In de tijd dat er nog vijf soloklassen werden verreden in de GP’s, was het normaal dat coureurs in meerdere klassen deelnamen. Coureurs in de 50cc-klasse reden vaak ook in de 125cc, en het was gebruikelijk om in zowel de 250cc als de 350cc te rijden. Ook de combinatie van 350cc en 500cc kwam vaak voor. Voor privérijders was dit lucratief, omdat ze zo twee keer start- en prijzengeld konden verdienen. Vroeger waren er hooguit twaalf GP’s en daarnaast veel internationale wedstrijden waar ook geld te verdienen viel.
Fabrieksrijders hadden een gegarandeerd goed inkomen en hoefden hun eigen motoren niet aan te schaffen. Sommige fabrieksrijders startten zelfs in drie GP-klassen. Omdat niet overal alle klassen altijd aan de start verschenen, betekende dit dat ze op één dag twee of drie keer aan de start kwamen. De Rhodesiër Jim Redman, fabrieksrijder voor Honda, deed dat bijvoorbeeld in de TT van 1964, waar hij in de klassen 125cc, 250cc en 350cc meedeed. Het tijdschema was gunstig voor hem: de twintig ronden tellende 350cc-race (154 km) begon om 10.15 uur, gevolgd door de 50cc en om 12.30 uur startte hij voor zeventien ronden 250cc (131 km). Na een pauze begon Redman om 14.15 uur aan de 125cc-race over veertien ronden (108 km).
De eerste race was een makkie voor Redman. Na de openingsronde had hij al bijna twintig seconden voorsprong op de rest van het veld, met Mike Hailwood (MV) als tweede. Daarna liet Redman het tempo iets zakken en won met veertig seconden voorsprong.
Na de 50cc-race, gewonnen door Ralph Bryans (Honda), moest Redman bij de kwartliters hard werken. Hij kreeg stevige concurrentie van Phil Read op zijn tweetakt-Yamaha. Ze wisselden elkaar af in de leiding. Redman ging als koploper de Kniebocht in, maar Read kwam dichtbij. Het lukte de Brit net niet om Redman van zijn tweede dagzege te houden.
Ook de 125cc-race werd een duel tussen Redman en Read, opnieuw Honda tegen Yamaha. Redman reed op zijn vertrouwde viercilinder-viertakt, terwijl Read voor het eerst met een tweetakt-twin reed. Redman had steeds het voordeel en voltooide met deze zege een unieke trilogie. Drie jaar later won Hailwood in Assen ook drie keer: 250cc, 350cc en 500cc.
Foto: NMBA
Jan Boer op de TT |
Jan Boer zag zijn eerste TT in 1964. Sindsdien miste hij slechts één keer. In dit jubileumjaar van de Dutch TT blikt hij op Motor.NL in meerdere delen terug op de geschiedenis van Nederlands bekendste sportevenement. Deel 1: De eerste Nederlandsche TT Deel 2: Van 1949 tot MotoGP: de evolutie van de Dutch TT Deel 3: Het verhaal van de GT Deel 4: Hoe banden de motorsport veranderden Deel 5: Zij lieten het leven |