Na een onderbreking van een jaar kon er nu wel een TT worden verreden, zelfs nog met een beperkt aantal toeschouwers. Het was wel een heel ander gebeuren dan gebruikelijk. Veel minder journalisten en helemaal geen gasten. Dat leverde een rustig paddock op. Een zegen voor de technici, maar een ramp voor de mensen van de marketing en de hospitalities. En financieel voor de TT-organisatie.
Het gevoel dat dit een andere TT is dan gewoonlijk begint al onderweg. Geen speciale reclame-uitingen langs de A28 van Hoogeveen naar Assen. Slechts drie keer een spandoek van de TT zelf, waarop melding wordt gemaakt van de Dutch TT. Kleine verwijsborden richting de parkeerterreinen, geen andere verwijzingen naar de TT. In Assen zelf merk je niets van de TT. Er is geen feestprogramma met diverse muziekpodia in het centrum van de Drentse hoofdstad. Ook de traditionele kermis is er niet. Niets wijst erop dat enige kilometers zuidelijker de Nederlandse Grand Prix wordt verreden. Het is rustig op straat, er zijn in het centrum amper wegen afgesloten voor het verkeer. Op donderdagavond is bij vrijwel elk restaurant wel een vrij tafeltje te vinden. Dat was in voorgaande jaren bijna nooit het geval. De traditionele Nightride is er uiteraard ook niet, maar een groepje motorrijders heeft zelf iets op touw gezet en rijdt vrijdagavond door Assen.
Enorme strop
De horeca heeft flink schade ondervonden van het niet doorgaan van de TT vorig jaar en nu een TT met slechts een fractie van de meer dan 100.000 toeschouwers van 2019. Burgemeester Marco Out: ‘De hotels en restaurants hebben miljoenen aan omzet gemist. Wij als gemeente hebben tonnen aan toeristenbelasting misgelopen.’ Dat was vooraf bekend, want van de zijde van de traditionele TT-campings hoefde niets te worden afgedragen aan toeristenbelasting omdat ze niet open mochten. Daar staat wel tegenover dat door de afwezigheid van festiviteiten in Assen de gemeente ook veel minder onkosten heeft hoeven maken. Out: ‘Fijn dat er nu toch weer een beetje publiek mag komen. Ik hoop dat we volgend jaar weer een echte TT zullen meemaken.’ Dat hoopt niet alleen de burgemeester, maar ook de motorliefhebbers en iedereen die financieel beter wordt van de TT.
De burgemeester is donderdagmiddag al op het circuit om een presentje uit te reiken aan Valentino Rossi. Out: ‘We willen je prestaties eren door je het ereburgerschap van Assen te verlenen. Je hebt bijgedragen aan de reputatie van de TT-races, het TT Circuit en de stad Assen.’ Rossi in zijn dankwoord: ‘Assen is zowel voor de coureurs als de fans een speciale plaats. Het is de “Kathedraal van de snelheid”. Ik ben hier heel erg trots op.’
Streng Covid-protocol
Achter de Hoofdtribune staan normaal talrijke standjes met merchandise, waar het publiek z’n fanartikelen kan aanschaffen. Nu was er slechts catering aanwezig. Programmaboekjes waren er niet gemaakt. Voor het geringe aantal dat er in Assen was, was het niet lonend voor Dorna om een programmaboekje te maken.
In het weekend waarin in Nederland de meeste maatregelen werden beëindigd, was daar bij Dorna nog geen sprake van. De Spaanse organisatie was strikter met maatregelen dan we in Nederland ooit zijn geweest. Overal moest een mondkapje worden gedragen. Niet alleen in het perscentrum, ook buiten in het rennerskwartier. Zelfs de baancommissarissen en anderen langs de baan moesten mond en neus bedekt houden.
Wie niet minimaal twee weken voor aanvang van het evenement zijn tweede vaccinatie had gehad, moest een negatieve PCR-test kunnen overleggen. Die test werd ook op het circuit afgenomen. Overal stonden flesjes met ontsmettingsmiddel voor je handen en werd gewezen op de anderhalve-meter-afstand.
Op het circuit viel na een wandeling door het rennerskwartier op dat er weinig grote hospitalities stonden, want de teams hadden niet de mogelijkheid gasten te ontvangen. In de vaste VIP-ruimten van het TT Circuit heerste weinig drukte, want elke houder daarvan mocht slechts tien gasten per dag ontvangen. Voor een aantal huurders was dat aanleiding om tijdens de trainingsdagen niet open te gaan.
Sponsors coulant
Elk GP-team is afhankelijk van sponsoring. Een sponsor wil als tegenprestatie voor het beschikbaar stellen van geld en/of materiaal, naast het krijgen van publiciteit, ook graag een keer een kijkje in de keuken nemen. Daarom nodigen teams hun sponsors uit om naar een race te komen. Het daarvoor geëigende evenement is uiteraard de thuis-GP. Jarno Janssen (46), teammanager van RW Racing, moest zijn sponsors teleurstellen. ‘Vrijdag was een dag dat we heel toegankelijk waren, ook voor de fans. De fans van het team en de fans van de rijders. In 2019 hadden we heel veel fans van Bo, tussen de 200 en 250 mensen. De zaterdag en zondag zijn meer voor de sponsors, die dan met hun gasten komen. Ik denk dat we in 2019 zo rond de zeshonderd gasten zaten. Bij heel veel sponsordeals zitten kaarten voor Assen inbegrepen. Dat is natuurlijk heel vervelend geweest in 2020. Dat wilden we met iedereen nu weer recht breien, omdat de mensen toch betaald hebben voor dat event dat niet is doorgegaan. Gelukkig, en daar ben ik blij om en trots op, is iedereen heel erg coulant geweest naar ons toe. Nu zijn we een jaar verder en is het feitelijk precies dezelfde situatie als een jaar geleden. De mensen zijn wel wat terughoudend geworden, ze willen eerst zien waar het naartoe gaat. Op het moment dat ze weer kunnen komen zijn er weer mogelijkheden. Een aantal sponsors heeft echt een stapje terug moeten doen. Het is een heel lastige situatie voor iedereen. Ik weet zeker dat ik, als alles weer normaal is, kan terugvallen op die mensen. We hebben gelukkig heel veel kleine sponsors, die al heel lang bij ons zijn. Er zijn er slechts een paar afgevallen.’
Geen emotie delen
Niet alleen de Nederlandse sponsors kon dit jaar niets worden geboden, ook de belangrijkste RW-sponsor, NTS, wordt voor het tweede jaar geconfronteerd met het wegvallen van de Japanse GP. Janssen: ‘Japan is het thuisland van NTS. Als er één bedrijf is dat hard is getroffen door de crisis, dan is het wel NTS. De werkzaamheden van NTS zijn in hoofdzaak het vervaardigen van hoogwaardige onderdelen. Eén van hun allergrootste klanten is Honda Motorsport en dan met name het Formule 1-project. Ons Moto2-project is het project van de CEO. Daar zit totaal geen winstmarge op. Sterker nog: het is gewoon een heel hoge kostenpost voor het bedrijf. NTS heeft het zwaar, maar zal zeker wel overleven. Maar misschien gaan we daar in de toekomst wel last van krijgen. Het contract met NTS loopt eind van dit jaar af. Ik heb heel veel contact met hen. Wat we niet mogen onderschatten is dat we nu geen persoonlijk contact met elkaar hebben. Ik doe ze nu telefonisch verslag van wat er tijdens de race is gebeurd. Dat is heel erg moeilijk, we praten wel met elkaar, maar je kunt je emotie zo niet met elkaar delen. Wij zullen er alles aan doen om volgend jaar met het merk NTS er bij te zijn. Ik ga ervan uit dat het gaat lukken. De eerste gesprekken zijn zeker niet negatief.’ In principe kan het team volgend jaar door met dezelfde rijders, want met Hafizh Syahrin is er een optie voor 2021, met Barry Baltus heeft RW Racing een doorlopend contract.
Zesvoudig TT-deelnemer (twee keer 125cc en vier maal 250cc) Janssen werd tijdens de TT geconfronteerd met het doorgaan van de Amerikaanse GP. Janssen: ’Dat is met reis- en verblijfkosten een uitgave van zo’n veertig mille.’ Over geld gesproken: hij heeft afgelopen jaar voor € 25.000,- uitgegeven aan PCR-testen. Nu is iedereen gevaccineerd en zijn de verplichte testen komen te vervallen.
In 2019 werkte RW Racing met een begroting van ongeveer twee miljoen. Janssen: ‘Dat was met een hospitality en het ontvangen van gasten. Omdat we nu geen gasten ontvangen, is het eerste dat er uit gaat de hospitality. We hebben nu wel weer een hospitality. Die huren we in van een bedrijf. Voorheen was die hele unit van ons, nu delen we ’m met andere teams.’
Door het niet kunnen ontvangen van gasten had het team veel minder vrijwilligers nodig dan in voorgaande jaren. Janssen: ‘Tijdens de TT maakten we altijd een groepsfoto van iedereen die voor het team in de weer was geweest. Als je dan de hoofden telde, zag je dat we wel met zestig mensen waren geweest, allemaal vrijwilligers. Zij werkten in de hospitality, verzorgden het eten en maakten rondleidingen met gasten door de paddock.’
De naamgever van het team, Roelof Waninge, was anderhalf jaar niet op het circuit geweest. Janssen: ‘Roelof was afgelopen weekend op de Sachsenring voor het eerst sinds Valencia 2019 weer op het circuit. Het werd voor hem wel allemaal een beetje ver van zijn bed. Het kantoor van het team zit bij Roelof, hij ontvangt alle facturen. Hij bespreekt wel alles met mij, maar als je facturen ziet binnenkomen en je weet niet goed wat er speelt, is dat heel erg moeilijk. Zeker in een organisatie die wij hebben, want het is ook een beetje uit liefde.’
MotoGP Nederland: Quartararo wel oppermachtig in Assen
Heel vreemd
Een thuis-GP is altijd hectisch voor iedereen. Er is extra aanloop, de sponsors moeten worden ontvangen. Dat speelde voor Steven Bendsneyder, de vader van Bo, in het geheel niet, maar toch was de negentigste Dutch TT hectisch voor hem. Steven: ‘Het is een beetje lastig op het werk, ook met het personeel. Daarom ga ik elke dag naar huis, naar Rotterdam.’ Op de racedag arriveerde hij een uur voor de wedstrijd van Bo in het rennerskwartier en vertrok direct na afloop van de race. ‘Niet zo erg dat ik gelijk weer weg ga, want veel heb je hier nu toch niet. Dit is wel heel anders, dan ik gewend ben. Ik ben zelf al meer dan een jaar niet meer op een Grand Prix aanwezig geweest. Ik wist natuurlijk van Bo dat het anders is. Nu ik het hier meemaak, is het heel vreemd. Ik begrijp dat het voor de rijders wel lekker is. Gelukkig gaan we de goede kant weer op. In de paddock is het wel heel erg stil. Dit geeft niet het gevoel van een thuis-GP, deze race had net zo goed ergens anders kunnen zijn. Op social media leeft het nog wel, maar hier binnenin niet. Op een normale GP, en zeker hier, heb je gasten bij je. Daar heb je tijd voor nodig. Die zijn er nu niet en daarom kan ik wel weer naar huis gaan. We hebben een vaste kern sponsors. Het is even afwachten hoe iedereen er door komt. Ik kan ze hier niet ontvangen. Het enige dat we nu kunnen doen is de contacten warm houden en ze er zo dicht mogelijk bij betrokken houden. Zorgen dat ze als eerste het nieuws krijgen, veel meer kun je niet doen.’
Leuke evenementen
Slechts 11.500 toeschouwers mochten aanwezig zijn op de racedag. Het één na laagste aantal in de geschiedenis van de TT. Alleen tijdens de eerste editie in 1926 kwamen er minder mensen, toen waren het er maar 2.600. Een aantal dat de organisatie opzadelde met een verlies van 5.000 gulden (ruim 2.200 euro). Het jaar erop kwamen er 14.000 toeschouwers en werd het verlies weggewerkt.
Datzelfde scenario speelt nu ook weer. Doordat er vorig jaar niet werd gereden en er ook geen WK Superbike was, leed het circuit een verlies van ruim drie miljoen euro. Welke rode cijfers de penningmeester aan het eind van dit jaar moet schrijven, is nu uiteraard nog niet bekend, maar zeker is wel dat er opnieuw verlies wordt geleden. Voorzitter Arjan Bos: ‘Gelukkig heeft Dorna zich heel behulpzaam opgesteld door niet de contractueel afgesproken fee te verlangen. We zijn ook goed gesteund door de houders van de VIP-boxen, die ondanks dat we ze niets te bieden hadden toch een deel van het geld hebben overgemaakt. Wat nog heel spannend is geweest, is of we publiek zouden mogen ontvangen. Dat de TT zou doorgaan had Dorna ons eind vorig jaar al duidelijk gemaakt. Op vrijdag hadden we weinig publiek, slechts 2.000 toeschouwers, op zaterdag 8.000 en op zondag de maximaal toegestane 11.500. Het moeten testen zal toeschouwers hebben gescheeld, en ook de mensen die normaal op een camping staan en een passe-partout aanschaffen waren er niet. We hebben in de tweede helft van dit jaar nog leuke evenementen staan, waardoor dit jaar financieel een beter jaar moet worden dan vorig jaar.’ Directeur Peter Oosterbaan vult aan: ‘We mogen bij het WK Superbike maximaal 25.000 toeschouwers ontvangen. Details over de kaartverkoop worden binnenkort bekendgemaakt.’