Altijd stond hij de spotlights, altijd draaide alles om hem en – bijna – altijd won hij. Tot het vorig seizoen helemaal misging met Marc Márquez op Jerez en hij na een tevergeefs snelle comeback maandenlang moest revalideren. In volledige anonimiteit en heel ver weg van de MotoGP-glamour. Zelfs beroepsoptimist Márquez verging letterlijk het lachen.
Vraag een willekeurig, lang geblesseerde topsporter naar zijn revalidatie en al snel gaat het over eenzaamheid en onzekerheid. Maar waar veel sporters vaak nog op de club of zelfs bij de nationale bond met meerdere lotgenoten samen aan het herstel kunnen werken, deed Marc Márquez het grotendeels alleen. Alex Márquez probeerde zijn broer natuurlijk te helpen en ondersteunen waar mogelijk, maar met bijna elke week een Grand Prix in de tweede helft van 2020 was daar eigenlijk alleen deze winter tijd voor. Het zorgde ervoor dat Marc Márquez vaak alleen was en trainingendagen kende die volledig inwisselbaar waren voor welke weekdag dan ook. Márquez daarover: ‘De afgelopen tijd sta ik om 8.00 uur op en heb ik de eerste fysiosessie van 9.00 tot 11.00 uur. Van 11:30 uur tot 13:30 uur staat er een training op het programma, meestal hardlopen of fietsen. Daarna heb ik even vrij voordat van 16.00 uur tot 18.00 uur de tweede fysiosessie gepland staat. In de avond doe ik niet zoveel meer en ga ik meestal al om 22.00 uur naar bed omdat ik geen energie meer heb.’ De volgende dag staat er dus precies hetzelfde op het programma, gevolgd door weer eenzelfde dag met weer precies hetzelfde op het programma.
Tegenslag op tegenslag
Wat het bij Márquez extra ingewikkeld maakt, is dat het revalidatieproces verre van soepel verloopt tot nu toe. Direct na zijn crash op Jerez was duidelijk dat zijn rechter bovenarm gebroken was na heftig contact met zijn voorwiel. Een vervelende blessure, maar mogelijke zenuwschade maakte alles erg onzeker, vooral omdat er een kans was op blijvend letsel. Gelukkig bleek na de eerste operatie dat van een zenuwbeschadiging geen sprake was. Maar wat niemand op dat moment wist, was dat er nog een hele reeks aan operaties zou komen. De tweede volgende op een mislukte rentree op weer Jerez, al een week na zijn zware crash. Volgens de doctoren zou de titanium plaat in zijn rechter bovenarm geen krimp geven, maar dat bleek niet zo te zijn. Al is er natuurlijk ook nog het bijzondere verhaal over het verkeerd openen van een raam dan wel schuifdeur. De titanium plaat zou volgens Repsol Honda-teammanager Alberto Puig gebroken zijn nadat Márquez thuis een raam wilde openzetten (Márquez spraak later overigens zelf van een schuifdeur). Volgens Spaanse media zou Márquez echter stiekem getraind hebben, met een motor of met een fiets, en daarbij zou die titanium plaat dan weer gebroken zijn. Of we het echte verhaal ooit zullen horen… Waarschijnlijk niet en dat maakt in dit geval ook niet zoveel uit want het gevolg was hoe dan ook dat Márquez een tweede tegenslag te verwerken kreeg: ‘Dat was vooral mentaal erg moeilijk. Je hebt thuis niets te doen, waardoor de dagen en soms zelfs de uren soms heel langzaam voorbijgaan. Ik keek alle trainingen, kwalificaties en races via de televisie, maar eigenlijk maakte dat het allemaal nog lastiger.’ Na deze tegenslag besluit Márquez ook nog eens Dr. Mir te verlaten, een dokter waarin hij jarenlang een blind vertrouwen had, maar dat vertrouwen raakte hij kwijt na de tweede operatie. En waarschijnlijk niet alleen hij, maar het hele team rondom hem en Repsol Honda heen. Want vergis je niet; we hebben het hier over de grootste coureur van deze tijd. Die moet uiteraard zo snel mogelijk weer de motor op en daarbij is uiteraard geen enkele ruimte voor medische onduidelijkheid, laat staan voor missers. De impact van deze breuk is niet te onderschatten doordat een arts voor veel motorcoureurs ook een vertrouwenspersoon is.
11 Raceclichés: dit is wat coureurs bedoelen, maar niet zeggen
Marc Márquez moet plezier terugvinden
Nog zwaarder werd het doordat de breuk maar niet wilde genezen, zelfs niet na een speciale schokgolf behandeling. Operatie nummer drie was onvermijdelijk. Eentje die liefst acht uur duurde en waar een nieuwe titanium plaat werd geplaatst en er zelfs een bottransplantatie nodig bleek vanuit het bekkenkam. Alles om er maar voor te zorgen dat de breuk nu wel wilde genezen. Dat leek eerst wel het geval te zijn, maar nadat er infectie werd geconstateerd moet Márquez langer in het ziekenhuis blijven, in totale onzekerheid. Terwijl heel de wegracewereld bezig was met de vraag of, en zo ja, wanneer Márquez zou terugkeren, lag hij weer in een ziekenhuisbed. En weer ging de tijd tergend langzaam voorbij. Uiteindelijk duurde het tien weken voordat echt duidelijk werd dat het herstelproces eindelijk op gang kwam, nadat lang een vierde operatie als een soort Zwaard van Damocles boven hem hing. Zo ver kwam het gelukkig – nog – niet, waardoor het doel van hem is om volledig fit te worden, de rest ziet Márquez dan wel: ‘Mijn rechterarm begint nu aan te voelen als een normale arm. Een maand geleden was het moeilijk om zelfs maar te douchen, een deur te openen of met de rechterarm te eten. Toen de dokter zei dat ik mijn rechterarm weer kon gebruiken, was het ook een mentale strijd tegen jezelf en je zelfvertrouwen. Ik had die arm zo lang niet gebruikt! Normaal is mijn doel altijd om wereldkampioen te worden. In 2021 is echter alles anders, mijn belangrijkste doel is om weer plezier te vinden in het racen.’ Of hij met die zoektocht in Qatar kan beginnen… Hij staat op de voorlopige deelnemerslijst, maar zelfs dat zegt helemaal niets.