Dat de BMW R 1250 RT de benchmark is van de toermotoren spreken we rustig hardop uit. Veel concurrentie heeft de motorfiets niet meer. Des te bewonderingswaardiger is het dat BMW het model toch continu verbetert en fijnslijpt. Zo ook de 2021 BMW R 1250 RT.
Veel te wensen – of te klagen zo je wilt – hadden we vorig jaar niet tijdens de test van de voorganger van deze 2021 BMW R 1250 RT. Oké, het was zo langzamerhand wel eens tijd voor een tft-scherm vonden we. BMW bedient ons op onze wenken. Sterker nog: dit is geen dashboard meer, dit is een breedbeeldtelevisie. Het immense (10,25-inch) scherm voor je neus geeft in een oogopslag alle informatie die je wilt hebben. Dat doen meer dashboards, maar hierop staan de motorgegevens keurig en ordentelijk naast de informatie van het navigatiesysteem. Al moet je voor dat laatste een BMW-app downloaden. Dat kon niet op mijn krakkemikkige ouwe mobieltje. Helaas kregen we de digitale verbinding tussen motorfiets en de moderne iPhone van mijn vriendin ook niet tot stand. Van dat soort frustrerende zaken gaat een mens als vanzelf verlangen naar magneetontsteking en carbidverlichting.
Testlocatie | Noodgedwongen geen buitenland, geen binnenland |
Omstandigheden | Four seasons in one day |
Temperatuur | Van vier tot twintig graden |
Testkilometers | 832 |
Waarom rijden we de 2021 BMW R 1250 RT?
Al meer dan veertig jaar roepen we bij elke nieuwe RT die BMW introduceert dat het de beste RT tot nu toe is. Doen we dat wederom in 2021? Kan het überhaupt na het keigoeie eerdere model? Al toerend zoeken we het uit.
Altijd uitdagen
Vanuit je uiterst comfortabele zetel kijk je dus uit op een knoeperd van een scherm. Een los navigatiesysteem ergens op het stuur is niet langer nodig en dat maakt een opgeruimde indruk. Hetzelfde geldt voor het door het eindgebruik gedicteerde uiterlijk. Alles staat in het teken van gerieflijk toeren. De voorkant van de kuip is dankzij de nieuwe koplampen weer helemaal bij de tijd, maar het gaat hier niet om ‘looks’ maar om windbescherming. Die is dan ook als vanouds perfect voor elkaar. Op snelwegtempo doet het voor mijn 1.80 meter wonderen als de ruit een fractie omhoog gaat. Dan is er nog een zee aan stelruimte over en op de hoogste stand bevindt zich een immense ruit voor je neus.
Vier decennia lang slijpt BMW de RT fijn. Het eindresultaat is een comfortabele, maar toch nog speelse toermotorfiets. Een op het oog onmogelijke combinatie, maar BMW weet de twee werelden zowaar te verenigen. Het toercomfort druipt werkelijk van elk onderdeel af, het sportieve zit hem vooral in het briljante boxerblok, de potente remmen (integraal remsysteem) en het rijwielgedeelte. Bij dat laatste is er deze test iets leuks aan de hand: voor het eerst in mijn loopbaan levert BMW Nederland een exemplaar zonder elektronische vering. Het bewijst dat ESA zijn geld waard is. Ga je er echt lekker voor zitten, dan voelt de ESA-loze RT net iets te zacht geveerd en te beweeglijk. Maar wat wil je? Dit is een toerfiets. Omdat hij altijd uitdaagt, ben je al snel geneigd dat te vergeten.
Eerste test 2021 Triumph Speed Triple 1200RS
Ultieme toergeluk
Neem het jezelf niet kwalijk als je het vergeet. Het boxerblok van de 2021 BMW R 1250 RT met ShiftCam-technologie helpt het onvermijdelijk in de hand. Het beste boxerblok aller tijden presteert indrukwekkend over een enorme bandbreedte. Van stationair tot rood wil het maar gaan, gaan en nog eens gaan. Het middengebied is volvetter dan dik geslagen slagroom en de gasreactie is gretig maar keurig. Her en der voel je wat vibraties, maar die verstoren nooit het toergeluk. Niets doet dat eigenlijk. Toergeluk is stabiliteit tot op hoge snelheid en dat levert de RT. Het is wendbaar en lichtvoetig rijgedrag en dat schotelt de BMW je voor. Het blijft verbazingwekkend dat 279 kilo ijzer zo gemakkelijk van richting verandert.
Toergeluk is voldoende bagageruimte en die bieden de twee zijkoffers en twee handige afsluitbare vakjes in de kuip. Een druk op de knop sluit alle koffers en vakjes af en dat soort pure luxe bevordert eveneens het toergeluk. Wat het echter het meest bevordert, is uiterst paradoxaal de mogelijkheid om ook lekker sportief te rijden. Je hoeft niet als een grijze mus bedaagd van A naar B te toeren, het mag knetteren en doldriest. Een RT werkt als een soort toverdrank die grijze mannen in degelijke toerpakken op sommige momenten weer als pubers laat voelen. Dat is pas echt het ultieme toergeluk.
Conclusie 2021 BMW R 1250 RT
Houdt BMW de traditie in stand dat de nieuwste RT altijd beter is dan zijn voorganger? Wis en waarachtig wel. Dit is de beste RT tot nu toe. Al is het verschil met zijn voorganger niet overdreven groot. Twee zaken/verbeteringen vallen letterlijk in het oog: het immense tft-dashboard en de vernieuwde neus. Voor de rest blijft veel bij hetzelfde en dat is prima. Zo gaat dat bij evolutie en fijnslijperij, en er hoefde ook amper iets te worden verbeterd. Het boxerblok is daarvan het beste voorbeeld. Ook in Euro 5 is het de oude krachtige krachtbron gebleven die soepel toeren net zo lief heeft als sportief bergpassen afraffelen. Als we dan toch iets mogen wensen voor het volgende model – nu al de beste RT ooit trouwens – is het een afslankkuurtje. Dat is niet nodig voor het rijgedrag, deze ‘vetklep’ duikt namelijk erg gemakkelijk bochten in, maar wel handig bij het manoeuvreren aan de hand. Verder nog iets te wensen? Eerlijk gezegd sta ik nu met de mond vol tanden. Er is niets dat direct in me opkomt.
Hoe bevalt adaptieve cruisecontrole?
BMW heeft het zelf over actieve in plaats van adaptieve cruisecontrole, maar het blijft een lelijk Engels woord voor mooie techniek. Voor een extra € 508,- is het de jouwe als je het ook wilt hebben. Wil je dat? We nemen de proef op de som. Allereerst: een standaard cruisecontrole vind ik zijn meerwaarde hebben. Het is aangenaam om op hetzelfde tempo te rijden en het veraangenaamt de stukken met trajectcontrole.
Vreemd genoeg is de adaptieve cruisecontrole op de 2021 BMW R 1250 RT op de snelweg in eerste instantie geen verbetering. Het transformeert je in een slome sok. Omdat het systeem heel gedoceerd gas terug neemt als je op een voorganger nadert, rijd je na verloop van tijd diens trage tempo. Het sluipt er zo maar in dat je de traagste automobilisten volgt. Blijf dus actief rijden en passeer ze op tijd. Het is mooi dat je daarbij kunt op- en terugschakelen zonder dat de cruisecontrole zichzelf uitzet.
Fijner vind ik het systeem op provinciale wegen met een doorgetrokken streep. Omdat je daar toch geen kant op kunt, is het gemakkelijk om op veilige afstand met de adaptieve cruisecontrole achter een voorganger te blijven rijden. Zelfs als die voorganger in 1900 zijn rijbewijs haalde en 51 km/u meer dan hard genoeg vindt. ‘Dat gejakker ook altijd’. Het is trouwens opvallend hoe hard het systeem nog afremt als het nodig is. Gelukkig gaat dat onder hellingshoek minder hard.