Met het overlijden van Phil Read op 6 oktober j.l. is er een eind gekomen aan het leven van één van de beste coureurs van de vorige eeuw. Niet alleen op de baan, maar ook ernaast deed Read van zich spreken. Een overzicht van de imposante carrière van de man die de ‘Prince of Speed’ werd genoemd.
Fotografie: NMBA, Jan Boer
Vijf namen springen eruit als je het hebt over de toonaangevende coureurs van de jaren zestig en begin zeventig: Mike Hailwood, Jim Redman, Giacomo Agostini, Ángel Nieto en Phil Read. Hailwood (1940-1981) stierf op 40-jarige leeftijd toen hij met zijn auto op een kerende vrachtwagen botste. Nieto (1947-2017) werd op zijn zeventigste op zijn quad aangereden door een auto. Redman (90) en Agostini (80) leven nog; Agostini was half september nog actief bij de Classic GP in Assen. Daar was de toen heel breekbare Read ook aanwezig, maar rijden op een motor kon hij niet meer. Read leed aan COPD en bewoog zich voort op een scootmobiel.
Eerste wereldtitel
Phillip William Read werd op Nieuwjaarsdag 1939 geboren. Op zijn zestiende startte hij, gesteund door zijn ouders, voor het eerst in een wegrace op een Velocette KSS, een luchtgekoelde staande eencilinder van 350cc. In Nederland mocht je op die leeftijd nog niet racen, want een motorrijbewijs was een vereiste om een racelicentie aan te vragen. Daarna volgde een BSA Gold Star. Op z’n achttiende ging hij volop racen op de diverse Britse circuits. En uiteraard ging hij ook van start op het eiland Man. Read was pas 21 toen hij daar zijn eerste zege boekte. Op een 350cc-Norton won hij de Junior Manx Grand Prix. Een jaar later was hij al de beste in de ‘echte’ TT. Dat betekende voor hem zijn eerste GP-zege, want de races op Man telden nog mee voor het wereldkampioenschap.
In datzelfde jaar (1961) maakte reed hij na Man nog twee GP’s: Assen en Noord-Ierland. Hij ging van start in maar liefst drie klassen: 125cc (EMC), 350cc (Norton) en 500cc (Norton). Bij de Asser TT maakte hij indruk door in elk van deze drie klassen vierde te worden. Europa was gewaarschuwd: er was een nieuw Brits talent. Maar ondanks dit veelbelovende Europese debuut duurde het nog tot 1964 eer Read een vol seizoen ging meedraaien in de GP’s. In 1963 behaalde hij op een Gilera in de 500cc tweede plaatsen in Assen en Francorchamps.
Ex-Phil Read MV Agusta Boxer op veiling voor 60.000 euro
Zijn eerste volledige GP-seizoen (1964) verliep uitermate gunstig, want op een Yamaha greep hij de wereldtitel bij de kwartliters. Read won dat jaar vijf van de tien GP’s en werd verder nog een keer tweede (in Assen) en een keer derde (Franchorchamps). Het was niet alleen de eerste wereldtitel van Read, maar ook voor Yamaha. Op het stratencircuit van Dundrod (Noord-Ierland) boekte hij zijn eerste dubbelzege, want naast winst in de 250cc was hij op een Norton ook eerste in de 500cc. Eerder dat jaar was hij in de 500cc actief op een Matchless, waarmee hij drie keer op het podium kwam.
De verdediging van de 250cc-wereldtitel kostte Read in 1965 geen enkele moeite, want van de dertien GP’s wist hij er zeven te winnen en werd hij tweemaal tweede. Op Man won hij zijn eerste GP in de 125cc-klasse.
Teamorders
Het jaar erop kwam Yamaha met een 250cc-viercilinder. Die motor liep niet meteen optimaal en Read won geen enkele GP, maar werd wel vijf keer tweede. De wereldtitel ging naar Mike Hailwood op een Honda-zescilinder. Zijn aantal GP-overwinningen werd wel met twee uitgebreid, want hij won de 125cc-race in het Finse Imatra en behaalde zijn eerste zege in de 350cc in de Japanse GP op het circuit van Suzuka.
In 1967 waren Hailwood en Read goed aan elkaar gewaagd, maar het was opnieuw de Honda-rijder die de wereldtitel behaalde. Read zegevierde vier keer en werd ook viermaal tweede, goed voor de tweede plaats in de WK-eindstand. Beiden hadden hetzelfde puntenaantal, maar Hailwood had met vijf overwinningen er één meer dan Read en dat gaf de doorslag. In dat jaar draaide hij ook goed mee in de 125cc-klasse, want daarin won hij twee keer (Man en Assen) en werd daarnaast nog vier keer tweede. Dat leverde hem de tweede plaats in het wereldkampioenschap op achter zijn Britse teamgenoot Bill Ivy.
Voor 1968 had Yamaha bedacht dat de rollen moesten worden omgedraaid: Read moest voor de 125cc-titel gaan, Ivy voor het kampioenschap in de 250cc. Read won zes van de eerste zeven GP’s in de lichtste categorie en voegde daar nog twee tweede plaatsen aan toe en werd zo de overduidelijke titelhouder. Bij de kwartliters trok Read zich niets aan van de teamorders van Yamaha en bleef tot de laatste race meestrijden om de titel. Na de laatste GP bleek dat Ivy en Read evenveel punten hadden behaald. De totale tijd van de GP’s die beiden hadden uitgereden moest de doorslag geven. Dat waren de races in Assen, Sachsenring, Brno en Monza en daarin was Read net iets meer dan twee minuten sneller geweest dan Ivy. Tijdens de TT op Man had Ivy zich wel duidelijk aan de opdracht van Yamaha gehouden. Nadat hij een ronde met een gemiddelde snelheid van meer dan 100 mijl per uur had gereden, stopte hij in de laatste ronde om aan toeschouwers te vragen naar de stand in de race. Die stop bracht Read de winst. Yamaha was zo ontstemd over de opstelling van Read dat hij nooit weer in het fabrieksteam werd opgenomen.
Zonder voorrem
In 1969 en 1970 reed Read slechts enkele GP’s. Belangrijkste wapenfeit: winst in 1969 op Monza in zowel de 250cc als de 350cc.
In 1971 was het de Nederlander Ferry Brouwer, die ervoor zorgde dat Read fulltime terugkeerde in de GP. Brouwer prepareerde een 250cc-Yamaha zodanig goed dat dit een winnende machine was. Drie keer kwam Read als winnaar over de finish, maar tijdens de GP van Francorchamps kwam het tot een breuk tussen Read en Brouwer. Een monteur had een fout gemaakt, waardoor de remkabel niet werd bevestigd. Read kwam op volle snelheid op de hairpin La Source af en merkte dat hij geen voorrem had. Hij wist op de been te blijven, maar achtte Brouwer verantwoordelijk waardoor een vervelende sfeer ontstond. Brouwer trok zijn conclusies en stapte op. Jaren later kwam het weer goed tussen beiden. Voor Francorchamps won Read drie GP’s, na het vertrek van Brouwer niet één. Toch greep Read de titel.
Prolongatie van de wereldtitel lukte in 1972 niet; meer dan een vierde plaats zat er niet in. Toen bleek dat Jarno Saarinen op zijn Yamaha een bedreiging voor Giacomo Agostini (MV Agusta) ging vormen in de 350cc boden de Italianen Read een motor aan. Hij zegevierde daarmee op de Sachsenring.
Evolutie BMW G/S: van bedenksel tot bestseller
In 1973 kwam Read voor MV Agusta uit in de 350cc en de 500cc. In de zwaarste categorie stond hij acht keer op het podium (vier keer eerste en vier keer tweede) en dat leverde hem de wereldtitel op. In de 350cc behaalde Agostini zijn laatste wereldtitel op MV en werd Read met vijf podiumplaatsen derde. In 1974 en 1975 kwam Read op MV Agusta uitsluitend bij de halve liters aan de start. In die beide seizoenen won hij zes GP’s, wat zijn totaal op 52 GP-overwinningen bracht. In 1874 werd hij opnieuw wereldkampioen, het zeventiende opeenvolgende wereldkampioenschap van MV Agusta wereldkampioen!. In 1975 moest hij zich tevredenstellen met de tweede plaats achter Agostini op Yamaha. In zijn laatste jaar in de GP’s kwam Read met een 500cc-Suzuki aan de start en werd tiende in het WK.
In de jaren daarna was Read een vaste deelnemer aan de TT op Man en won de Formule 1 in 1977 op een fabrieks-Honda. Op Man zegevierde Read acht keer. In 1982, hij was toen 43, reed hij zijn laatste TT en kwam er een eind aan een imposante carrière. Daarna verscheen hij nog wel heel vaak op circuits om bij veteraanevenementen op tal van verschillende motoren zijn demoronden te rijden.
Voor zijn verdiensten voor de motorsport werd hij in 1979 door koningin Elisabeth benoemd tot Member of the Order of the British Empire.
Phil Read in het kort
Phil Read is altijd duidelijk voor zijn mening uitgekomen. Na de dood van Gilberto Parlotti in de TT van 1972, hij voerde op dat moment de WK-stand in de 125cc aan, verklaarde Agostini nooit weer op MAN te willen racen. Er kwam veel kritiek op de veiligheidssituatie van het 60km-lange circuit en Read was één van de meest uitgesproken critici. De laatste jaren dat de races op Man nog de WK-status hadden, stond Read er evenals vrijwel alle rijders van naam niet meer aan de start. Dat Read nadat Man vanaf 1977 niet meer meetelde voor het wereldkampioenschap er na het verhogen van het start- en prijzengeld er toch weer ging rijden, wekte bij velen verwondering. Read verdedigde zich door te zeggen dat rijders die een contract bij een GP-team hadden nooit verplicht zouden moeten worden op Man te rijden. Het zou ieders eigen keuze moeten zijn daar te gaan rijden.
Phil Read was altijd goed herkenbaar aan zijn HELM met zware en witte banen. Een origineel ontwerp was het niet, want Read had het gekopieerd van tweevoudig 350cc-wereldkampioen Bill Lomas. Read reed jarenlang met een helm van Premier. Toen de Italiaanse fabriek financiële moeilijkheden kreeg, nam hij Premier over, maar het kwam al weer vrij snel weer in Italiaanse handen.
In zijn jaren als fabrieksrijder van Yamaha en MV Agusta heeft Read prima verdiend, maar het geld uitgeven kostte hem geen enkele moeite. Toen zijn buurman, de zanger Tom Jones, een ROLLS ROYCE kocht, schafte Read zich ook zo’n dure auto aan.
Read was een graag geziene gast bij veteraanevenementen. Hij nam altijd steevast zijn eigen HANDEL mee om wat te verdienen. Dan stond hij met een stalletje waar hij allerlei spullen als gesigneerde foto’s verkocht. Het was dan lastig om even met hem te praten, want de verkoop ging altijd voor.
De laatste jaren was Read beperkt in zijn bewegingsvrijheid. Omdat er vanwege corona twee jaar vrijwel geen evenementen werden georganiseerd, droogden zijn inkomsten op. Daarom werd er in 2020 een CROWD FUNDING voor hem gestart, ook bedoeld om zijn ziekenhuiskosten te kunnen betalen.
Wereldtitels
Jaar | Klasse | Merk |
1963 | 250cc | Yamaha |
1965 | 250cc | Yamaha |
1968 | 125cc | Yamaha |
1968 | 250cc | Yamaha |
1971 | 250cc | Yamaha |
1973 | 500cc | MV Agusta |
1974 | 500cc | MV Agusta |
1977 | Formule 1 | Honda |