woensdag 30 oktober 2024

MotoGP Spanje 2024: legendarisch gevecht tussen Marc Márquez en Pecco Bagnaia

Andermaal vond er een gedenkwaardige Spaanse Grand Prix op het circuit van Jerez plaats. Voor bijna 300.000 toeschouwers werd de show gestolen door publiekslieveling Marc Márquez. Maar de Sprint-zege ging naar Jorge Martin en de GP-race naar Pecco Bagnaia. De manier waarop zesvoudig MotoGP-wereldkampioen Márquez en de regerend tweevoudig titelhouder Bagnaia met elkaar in gevecht gingen, mag nu al legendarisch worden genoemd.

Van de vier in Spanje gelegen MotoGP-circuits, Jerez, Barcelona, Aragón en Valencia mag eerstgenoemde het Mekka van de Spaanse motorwegracerij worden genoemd. Het ‘Circuito de Jerez – Angel Nieto’, zoals het tegenwoordig officieel heet, werd op 8 december 1985 geopend. En het maakte de Zuid-Spaanse stad Jerez de la Frontera nog bekender dan dat het door de sherry-productie al was. De stereotype Tio Pepe-toren, met sherry fles, midden op het circuit is daar het bewijs van.

Een onderonsje tussen Bagnaia en Márquez over de afdrukken van de voorband van laatstgenoemde op het pak van eerstgenoemde.

In 1987 werd in Jerez voor het eerst de ‘Gran Premio de España de Motociclismo’ verreden. Met de Australiër Wayne Gardner (Honda) als winnaar van de 500cc-klasse. Sindsdien heeft er op dit circuit elk jaar een Grand Prix plaatsgevonden. Met in 2020 zelfs twee. Dit jaar was het dus de 39e aflevering. Alleen Assen heeft een langere serie van achtervolgende GP’s: 71 jaar van 1949 tot en met 2019.

Het mooie, technische circuit van Jerez slingert zich op prachtige wijze door de Andalusische heuvels tussen Jerez en het historische ‘witte dorp’ Arcos de la Frontera. Vanaf de veelal natuurlijke tribunes hebben elk jaar zo’n 100.000 toeschouwers een prachtig uitzicht op de overzichtelijke baan. En de sfeer die de racefans er creëren kan éénmalig worden genoemd.

MotoGP Amerika 2024: The American Dream voor Maverick Viñales

Ook op de baan heeft er zich in al die jaren al heel wat afgespeeld. We denken hierbij in de eerste plaats aan de clashes in de laatste bocht, die tegenwoordig ‘Curva Jorge Lorenzo’ heet. Meest fameus zijn ongetwijfeld de duels (met lijfelijk en machinecontact) tussen Alex Crivillé en Mick Doohan in 1996, Valentino Rossi en Sete Gibernau in 2005, Jorge Lorenzo en Dani Pedrosa in 2010 en Marc Márquez en Jorge Lorenzo in 2013. Maar het circuit van Jerez betekende ook het einde van de racecarrière van vijfvoudig 500cc-wereldkampioen Mick Doohan. Dit jaar was het precies 25 jaar geleden dat de Australiër tijdens de training voor de Grote Prijs van Spanje op een nat Jerez in een snelle linkerbocht de witte afscheidingslijn, die spiegelglad was, toucheerde. Daarop vloog hij met een snelheid van 180 km/u van zijn Honda. Bij de val brak Doohan zijn linkerpols en linkersleutelbeen en opnieuw zijn toch al zwaargehavende rechterbeen. Een gevolg van zijn val tijdens de TT van Assen in 1992. Uiteindelijk was het deze beenblessure die de vijfvoudig wereldkampioen (van 1994 t/m 1998) op 33-jarige leeftijd dwong om zijn helm aan de kapstok te hangen.

‘Marc Márquez-show’

In 2020 betekende een zware val op Jerez bijna het einde van de racecarrière van een andere racegrootheid, Marc Márquez. De zesvoudig MotoGP-wereldkampioen werd tijdens de GP van Spanje dusdanig hard van zijn Honda geslingerd, dat hij een gecompliceerde rechterarmbreuk opliep. Zoals bekend volgden meerdere operaties en een lange weg naar herstel. Maar in tegenstelling tot Doohan kon Márquez wel blijven racen. Vier jaar na zijn bijna fatale val verklaarde de inmiddels 31-jarige Spanjaard in Jerez dat hij na zijn overstap van Honda naar Ducati het aanpassingsproces aan zijn nieuwe machine bijna had voltooid. Verleden jaar had hij hier de GP nog moeten missen, nadat hij tijdens de GP ervoor, Portugal, bij een onbesuisde actie ten opzichte van Miguel Oliveira een breuk aan zijn rechterhand had opgelopen. Met als gevolg dat MM93 weer eens onder het mes moest. Tot grote vreugde van de Spaanse fans was de publiekslieveling nu wel fit en dat gold ook voor zijn Ducati GP23. En toen de kwalificatie onder een half droge/half natte baan moest worden afgewerkt, was iedereen weer getuige van een ouderwetse ‘Marc Márquez-show’. Met als uitkomst dat de persoon in kwestie met een tijd van 1.46,773 min. niet alleen zijn 93e poleposition (naar zijn startnummer) scoorde, maar ook zijn eerste pole op een Ducati. Dat was niet het enige succes van het Italiaanse merk. Want de acht deelnemende Ducati-coureurs stonden allemaal bij de negen snelst gekwalificeerden. De Sprint op Jerez werd een zeer speciale. Want binnen twintig minuten gingen over een afstand van slechts 53 kilometer van de 25 starters er maar liefst vijftien onderuit. Uiteindelijk finishten er zestien waarvan zes met val! De oorzaak was niet alleen een aantal aanrijdingen. Zo kwam Pecco Bagnaia ten val nadat hij klem was komen te zitten tussen Marco Bezzecchi en Brad Binder. Maar de voornaamste oorzaak was dat het eerder op de dag had geregend. Het wegdek was op sommige plekken niet helemaal droog, omdat er water door scheurtjes in het asfalt omhoog sijpelde. Tot grote ontsteltenis van alles wat Spaans was, was het juist Marc Márquez die hier het voornaamste slachtoffer van werd. En dat nota bene op het moment dat hij, na Jorge Martin te zijn gepasseerd, zijn eerste Ducati-zege leek te behalen. Wel pakte Márquez zijn machine weer op, ramde uit een vorm van boosheid nog even zijn oude Honda-teamgenoot Joan Mir (waarvoor hij werd bestraft), maar finishte toch nog als zesde. Het was een troost voor de Spanjaarden dat de overwinning nu naar Jorge Martin ging. Door het grote aantal (uit)vallers ging de tweede plaats uiteindelijk naar Pedro Acosta. De rookie mocht pas als tiende aan zijn beide races op Jerez beginnen nadat hij in Q2 ten val was gekomen. Fabio Quartararo leverde een uitzonderlijke prestaties door vanaf de 23e startplaats naar de derde plek te rijden. Maar een uur na de race werd bekend dat de Yamaha-coureur één van de vijf rijders was, die een tijdstraf van acht seconden had gekregen, omdat ze met een te lage spanning in de voorband hadden gereden. Zo ging de bronzen medaille naar de 38-jarige Dani Pedrosa, die als KTM- en wildcardrijder net als verleden jaar weer een sterk weekend op zijn favoriete circuit kende.

Herkansing

Ook nu weer bleef Marc Márquez positief, na een voor hem toch enorme tegenslag, want wat hij had na vier jaar ellende heel graag weer eens voor eigen publiek willen winnen. De Spanjaard was zeker van zijn snelheid en zondags kwam er een herkansing. Dat gold trouwens ook voor groot aantal andere coureurs en al helemaal voor een getergde Pecco Bagnaia, die buiten zijn schuld in de Sprint-race ten val was gekomen. Nadat in de Grand Prix zowel Márquez als Bagnaia (vanaf de zevende startplaats!) even aan de leiding hadden gelegen, was het andermaal Jorge Martin die ook nu weer het initiatief naar zich toetrok. Tot de tiende ronde leidde de Pramac Ducati-coureur op soevereine wijze, tot hij plotseling onderuit schoof. Waarom dat gebeurde wist de ongelukkige Spanjaard enkele uren na de race nog steeds niet. In ieder geval verloor hij wel 25 heel belangrijke WK-punten. Die werden onmiddellijk en maar al te graag opgepikt door Pecco Bagnaia. Maar daar was één man het niet mee eens. En dat was natuurlijk Marc Márquez. Tot groot enthousiasme van een recordaantal toeschouwers dichtte de Gresini Ducati-coureur het gat met de Ducati-fabrieksrijder. En met nog enkele ronden te gaan, ontspon zich een geweldig duel tussen de meervoudige wereldkampioenen. Márquez wist verschillende keren de koppositie te veroveren, maar evenzovele keren sloeg Bagnaia onmiddellijk terug. De vonken vlogen er bij de inhaalacties dan figuurlijk vanaf, de bandensporen op de pakken niet. Uiteindelijk moest Márquez twee ronden voor het einde iets gas terugnemen omdat het risico hem te groot werd. Vroeger was dat wel anders… Maar het was ook zo dat Bagnaia zich weerde als een leeuw en twee ronden voor het einde op versleten banden nog een ronderecord reed. Zijn overwinning, de derde op rij in Jerez, was dan ook verdiend. En dat vond Márquez ook. Hij was maar al te blij met het feit dat hij weer kon vechten om de zege, juist op het circuit waar vier jaar geleden alle ellende begon.

Dani Pedrosa was heel blij met zijn bronzen medaille.

Niet ver achter het duellerende tweetal finishte Marco Bezzecchi als sterke derde. Daarmee scoorde de nummer drie van verleden jaar zijn eerste podiumplaats van dit seizoen. Alex Márquez en Enea Bastianini zorgden er vervolgens voor dat de eerste vijf posities werden bezet door Ducati-coureurs. De zesde plaats ging naar Brad Binder (KTM). Één van de verliezers van dit weekend was de grote winnaar van de GP ervoor in Austin, Maverick Viñales (negende). De Spanjaard was zelfs niet de best geklasseerde Aprilia-rijder, want dat werd Miguel Oliveira (achtste). Ook Pedro Acosta viel wat tegen. Maar de jonge Spanjaard was in de warm-up nog hard ten val gekomen en had in de race een hele slechte eerste ronde. Toch wist hij nog van de zeventiende naar de tiende plaats op te klimmen. Naast Jorge Martin kwam ook Dani Pedrosa, Franco Morbidelli, Jack Miller, Aleix Espargaró en Johann Zarco (door Espargaró) ten val.

De volgende Grand Prix vindt plaats in het Franse Le Mans, van 10 t/m 12 mei.

Foto’s: Henk Keulemans, Seidenglanz en MotoGP.com

MotoGP Spanje 2024 uitslagen

Sprint Spanje
1. Jorge Martin (E), Ducati, 19.52,682;
2. Pedro Acosta (E), KTM, +2,970;
3. Dani Pedrosa (E), KTM, +7,102;
4. Franco Morbidelli (I), Ducati, +8,481;
5. Fabio Quartararo (F), Yamaha, +15,052;
6. Marc Marquez (E), Ducati, +18,131;
7. Augusto Fernandez (E), KTM, +18,278;
8. Miguel Oliveira (POR), Aprilia, +18,418;
9. Joan Mir (E), Honda, +18,553.
  • 12 ronden = 53,076 km
  • Racegemiddelde winnaar: 160,2 km/u
Het begin van een zeer enerverende Sprint met Marc Márquez op pole.
MotoGP Spanje
1.Pecco Bagnaia (I), Ducati, 40.58,053;
2. M. Márquez, + 0,372;
3. Marco Bezzecchi (I), Ducati, +3,903;
4. Alex Márquez (E), Ducati, +7,205;
5. Enea Bastianini (I), Ducati, +7,253;
6. Brad Binder (ZAF), KTM, +7,801;
7. Fabio Di Giannantonio (I), Ducati, 10,063;
8. Oliveira, +10,979;
9. Maverick Viñales (E), Aprilia, +11,217;
10. Acosta, +20,762;
11. Raul Fernandez (E), Aprilia, +23,508;
12. Mir, +233,584;
13. Alex Rins (E), Yamaha, +28,452;
14. Takaaki Nakagami (J), Honda, +29,049;
15. Quartararo, +32,015.
  • 25 ronden =  110,575 km
  • Racegemiddelde winnaar: 161,9 km/u
  • Snelste ronde (23e): Bagnaia, 1.7,449 = 163,3 km/u (record)

Stand MotoGP na 8 races

Positie Coureur Motor Punten
1 Jorge Martin (E) Ducati 92
2 Pecco Bagnaia (I) Ducati 75
3 Enea Bastianini (I) Ducati 70
4 Pedro Acosta (E) KTM 69
5 Maverick Viñales (E) Aprilia 63
6 Marc Márquez (E) Ducati 60
7 Brad Binder (ZAF) KTM 59
8 Aleix Espargaró (E) Aprilia 39
9 Marco Bezzecchi (I) Ducati 36
10 Fabio Di Giannantonio (I) Ducati 34
11 Alex Márquez (E) Ducati 27
12 Fabio Quartararo (F) Yamaha 25
13 Miguel Oliveira (POR) Aprilia 23
14 Jack Miller (AUS) KTM 22
15 Raul Fernandez (E) Aprilia 12

Quotes

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen