Allesbehalve onzinnig
Twaalf maanden geleden zag de wereld er heel anders uit. Nee, niet door de huidige pandemie, maar omdat we toen nog niet wisten van een Ducati Streetfighter V4. Toen was een naked met 208 pk bij een drooggewicht van 178 kilo nog grote onzin. Inmiddels is het tijd voor de volgende vraag: hoe onzinnig is dat nou echt?
Waarom rijden we hem?
Zelden was het antwoord op die vraag zo simpel; omdat het de Ducati Streetfighter V4 is. Na de presentatie op de EICMA in november werd het met stip een van de meest geanticipeerde machines van 2020. Dat vraagt – wat heet, schreeuwt – om een test.
Geen eerste kennismaking op een glooiend Zuid-Spaans circuit, maar wel bij mediterrane temperaturen – en dan heb ik het niet eens over de buitentemperatuur. Met de zoetgevooisde V4-klanken door de lucht dreunend, zweept de Ducati Streetfighter V4S de hartslag en lichaamstemperatuur zelfs leunend op zijn zijstandaard al op. Als een bokser die z’n tegenstander minzaam opjut en met provocerend armgebaar zegt ‘kom maar op’, spreekt het uiterlijk van de SFV4 boekdelen. Het predicaat mooi ga ik hem niet toebedelen en ondanks dat ik daar niet alleen in ben, lijken even zovelen hem wonderschoon te vinden. Kortom, zijn looks polariseren. Wellicht is het het uit praktische eenvoud puttende rode bodywork, bijgestaan door machtige details als die dreigend overkomende koplamppartij, dat open Marchesini-achterwiel of misschien zijn het toch de dubbele vleugels die hem in al zijn doelbewustheid voor sommigen onweerstaanbaar maken. Bovenal is de Streetfighter V4 ontegenzeggelijk een interessante machine, wat je ook van dat uiterlijk vindt. Bedenk even dat het design van de Ducati 999 ook niet meteen iedereens ding was en dat het ontwerp van Pierre Terblanche inmiddels ook is uitgerijpt.
Meningen verdelend uiterlijk
Met een uiterlijk dat meningen verdeelt, kun eenvoudig een onderscheid maken in de geïnteresseerden. Je vindt hem mooi of niet, dat is duidelijk. Maar zelfs al staat het lijnenspel je tegen, dan hoeft dat nog steeds geen spelbreker te zijn. De Streetfighter hoeft het immers niet alleen van zijn uiterlijk te hebben. De SFV4S heeft namelijk echt al het goede van de Panigale V4 geërfd en nog wat nieuwe trucs geleerd ook. Belangrijkste genetische overeenkomst is zonder twijfel de Stradale V4-krachtbron. Die aandrijving komt in de Panigale al vreselijk goed tot zijn recht, maar doet dat zo mogelijk nog beter in de Streetfighter. Nu leest het technisch CV als de menukaart van de Librije in Zwolle, maar dekt het toch niet namelijk de lading. Ten opzichte van de gekuipte Panigale levert de Streetfighter 1 Nm aan maximale trekkracht in en moet ik klagen over het feit dat er zes paarden uit de stal zijn geslopen. Klagen met een grijns, omdat de naked nog ‘maar’ 208 pk over heeft. Puur ter vergelijking en om aan te geven dat dergelijke iets lagere topcijfertjes totaal niet deren. De Streetfighter doet namelijk weinig onder. Een gebrek aan koppel was nooit een euvel voor dit V4-blok, maar ondanks dat toeren maken nog altijd het credo is, voelt de Streetfighter V4 sterk over zo’n beetje de gehele linie. Bovenin de toeren krijg je naast slingers en confetti ook een discobal en een liveband, maar onderin is het zonder ook gewoon al feest. Met het openen van het gas trekt het bruut maar prima te controleren van leer, met een iets meer bruikbare, haast dankzij een aangepaste eindoverbrenging. Geen onhandig lang eerste verzet dus. Met het oog op straatgebruik is dat een prima keuze van de Bolognezen.
Met eindeloos gevoel
Ducati levert standaard het meest uitgebreide elektronica-pakket dat je maar verzinnen kunt, waarbij alles instelbaar is. Van tractieregeling en hellingshoekafhankelijke ABS tot wheelie control en zelfs launch control. Het instellen zelf kost weinig moeite, maar zelfs dan nog gemakkelijker dan de dubbele schuifknopjes links op het stuur zouden doen vermoeden. Werkt feilloos en het is dankzij het kraakheldere en goed afgemeten tft-kleurenscherm allemaal prima afleesbaar ook. Deze S-uitvoering kreeg haast logisch nog wat extra elektronische slimmigheden mee, met Öhlins als hofleverancier van de semi-actieve vering rondom. Ondertussen is het zowat vervelend dat systeem weer eens aan te halen, maar net als op andere motoren werkt het ook op de Streetfighter V4S voortreffelijk. De remmen – net als de vering een op een van de Panigale V4 overgenomen – volgen eenzelfde repetitief patroon. Stylema-klauwen zijn remmerij-meesterwerkjes en gekoppeld aan een radiale Brembo-pomp laten ze weinig, zeg maar niets te wensen over. Bij wat rustiger manoeuvreren vergt de machtige rempartij echt maar een enkel vingertje, maar als er wat gang inzit – daar vraagt de SFV4 toch wel om –, komen de remmen echt tot hun recht. Met eindeloos gevoel hard remmen zonder enige vorm van instabiliteit is de Streetfighter op het lijf geschreven. Dat komt ook door de prima ergonomie. De Streetfighter heeft namelijk een wat hoger zadel, maar het bleef waardoor het goed aansluit op de even zo smalle en goed af te klemmen tank. Omdat de voetsteunen minder extreem staan en het stuur je lekker actief positioneert kan je weinig meer gebeuren. Jij bent de baas.
Niet zomaar een naked
Die zithouding – meer rechtop dan op de Panigale, maar toch niet helemaal rechtop – past bij de twee gezichten van het de Streetfighter. Je zit er namelijk verrassend ruim op en zelfs zowat comfortabel. Tegelijkertijd heb je alle ruimte te verzitten als de weg voor je daarom vraagt. Dat je toch echt wel wat meer wind vangt dan op een gekuipte motorfiets, maakt dat de snelheden relatief gezien meestal wel meevallen. Even doortrekken tot rijbewijs-kwijt-kilometer-per-uur voelt direct een veelvoud sneller. Die dubbele vleugels zullen dus zelden de veelgenoemde 28 kilo downforce bij 270 km/u produceren. Die snelheid houd je echt niet lang vol, geloof me maar. Over vechten tegen de wind gesproken, de SFV4 geeft bij wat hogere snelheden en dus zeker ook op snelwegtempo weinig tot geen turbulentie. Helm vol in de wind is te doen als je niet door elkaar geschud wordt door vuile lucht, dus dat is top. Niet geheel onlogisch, aangezien de dubbele vleugelpartij ook in de windtunnel moest. Er is dus echt wel over nagedacht. De aandacht voor de aerodynamica merk je daadwerkelijk en het is best een raar gevoel. Bij 100 km/u zouden de vleugels met het oog op de rechtuitstabiliteit al vier kilo neerwaartse druk produceren. Bizar genoeg lijkt bij kruissnelheid op de snelweg alsof de achterband wat aan de zachte kant is. De motor wil eigenlijk niet uit het spoor getrokken worden, om vervolgens opeens van gedachte veranderen wanneer je bijvoorbeeld aanzet van rijbaan te wisselen. Tegelijkertijd legde ontwikkelingsrijder Alessandro Valia onlangs nog uit dat de toevoeging van de vleugels voor meer grip bocht-uit moeten zorgen. Dat is ook serieus merkbaar. De Streetfighter verrast door met het bocht-uit accelereren keer op keer door beter op lijn te blijven dan je verwacht. Dit is echt niet zomaar een naked.
Totaal vergeten?
In dit soort verrassingen ligt ook de crux van wat de Ducati Streetfighter V4S heel bijzonder maakt. Maar omdat het zo bijzonder voelt, worden de wat mindere puntjes toch extra uitvergroot. Zo zijn de vleugels met reden dubbellaags en niet enkel zoals op de Panigales. Ze moesten smaller om ze minder onhandig te maken voor straatgebruik. Ik denk er dan meteen bij: ‘hoe breekbaar zijn ze eigenlijk?’ Wat dat betreft is het misschien maar beter dat ze van zwart kunststof zijn en niet van prijzig carbon. Daarbij aangetekend dat ik op een Ducati S-model al dat zwarte kunststof, zoals ook de spatborden en de uitlaatkap, toch wel graag in carbon uitgevoerd had gezien. Met een vanafprijs van € 26.590,- mag je de lat der verwachtingen toch wel wat hoger leggen. Zo stuit je op kleine misstappen in het ontwerp die de indruk wekken dat Ducati vlak voor de presentatie in tijdnood kwam. Alsof ontwerper Jérémy Faraud op het laatst snel nog even wat wijzigingen heeft doorgevoerd. Het dashboard steekt bijvoorbeeld boven de koplamp uit alsof ze die totaal vergeten waren. Het valt hoe dan ook op dat Ducati zichtbaar moeite heeft gehad om noodzakelijke maar minder mooi ogende technische zaken te verhullen. Met zo’n klein alu-frame en zonder kuip had Ducati simpelweg minder verstopplekken voor stekkertjes, een ABS-pomp en ander klein grut. Het doet af aan wat verder een bizar goeie machine is, die in alles uitademt bijzonder te zijn.
Te bevatten idioterie
Slinger dan ook vooral nog even je been over de kont van de Streetfighter. Trap de snaarstrakke op- en terugschakelhulp nog eens door de boterzachte bak en laat die 208 paardenkrachten los. Steek de dubbele vleugelpartij in een frisse wind die er razendsnel over glijdt om de voorkant te beteugelen. En trek het Stradale V4-blok met een Ducati-rode blos op de wangen richting de 10.000 tpm en daar voorbij. De looks zijn smaak-afhankelijk, maar er valt niet over te twisten hoe bizar bruut en tegelijkertijd zalig de Streetfighter V4S zich laat uitmelken op een bochtig weggetje. De idioterie van een naked met meer dan 200 pk bij een vergelijkbare hoeveelheid kilo’s, is zo gek nog niet als je het vermogen kunt benutten en je van zijn wendbaarheid ten volle kunt genieten. Geloof het maar; deze naked is goed voor elkaar. Heel goed zelfs, en onzinnig is het allesbehalve.
PLUS:
Een van de machtigste motoren die je kunt rijden. Blok, rijbeleving, alles. Of ja, bijna alles.
MIN:
Wel behoorlijk aan de prijs, erg veel zwart kunststof, kleine afwerkdingetjes
Specificaties van de Ducati Streetfighter V4S 2020
Conclusie
Een tweesprong zoals Ducati voor ogen had met de Streetfighter V4 is bewaarheid. De marketingafdeling doopte het heel hip de #FightFormula – hashtag of ‘hekje’ incluis. De Streetfighter V4S is zowel een briljante staatmotorfiets, met bruikbare koppel, handelbaar rijwielgedeelte en prima zitpositie. Tegelijkertijd is het ook een geweldige bochtenvreter die niet alleen ongegeneerd hard van zijn plek komt maar voor het gevoel ook tot op de millimeter precies te sturen en stoppen valt. De SFV4 haalt de spreekwoordelijke schouders op bij de opmerking dat 208 pk voor een naked onzin zou zijn. Nakeds zijn bij uitstek straatmotorfietsen en als je dan 26.590 euro voor een straatmachine betaalt, wil je zo’n motor ook kunnen benutten. Hoe benut je 208 pk bij 198 rijklare kilo’s? Dat is de vraag; dat is de werkelijke #FightFormula. Uitkomst van die bepaald niet wiskundige formule is de Ducati Streetfighter V4S. Die is meer dan de som der delen, terwijl elke berekening klaarblijkelijk sluitend is. Het is Ducati gelukt een lading sommen en vergelijkingen op te lossen en een reeks enen en nullen om te zetten in een brute en briesende maar bruikbare en begerenswaardige naked.