‘Een man uit duizend’ is een uitdrukking om iemands uitzonderlijke kwaliteiten te roemen. In Le Mans gold dat voor Marco Bezzecchi, die er op zijn Ducati de 1.000ste grand prix in de geschiedenis van het WK-wegrace op zijn naam wist te schrijven. Dat gebeurde in een chaotische wedstrijd, waarin wereldkampioen Pecco Bagnaia (Ducati) één van de acht coureurs was, die onderuitgingen. Ook Marc Márquez overkwam dit. En voor de zoveelste keer deed de Honda-coureur dat tijdens een (opnieuw) spectaculair verlopen rentree.
Fotografie: MotoGP.com, fabrikanten
Honda en Marc Márquez, het is nog steeds een ‘Neverending story’. Een fascinerend ‘huwelijk’ dat nu z’n elfde jaar is ingegaan en (als alles goed gaat) nog tot minimaal eind 2024 moet duren. Het is een verbintenis van uitersten. Eentje van vele hoogte- en dieptepunten. Van 59 GP-zeges en zes MotoGP-wereldtitels tot ontelbare valpartijen, blessures en vanaf de laatste gemeenschappelijke titel in 2019 drie nagenoeg compleet mislukte GP-seizoenen. Gevolgd door de vraag: Komt daar dit jaar een vierde bij? Het lijkt erop. Maar met Marc Márquez weet je het echter nooit!
MotoGP Spanje 2023: Pecco Bagnaia #1 in Spaans spektakel
In Le Mans kon er na een gedwongen blessurepauze van ruim zes weken, een gevolg van zijn onbesuisde actie tijdens de openings-GP van 2023 in Portugal, opnieuw een hoofdstuk aan het boek met als titel ‘Honda & MM93’ worden toegevoegd. In eerste instantie was het begin ervan al positief te noemen. Want de na zijn val in Portimão (waardoor ook Miquel Oliveira voor langere tijd werd uitgeschakeld) opgelegde straf van het rijden van twee long-laps werd na een protest van het Repsol Honda-team door het MotoGP Court of Appeal vanwege een formfout nietig verklaard. Een ander positief punt voor de achtvoudig wereldkampioen was, dat hij in Frankrijk pijnvrij aan zijn tweede grand prix van dit seizoen kon beginnen. En in Frankrijk stond voor de Spanjaard dan ook eindelijk een RC213V voorzien van het zoveel besproken Kalex-frame gereed. Het eerste exemplaar was na de GP van Spanje getest in Jerez. Maar nadat testcoureur Stefan Bradl er mee ten val was gekomen, kwam de tweede rijder van het Repsol Honda-team, de tot nu veel geplaagde (beter gezegd vallende) Joan Mir er maar een halve ronde ver mee door een probleem met de elektronica.
Márquez begon zijn zoveelste rentree op zijn ‘vertrouwde’ Honda. Dus met een chassis van Japanse makelij. Maar dat duurde niet lang, want al na vijf ronden lag de combinatie in de grindbak…! Zo volgde een gedwongen overstap naar de Kalex-Honda. Dat is overigens een naamgeving die ze bij HRC niet in de mond nemen. Na alle trainingen en kwalificaties prijkten de namen van Marc Márquez achter Pecco Bagnaia wel weer op de tweede plaats. Conclusie: ondanks alle ellende, een gebrek aan training en een grotendeels nieuwe machine had Marc Márquez nog niets aan snelheid ingeboet. Was het zijn talent of de Kalex die hem direct weer zo snel maakte? Waarschijnlijk een combinatie van beiden. Plus een ongelofelijk gedrevenheid van de coureur in kwestie. Wel gaf de Spanjaard aan meer vertrouwen in het Duitse chassis te hebben, waarmee inmiddels zijn beide machines waren uitgerust. Nadat hij de Sprint (waarin het tot meerdere en harde confrontaties met titelhouder Bagnaia kwam) als vijfde eindigde, pakte Márquez in de GP-race zelfs resoluut de leiding. Die wist hij (nog) niet vast te houden. In een chaotisch verlopen wedstrijd knokte de achtvoudig wereldkampioen vervolgens wel om de tweede plaats met Jorge Martin (Ducati), die een dag ervoor de Sprint had weten te winnen. Tot …. hij in de één na laatste ronde opnieuw onderuit schoof. Jammer! Zo kon er andermaal een hoofdstuk vol dramatiek aan het boek ‘Honda & MM93’ worden toegevoegd. Maar een boek dat nog lang niet is afgesloten. Dat is zeker!
Hectisch
Na Jerez werd er ook in Le Mans veel verwacht van de KTM’s. Terwijl Jack Miller achter Pecco Bagnaia, Marc Márquez en Luca Marini als vierde aan beide races mocht beginnen, viel de tiende startplaats van Brad Binder iets tegen. Maar zoals onderhand gewoonlijk is, liet de Zuid-Afrikaan zich in de wedstrijden danig gelden. Terwijl Miller in beide races in kansrijke positie onderuitging (nadat hij op zondag het veld maar liefst tien ronden had aangevoerd om daarna terug te vallen), knokte zijn teamgenoot zich in de Sprint als tweede andermaal naar een podiumplaats. In de GP-race viel Binder in de eerste ronde door een te agressieve actie van Alex Márquez, die daarvoor werd bestraft en bij zijn volgende GP bij de start drie plaatsen naar achteren moet, terug naar plaats 18. Ondanks het feit dat de KTM-coureur na een foutieve inhaalactie bij teamgenoot Miller ook nog een long-lap moest rijden, werd hij toch nog als zesde afgevlagd. Al met al werd zo de verrassend sterk rijdende Augusto Fernandez als vierde de hoogst geklasseerde GasGas=KTM-coureur. De MotoGP-rookie had wel de mazzel dat er tijdens deze Grote Prijs van Frankrijk maar liefst acht van 21 gestarte coureurs onderuitgingen.
Tijdens een zeer hectische beginfase deed zich in de vijfde ronde de eerste valpartij voor. Maverick Viñales (Aprilia) en Pecco Bagnaia (Ducati) raakten elkaar en belandden samen met hun machines in de grindbak. Even volgde er, op initiatief van de Spanjaard, een handgemeen. Maar nadat de heren tot bedaren waren gekomen, werden de handen ook geschud. Niet veel later ging Luca Marini (Ducati) in de chicane in de fout. Daarop kon Alex Márquez zijn merkgenoot niet meer ontwijken en volgde er opnieuw een stevige klapper. Wonder boven wonder bleven alle coureurs nagenoeg ongedeerd en oordeelde het FIM MotoGP Stewards Panel dat hier om twee raceongevallen ging. Een verstandige keuze. Ondanks dat lag (en ligt) met name de voorzitter van het panel, meervoudig wereldkampioen Freddie Spencer, nog steeds bij de coureurs onder vuur. De Amerikaan wordt verweten niet consequent te handelen c.q. te straffen. Een gesprek tussen beide partijen in Le Mans bracht daar geen verandering in.
Buiten de al eerdergenoemde vier coureurs plus Marc Márquez en Jack Miller gingen ook Joan Mir en Alex Rins onderuit. Voor Mir was het alweer de tiende crash in dit seizoen. De MotoGP-wereldkampioen – op Suzuki – van 2020 kan nog steeds niet wennen aan de Honda, waarvoor hij in Le Mans naast Márquez (die er dus twee had) ook een Kalex-frame ter beschikking had. Al met al lijkt het erop, dat de zege van Rins in Austin een enorme uitschieter is geweest, want in Frankrijk kwam de Spanjaard er helemaal niet aan te pas. Takaaki Nakagami was de enige Honda-coureur die over de finish kwam. De Japanner werd negende. Zo werd andermaal bewezen dat Marc Márquez voor Honda goud waard is. Maar dan moet de Spanjaard het einde van de wedstrijden zien te halen.
Wat Márquez voor Honda betekent, betekent Fabio Quartararo voor Yamaha. Maar helaas lijkt voor laatstgenoemde combinatie de ontwikkeling van de M1 op een dood spoor te zijn beland. Tot grote teleurstelling van hemzelf en maar liefst 278.805 toeschouwers over drie dagen (een nieuw record voor Le Mans) kwam Quartararo niet in het stuk voor. In de Sprint ging de Fransman onderuit en in de GP-race eindigde de wereldkampioen van 2021 als zevende op ruim vijftien seconden van de winnaar.
Wie was die winnaar dan wel? Die heette toch wel heel verrassend Marco Bezzecchi. De winnaar van de Argentijnse grand prix wist in de chaotische race het hoofd koel te houden. Vertrokken van een zevende startplaats werd hij ook zevende in de Sprint. Maar door vooral een betere start verliep de GP-race nog een stuk voorspoediger voor de jonge Italiaan. Al helemaal toen vier rijders voor hem ten val waren gekomen en hij zelf de op dat moment leidende Miller was gepasseerd. Bezzecchi had trouwens alle geluk van de wereld, dat hij niet betrokken raakte bij de valpartij van zijn teammaatje Luca Marini en Alex Márquez. Maar na dit angstaanjagende voorval ging Bezzecchi’s inhaalrace gestaag verder en hengelde hij tegenstander na tegenstander binnen. Wel moest de ontketende coureur van het team van Valentino Rossi even een plaats inleveren, nadat hij in zijn enthousiasme Marc Márquez naast de baan had gedrukt. Uiteindelijk moest iedereen voor Bezzecchi buigen en passeerde hij ruim vier seconden voor het Prima Pramac-duo Jorge Martin en Johann Zarco als winnaar van de 1.000ste GP de finish. En was tevens een Ducati-1-2-3 een feit. Met een eerste en tweede plaats kende Martin een uitstekend weekend. En de Fransen konden juichen om de derde plaats van Zarco.
Op naar Mugello
Ondanks het feit dat hij in de tot nu toe vijf verreden GP’s door valpartijen drie keer(!) niet aan de finish is gekomen, staat Pecco Bagnaia nog steeds op kop in de tussenstand van de titelstrijd. En dat is eigenlijk onvoorstelbaar. Want van de tot nu toe maximaal te verdienen 185 punten, verzamelde de regerend wereldkampioen er ‘slechts’ 94. Of te wel net iets meer dan de helft. Na Le Mans is de voorsprong van Bagnaia teruggelopen tot één punt ten opzichte van Marco Bezzecchi, die dit seizoen al eerder het kampioenschap aanvoerde. En dat met de Italiaanse grand prix op Mugello, ook nog eens het thuiscircuit van Ducati, voor de boeg. Het zal in Toscane ongetwijfeld een hele strijd worden. Niet alleen tussen genoemde twee Ducati-coureurs (op respectievelijk een GP23 en GP22), maar ook met de overige rijders van het Italiaanse merk. En wat te denken van de razendsnelle KTM’s en de weer aan het front teruggekeerde Marc Márquez (Honda)? De verwachting is dat ook de ongelukkig, in Jerez geblesseerd geraakte en daarom in Frankrijk afwezige Miguel Oliveira in Italië de Aprilia-gelederen weer zal versterken. Ook moet Ducati-fabriekscoureur Enea Bastianni, die in Le Mans werd vervangen door één van zijn voorgangers, Danilo Petrucci, weer fit zijn voor zijn thuisrace. En dan is er de vraag of Fabio Quartararo een kans heeft met de tot nu toe zeer tegenvallende Yamaha. Dit omdat de Franse wereldkampioen van 2021 op dit circuit met de M1 een heel hoge bochtensnelheid kan ontwikkelen. Maar het is en blijft de vraag of dat genoeg zal zijn.
MotoGP Frankrijk 2023
Sprint Frankrijk
1. Jorge Martin (E), Ducati, 19.59,037 min.;
2. Brad Binder (ZAF), KTM, +1,840;
3. Francesco Bagnaia (I), Ducati, +2,632;
4. Luca Marini (I), Ducati, +3,418;
5. Marc Marquez (E), Honda, +3,541;
6. Johann Zarco (F), Ducati, +4,483;
7. Marco Bezzecchi (I), Ducati, +5,224;
8. Aleix Espargaró (E), Aprilia, +6,359;
9. Maverick Viñales (E), Aprilia, +8,336.
- 13 ronden = 54,405 KM.
- Racegemiddelde winnaar: 163,3 km/u
MotoGP Frankrijk
1. Bezzecchi, 41.37,970 min.,
2. Martin, +4,256;
3. Zarco, +4,795;
4. Augusto Fernandez (E), KTM, +6,281;
5. Aleix Espargaró, +6,726;
6. Binder, +13,638;
7. Fabio Quartararo (F), Yamaha, +15,023;
8. Fabio di Giannantonio (I), Ducati, +15,826;
9. Takaaki Nakagami (J), Honda, +16,370;
10. Franco Morbidelli (I), Yamaha, +17,828;
11. Danilo Petrucci (I), Ducati, +29,735;
12. Lorenzo Savadori (I), Aprilia, +36,135;
13. Jonas Folger (D), KTM, +49,808.
- 27 ronden = 112,995 km
- Racegemiddelde winnaar: 162,8 km/u
- Snelste ronde (15e): Bezzecchi, 1.31,855 = 164,0 km/u
Stand MotoGP na 10 van 42 races
1. Pecco Bagnaia (I) Ducati 94
2. Marco Bezzecchi (I) Ducati 93
3. Brad Binder (ZAF) KTM 81
4. Jorge Martin (E) Ducati 80
5. Johann Zarco (F) Ducati 66
6. Luca Marini (I) Ducati 54
7. Maverick Viñales (E) Aprilia 49
8. Jack Miller (AUS) KTM 49
9. Fabio Quartararo (F) Yamaha 49
10. Alex Rins (E) Honda 47
11. Aleix Espargaró (E) Aprilia 42
12. Alex Marquez (E) Ducati 41
13. Franco Morbidelli (I) Yamaha +40
14. Augusto Fernandez (E) KTM 30
15. Fabio di Giannantonio (I) Ducati 25