoeken naar de juiste rijlijnen en de beste rempunten. Je bent dan zo intens bezig met die twee dingen dat je bijna vergeet om na te denken over hetgeen er zich onder je afspeelt.
Maar naarmate de dag vordert, groeit het vertrouwen in de ZX-10R en verloopt alles soepeler, sneller en beter. De Kawasaki geeft je ook dat nodige vertrouwen door uiterst stabiel te blijven. Ook wanneer bij een stevige remactie de achterband van het asfalt komt, of als je iets te vroeg op het gas gaat bij het uitkomen van de bocht. De elektronica schiet er op dat moment pijlsnel, maar ook heel verfijnd, in. Hard accelereren en de wheelie controle laat je voorband als het ware zweven over het asfalt. Daarbij valt op dat de Road-setting de meest aangename gasreactie heeft, in tegenstelling tot de te agressief reagerende Sport-instelling.
Eerste test 2021 Suzuki GSX1300R Hayabusa
Limieten opzoeken
En zo ga ik iedere ronde steeds op zoek naar mijn eigen limiet, maar ook de limiet van de Ninja ZX-10R. Uiteraard ligt die mijlenver van mijn kunnen, maar ik begrijp wel waarom Kawasaki hem het label ‘Easy to ride’ meegeeft. Het lichte sturen, de goed werkende elektronica, de aangename – maar ook zeker onwaarschijnlijk straffe – vermogensopbouw, de stabiliteit onder alle omstandigheden, de remmen die je gewoon met één vingertje kunt bedienen… alles is aanwezig om het de rijder zo makkelijk mogelijk te maken.
Zou ik daarom aanraden om als circuitleek of circuit-amateur meteen met een (nieuwe) ZX-10R te beginnen? Nee. Hoewel de machine het toelaat als je je verstand een beetje gebruikt, ben je toch beter af met een wat lichtere motor zoals bijvoorbeeld een ZX-6R of een Ninja 400.
Gelukkig stuurden we ook nog iemand mee die al wat meer circuitervaring op haar conto heeft staan. Haar naam is Jill, ze rijdt (toevallig) met een Kawasaki Ninja ZX-6R en ze doet zeer regelmatig mee aan sprint- en endurancewedstrijden. Uiteraard zou deze test incompleet zijn als we niet naar haar mening hadden gevraagd.
Pluspunten 2021 Kawasaki ZX-10R
Behapbare power, stuurgedrag, stabiliteit
Minpunten 2021 Kawasaki ZX-10R
Hevige gasreactie, design moet je ding zijn
Conclusie van een ervaren circuitrijdster
Jill Daneels
Het eerste wat me al na enkele bochten opviel, was het soepele stuurkarakter van de ZX-10R. Alsof ik op mijn ZX-6R zit te rijden, maar dan met een vrachtschip aan extra pk’s. De combinatie van die soepelheid en stabiliteit is nog indrukwekkender. In de bocht bij hard remmen of bij agressief uit de bocht accelereren, blijft de Kawasaki mooi op koers. Daardoor krijg je veel vertrouwen in de machine en durf je ook steeds harder te pushen. Dat gebeurt trouwens al redelijk snel op de dag, want de Ninja heeft weinig tijd nodig om eraan te wennen. Hij nodigt je uit om hard mee te rijden.
Enkele dingen waaraan ik echt moest wennen waren de hevige gasreactie en de sterke motorrem. De stand ‘Road’ bleek op het circuit de meest aangename modus te zijn. In ‘Sport’ is de gasreactie heel sportief. Enthousiaster word ik van de wheelie controle die super werkt en de zitpositie die heel aangenaam is. Op mijn ZX-6R zit ik te veel tegen de tank. Op deze ZX-10R heb ik meer bewegingsvrijheid.
Tot slot nog melden dat de toevoeging van de luchtgekoelde oliekoeler een serieuze verbetering is om de viercilinder beter op temperatuur te houden. Uit ervaring weet ik dat oudere ZX-10R’s nogal eens willen oververhitten. Dus dat zal nu geen probleem meer zijn.