Eens per jaar gebeurt het weer. Dan hebben we ineens genoeg van ons plattepannenkoekenland en willen we de grens over, naar beboste bergen en verlaten slingerwegen tussen Duitse heuvels. Een kop-of-muntstuk hebben we niet nodig. Sinds onze eerste motortochten in het Sauerland, Eder- en Rothaargebirge, zo’n twintig jaar geleden, staat Gasthaus Arnold in Dodenau bovenaan ons lijstje favoriete motorherbergen.
Fotografie: Michiel van Dam
Ze hebben verbouwd! De kamers zijn modern en fris opgetuigd, ook in de bar en het restaurant heeft het jaren-zeventigpatina plaatsgemaakt voor een 21ste-eeuws interieur. Wat gebleven is, is de spreekwoordelijke gastvrijheid van Hartmut Ranze, zijn familie en medewerkers. Daar komt, buiten onszelf, nog meer goed volk op af. Als de motoren op stal staan, schuiven we in de Biergarten aan bij een gezelschap Duitse en Nederlandse motorrijders. ‘Arnold’ trekt een ‘doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg’-publiek zonder franje.
Tolkien-namen
Richting Winterberg slingert het asfalt vervaarlijk door de met bomen beklede bergvallei. De motorbanden krijgen glimmende wangetjes van al die fijne bochten. De frisse berglucht snorkelt richting verbrandingskamer, ons geeft hij een enorme energie-boost. Sauerland, powerland!
Dolomieten, Italië: achter de Passo Rolle
’s Winters voor de sneeuw, ’s zomers voor de bergen en de natuur trekken massa’s Nederlanders naar het Sauerland, op relatief korte afstand over de grens. Om er met hun caravans de wegen te verstoppen. ‘Hollandse Alpen’ noemen Duitsers de streek dan ook, met als hoofdstad Winterberg. Land van Duizend Bergen is een andere bijnaam voor het Sauerland die bij motorrijders goed in de smaak valt.
Bergen heten er Hoher Knochen (Hoog Bot) of Kahler Asten (Kale Tak), alsof Tolkien hier met namen heeft rondgestrooid. Vroeger was het een desolate streek, maar de laatste jaren zijn er in zelfs de meest afgelegen boerengehuchten wellness-spa-resort-hotels verrezen.
Over de Kahler Asten lopen diverse wandelpaden door de natuur, of wat de mens daarvan heeft gemaakt. Net als in ons eigen Drenthe is hier de bodem ontbost door eeuwenlange schapenteelt, waardoor een heidelandschap is ontstaan. Óf bos, óf heide: het kan niet allebei. Laatstgenoemde heeft het voordeel dat je vanuit het zadel lekker ver kunt kijken, zeker als het terrein zoals in het Sauerland geaccidenteerd is, zoals het panorama vanaf de uitzichttoren bovenop de berg bewijst.
Lederhosen ontbreken
‘Potjandirkjes wat is het hier mooi’, schiet het door ons heen als we richting Altastenberg rijden. Rechts de beboste bergwand, links het ruime zicht op valleien en rijen heuvelkammen achter elkaar, naar achteren toe steeds blauwer en ijler wordend. Net zo typisch Sauerland als zwart-witte vakwerkhuizen. Zoals in Nordenau, een stadje met exotische vakwerkgevels, omgeven door bos. Zwart, wit, groen zijn de kleuren die we op de vlag van het Sauerland zouden zetten, als iemand ons vroeg zo’n ding te ontwerpen. Uivormige uitstulpingen aan de kerktoren schreeuwen van de daken dat we in Duitsland aan het toeren zijn en niet zomaar willekeurig elders op de aardkloot. Een Nederlander die graag in clichés over Duitsland denkt, wordt in het Sauerland op zijn wenken bediend. Al hebben we er nog geen dikbuikige mannetjes in lederhosen met jachthoedjes gezien, maar dat kan toeval zijn. Die waren natuurlijk uitgerekend vandaag in een of andere Stube zuurkool in vaten aan het scheppen en mochten daarom van hun vrouwen de straat niet op.
Het is inderdaad opvallend rustig op de weg, die zich met fraaie slingers naar beneden strekt. Afgezien van een kluit caravancombinaties dan, met de onvermijdelijke Nederlandse kentekenplaten achterop. Zouden ze in zo’n groepje net als bij eenden de oudste en daardoor verstandigste kloek voorop laten rijden? We kunnen het ze niet vragen, want zij rijden rechtdoor, en onze route slaat bij Winkhausen rechtsaf het Sorpedal in. Untersorpe, Mittelsorpe, Obensorpe. Zoals de plaatsnamen al aangeven stijgt de weg voortdurend, met mooie bochten, omhoog naar Siedlinghausen. De weg kronkelt dapper schier eindeloos tussen de stammen van berken en dennen door. En dat alles uitgestrekt over de heuvels, waarin wij ons vandaag weer naar hartenlust mogen uitleven. Dat was al lang geleden en weer eens hard nodig.
Het water van die liefelijk naast de weg kabbelende Sorpe wordt als inspiratiebron gebruikt door kunstartiesten die van metaal diverse sculpturen hebben vervaardigd, een nadere inspectie waard. In de vijver gaat een staketsel onophoudelijk op en neer, aangedreven door de schoepen van een waterrad. Zolang er water stroomt, gaat de gebogen metaalarm op en neer, tot op de Dag van het Laatste Oordeel. Dat vermoeden we tenminste, want we blijven er niet op wachten. Daarvoor zijn de aardse verlokkingen te sterk van het verdere wegverloop door de dalen en over de heuvels van het Sauerland. Het gras is altijd groener aan de andere kant van de horizon. Zoals Nederlanders graag naar de bergen trekken, gaan onze Duitse buren juist graag massaal naar de Nederlandse stranden. Zo lopen we elkaar ook minder in de weg.
Steggelweggetjes
Duitsers vernieuwen waar gewenst, dat bewijst de facelift van Gasthaus Arnold. Maar ze houden ook vast aan tradities, dat blijkt ook als we in Bruchhausen halthouden bij de plaatselijke Hofbrauerei annex Gaststätte. In het knoertige interieur wordt zelf gebrouwen bier geschonken, op de menukaart staan warme gerechten stevig in de Teutoonse culinaire bodem geworteld. Wij opteren echter voor drie mokken koffie, en stappen daarna weer op de motoren. Op de weg zitten we weer vast achter een aantal Nederlandse caravans. We rijden dan ook langs een van de toeristische bezienswaardigheden van het Sauerland, die in alle toeristische brochures staan vermeld. De ‘Bruchhauser Steine‘ worden tot op het bot uitgemolken, je moet betalen om te parkeren, dat hebben die Duitsers vast afgekeken van uitbaters aan de Nederlandse kust, en dan nog eens om de plaatselijke rotsformaties te bewonderen die boven het groene bladerdek uitsteken. ‘Nein, danke!’ Dan laten we dit natuurwonder liever aan ons voorbij glijden, terwijl we op de motoren de volgende heuvelpartij ronden.
Clubrit Zeeland: zwerven door het Zeeuwse land
Na Brilon-Wald worden de heuvels lager, en is de bodem meer als landbouwgrond in gebruik. Moderne molenwieken draaien hun rondjes, waarlangs wij ons als hedendaagse Don Quichotes verplaatsen. Onze BMW’s prikken hun snuiten recht naar boven, via Hoppecke naar Lange Reihe. Dat staat vanaf nu in de annalen bekend als de noordelijkste punt op deze Hollandse Alpentoer. Deze lus gaat niet door het meest ruige en verlaten gedeelte van het Sauerland, maar we lassen hem toch elke keer weer in de route, vanwege het rimpelloze asfalt en de opeenvolging van bochten. En als we dat willen, weten we, kunnen we via wat steggelweggetjes tussen de wegen in onverhoopte caravankaravanen listig omzeilen.
Culinaire specialiteit
Als het kompas richting zuiden draait, en op de kaart gezien weer afdaalt richting Gaststätte Arnold in Dodenau, zien we de beboste heuvellijnen van het Sauerland weer voor ons liggen. We toeren langs fris geschoren weiden, met hier en daar houten schuren. Het lijkt warempel wel of we in de Alpen rijden! Of die nu het predikaat Hollands, Zwitsers of Duits krijgen zal ons verder Wurst wezen. Bij de Diemelsee lassen we een pauze in. Diverse horecagelegenheden richten zich speciaal op motorrijders en die lusten nu eenmaal graag de Duitse culinaire specialiteit nummer één: Currywurst mit Pommes. Het ‘Biker Restaurant’ is helemaal in strandstijl ingericht, een beetje zoals de strandtenten aan de Nederlandse Noordzeekust. Zie je wel dat Duitsers verzot zijn op de zee en het strand?
We rijden verder over de stuwdam en daarna langs beboste rotswanden aan de ene, en het met witte zeilen gespikkelde water aan de andere kant. De banden krijgen voor de zoveelste keer vandaag glimmende wangetjes van plezier in al die fijne bochten. Vervolgens happen ze in een stukje Hochsauerland-Höhenstraße, daar gaat het ook aardig heen en weer. Het gaat hier en daar zelfs met twaalf procent naar beneden, dit heugelijke feit wordt met een serie echte haarspeldbochten luister bijgezet. Het asfalt richting Wemlighausen is niet helemaal superstrak te noemen, maar als dat eerder uitzondering is dan regel heeft dat best zijn charme. Het deint behoorlijk op en neer, maar we zouden deze mooie bosrit niet hebben willen missen.
Terwijl we naar eigen gevoel vlotjes doorrijden, komt ons een Ducati voorbij gestuiterd met een snelheid die ons doet vrezen voor het gebeente van de berijder. Bij ‘Arnold’ hebben we een vorige keer gezellig gekletst met mannen van Ducati Zaltbommel. Is dat soms eentje van die Rodemotorenclan, op weg naar Arnold’s Biergarten en barbecuevuur? Langs Battenberg voeren de laatste kilometers ons door langgetrokken bochten terug naar Dodenau, Gasthof Arnold, de Biergarten en de houtskoolgrill en vast en zeker weer een paar fijne gesprekken met andere motorrijders. Daar verwedden we een biertje om.
Download de route Sauerland
Biker Wilkommen!
Het Sauerland is meer dan Winterberg en directe omgeving. Het gebied met de bijnaam Land van de Duizend Bergen strekt zich uit van grofweg Hagen in het westen tot Marsberg in het oosten. Het Sauerland staat garant voor frisse lucht en de natuur is grotendeels behouden omdat er geen industrie van betekenis is. Motorrijders zijn graag gezien gasten in het Sauerland, getuige de vele borden met ‘Biker willkommen’. Enkele gelegenheden richten zich zelfs speciaal op het tweewielige volkje. Onze favoriet is al jaar en dag Gasthaus Arnold in Dodenau.