Na Nancy van de Ven twee jaar geleden, heeft Nederland opnieuw een wereldkampioen in de WMX. Lotte van Drunen ging met een aardige puntenvoorsprong naar Turkije, reed een verstandige wedstrijd en wist met succes de eerste plaats vast te houden.
Na haar fantastische optreden in de Nederlandse Grand Prix in Arnhem, waar ze haar leidende positie verstevigde door beide manches te winnen, kon Lotte van Drunen vol vertrouwen afreizen naar de laatste GP in het Turkse Afyonkarahisar. Het verschil met Guillén was opgelopen tot zeventien punten. Van Drunen hoefde daarom niet aan te vallen, ze hoefde er slechts voor te zorgen niet al te ver achter de Spaanse over de finish te komen.
Afyon, zoals de plaats meestal kortweg wordt genoemd, beschikt over een keiharde baan, die zondagmorgen modderig was door overvloedig sproeien. De minder ervaren rijdsters hadden er duidelijk moeite mee en al binnen een kwartier werden de eersten gedubbeld. Ook zaterdag op de droge baan waren de snelheidsverschillen groot, misschien wel te groot.
Geen risico nemen
De twee rivalen Van Drunen en Guillén stonden in beide manches naast elkaar achter het starthek. Beide keren was de Spaanse sneller weg dan Van Drunen. Geen enkel probleem, want Van Drunen hoefde slechts Guillén in de gaten te houden en haar het liefst niet uit het oog te verliezen. Courtney Duncan, viervoudig wereldkampioene, leidde in de eerste manche van start tot finish. Guillén was derde bij de eerste doorkomst achter Duncan en Kiara Fontanesi, zesvoudig wereldkampioene en moeder van twee kinderen. Guillén kwam later op de tweede plaats terecht door Fontanesi voorbij te steken. Achter dit drietal reed Lotte van Drunen op een eenzame vierde plaats. Ze bevond zich een eindje achter de derde, maar ruim voor de vijfde. Met Guillén als tweede en Van Drunen als vierde werd het puntenverschil teruggebracht van zeventien tot dertien. Nog altijd geen reden voor bezorgdheid.
Fontanesi had kopstart in de tweede manche, verreden als eerste race op zondagmorgen. De Italiaanse bouwde een voorsprong van een aantal seconden op Guillén op. De derde plaats was in handen van Duncan en Charli Cannon was vierde. Cannon is een Australische, die in Afyon haar eerste GP van dit jaar reed. Lotte van Drunen reed op de vijfde plaats, geen enkel risico nemend. In de laatste ronde maakte Fontanesi een foutje, waarvan Guillén en Duncan profiteerden. Voor Van Drunen maakte het niet uit hoe de volgorde voor haar was, zo lang zij er maar voor zorgde minimaal negende te worden bij winst van Guillén. Ze kwam als vijfde over de finish en dat was voldoende om als jongste ooit wereldkampioene te worden.
Lotte over haar tweede manche: ‘Ik wist dat de vijfde plaats genoeg was. Ik heb gecruised. Geen fouten maken, niet vallen, daar ging het om. Vooraf was ik niet zo zenuwachtig, maar na de start toch wel een beetje.’
Trots
Zeven wedstrijden telde het WK voor de dames dit jaar. Feitelijk waren er het slechts zes-en-een-half, want vanwege overvloedige regenval werd in het Italiaanse Maggiora de eerste manche afgebroken. De hellingen waren zo glad dat vrijwel niemand erin slaagde omhoog te komen. De martelgang voor de dames werd na drie ronden beëindigd en er werd geen uitslag opgemaakt.
Met een totaal van dertien manches is het zaak in elke race goed te scoren en er vooral voor te zorgen geen enkele keer uit te vallen of door een blessure een wedstrijd te moeten missen. Dat is de basis van het succes van Lotte van Drunen, Daniele Guillén en Kiara Fontanesi. Naast het feit dat ze in elke manche punten scoorden, scoorden ze ook telkens goed. Van Drunen heeft een zesde plaats als slechtste klassering, Guillén een vijfde en Fontanesi een zevende. Van Drunen won vijf manches, Guillén vier en Van Drunen kwam in negen van de dertien manches als eerste of tweede over de finish. Lotte van Drunen: ‘Het is voor mij een geweldig seizoen geweest. Ik ben nog maar zeventien en nu al wereldkampioen. Ik wil iedereen bedanken, mijn moeder, mijn broers, mijn vrienden en familie, mijn trainers, iedereen die me heeft gesteund en vooral mijn vader. Hij is de man achter mijn succes. Dit seizoen had niet beter kunnen gaan en ik kan trots zijn op mezelf.’
Van drie naar vier
Voor Lynn Valk liep de Turkse GP uit op een grote teleurstelling. Ze viel in de eerste manche uit, terwijl ze op de negende plaats reed. De tweede manche leverde haar de zesde plaats op. Door het sterke rijden van Fontanesi wist de Italiaanse haar achterstand op Valk van twaalf punten meer dan goed te maken en ging het WK-brons naar haar en niet naar Valk. De door voormalig 125cc-wereldkampioen Alessio Chiodi begeleide Danée Gelissen finishte als negende en achtste. In de WK-eindstand bezet zij de achtste plaats. Shana van der Vlist, die door een schouderblessure niet naar Turkije afreisde en ook de Nederlandse GP had moet missen, is twaalfde geworden in het WK.
WK-eindstand
1. Lotte van Drunen, Yamaha, 282; 2. Daniela Guillén (E), GasGas, 278; 3. Kiara Fontanesi (I), GasGas, 232; 4. Lynn Valk, KTM, 219; 5. Courtney Duncan (NZ), Kawasaki, 199; 6. Larissa Papenmeier (D), Honda, 193; 7. Sara Andersen (DK), KTM, 180; 8. Danée Gelissen, Yamaha, 142; 9. Malou Jakobsen (DK), KTM, 140; 10. April Franzoni (F), Honda, 115; 12. Shana van der Vlist, Yamaha, 89; 22. Britt Jans-Beken, Yamaha, 30; 27. Nancy van de Ven, Yamaha, 15.