Eerste test 2021 Ducati SuperSport 950S

Sportieve straatfietsen – dat waren de laatste Ducati SuperSports toch wel een beetje. Toegegeven, wij zouden de 2021 Ducati SuperSport 950S niet per se meenemen naar het circuit. Dat dacht Ducati ook. Ze graaiden de sleutels onder de mat van Autodromo Vallelunga vandaan en startten de Testastretta’s. De nieuwe SuperSport 950S moesten we op circuit testen. Nou, vooruit dan!

Paul Smart, Bruno Spaggiari, Mike Hailwood… Zomaar drie namen die onlosmakelijk met Ducati SuperSports verbonden zijn. Desondanks verschoof de – inmiddels kleinste – Ducati-sportmachine steeds verder richting het sportieve toer-segment. De SuperSport raakte verdrongen door machines als de 851, diens Desmoquattro-nazaten en de latere Panigales. Nou, laat het duidelijk zijn; de 2021 Ducati SuperSport 950S claimt het erfrecht van zijn supersportieve bloedlijn. Op het circuit van Vallelunga zoeken wij uit of die claim rechtmatig is.

In de details

Hoe kleine aanpassingen het grote verschil kunnen maken. Die nieuwe stroomlijn leunt met zijn volle gewicht op het lijnenspel van de Panigale V4. Waar het smoeltje van de uitgaande SuperSport 939 toch echt wat te koddig overkwam, staat hier een ogenschijnlijk veel potentere machine. Natuurlijk komt dat mede op conto van de extra bling van de S-versie. Volledig instelbare Öhlins-vering voor en achter moeten voor meer stabiliteit zorgen ten opzichte van de iets bescheidener Marzocchi-vork en Sachs-schokdemper op de standaard SuperSport 950. Al krijg je behalve die dikke voorvork en schock op de SuperSport S ook een meegespoten seatcover en, niet te vergeten, een rood accent op de wielen. Het zit hem in de details, hè.

Lekker sportief

Over grote verschillen gesproken. Één verschil tussen de oude en nieuwe SuperSport steekt met kop en schouders boven de rest uit. Het zadel. Waar de zithouding bij de voorganger gedicteerd werd door een soort zitkuil, is het nieuwe zadel nagenoeg vlak. Het maakt verzitten gemakkelijker. Niet alleen fijn in de strijd tegen een houten reet op een wat langere rit, maar ook passender voor wanneer je er even lekker sportief voor gaat zitten. Met mijn lengte kon ik moeiteloos met de laarzen vlak aan de grond. Al hoorde ik kortere motorrijders er ook niet over klagen. Het ruitje is in twee standen verstelbaar en dat is echt handig voor op straat. In de laagste stand is het trouwens meer dan goed uit te houden op het circuit. En na deze test staat de circuitwaardigheid van de 2021 Ducati SuperSport 950S absoluut buiten kijf.

Eerste test 2021 Yamaha MT-07: Charmante cycloop

Geen volbloed

De aanpassingen maken de 2021 SuperSport 950 tot een ware My First Ducati Sports Bike. Een laagdrempelige straatmotorfiets met bescheiden superbike-credentials. Het mag dan de kleinste zijn, maar ondertussen heeft deze benjamin net zo veel vermogen als de Ducati 916 van weleer en is de nieuwe SuperSport maar liefst 14 droge kilo’s lichter dan die legendarische superbike. De echte SuperSport-genen zijn niet verloren gegaan, de te verwachten Ducati V-twin-branie evenmin. Het nieuwe Euro 5-vriendelijke Testastretta-blok is dan ook verantwoordelijk voor het overgrote deel van het sportieve karakter. Let wel, deze SuperSport is nog altijd geen volbloed-supersport. Op het sporttoer-spectrum komt-ie iets minder sportief dan een Aprilia RS660 uit de bus. Maar de Ducati is wel een stuk sportiever ingestoken dan bijvoorbeeld de Kawasaki Ninja 1000SX. Een Yamaha YZF-R6- of Kawasaki ZX-6R-concurrent is de SuperSport 950S al helemaal niet. Wat een opmerking is en zeker geen klacht.

Gewenningskwestie

Het is juist een verademing dat het niet zo intens is als een schreeuwende 600. Met de nieuwe IMU, de geüpgrade elektronica en Pirelli Diablo Supercorsa’s – standaard monteert Ducati sportieve maar meer straatgerichte Diablo Rosso III-banden – is de SuperSport 950S een speeltje om de vingers bij af te likken. Het ontbreken van een Track-modus verbaast me niks en deert me nog minder.

Je kunt kiezen voor de iets mildere Tour- of Urban-rijmodus, maar op circuit kies je uiteraard voor de gretigste gasreactie. In de Sport-modus hangt de SuperSport lekker aan het gas. Met 92 Nm koppel bij 6.500 tpm maakt het eigenlijk geen drol uit of je in twee, drie of vier een bocht in duikt. De L-twin trekt je er toch wel door. Bovenin loopt het vervolgens enthousiast door, waardoor je erachter komt dat zelfs de toerenbegrenzer met zachte hand ingrijpt. Laagdrempelig, vriendelijk, gemakkelijk. Al is de standaard quickshifter en blipper misschien wat te dienstbaar. Schakel doelbewust en de bak speelt netjes mee. Ga je op z’n elfendertigste lopen trappen, dan liggen valsneutraaltjes op de loer. Absoluut een gewenningskwestie dus.

2021 Ducati SuperSport 950S is echt wel rap

Al heeft de 2021 Ducati SuperSport 950S sowieso wat gewenning nodig. Het is geen fiets die van meet af bakken vertrouwen geeft. Je moet het vertrouwen zelf wekken. Alle input die jij geeft, betaalt de SuperSport in veelvoud uit. De relatief hoge clip-ons zijn bij het comfortabele af zonder al te veel in te boeten op stuurgemak. Grondspeling te over ook en ondanks dat de motor echt niet groot is, is het met 1,86 meter prima uit te houden in het zadel. Sterker nog, die compacte indruk en het totaal niet overdadige vermogen van 110 pk bij 9.000 tpm maken de SuperSport 950S. Het gaat niet waanzinnig hard, maar voor het gevoel juist wel. Het compacte ruitje houdt je afdoende uit de wind, terwijl je alsnog genoeg rijwind tegen je torso geslingerd krijgt voor een fikse dosis snelheidsbeleving. Het bescheiden vermogen, de ontwapenend simpele rijbeleving en de nieuwe sportieve looks zijn verfrissend en verslavend. Tegelijkertijd draaien de IMU en ECU op de achtergrond mee om je uit de penarie te houden. Tractieregeling, bochten-ABS, wheelie control. Geen moment grijpt het hinderlijk in en uitzetten is een peulenschil. Het gebrek – wat heet… – aan vermogen geeft je vervolgens de tijd om er echt goed voor te gaan zitten. Niet per se hard knallen, maar vooral focussen op lekker rijden.

Dubbeltest Harley-Davidson FXDR 114 vs. Triumph Rocket 3R: Straatracers

Eerherstel

Het eerherstel van de Ducati SuperSport is wat mij betreft dan ook compleet. Een snoeiharde racemachine met koplampen is het zeker niet, maar de nieuwe SuperSport is desondanks een meer dan logische stap in het Bolognese sportmotorgamma geworden. Met 18.190 euro voor de witte S-versie zal het model niet voor iedereen weggelegd zijn. Het is vooral een gedegen en bruikbaar alternatief voor een Panigale V2, mocht die je te hardcore of te duur zijn. Een verschil van bijna drie ruggen kan het verschil maken in het huishoudboekje. Eerder was je alternatief een net wat te brave SuperSport 939. Nu een even zo bruikbare en net zo laagdrempelige SuperSport 950S. Met als smakelijke toevoegingen een nieuw doelbewust en stoer lijnenspel, een smeuïger Testastretta-blok en een balk vol nieuwe elektronica. Een hartstikke complete machine, maar vooral een motorfiets die alle illustere Ducati SuperSports eer aan doet.

Conclusie 2021 Ducati SuperSport 950S

Ducati heeft de SuperSport niet eens zo rigoureus aangepakt. De zaken die op de 2021 Ducati SuperSport 950S wel opnieuw gewogen werden zijn doeltreffend. Het uiterlijk wordt naar een hoger plan getild door de nieuwe led-verlichting en het van zijn grotere Pani-broers geleende lijnenspel. Die ver doorlopende onderkuip doet alleen al veel. Niks koddigs meer aan. De 937cc-Testastretta-twin is zonder al te veel kleerscheuren door de Euro 5-ballotage gekomen. Het middengebied ging er zelfs op vooruit en de motor hangt mede daardoor lekker aan het gas, met in elk verzet gang zat. Qua rijbeleving is het de eenvoud die het hem doet. Ondanks Ducati’s uitgebreide en moderne elektronica-pakket, voelt de SuperSport 950S old-school en vrij van poespas. Je moet er een beetje voor werken en luiheid wordt afgestraft, maar de beloning is elke moeite waard. De hoogwaardige Öhlins- en Brembo-afmontage staan tot je dienst. De Ducati SuperSport-titel is-ie absoluut waardig. En nu kan ik echt niet wachten uit te vinden hoe zich dit op straat uit. Wordt vervolgd!