Op zondag schreven Aleix Espargaró en Maverick Viñales tijdens de Grote Prijs van Catalonië geschiedenis door de eerste één-twee-zege voor Aprilia in de MotoGP te behalen. Bovendien was het de eerste keer dat Espargaró (34 jaar en de oudste MotoGP-coureur) beide races wist te winnen, en dat nog wel op zijn thuiscircuit. Pecco Bagnaia had, nadat hij als tweede in de Sprint was geëindigd, tijdens het hoofdnummer het geluk om na een enorme highsider niet ernstig gewond te raken. Uiteindelijk bleek de regerend wereldkampioen en WK-leider alleen maar kneuzingen aan zijn beide benen te hebben opgelopen.
Foto’s: ANP en MotoGP.com
Op vrijdagmiddag moesten we toch even goed kijken toen we de tijden van de eerste twee trainingen van de Grote Prijs van Catalonië onder ogen kregen, zowel op papier als op een beeldscherm. Stond de lijst soms op zijn kop? Op de eerste en tweede plaats stonden namelijk twee Aprilia’s, terwijl de laatste zes plaatsen werden ingenomen door twee Yamaha’s gevolgd door vier Honda’s! Foutje? Nee, dus. Want dit is de realiteit van de MotoGP in 2023. Drie tot vier jaar geleden was de volgorde juist omgekeerd, met Honda, Yamaha en Suzuki voorop, terwijl Aprilia ergens onderaan bungelde. Maar door verschillende redenen zijn de krachtsverhoudingen in die periode compleet veranderd. Ducati is nu de maatstaf. Hoewel dit seizoen Alex Rins met een Honda (in Amerika) en Aleix Espargaró met een Aprilia (in Groot-Brittannië) hebben gewonnen, is Ducati dominant, met maar liefst acht coureurs.
MotoGP Oostenrijk 2023: Francesco Bagnaia ligt op koers
Maar iets verrassends gebeurde in Barcelona. Pecco Bagnaia behaalde zijn zesde pole van het seizoen met een tijd van 1.38,639 minuten, de snelste rondetijd ooit op dit circuit. Maar liefst drie Aprilia-rijders zaten hem op de hielen: Aleix Espargaró, Miguel Oliveira en Maverick Viñales. Ondanks zijn snelle tijd gaf Bagnaia direct toe dat het op dit circuit moeilijk zou worden om de Aprilia-coureurs te verslaan. Zij hadden meer grip hadden, vooral thuisrijder Aleix Espargaró. Dit bleek waarheid te worden tijdens de Sprint. Hoewel Bagnaia aanvankelijk aan de leiding reed, moest hij, net zoals op Silverstone, zijn meerdere erkennen in de Spaanse routinier, die zo voor het eerst een Sprint wist te winnen. Viñales maakte het succes voor Aprilia compleet door als derde op het podium te eindigen. Bagnaia had rekening gehouden met zijn WK-belangen en was niet tot het uiterste gegaan om Espargaró van zijn eerste overwinning op zijn thuiscircuit af te houden.
Valpartijen en herstart
De grote vraag was natuurlijk of dit op zondag weer zou gebeuren. Nee, dat gebeurde niet zoals verwacht, maar op een heel andere manier. Eerst was het Enea Bastianini, die na een straf in de training was teruggezet naar de zeventiende startpositie en in de eerste bocht veel te agressief was. Dit leidde tot een massale valpartij, zoals we die op dit circuit al vaker hebben gezien. Hij kon zijn Ducati niet voldoende afremmen aan de binnenkant van de bocht en ging onderuit, waarbij hij ook Johann Zarco, Fabio di Giannantonio, Alex Márquez en Marco Bezzecchi meenam. Nog voordat iedereen van de schrik was bekomen, was het Pecco Bagnaia, die aan de leiding reed, die zijn Ducati onderuithaalde en hoog door de lucht vloog. Hij landde hard midden op het asfalt, waarbij Brad Binder geen kans had om hem te ontwijken en over zijn benen reed. Gelukkig slaagden de volgende coureurs er wel in om de ongelukkige Bagnaia (die ook heel veel geluk had) en zijn Ducati te ontwijken. Na deze twee valpartijen werd de race onmiddellijk stilgelegd. Terwijl Bagnaia (die bij bewustzijn was) en de eveneens gewonde Bastianini naar het medisch centrum werden vervoerd, bereidden de overige coureurs en hun teams zich voor op een herstart. Die vond plaats na 24 minuten, nu voor een race over 23 ronden in plaats van 24.
Nu Pecco Bagnaia er niet meer bij was, was het in de eerste plaats de taak van Jorge Martin om de belangen van Ducati ten opzichte van de razendsnelle Aprilia’s te behartigen. De Spanjaard probeerde dit te doen, maar hield dat slechts enkele ronden vol. Nadat de KTM van Brad Binder de geest had gegeven, was het zelfs zo dat er op een gegeven moment zelfs drie Aprilia-coureurs op het podium reden, namelijk Maverick Viñales, Aleix Espargaró en Miguel Oliveira. Door problemen met zijn voorband viel de Portugees net zoals in de Sprint terug, naar de vijfde positie. De kop van het veld werd lange tijd geleid door de uitstekend gestarte Viñales. Espargaró wilde zich daar (natuurlijk) niet bij neerleggen, wat leidde tot een prachtig duel tussen de twee Aprilia-fabriekscoureurs. Dit duel besliste Espargaró vier ronden voor het einde in zijn voordeel. Zo scoorde de oudste van alle MotoGP-coureurs, die slechts enkele kilometers van dit circuit geboren is en opgroeide, een memorabele zege. Er was niemand, maar dan ook niemand, die de 34-jarige deze zege bij zijn 312e (!) GP-start misgunde. Ook de verslagen Viñales niet. Dit succes was ook het succes van Aprilia, dat na een lange lijdensweg onder leiding van teammanager Massimo Rivola weer aan de wereldtop staat. Maar niet in de 125cc of 250cc of Superbikes zoals in het verleden, maar in de MotoGP!
Spaans gekleurd
Het podium bij deze Catalaanse Grand Prix was met Jorge Martin op de derde plaats volledig Spaans gekleurd. Martin’s Prima Pramac-teamgenoot Johann Zarco kwam ook goed naar voren en werd vierde. Daarna volgden Oliveira, Alex Márquez, de karakter tonende Fabio Quartararo en de teleurstellende Jack Miller. De beide Mooney VR46-rijders Luca Marini en Marco Bezzecchi (beide met twee valpartijen) hadden absoluut geen succesvol weekend en werden slechts elfde en twaalfde. Maar dat was nog altijd beter dan Marc Márquez, die als veertiende finishte. De zo geplaagde Honda-coureur paste zich aan aan de mogelijkheden van zijn machine, wenste niet (weer) onderuit te gaan en nam daarom geen risico’s. Dit gold helemaal voor zijn teamgenoot Joan Mir, die als laatste eindigde. In tegenstelling tot zijn oudere broer had Pol Espargaró tijdens zijn thuisrace niets te vieren (of het moet juist het grote succes van zijn broer zijn geweest), want hij haalde twee keer de finish niet.
Later op de avond kwam het heugelijke nieuws dat de verwondingen van Pecco Bagnaia meevielen. De titelhouder had alleen diverse kneuzingen opgelopen en dus niets gebroken. Wel klaagde hij over pijn aan zijn stuitbeentje. Maar bovenal was hij boos, omdat hij zijn val niet kon verklaren. Volgens de Ducati-coureur, die ’s avonds nog naar huis in Italië vloog, had hij namelijk geen fout gemaakt. De verwachting is dat hij in Misano ‘gewoon’ van start zal kunnen gaan. Dat zal voor zijn teamgenoot Enea Bastianini zeker niet het geval zijn. Want de veroorzaker van de massale valpartij in de eerste bocht liep bij zijn actie breuken in zijn linkerhand en linkerenkel op. In beide gevallen zal de Italiaan hieraan moeten worden geopereerd.
Marco Bezzecchi blijft bij VR46
Voorafgaand aan deze enerverende grand prix werd bekend dat Marco Bezzecchi ook volgend jaar voor het team van Valentino Rossi zal uitkomen. De huidige nummer drie in de titelstrijd geeft daarmee gehoor aan de wens van zijn mentor. Ook VR46-collega en tevens de huidige wereldkampioen, Pecco Bagnaia, had Bezzecchi dit geadviseerd. De jonge Italiaan geeft er dus de voorkeur aan om trouw te blijven aan zijn huidige team onder leiding van cheftechnicus Matteo Flamigni en niet over te stappen naar het Pramac-team, waar hij volgend jaar zeker de beschikking zou krijgen over Ducati Desmosedici GP24-fabrieksmateriaal. Deze gewilde machines hebben nog steeds geen berijder. Maar het lijkt erop dat dit Franco Morbidelli zal worden. Of Marc Márquez zou alsnog een vroegtijdig einde aan zijn relatie met Honda moeten maken. Meer duidelijkheid hierover zal komen tijdens de aanstaande GP van San Marino of na de belangrijke test direct na deze grand prix. Op dit moment is het zo dat alleen de officiële bevestiging van de contractverlenging voor 2023 van Luca Marini (VR46) en Takaaki Nakagami (Honda) nog moet komen, evenals de invulling van de tweede plaats bij Gresini Ducati. Inmiddels is het contract tussen KTM en testrijder Dani Pedrosa wel verlengd. Op dit moment zijn er slechts twee MotoGP-rijders met een contract dat tot na 2024 loopt: Johan Zarco (tot en met 2025 bij LCR-Honda) en Brad Binder (tot en met 2026 bij KTM). Het is nu al duidelijk dat de transfermarkt volgend jaar op volle toeren zal draaien.
MotoGP Catalonië 2023 uitslagen
Sprint Catalonië |
1. Aleix Espargaró (E), Aprilia, 20.02,744; 2. Francesco Bagnaia (I), Ducati, +1,989; 3. Maverick Viñales (E), Aprilia, +2,040; 4. Brad Binder (ZAF), KTM, +2,857; 5. Jorge Martin (E), Ducati, +4,341; 6. Miguel Oliveira (POR), Aprilia, +4,940; 7. Johann Zarco (F), Ducati, +6,746; 8. Marco Bezzecchi (I), Ducati, +6,888; 9. Enea Bastianini (I), Ducati, +8,068. |
- 12 ronden = 55,884 KM
- Racegemiddelde winnaar: 167,2 km/u
MotoGP Catalonië |
1. A. Espargaró, 38.56,159 min.; 2. Viñales, +0,377; 3. Martin, +2,831; 4. Zarco, +4,867; 5. Oliveira, +7,529; 6. A. Marquez, +10,590; 7. Fabio Quartararo (F), Yamaha, +10,821; 8. Jack Miller (AUS), KTM, +10,880; 9. Augusto Fernandez (E), KTM, +12,889; 10. Fabio di Giannantonio (I), Ducati, +13,280; 11. Luca Marini (I), Ducati, +16,491; 12. Bezzecchi, +16,561; 13. Marc Marquez (E), Honda, +21,616; 14. Franco Morbidelli (I), Yamaha, + 23,108; 15. Takaaki Nakagami (J), Honda, +26,740. |
- 23 ronden = 107,111 KM
- Racegemiddelde winnaar: 161,6 km/u
- Snelste ronde (3e): Viñales, 1.40,343 = 167,0 km/u
Stand MotoGP na 22 races
Stand | Coureur | Team | Aantal Punten |
---|---|---|---|
1. | Pecco Bagnaia (I) | Ducati | 260 |
2. | Jorge Martin (E) | Ducati | 210 |
3. | Marco Bezzecchi (I) | Ducati | 189 |
4. | Brad Binder (ZAF) | KTM | 166 |
5. | Aleix Espargaró (E) | Aprilia | 154 |
6. | Johann Zarco (F) | Ducati | 141 |
7. | Luca Marini (I) | Ducati | 125 |
8. | Maverick Viñales (E) | Aprilia | 113 |
9. | Jack Miller (AUS) | KTM | 104 |
10. | Alex Marquez (E) | Ducati | 102 |
11. | Fabio Quartararo (F) | Yamaha | 82 |
12. | Franco Morbidelli (I) | Yamaha | 67 |
13. | Augusto Fernandez (E) | KTM | 58 |
14. | Miguel Oliveira (POR) | Aprilia | 55 |
15. | Alex Rins (E) | Honda | 47 |