Bij het plannen van een kleurrijke herfstrit denk je niet meteen aan Griekenland. Logisch, want dat ligt niet bepaald om de hoek en staat vooral bekend als bestemming vol zon, zee en strand. Des te groter de verrassing. Zelden reden we een mooiere motorroute dan hier in Noord-Griekenland. Kortom: bucketlist materiaal!
Een dik pak wolken hangt dreigend boven land en water. Na een korte aanloop over een bijna lege snelweg ben ik de bergen ingedoken. Het ruige massief ligt tegen de Albanese grens in het hoge noorden van Griekenland. Het is niet de vraag of het vandaag gaat regenen, maar wanneer. Gisteren had ik nog op een zonnig terras gezeten in vertrekplaats Thessaloniki. Een stad die achter de façade van beton verrassend mooi, leuk, sfeervol en gezellig is. Het was laat geworden in de tsipouro-bar, de Griekse versie van een tapasbar.
De herinnering houdt het lichaam warm, nu het nog fris is in de bergen. Links vang ik een glimp op van de Olympus, de berg waar de Griekse goden wonen. Een omweg maak ik niet, want ik wil naar Metéora, het wereldwonder met zijn kloosters die op steile rotsen balanceren. Het landschap is er één groot kunstwerk en staat op erfgoedlijst van Unesco.
Ik rijd onder steeds zwaardere wolken. Met elke kilometer lijken ze verder naar beneden te komen. Maar dan draai ik de Metéora binnen. Korte bochten, lange bochten. Het berglandschap opent zich en BAM! Daar zie ik het eerste klooster liggen. Alsof het uitzicht zelf nog niet magisch genoeg is, schijnt er zonlicht door een gat in de wolken. De herfstkleuren spatten van de bomen.
Op en tussen de prachtig gevormde rotskegels werden vanaf de veertiende eeuw 24 kloosters gebouwd. Hoewel monniken en nonnen de gewoonte hebben om alles zorgvuldig te noteren is het een raadsel hoe de meeste bouwwerken tot stand zijn gekomen. De trappen die nu voor de toegang zorgen werden pas veel later uit de zandstenen rotsen gehakt. Als je vroeger naar boven wilde moest je een touwladder of takelsysteem gebruiken.
Zes kloosters zijn nog in gebruik en staan open voor publiek. De andere zijn vervallen, verdwenen of verworden tot ruïnes die alleen met een klimpartij te bereiken zijn. Ik ga op pk’s omhoog naar een weg die langs verschillende bouwwerken en uitkijkpunten slingert. Uitzicht in de overtreffende trap! Stoppen, afstappen en uitgebreid bewonderen. Met, na de afdaling, een koffiestop in het dorp Kastraki toe.
Toerisme: De Laars van Henegouwen (incl. route)
Kruidendokters
Onderweg in de Griekse bergen herinnert bijna niets aan het vakantieland met zijn witte huisjes, blauwe luiken en lieflijke haventjes. De natuur is er rauw en weinig vergevingsgezind. De dorpen zijn de bastions van de mens in een omgeving die even mooi als vijandig is met gloeiendhete zomers en ijskoude winters.
Op weg naar Metsovo, moet ik even zoeken naar de oude en spectaculaire Katarapas. Een nieuwe snelweg met tunnels heeft de bergpas overbodig gemaakt voor doorgaand verkeer, maar het is een klassieker die ik lang geleden eens tijdens de zomer heb gereden. Toen in optocht van walmende vrachtwagens, tractoren, brommers en oude auto’s.
Gevonden. Het verkeer is verdwenen, de schoonheid gebleven. De pas krult, draait, wendt, keert en trakteert op stukken avontuurlijk wegdek – lees: gaten, modder, stenen. Dwars door het levendige en sfeervolle Metsovo vervolg ik mijn weg naar Zagóri, een bijzondere streek met authentieke bergdorpjes, woeste rivieren en diepe kloven. Ik had via het Aoös-stuwmeer willen rijden, maar ergens verdwaalt mijn gps. Ik laat het gaan, volg mijn gevoel en rijd als vanzelf de bergwereld van Zagóri binnen.
Het is er stil. Eenvoudige dorpen volgen elkaar op: Dholiani, Leptokaria, Fraggades. Een prachtige weg glooit door een heerlijke vallei. Het is de voormalige route van Kipi naar Metsovo en de bewoonde buitenwereld. Niet onbelangrijk, want de bewoners van de geïsoleerde Zagóri waren reizigers. Ze werkten aan het hof in Constantinopel, dreven handel, werden gewaardeerd als kruidendokters en verdedigden altijd en overal hun vrijheid. Zelfs de Ottomanen, die in het nabije Ioannina een hoofdkwartier hadden, begrepen dat je in Zagóri beter zaken kon doen dan oorlog voeren.
Hoogtepunt van de bergen rondom Kipi zijn de achttiende-eeuwse bruggen, onderdeel van een netwerk van ezelspaden die de dorpen tot diep in de twintigste eeuw met elkaar verbonden. De bruggen liggen er in verschillende soorten en maten. Met één, twee of drie bogen. Een kwestie van prestige. Hoe meer bogen, hoe rijker en belangijker de bouwheer. Mijn favoriet is de brug met één boog aan de weg tussen Kipi en Dhilofo: elegant van vorm en zo hoog en breed dat hij de Voïdomatís-rivier in één keer overspant.
Koffie geduld
Ik slaap in Ano Pedina en neem de tijd om de Zagóri te verkennen. Heerlijk slingerend door bergen en dalen. Om de dorpen te ontdekken moet ik uit het zadel. De mooiste oude kernen zijn enkel te voet toegankelijk, net als eeuwen geleden. Het najaarsweer geeft extra magie aan de reis. Geen gemakkelijke blauwe lucht aan de hemel, maar een spannende verzameling van donkere wolken en open plekken. Regen, mist, zon.
In Tsepelovo drink ik koffie bij de kachel in het cafenion van Anthoula. Ze begon het typisch Griekse cafeetje meer dan vijftig jaar geleden met haar man. Vroeger was het er altijd druk en levendig, nu alleen in het weekend, als de dagjesmensen vanuit Ioannina komen. Een cappuccino of cafe latte kun je er niet bestellen. Enkel een koffie geduld, zo eentje met een dikke laag drab, die je heel langzaam moet drinken.
Voorbij Monodhendri rijd ik naar het uitkijkpunt van de Vikos-kloof, na de Grand Canyon de diepste kloof ter wereld met wanden die tot duizend meter steil omlaag gaan. Het is een machtig gezicht met op de bodem een streepje geel van de kleurende loofbomen langs de rivier. Ook daar is de herfst losgebarsten.
De Zagóri had na de Tweede Wereldoorlog te maken met een enorme emigratiegolf. Bij gebrek aan werk en toekomst trokken de jonge mensen weg. Naar Amerika vooral. En later naar Duitsland. De dorpen stroomden leeg en enkel de oudjes bleven achter. Nu is er voorzichtig een verandering merkbaar. Er trekken weer mensen naar de streek, vaak met familieroots. Ze komen niet meer alleen voor vakantie, maar ook om er het hele jaar te wonen. Zij zijn de snelheid van de moderne maatschappij beu en willen een eenvoudiger bestaan met meer voldoening.
Rijdend door de verstilde wereld begrijp ik hen wel. Ruis maakt plaats voor dingen die er toe doen. Digitale stress is ver weg. Je moet hout hebben om de wintermaanden warm te blijven en voldoende eten in huis halen. Niet meer, niet minder.
Kolkende rivier
Het is er niet alleen mooi rondkijken in de Griekse bergen, je kunt er ook geweldig sturen. Zo heeft de rit naar Megalo Papigo zelfs een reeks aan haarspeldbochten. Terugschakelen, gas geven, klimmen. En later dezelfde route terug, want de weg eindigt aan de voet van de 2.432 meter hoge Astraka.
Het is de opmaat voor een rit die me dwars door het Pindosgebergte brengt, een ruig gebied waar wolven en beren leven. Het is voor een groot deel nog echte wildernis. Voor de afslag gooi ik de benzinetank tot de rand toe vol. Geen idee of er in het massief nog gelegenheid tot tanken is.
Vanuit Konitsa volg ik de brede bedding van de Aoös-rivier. Het water beneden kolkt en is bruingrijs van het vele zand en gruis dat door de hevige regenval van afgelopen nacht van de bergen mee omlaag is gespoeld. De kracht van het water is indrukwekkend. Tussen de takken en bomen, zie ik de resten van een weggeslagen boogbrug. Het natuurgeweld heeft geen boodschap aan cultureel of historisch erfgoed.
Ik rijd en kijk om me heen. Ik bevind me op amper vijf kilometer van de Albanese grens en alles dwingt respect af. De dreigende wolken, de rotswanden, het kolkende water. En dan zijn er de herfstkleuren die als het ware exploderen zodra de zon zich laat zien. Groen, geel, oranje, rood. Opgepast! Niet teveel rondkijken alsjeblieft. Op sommige trajecten ligt het asfalt bezaaid met steenslag. Van kiezels en gemene keien tot een rotsblok dat één volledige weghelft blokkeert.
Onderweg passeer ik slechts een handvol dorpen. En anderhalf uur lang kom ik niet één tegenligger tegen. Enkel een verroeste pick-up aan de kant van de weg, met struiken die dwars door de voorruit groeien. Halverwege de middag laten de hoge bergen me langzaam los. Steil terrein maakt plaats voor glooiend heuvelland. Koffiestop in Kozani, een stadje dat bekend staat om boeken en saffraan. Het ligt op 700 meter hoogte op een kruispunt van wegen.
Genietend van de zachte zon, vraag ik mijn gps om een bochtige route naar zee en de tsipouro-bar in Thessaloniki. Motorrijden in Noord-Griekenland is een feest.
3 x Afstappen in Noord-Griekenland
De berg Olympus
Een bedevaartsoord voor de Grieken, want hier woonden oppergod Zeus en zijn vrienden. De berg, een nationaal park, torent met bijna 3.000 meter hoog uit boven de kuststreek en is zelfs vanuit Thessaloniki te zien.
Metéora
Unesco Werelderfgoed met zes rotskloosters die bezocht kunnen worden. De meeste zijn vanaf de buitenkant echter op hun mooist. Balancerend op steile rotspunten van zandsteen boven de afgrond. Wie de tijd neemt, kan in de omgeving ook nog op zoek naar ruïnes van verlaten kloosters.
Zagóri
In deze streek staan 46 bijna onaangetaste bergdorpen in een prachtig decor. Het is er fantastisch rijden door valleien en over de randen van diepe kloven. Op de reis door de bergen moet je tenminste één dag reserveren om een rit door deze unieke regio te maken.
Reisinformatie
Reizen
Thessaloniki is tijdens het toeristenseizoen bereikbaar met een directe vlucht vanuit Amsterdam. Ook is er de optie om via Athene te vliegen. De reis beginnen in Athene is handig voor iedereen die een huurmotor nodig heeft (zie onder). De Griekse bergen zijn ook een mooi reisdoel voor een tocht vanaf vakantieplaatsen als Parga of Preveza – dan kun je Thessaloniki eventueel als keerpunt aandoen.
Slapen
In Thessaloniki is Hotel Anatolia een comfortabel, schoon en niet al te groot hotel op loopafstand van de belangrijkste straten en pleinen. Tweepersoonskamer met ontbijt vanaf € 70,-. Info: www.anatoliahospitality.com.
In Ano Pedina (Zagóri) bieden de Griekse Yannis en zijn Nederlandse vrouw Rita acht sfeervolle kamers in Hotel Porfyron. Yannis serveert ’s avonds typisch Griekse gerechten en ’s ochtends een vorstelijk ontbijt. Tweepersoonskamer met ontbijt vanaf € 65,-. Info: www.porfyron.com.
Motor huren
Wie een huurmotor nodig heeft, vertrekt het beste in Athene, Preveza of Parga (beide laatste plaatsen bevinden zich aan de Ionische kust). Daar zijn verschillende verhuurbedrijven te vinden. Wie met de eigen motor rijdt, kan de veerboot nemen vanuit Italië naar Igoumenitsa. Vanaf deze havenplaats ben je in een uur in de bergen.
Informatie
Kaart van Noord-Griekenland
De route wordt direct gedownload. Je kunt ’m terugvinden in de downloadmap op je computer.