Het stadje Flüsschenburg zou ook goed passen bij het kleine groothertogdom, Luxemburg waar niet alleen het geld stroomt, maar ook de riviertjes Sauer, Wiltz, Our en Eisch rustig stromen, weg van de stadsdrukte, begeleid door een groot aantal onverharde weggetjes.
Al een tijdje lijkt de koplamp in de achteruitkijkspiegel niet kleiner of groter te worden. Gas geven, gas loslaten – de afstand blijft hetzelfde. Stevig doorrijden is niet echt ons ding. Het is midden in de week, dus er zijn normaal gesproken geen snelheidsduivels onderweg. In cruisemodus slingeren we bijna synchroon met het vrolijke riviertje Our door de Ösling, de dunbevolkte, bosrijke Luxemburgse Ardennen. Motorrijden als een god in dit paradijs tussen Duitsland en Frankrijk. Even stoppen om te controleren waar de bochtige weg naar Clervaux omhooggaat vanuit het diepe dal. En nu wordt de koplamp naast ons daadwerkelijk groter, terwijl een Husqvarna Norden 901 Expedition naast ons stopt. Het is de privé-Husky van Gilles, instructeur bij de Luxemburgse motorpolitie. Oeps. Maar zelfs een politieagent is niet altijd aan het werk, heeft soms vakantie en lijkt nu op zoek te zijn naar gezelschap. Waarom ook niet? En wanneer krijg je anders insider informatie van zo’n deskundige bron. Bijvoorbeeld dat de witte strepen dwars op de rijrichting, die regelmatig de N10 op weg naar Clervaux versieren, geen parkeerplaatsen zijn – wat eigenlijk best logisch zou zijn op zo’n uitdagend bergweggetje -, maar dat ze aangeven dat je de bochten voorzichtig aan de buitenkant moet nemen om gevaarlijke tegenliggers te vermijden. Een verkeerseducatieve maatregel dus, vergelijkbaar met de cirkelvormige markeringen die Oostenrijk al langer toepast.
Toerisme Luxemburg: met een glimlach achter je vizier
Nog drie haarspeldbochten en dan zijn we in het centrum van Clervaux, ook wel bekend als Klierf, de Luxemburgse naam voor dit stadje met een pittoresk panorama van kasteel en parochiekerk. Natuurlijk zijn er overal mooie plaatsen te vinden, maar alleen hier vind je de unieke fotocollectie ‘The Family of Man’, het levenswerk van de in Luxemburg geboren Edward Steichen, die uit 10.000 foto’s uiteindelijk 503 foto’s heeft geselecteerd van 273 fotografen uit 68 landen. Daarnaast zijn er wisselende openluchttentoonstellingen van grootformaat foto’s te zien, verspreid over tuinen en straatjes. Maar wat als je maar twee dagen de tijd hebt voor deze hele tour, en de zon speelt prachtig met haar licht en schaduw, op het landschap en op het asfalt?
Äppeltaart mat Schlagsahn
De keuzestress slaat ook toe bij het bekijken van de Michelin-kaart, Luxemburg 1:150.000, vol met geel-wit-groene kronkels, als een flinke portie spaghetti met Parmezaanse kaas en pesto. Heerlijk. Vooral geliefd om te rijden is de bochtige N25 van Wiltz naar Kautenbach, waar het 150-inwoners tellende dorpje voor het weekend het Hotel Huberty heeft omgetoverd tot een motorontmoetingsplaats. En waar de traumahelikopter helaas regelmatig landt, zoals Gilles laconiek opmerkt over een van de informele ‘racebanen’ in de regio.
Via Dahl flitsen we terug naar Wiltz, passeren een tank die het Ardennenoffensief in de Tweede Wereldoorlog herdenkt en bekijken een opvallende gevel met kleurrijke, tragisch-komische graffiti van bedreigde diersoorten. Na dit stadse intermezzo willen we terug naar de schoonheid van de natuur. In een perfecte halve cirkel leidt het weggetje bij Bavigne langs een voorstuwdam bij het Lac de la Haute-Sûre, en slingert zich vervolgens in brede bochten omhoog naar het uitzichtpunt aan de CR316 met uitzicht op de eigenlijke stuwdam. Man man, wat kan de mens toch veel. Dat het meer niet alleen dient voor de opwekking van elektriciteit, maar ook een hotspot is voor watersporters, blijkt na een omweg via Pont Misere aan de zuidelijke oever bij Insenborn, vanaf een plekje aan de N27, direct bovenop de bijna 50 meter hoge stuwdam: diep beneden beginnende suppers die op hun board wankele stappen en balansoefeningen maken. Maar ook een meester valt niet uit de hemel, maar eerst in het water, plons, splash.
Toertocht Castilië, Spanje: Spaans fantasialand
Alsof hij jaren geleden al in het stuwmeer is verdwenen, daarna is opgevist en nu als roestige wrak is getransformeerd tot een originele blikvanger, troont op een muurtje in Esch-sur-Sûre de sculptuur van een chopper. In plaats van een motorblok liggen er een paar houtblokken onder de tank, maar vooral brengt het de boodschap over dat motorrijders van harte welkom zijn in het wegrestaurant ‘Schmaach ëm de Séi a méi’ – ‘Proef rond het meer en meer’ in het Nederlands. Ja, die taal. Daarover zegt Gilles, tijdens een kopje koffie en gebak op het terras: ‘Als je ruzie met ons wilt hebben, bestel dan zoals de Nederlanders “appelgebak met slagroom”, in het Luxemburgs – wij zeggen Lëtzebuergesch – hebben we het over Äppeltaart mat Schlagsahn. Maakt niet uit. Gewoon genieten om te relaxen in dit schilderachtige stadje, omarmd door een lus van de Sûre. Nog een leuk feitje? Het groothertogdom Luxemburg heeft 660.000 inwoners, evenveel als Rotterdam. Maar om vluchtende criminelen bij te kunnen benen tijdens een achtervolging, moeten politieagenten natuurlijk sneller kunnen rijden dan de officiële snelheidslimiet. Natuurlijk trainen Gilles en zijn team daarop. Bijvoorbeeld bij de ‘Einmal rund um Luxemburg’. Hun record voor de ronde van 331 kilometer is behoorlijk sportief en bekend bij de redactie, maar dat gaan we hier niet onthullen. Einde van de pitstop en nu verder op zijn Frans, naast Duits de derde officiële taal in het land, allez hop.
Terwijl we de Sûre blijven volgen, die vrolijk door de natuur blijft stromen als een Iggy Pop in een botanische tuin, zijn we benieuwd naar wat er nog allemaal gaat komen. Nou, eerst een afslag naar Dirbach Plage. Een strand in het bos? Daar moeten we naartoe. En zoals Sabine eerder tijdens de koffie zo treffend opmerkte: ‘Je kunt gaan waar je maar wilt – en afgezien van de paar hoofdwegen is het altijd geweldig.’ Inderdaad blijkt Dirbach een verborgen paradijs te zijn in het natuurpark La Haute Sure, met vliegvissers in de heldere rivier en zelfs een klein strand en een leuk hotel. Maar het is nog te vroeg voor de après-moto, want er wachten nog het imposante, relatief goed bewaarde en bezochte Château Bourscheid en, naar verluidt het toevluchtsoord van vampiers, Château de Brandenbourg, dat iets minder goed in elkaar steekt. Tot slot komen we aan in Vianden, het mooiste stadje van Luxemburg, schilderachtig gelegen in het dal van de Our en gekroond door een prachtig kasteel. Daarnaast is er een klein gastronomisch straatje aan de centrale, met kinderkopjes geplaveide Grand-Rue, vroeger nog gevuld met hoefgetrappel, nu met paardenkrachten van een heel ander kaliber.
Zandstenen reuzen
Donderdagochtend. Voorbij het standbeeld van Victor Hugo, opgedragen aan de grote Franse dichter en politicus die in de 19e-eeuw vier keer te gast was in Vianden. Dan als opwarmertje omhoog naar Mont Saint-Nicolas met het bovenste waterbekken van het pompstation Vianden, totdat de weg in Putscheid steil naar beneden stort richting Stolzembourg. Volgens het verkeersbord is het precieze hellingpercentage 17,7 procent; misschien een beetje precies, maar in een van de rijkste landen ter wereld nemen ze het cijferwerk uiterst serieus. Maar er is ook ruimte voor kunst: de levensgrote gezichten van vijf arbeiders sieren als graffiti de stuwdam van het onderste bekken, aan de bouw waaraan deze mannen hebben deelgenomen. Maar wie heeft eigenlijk de rotsachtige kliffen van het sprookjesachtige Müllerthal gecreëerd? We zijn nu in de regio ten zuiden van Vianden. Een letterlijk hoogtepunt daar in het Klein Zwitserland van Luxemburg zijn de naar de hemel reikende zandstenen reuzen, slechts lichtjes verhuld door het groen. Compleet gestoord, een paradijs om in te wandelen en tegelijkertijd een doolhof. Tip voor de ‘Predigtstuhl’, die je aan de CR364 als een preekstoel uitnodigt voor een klauterpartij beklimming. Voor liefhebbers van Led Zeppelin: de smalle ingang aan de linkerkant leidt niet naar het gewenste Stairway to Heaven. Snel nog even naar de Schiessentümpel, de vijver met de driearmige waterval en de eeuwenoude boogbrug over de Zwarte Ernz. En dan roept Echternach, de oudste stad van Luxemburg. We parkeren op het opgeknapte marktplein, een motorontmoetingsplaats op zondag (zoals inmiddels ook Larochette), en genieten van de sfeer in het straatcafé Beim Laange Veit.
Laatste etappe. Het ‘dal van de zeven kastelen’staat nog op ons lijstje, van Mersch naar Hobscheid altijd mooi bochtig op de CR105 langs de Eisch. Pas vlak voor de Belgische grens keren we om en rijden we via Saeul en Useldange langs de Attert, ook een geweldige weg, naar Colmar-Berg. Doet dat een belletje rinkelen? Inderdaad, daar, op de 2.920-meter lange testbaan van Goodyear, worden races gehouden met oldtimers, zijspannen. Je kunt er ook deelnemen aan track days. Daarnaast is het ook het rijvaardigheidscentrum van de Luxemburgse politie. Precies de juiste locatie om aan onze vriend en gids te vragen waarom hij een trip naar Luxemburg zou aanbevelen. Dus: ‘#1 vanwege de bochtige wegen door prachtige landschappen, #2 omdat Luxemburg een motorvriendelijk land is zonder wegafsluitingen. Politici die dat zouden eisen, worden doodgeschoten en #3 vanwege de benzineprijzen,’ lacht Gilles.
Tekst en foto’s: Klaus H. Daams
Reisinfo
HEENREIS: Vanuit bijvoorbeeld Rotterdam is het ongeveer 300 kilometer naar Vianden via Breda, Luik en St. Vith. Als alternatief kun je via Aken een omweg maken door de Eifel en langs Prüm of Bitburg over bochtige weggetjes naar Vianden, net over de Duits-Luxemburgse grens.
ACCOMMODATIE: Terwijl benzine in Luxemburg goedkoop is, zijn de prijzen voor een overnachting vaak behoorlijk ambitieus. Als er überhaupt iets beschikbaar is en als de accommodatie strategisch gunstig gelegen moet zijn. In Vianden, een aantrekkelijk knooppunt van deze tour, kozen wij voor het Hotel Victor Hugo in het hart van de oude stad bij de brug over de Our, met een parkeerplaats voor motoren die op onorthodoxe wijze verbonden is met de biertuin (www.hotelvictorhugo.lu). Ook zijn ons onderweg positief opgevallen: Hotel de la Sûre, prachtig gelegen in Esch-sur-Sûre omgeven door rivieren, zeer motorvriendelijk, met diverse diensten en recreatiemogelijkheden (www.hotel-de-la-sure.lu), en Hotel Dirbach Plage, idyllisch gelegen in het natuurpark Haute-Sûre (www.dirbach.eu). Voor liefhebbers van buitenleven is er Camping du Barrage ten noorden van Vianden in Stolzembourg aan de Our, waar je ook kunt overnachten in een houten vat voor vier personen (www.campingdubarrage.lu).
MOTORRIJDEN: Buiten de paar hoofdwegen blijken de Luxemburgse Ardennen een waar paradijs te zijn vol bochtige wegen. En tot onze verbazing lijken de politie en de politiek hier geen interesse te hebben in wegafsluitingen, zoals in het naburige Duitsland. In plaats daarvan worden er verkeerseducatieve maatregelen genomen, zoals wegmarkeringen en borden om de gevaarlijkste wegen veiliger te maken.
EN VERDER: Vrijetijdsactiviteiten zoals vissen, klimmen, mountainbiken, wandelen en allerlei vormen van watersport. Ook is er een lange lijst met kastelen en paleizen. Niet te vergeten is de fototentoonstelling ‘The Family of Men’ in Clervaux.