In dit duel: Yamaha’s visie op comfortabel en sportief reizen, de Tracer-familie. Maar kies je voor de copieus uitgedoste tweecilinder? Of ga je voor de full-option triple?
In deze test helpen we potentiële kopers die niet kunnen kiezen tussen twee motoren van hetzelfde merk die dicht tegen elkaar aanleunen. Een situatie die we allemaal wel eens hebben meegemaakt. Bespaar je geld en ga je voor het goedkopere model, of heb je toch liever wat meer cool-factor? Een lastige keuze, waar wij je graag bij helpen. Want duurder is niet altijd beter. |
Motorblok
Twee- of drieling? Dat is de hamvraag, als we de twee Tracers naast elkaar oplijnen. Beide machines pronken immers met een CP-blok in het vooronder. Dat is kort voor Crossplane, een verwijzing naar de 90°-opstelling van de krukastappen, die op de viercilinder in een perfecte kruisvorm staan, maar ook op de twee- en driecilinder in diezelfde rechte hoek ten opzichte van elkaar gepositioneerd zijn. Zonder al te diep in detail te gaan zorgt die configuratie ervoor dat zowel de twin als de triple een erg brede powerband hebben, met veel koppel dat al bij lage toeren (vanaf ca. 2.000 tpm) beschikbaar is.
Het door klassieke gaskabels aangespoorde CP2-blok van de Tracer 7 GT laat zich – ondanks de teugels van dienst – opvallend makkelijk mennen, met een zachte, allerminst rukkerige gasaanname, een mooi lineaire opbouw, zonder verval van helemaal onderin (1.500-2.000 tpm) tot bij 5.500-6.000 toeren, om vervolgens nog een flink eindschot achter de hand te houden vanaf 7.000 tot voorbij de 9.000 tpm. Vooral het gebruiksgemak en de souplesse waarmee je de volle 74 pk en 67 Nm ter beschikking krijgt, is een absolute troef op deze sporttourer. Ook na ruim tien jaar motortests gaat dit op papier slechts matig krachtige pakket nooit ofte nimmer vervelen, terwijl ook hippe rijhulpjes als tractiecontrole compleet overbodig zijn door de perfect voorspelbare (en toch krachtige) afgifte. De optelsom is een motorblok waarmee je veel zwaardere machines het leven zuur maakt op slingerende (berg)wegen. Zelf getest. En grijnzend goedgekeurd.
Dubbeltest Kawasaki Z650 vs Z650RS: groentjes onder elkaar
En toch… kan het altijd nog een tikkeltje leuker, krachtiger en verfijnder. Dat blijkt als we overstappen op de Tracer 9 GT, vanaf het moment dat je de sleutel omdraait en ‘m met een por start. Zowel het volume van als de volheid waarmee het CP3-blok tot leven borrelt, is van een heel andere orde. Dat hoeft niet te verwonderen: de Tracer 9 heeft immers niet alleen een extra cilinder, maar ook 46 pk en 25 Nm extra ter beschikking – 119 pk bij 10.000 tpm en 93 Nm bij 7.000 tpm, getuned naar één van de vier rijmodi. Daarbij reageert alleen de regenmodus – D-mode 4 – een tikkeltje gemuilkorfd, in de drie resterende modi schiet de Tracer 9 GT er als een torpedo vandoor.
De triple loopt daarbij erg krachtig onderin, maar vooral tussen de 4.500 en de 7.500 tpm lopen zowel de toeren als de snelheid bijzonder fors op. Fijn om merken is dat de gasrespons van bij het oppakken tot bovenin erg soepel is, zeker in de twee middelste rijmodi. De up/down-quickshifter schakelt daarbij boterzacht en naadloos op en terug, terwijl de opvallend onopvallende uitlaatdemper met twee afzonderlijke uitlaatpijpjes een potige soundtrack ten berde brengt. Vol, diep en met de nodige snedigheid bij elke gasopening. De factor ‘sport’ in ‘sporttouring’ is goed vertegenwoordigd. Zacht als het moet, hard als je dat wilt. Heerlijke krachtbron – en wat ons betreft met meer dan een cilinder voorsprong de winnaar van dit vergelijk.
Rij-eigenschappen
Met dank aan het tomeloze CP2-blok, laat de 203 kg zware Tracer 7 zich door elk soort rijder, van beginner tot doorgewinterde moterrijder, erg gewillig langs dorp en weg wiegen. Insturen gaat met de spreekwoordelijke vingers in de neus – of eentje tegen elke stuurhelft – waarbij de Tracer 7 GT bijzonder vlot op hellingshoek gaat en steevast met zowel speels plezier als vertrouwen door de bocht jast. Gaat het tempo omhoog, dan loopt de demping iets sneller tegen z’n limieten aan bij tempowissels – fors afremmen of vol op het gas staat garant voor duiken of deinen, terwijl ook snelle bochtencombinaties wel wat beweging in de ophanging veroorzaken. Daarvoor kan je wel in de weer met uitgaande demping en veervoorspanning – zowel voor- als achter laat de Tracer 7 zich bijstellen – maar de effecten zijn al met al beperkt. Het overwegend gevoel is eerder speels en tast het vertrouwen in de motor allerminst aan, alleen in het geval van zware belading (bagage en passagier, bijvoorbeeld) zouden de grenzen wel iets sneller duidelijk kunnen worden. Goed om weten is hoe dan ook dat de axiale vierzuigerremmen vooraan met overtuiging in de bijbehorende 298mm-schijven bijten. Voor een echt fikse bite dien je het hendel wel ver en met de nodige kracht in te knijpen, zonder dat het ABS te snel of bruusk tussenbeide komt.
Wie stabiliteit en optimale controle wil, zal eerder vallen voor de Tracer 9 GT. Zonder dat daarbij ingeboet wordt aan sportiviteit of fungehalte – integendeel. Ondanks m’n sympathie en voorliefde voor de ‘kleine’ Tracer, vis ik graag naar de sleutels van de CP3 als het betere bochtenwerk zich aandient. Enerzijds voor het comfort en de stabiliteit van de semi-actieve KYB-ophanging – waardoor elke verandering in ondergrond passend opgevangen wordt door een bijstelling in het menu – met een lichte voorkeur voor de sportieve A1-modus op droog wegdek. Maar anderzijds ook omdat in het blok de Spielerei tussen twee bochten in naar een ander niveau van genieten lanceert: vol richting bocht blaffen, bliksemsnel en secuur twee versnellingen terugschakelen, de duidelijk feller bijtende radiale remklauwen met gevoel laten vieren en perfect stabiel op de apex mikken – de betere sportmotor op stelten. De soundtrack maakt het plaatje helemaal af. Er is op de 9 een tikkeltje meer input vereist om ‘m op de gewenste rijlijn te zetten dan op de 7, maar dan loods je ‘m er ook perfect stabiel doorheen. Op het droge wegdek voelen we de instelbare tractiecontrole noch het ABS tussenbeide komen als het tempo omhoog gaat, al is het – zeker met de vrij scherp reagerende D-mode 1 – geen overbodige luxe om een elektronisch gestuurde muilkorf achter de hand te hebben.
Prijs en uitrusting
De ‘kleine’ 7 maakt mooi weer met strakke looks, erg geslaagde kleurencombo, een goed gevoerd ééndelig duozadel, een makkelijk verstelbaar windscherm met deflectoren op de flanken, halve handkappen die de wind over je knuisten, de slim gemonteerde richtingaanwijzers en het smalle stuurtje leiden. Met m’n dikke 1m70 zitten mijn knieën goed achter het kuipwerk op de flanken verstopt, in de uitsparingen van de tank tegen de rubberen pads geduwd en m’n voeten mooi laag op de voetsteunen. M’n stuit raakt nog net de opstap van het zadel niet – waardoor hij voor mij alvast als gegoten zit, maar voor langere rijders misschien wel aan de ietwat krappe kant zal voelen. Vanuit die makkelijk vol te houden zithouding zit je enerzijds mooi uit de wind, en tuur je naar de voor dit jaar vernieuwde knoppenwinkel en bijbehorend TFT-schermpje met bluetoothconnectiviteit. Die combinatie is qua bediening nog steeds even gebruiksvriendelijk, en wordt gecomplementeerd met zowel een USB- als een 12V-laadpunt aan respectievelijk de linker- en rechterzijde van het nieuwe dashboard. De benzinemeter en motortemperatuur lees je af op beide flanken van het scherm, met een schermbrede toerenteller en je huidige snelheid en versnelling handig groot in beeld. In de standaard gemonteerde 20-literkoffers kon ik nét m’n integraalhelm kwijt (maatje S) met nog wat ruimte rondom voor bijbehorende handschoenen. In de tank past net 17 liter, waardoor je net geen 400 kilometer zou kunnen ronden op één vulling.
Triotest Honda NT1100 vs Kawasaki Versys 1000 vs Yamaha Tracer 9
De Tracer 9 GT is op elk vlak de overtreffende trap van de 7, zelfs in z’n ‘standaardplunje’. Nu ja, wat heet: van het blok, de IMU en de bijbehorende rits rijhulpjes (incl. cruisecontrole – niet onbelangrijk, op een tourer), de semi-actieve demping, de middenbok, de verwarmde handvatten achter de volle handkappen, adaptieve bochtenverlichting, tot de ruimer bemeten zijkoffers aan toe- de 9 is af-fabriek al erg copieus uitgedost. Het bredere kuipwerk zet je in combinatie met het meertraps verstelbare windscherm steevast goed uit de wind – al zorgt de montagesteun centraal onderin ervoor dat de daardoor beweeglijke, bovenste hoeken van het windscherm wel wat turbulentie veroorzaken op hogere snelheden. Het zadel is tweedelig, waardoor je de zit van de rijder in twee posities kan zetten – met de iets hogere stand (825 mm t.o.v. 810 mm in lage stand) bezorg je je knieën een net iets comfortabelere houding en toren je zelf nog net iets hoger boven het verkeer uit. Met de 18,7 liter tussen de benen, zing je het overigens goed 350 kilometer uit – iets dorstiger dan z’n kleine broer dus. Een bedenking: de elektronische extraatjes en stelmogelijkheden brengen wel een vrij omslachtige knoppenwinkel met zich mee. Die hadden we de Tracer 9 GT nog kunnen vergeven, maar de combinatie met het knap ogende, maar bijzonder onhandige tweedelige 3,5” TFT-dashboard werkt echt lastig. Een oplossing heeft Yamaha zelf voorhanden met de Tracer 9 GT +. Die is naast de radartechnologie en het comfortzadel immers ook uitgerust met een heel overzichtelijk 7-inch TFT-scherm met connectiviteit en volledige navigatie en… een prijskaartje dat nog eens 2.000 euro hger uitvalt dan onze 16.499 euro kostende testmotor. Kan je het met nét iets minder snufjes, pk’s en uitrusting, dan doe je met de 11.899 euro kostende Tracer 7 GT een absoluut goede zaak. Die 4.600 euro kan je vervolgens naar hartenlust spenderen in de lijvige accessoirecatalogus, toch?
Conclusie 2023 Yamaha Tracer 7 GT vs 2023 Yamaha Tracer 9 GT
Tja. Daar sta je dan na de testrit. Met twee sleutels in de hand, een dubbeldekker van een grijns op je tronie en geen idee welk van de Tracer GT’s je nu écht in de garage wilt. Kies je voor het nimmer teleurstellende CP2-blok, aangevuld met een erg strak uiterlijk, een speels en doodeenvoudig te mennen rijwielgedeelte, een vrij uitgebreide standaarduitrusting én 4.600 euro in je broekzak? Zonder gezeik, allerhande stelmogelijkheden en elektronische poeha – gewoon lekker bochtenpikken, zwaardere motoren een pak voor de broek rijden en volledig voldaan huiswaarts rijden.
Of… kies je voor het serieuzere werk? Het waanzinnig leuke, krachtig lopende en klinkende driecilinderblok, dat alleen beter uit de verf komt door de subliem afgestelde ophanging? De mogelijkheid om zonder zorgen met je wederhelft en halve huishouden op reis te gaan? De IMU en bijbehorende elektronica zorgen bovendien voor een portie schizofrenie-op-bestelling: van speelse toermotor naar volbloed racefiets en terug. Vergeet even hoe je die snufjes bijstelt en denk even niet meer na over het dashboard, en je hebt gewoon een overcompleet pakket dat voor geen enkele sportieve reiziger te wensen overlaat.
Wij neigen naar die tweede optie, vooral omdat je beide manieren van rijden binnen handbereik houdt. Al voelt het – gezien het onmiskenbare rijplezier op de Tracer 7 GT – een beetje als een salomonsoordeel…
Technische gegevens
Yamaha Tracer 7 GT | Yamaha Tracer 9 GT | |
---|---|---|
MOTOR | ||
Type | Vloeistofgekoelde paralleltwin | Vloeistofgekoelde driecilinder lijnmotor |
Cilinderinhoud | 689cc | 890 cc |
Boring x slag | 80,0 x 68,6 mm | 78,0 x 62,1 mm |
Kleppen/cilinder | 4 | 4 |
Compressieverhouding | 11,5:1 | 11,5:1 |
Koppeling | Natte multiplaat | Natte multiplaat |
Transmissie | Zesbak | Zesbak |
Eindoverbrenging | Ketting | Ketting |
PRESTATIES | ||
Maximaal vermogen | 74 pk @ 8.750 tpm | 119 pk @ 10.000 tpm |
Maximaal koppel | 67 Nm @ 6.500 tpm | 93 Nm @ 7.000 tpm |
ELEKTRONICA | ||
Motor | / | Rijmodi, tractiecontrole, IMU, quickshifter |
Rijwielgedeelte | / | KYB semi-actieve ophanging, bochtenverlichting |
RIJWIELGEDEELTE | ||
Frame | Stalen diamantframe | Stalen diamantframe |
Vering voor | 41mm telescopische vork | KYB UPSD-vork |
Stelmogelijkheden | Uitgaande demping, veervoorspanning | Semi-actief, volledig instelbaar |
Vering achter | Monoshock | Monoshock |
Stelmogelijkheden | Uitgaande demping, veervoorspanning | Semi-actief, volledig instelbaar |
Veerweg v/a | 130/142 mm | 130/137 mm |
Rem voor | 298mm dubbele remschijf met axiale vierzuigerklauw | 298mm dubbele remschijf met radiale vierzuigerklauw |
Rem achter | 245mm remschijf met enkelzuigerklauw | 245mm remschijf met enkelzuigerklauw |
Banden v/a | 120/70 ZR17, 180/55 R17 | 120/70 ZR17, 180/55 R17 |
PRIJZEN | ||
Nederland | € 11.899,- | € 16.499,- |
België | € 10.599,- | € 14.999,- |
ALGEMEEN | ||
Rijklaargewicht | 203 kg | 220 kg |
Tankinhoud | 17 liter | 18,7 liter |
Zithoogte | 835 mm | 810-825 mm |
Wielbasis | 1.460 mm | 1.500 mm |
Balhoofdhoek | 25° | 25° |
Naloop | 90 mm | 108 mm |
Foto’s: Manu de Soomer