Geen hond, geen kip, geen donder, geen zak. Tijdens de Langstedagtocht 2019 rijden we van Niemendal via Doodstil naar Nergenshuizen en komen we 250 kilometer lang geen stoplicht tegen.
Toeren over een slingerweg door een leeg landschap naar oorden zonder naam achter de horizon. Daar droom je van als je begint met motorrijden. Van Schotland, Lapland, de Hoge Alpen. Een beetje motoradvertentie kan niet zonder dit soort beelden.
Maar Nederland, nou nee, dat is geen droommateriaal. We zitten met zeventien miljoen op een land ter grootte van een voetbalveld. We zijn een bijna aaneengesloten bedrijventerrein geworden met files en nieuwbouwwijken eromheen. Het gaat zo snel dat je amper je geboorteplaats herkent als je er twintig jaar niet ben geweest.
Rust en ruimte worden schaars. Zo schaars dat gemeenten een hek om een rustig stukje zetten en het een ‘stiltegebied’ noemen. Wat betekent kop houden en je motor thuislaten.
Dikkeboerentrien
Niet heel Nederland barst uit zijn voegen. Er zijn nog steeds wegen waar je zonder wachten kunt oversteken en gebieden waar je ’s nachts duizenden sterren aan de hemel ziet staan. Maar waar liggen die precies?
Het vinden van stille wegen blijkt niet eens zo moeilijk te zijn. Ambtenaren van de RIVM en Rijkswaterstaat houden van zo ongeveer elke doorgaande weg bij hoeveel geluid er vanaf komt. Dat is allemaal op een speciale kaart te vinden. Met wat gepuzzel lukt het dan zomaar om een route te maken van bijna 250 kilometer, die vrijwel geen drempels, rotondes, bedrijventerreinen en stoplichten heeft. Een route met ruimte, groen, wegen waar je nog nooit was geweest en dorpjes waarvan je nog nooit had gehoord. Dus ambtenaren: we mopperen wel eens wat, maar hier hebben jullie mooi werk verricht – ook al was het per ongeluk.
Op zaterdag 22 juni beginnen we onze Stille Tocht bij Blokzijl, een levendig plaatsje met 1.300 inwoners. Veel groter zullen we het niet meer tegenkomen. We ontvangen je met koffie, gebak en een minder luidruchtig T-shirt dan je gewend bent. Daarna gaan we de stilte in. Ooit gehoord van Blankenham, Rottige Meenthe, Oldeholtswolde, Dikkeboerentrien, Twijtel, Tronde, Oude Willem? Oké, Dikkeboerentrien zagen we niet op een bord staan, maar wel een op een fiets rijden. Verder kwamen we bij het voorrijden hier meer trekkers dan auto’s tegen. Maar van zulk oponthoud geniet je alleen maar.
Sterrenwachten
Diever en Dwingeloo zijn bekender en wat drukker. Er staat tegenover dat ze door heel stille bossen zijn omgeven. Dit deel van Drenthe hoort tot de donkerste plekken van Nederland, tot voorbij Westerbork. Vandaar dat je in deze omgeving juist de meeste sterrenwachten vindt. Maar ook overdag is het weldadig rustig hier. Hoe we dat weten? Hoofdredacteur Jan – die je op de foto’s ziet – woont hier weer sinds een maand. Vijfendertig jaar zat-ie in het westen in een rijtjeshuis en een file. Nu is-ie weer helemaal thuis.
Richting Hoge Noorden komen we door de wouden van Grolloo, waar voetbalziener Johan Derksen ergens woont. Via het Nationaal Beek- en Elsdorpenlandschap Drenthse Aa, gaan we dwars door Zuidlaren. Hier kan het nogal lawaaiig zijn, want hier woont motortester Mink Bijlsma. Verder is er niets aan de hand.
Het dorp Doodstil
Met een flinke boog ontwijken we de stad Groningen om uiteindelijk uit te komen in het Nova Zembla van Nederland: Noord-Groningen. Hier knetteren we dwars door het dorp met de mooiste naam, Doodstil. Dat zegt genoeg, maar nog veel stiller wordt het voorbij Usquert, als we buitendijks de Noordpolder ingaan. Sommigen slaan hier een kruis, maar wij vinden het schitterend. Hier staan alleen nog maar boerderijen op grote afstand van elkaar in een vaak omgeploegd zwart landschap. Die ene spookboerderij die ertussen staat is de kroon op de verlatenheid van de polder.
De desolate rust stemt geheel overeen met de metingen van de RIVM. De Waddenzee is tenslotte het grootste aaneengesloten stiltegebied van Nederland. Eventjes merk je hier hoe het is om door Zweeds Lapland of het eindeloze Midden-Westen van Amerika te rijden.
Er is hier één plekje waar je tot aan de Waddenzee kunt komen: Noordpolderzijl. Dit is de kleinste zeehaven van Nederland, goed voor twee garnalenkotters. Erachter ligt de voormalige sluiswachterswoning Het Zielhoes. Dat is nu een huiskamercafé. De plek is fantastisch, maar het café is voor ons te klein. Dus trekken we nog even door naar Pieterburen, vlakbij de stilste gemeente van het Nederlandse vasteland: Marnehuizen, met zijn afgesloten spookdorp waar militairen oefenen voor missies in Afghanistan en omstreken. Hier in de buurt besluiten we onze Stille Tocht met een lawaaiig buffet.
Het allerstilste plekje van Nederland is trouwens Schiermonnikoog. De boot ernaartoe ligt vlakbij. Dat is wellicht een ideetje voor degenen die er een lang weekend van willen maken. Alleen de motor kan niet mee. Vandaar dat Schiermonnikoog zo stil is.
[sgpx gpx=”/wp-content/uploads/gpx/LDT-2019.gpx”]