dinsdag 3 december 2024

Toertocht Castilië, Spanje: Spaans fantasialand

Eerst naar de Serranía de Cuenca, een betoverend berglandschap rondom het werelderfgoed Cuenca, en dan naar de witte reuzen uit het leven van Don Quichot, de windmolenvechter.

Zijn of niet zijn, gaan of niet gaan en dan eindelijk daar zijn of juist niet – eigenlijk is dat hier geen vraag meer. Toen we na een lange reis in Cuenca aankwamen en ’s avonds, ietwat groggy maar helemaal blij, aan een tafel van het Restaurante Mangana op het Plaza Mayor in het centrum van de oude stad zaten en dachten: Het was het waard! Vooral omdat er ook om 22 uur nog iets te eten is, onder de diepblauwe hemel van een warme meiavond, te midden van historische gevels rondom de gotische kathedraal, verlicht door het warme licht van straatlantaarns die goudgeel schijnen zoals het gerstenat voor ons. Salud of Cheers, zoals een zekere William ‘Schüttelbier’ ooit zou hebben gezegd.

Toertocht Tsjechië: op een Jawa door het Tsjechische Paradijs

Een paar uur later in het hotel, de prachtig rustieke Posada de San José, slechts een paar stappen verwijderd van Mangana: Here comes the sun. Altijd mooi. Wanneer heb je nou een zonnebril nodig bij het ontbijt, vlak naast de spectaculaire Casas Colgadas, de beroemde ‘hangende huizen’ van Cuenca, direct aan de rand van de steile kliffen boven de Río Huécar. En nu is het tijd om met de motorfietsen vanuit het oude stadscentrum Ciudad Vieja af te dalen naar de benedenstad, naar het drukke moderne verkeer van Cuenca en vervolgens naar de beboste Serranía de Cuenca, bezaaid met adembenemende rotsformaties. Wie doet zoiets, vraag je je af, kijkend naar die vreemd gevormde rotsen. Maar natuurlijk was het Moeder Natuur weer eens die duizenden jaren aan het kalksteen heeft geknaagd en geschuurd. Het hoogtepunt van dit geologische fenomeen is Ciudad Encantada, ten noordoosten van Valdecabras aan de CM-2104, een ‘betoverde stad’, een grillige verzameling vormen en figuren die in 1929 werd uitgeroepen tot monument van nationaal belang. Aardrijkskunde voor mensen met fantasie. Tijdens een wandeling door het park kun je je grijze cellen op avontuur sturen: naar beren en schildpadden, zelfs naar een olifant die vecht met een krokodil. Mits je jezelf overwint, afstapt en besluit om ongeveer een uur te wandelen.

Keer op keer realiteit, vooral in zo’n dunbevolkte regio als deze: op zoek gaan naar een gezellig café langs de weg. Daar komt Huélamo goed bij kijken, een bergdorp hoog boven de CM-2105. Richtingaanwijzer naar rechts en dan een paar haarspeldbochten omhoog naar ons gewenste doel. Maar helaas. Geen café con leche te bekennen, het dorp lijkt uitgestorven. Misschien is er alleen schapenmelk verkrijgbaar, rechtstreeks getapt van de blatende melkgevers in de wei. Dus terug gaan we. En in plaats van cafeïne krijgen we adrenaline, als plotseling twee zwarte herdershonden achter de twee vreemde indringers aanjagen; om precies te zijn achter mijn Twin, die ze blijkbaar als de alfawolf beschouwen, zodat Sabine en haar Triumph met rust worden gelaten. Weg met ‘Ladies first’. En die verdomd bijtgrage beesten kennen alle shortcuts over de heuvels en slaan gewoon de haarspeldbochten over. Oeps, daar komt leven in de brouwerij! Zelfs de wollen knuffels geven collectief gas, glijden onder hekken door, vallen één voor één van muurtjes – hopelijk zonder hun onhandige pootjes te breken. Helaas valt dat niet meer zo nauwkeurig te diagnosticeren via de achteruitkijkspiegel.

Aanzienlijk relaxter en succesvoller verloopt onze zoektocht naar pitstops in Tragacete, waar La Gaditana aan al onze wensen voldoet. Tegenover Café Bar staat een kerktoren als uit een spaghettiwestern, met een klok waarvan de wijzers net voor half vijf staan als we weer opstijgen, vol verwachting van de heerlijke bochtige hapjes die nog op het menu staan. En dat zijn er meer dan genoeg.

Als opwarmertje klimmen we via de CM-2119 naar 1.617 meter bij Puerto del Cubillo, de poort naar de Montes Universales op de grens tussen Castilië – La Mancha en Aragón. Voltreffer. Bij Calomarde lokken nog ongerepte klimrotsen waar Sabine het liefst meteen een nieuwe route zou willen uitstippelen. De A-1512 rockt bij Torres de Albarracín met wijde bochten zoals in de Super-G, G hier zoals in Genot, tot het smaller wordt achter Noguera en je misschien eerder aan skitochten denkt. Het wordt ook steeds later, sommige Spaanse kronkelwegen lijken behoorlijk lang te duren; en wie het dan koud heeft, kan snel nog even een fleece aantrekken op El Portillo, dat op 1.790 meter hoogte ligt. Uiteindelijk hebben we na Cuenca maar liefst 387 kilometer afgelegd voordat ’s avonds laat bij Mangana de glazen weer schitteren – dit keer goudgeel en wijnrood.

Zona de Curvas

Het is woensdagochtend. In het nieuws horen we dat de finale van het EK voetbal in 2024 zal plaatsvinden in het Olympisch Stadion in Berlijn. Allemaal ver weg. Maar ons speelveld is heel dichtbij en begint vandaag al met CUV-9116 vanaf Mariana. Parallel aan de glooiende uitlopers van Sierra de Bascuñana slingert het heldere wegdek naar de horizon, door een gigantisch schaakbord van weiden en akkers dat bij Ribagorda zelfs doet denken aan de geometrische schilderijen van Piet Mondriaan. Geen wolkje te bekennen aan de knalblauwe hemel en ook de dorpen lijken verlaten, waar hoogstens, zoals in La Frontera, soms wat wasgoed uit het gesloten raam hangt en menselijk leven alleen maar wordt vermoed. Een niet alleen geurende marteling is de vleesfabriek aan de CM-210 bij Cañamares, terwijl een andere poort naar de hel, de ‘Puerta del Infierno’ bij Fuertescusa, zonder schuldgevoel kan worden gepasseerd. Daar gaat het alleen om dode rotsen met drie fotogenieke tunnels in de rotsen langs de rivier Escabas. Het is haast paradijselijk daar, tenminste volgens de borden langs de weg: achttien kilometer bochten tot Santa Maria del Val, gevolgd door nog een Zona de Curvas, Velocidad recomendada 50 km/h. Een aanbeveling die op verschillende manieren geïnterpreteerd kan worden. En wat zie je eigenlijk in die opeenvolging van reusachtige rotsblokken naast de weg? Een monsterlijke golf die op het punt staat over CUV-9031 te breken voordat hij neerslaat? Tijd voor koffie. In Beteta, voor Bar Jano. Waar een motorrijdende vrouw nog steeds wordt aangestaard alsof ze Calamity Jane is; en waar elk moment een schurk over de houten balustrade onder het dak kan vallen, met een kogel in zijn hoofd zoals Django. Een levendige fantasie? Nou ja, in ieder geval niets vergeleken met wat er nog gaat komen.

Het voelt bijna als onze vaste route als we na een laatste avond in Cuenca, dit keer aan een tafel van de Tapas Bar Picaro en beschermd door het ruiterstandbeeld van Alfonso VIII, terwijl aspirant-juristen feestelijk luidruchtig worden, weer door de poort van Plaza Mayor de oude stad uitrollen, voorbij de banketbakkerij Pasteleria Casamayor. ‘Het ruikt altijd zo lekker’, hoor ik naast me een vertrouwde stem zeggen bij het volgende stoplicht en uiteindelijk rijden we richting het zuidwesten over de N-420 naar Mota del Cuerva. Wat is dit toch een geweldig land, als plaatsen al bochten in hun naam hebben. Excuses, Cuerva betekent natuurlijk kraai. Maar maakt niet uit, de rode N laat ons nu echt genieten terwijl de wind om onze helmen fluit. En dat past echt goed bij ons, want we zijn onderweg naar het windmolenwonderland van Don Quichot. In vogelvlucht: Na zo’n 25 kilometer rechtsaf vanaf de N-420 naar de landelijke CUV-7122 richting Valdeganga de Cuenca en Tórtola op geweldig nieuw asfalt in fast forward-modus tot Valeria, waar we 2.000 jaar teruggaan in de tijd, naar een vindplaats van Romeinse ruïnes; langs velden waar traditioneel wijn en wol worden geoogst, maar soms ook al elektriciteit wordt opgewekt met voetbalveldgrote zonnepanelen. En dan Alarcón, gewoonweg fantastisch! Een kasteel hoog boven een lus van de turquoise Río Júcar. Precies goed om te ontspannen op het gras aan de overkant. En voor een paar bladzijden wereldliteratuur.

Toertocht Castilië, Spanje

Mota del Cuervo

‘Er woonde eens, niet zo lang geleden, in een dorp ergens in La Mancha – ik wil me zijn naam liever niet herinneren – een edelman, iemand met een lans, een oud schild, een magere knol en een windhond om mee te jagen… Hij had bij zich … ook nog eens een knecht voor het land en huis die net zo goed zijn paard kon zadelen.’ Zo begint de roman ‘Don Quichot’ van Miguel de Cervantes, het epos over een ridder, een droevige figuur op zijn armzalige Rosinante, vergezeld door de sluwe boerenknecht Sancho Panza op zijn ezel Rucio. En niet te vergeten Dulcinea del Toboso, de denkbeeldige geliefde (maar alleen platonisch) van deze door waanzin bezeten edelman die vecht tegen molenwieken en ander ongemak. Op de ‘Ruta de Don Quijote’ kunnen enkele van de sporadisch genoemde plaatsen uit de roman worden bezocht of door slimme gemeenten aan de roman worden toegeschreven. Daarom gaan we eerst naar het stadje Belmonte, waar we verblijven in Hotel Palacio Buenavista.

Geen fictie of fata morgana, maar werkelijkheid: een echte, krachtige ridder op de kantelen van het Castillo de Belmonte, een van de best bewaarde kastelen van Spanje. Een belevenis voor een bont gezelschap kinderen tijdens hun schoolreisje, die vol bewondering hulde brengen aan deze schreeuwlelijk. In zijn nette outfit is het zeker niet Don Quichot, die er meestal armoedig uitzag, maar misschien is het wel de voor een duel uitgedaagde ‘ridder van de spiegel’ uit de roman. Massahysterie? Dan klapt het papaverzaad aanzienlijk rustiger in de wind als we over de CM-3102 richting El Pedernoso rijden. Daar slaan we rechtsaf bij het tankstation en Café Bar Cervantes en rijden we over de N-301 naar Mota del Cuervo om onze dappere held te ontmoeten. Samen met de andere hoofdpersonages uit de roman staat hij daar moedig zijn mannetje als een metalen sculptuur. Meer waarheidsgetrouw zijn de zes windmolens eromheen. In de late middeleeuwen waren er meer dan 1.000 van deze kenmerkende witte reuzen die graan maalden; minder dan 50 zijn er overgebleven als iconische vuurtorens in het kale landschap van La Mancha.

Toertocht Noord en Midden-Nederland: De betovering van de Russische route

De volgende stop is Venta de Don Quijote aan de N-301, een herberg waarvan beweerd wordt dat de waard Don Quichot tot ridder heeft geslagen. Een eer die ook wordt opgeëist door een café in Puerto Lápice. Maar wie weet zich nog de exacte bron te herinneren waar Bonifacius is vermoord? Nou ja, deze zaak is al lang gesloten en heeft waarschijnlijk de strijd tegen onzichtbare vijanden zoals corona verloren. Vijf kilometer verderop, in El Toboso, zit het vol bij Bar Rocinante, waar een paar hardcore-enduristen het stof uit hun kelen spoelen. Een paar straten verder stillen we onze trek naar kennis met het Museo-Casa de Dulcinea, de fictieve woning van de zoete geliefde. En voor wie dol is op selfies: Op Plaza Juan Carlos I wachten Don en Dulci geduldig op een fotoshoot.

Intussen voelt Sabine zich al helemaal als Dulcinea, ze heeft Sancho’s vriendelijke ezel afgepakt en hem omgedoopt tot Bonnie. En zo galopperen we richting Campo de Criptona. Het is goed voorstelbaar dat daar de legendarische gevechten van Don Quichot tegen de windmolens hebben plaatsgevonden, treffend beschreven door Cervantes: ‘Daar zie je, vriend Panza, hoe dertig reuzen of nog meer tevoorschijn komen; ik denk eraan met hen te vechten en ze allemaal te doden.’ Maar ach, al bij de eerste van de vierarmige giganten faalt onze roekeloze held, zijn lans breekt, paard en ruiter worden tegen de grond geslingerd. Hoe het verder gaat? In het boek nog honderden pagina’s, maar voor ons resten de negen molens van Campo de Criptona, die wedijveren met de wolken om de titel ‘Witste wit onder de zon’. Dan naar de elf niet minder aantrekkelijke soortgenoten in Consuegra, die strijden om de titel ‘Meest romantische Zonsondergang’. Hier ook een betoverende locatie voor het symbolische gevecht van de idealist tegen het onmogelijke. Waar of niet waar, zijn of niet zijn – uiteindelijk hebben Cervantes en Shakespeare toch iets gemeen: beide werden bijna tegelijkertijd in het voorjaar van 1616 toegelaten tot de Olympus der dichters.

Download de route Toertocht Castilië, Spanje

Tekst en foto’s: Klaus H. Daams

Reisinfo

Castilië-La Mancha, dat zijn twee zijden van dezelfde medaille: hier bizarre rotslandschappen en bochtige bergwegen rondom het middeleeuwse juweel Cuenca, daar een eerder kaal en vlak land met de karakteristieke witte windmolens, de perfecte setting voor een film in je hoofd terwijl je in de voetsporen van Don Quichot en Sancho Panza treedt.

Route

Vanuit Rotterdam bijvoorbeeld is het ongeveer 1.700 kilometer via tolwegen via Parijs en Bordeaux, Irun en Pamplona naar Cuenca.

Beste reistijd

Van half maart tot begin juni is het aangenaam warm, van juli tot september dreigt de hitte in het vlakke en vaak boom- en schaduwloze La Mancha, maar in oktober worden de temperaturen weer draaglijker.

Accommodatie

In het hart van de oude stad Cuenca ligt Posada de San José, een historische accommodatie vlakbij de kathedraal met kronkelende trappen en kamers vol stijl, Tel. 0034/969211300, www.posadasanjose.com; als alternatief net om de hoek is er het modernere Hotel Convento del Giraldo, Tel. 0034/969232700, www.hotelconventodelgiraldo.com. Scooters en motorfietsen kunnen openbaar geparkeerd worden op een paar meter afstand bij Iglesia de San Pantaleón of in de parkeergarage aan Calle San Pedro op loopafstand. In Belmonte scoort het Hotel Palacio Buenavista met een binnenplaats en terras, evenals een eigen parkeergarage. Voor het ontbijt kun je zelf verse sinaasappelsap persen, Tel. 0034/655410857, www.palaciobuenavista.es.

Ruta de Don Quijote

Deze route beslaat in totaal 2.500 kilometer, aangeduid als Europese culturele route, verdeeld in tien delen en 56 secties. Het leidt niet alleen door de ‘windmolenregio’ van La Mancha, maar ook naar andere echte of fictieve locaties uit de bestseller van Miguel Cervantes – en biedt daarbij een kijkje in de sociale en geografische realiteit ter plaatse, zowel toen als nu.

Literatuur en kaarten

De roman ‘Don Quichot’ van Cervantes is verkrijgbaar bij Bol, 1.118 pagina’s voor €43,99. Goedkoper – en makkelijke mee te nemen – is de e-book versie: €13,99 Een aanrader is de Michelin-wegenkaart 576 ‘Estremadura, Castilië-La Mancha, Madrid’, schaal 1:400.000 voor €11,50.

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen