zondag 24 november 2024

Eifel, Duitsland: prachtige natuur en overweldigende uitzichten

Door het coronavirus was het een tijdlang moeilijk of onmogelijk om op de motor ver van Nederland te reizen. We herontdekten massaal de mooiste routes in ons eigen landje. Ook de buurlanden kwamen weer in het vizier. Hoeveel motorrijders hebben hun eerste heuvels en bergjes onder de wielen genomen in België, Luxemburg en het nabije deel van Duitsland? Ook voor weekendtripjes waren en zijn deze Gouwe Ouwe Routes populair. Michiel van Dam rijdt weer naar de Eifel om daar een van zijn oude vertrouwde rondjes te rijden.

Fotografie: Michiel van Dam

Eerst het slechte nieuws. Het Ahrdal in de Eifel is vanwege de verwoestende overstromingen van vorig jaar geen aanrader meer. De opruim- en herstelwerkzaamheden zijn er nog niet voltooid. Maar het goede nieuws is dat de Eifel rond het Ahrdal niets van haar charmes heeft verloren. Een Eifelrit is een ritueel dat elke keer dezelfde glans vertoont als was het de eerste keer. Gelukkig zijn de coronamaatregelen ook in Duitsland versoepeld. Dat ga ik vieren in de Eifel, sinds jaar en dag een van mijn favoriete bestemmingen voor machtige motortochten.

Gewoon je neus achterna

De Eifel is een van de bekendste toergebieden over de grens in Duitsland. Toch zijn steeds weer nieuwe stuurweggetjes te ontdekken. Gewoon je neus achterna rijden als je denkt: ‘Hé, dat zijweggetje ziet er leuk uit’. Zo ontdekte ik vorige keer Hotel Hüllen in Barweiler. Koffie en taart smaakten er best, Ralf en Karla Friedrichs zijn vriendelijk en gastvrij, hun keuken is op orde, ze laten me hun raceauto’s en Ducati’s zien, en ze hebben een joekel van een motorgarage. Kortom: Hüllen is het basiskamp voor m’n Eeuwige Eifeltoer 2022.

De weg loopt bovenop de bergkam, met zicht op heuvels en valleien waaruit de ochtendnevels opstijgen. Ik laat de bochten op me afkomen en de frisse ochtendlucht op me inwerken. Op een driesprong van wegen staat de ‘Wennefelder Mühle’. De oude watermolen aan de Armuthsbach was jarenlang een ruïne, maar is nu gerestaureerd. Ik kan de bewoners van Harscheid alleen maar benijden. Voor dit uitzicht moet ik op de motor honderden kilometers uit Nederland rijden. Voor hen ligt het gratis en voor niks tot zelfs de toiletraampjes aan toe. Dag in, dag uit, het hele jaar door. De K25 loopt met een discrete boog rond de dorpskern heen, dus veel last van verkeer hebben ze hier ook al niet. De afslag naar de Effelsberg laat ik voor wat hij is, de grote radiotelescoop daar boven verliest het van de verlokkingen van het asfalt. Zeldzaamheid in mijn Eifelroute: een recht stuk weg.

Gelukkig zijn daar de volgende bochten al. Met een kundige dresseur aan de zweep zwiept het feestbeest alle bochten door. Applaus! Daar is het volgende dal al, waar gezellig een beekje in kabbelt. Hier is de zon nog niet op sterkte doorgedrongen. Nevel stoomt over het wegdek dat nog niet overal op bedrijfstemperatuur is gekomen. Toch vliegen er vogeltjes over de weg en hebben het druk met hun rituelen. Als de greep van de strenge koning Winter losser is geworden, viert de hele natuur feest, ook de mens op zijn motorfiets. Zie: hoe schoon ontwaakt het leven uit koude en duisternis! Hoor: hoe vrolijk tettert de Tiger erop los! Ruik: hoe fris geurt de wereld op deze nieuwe dag! Voel: hoe venijnig slaat daar een insect op mijn trotse reukorgaan te pletter!

Het rijk alleen

Sinds jaar en dag zijn ze aan het klooien om de verkeersdruk op de B257 door het Ahrdal te verminderen. En toen kwam het water. Het is zaak deze verkeersader zo snel mogelijk te verlaten. Gelukkig doet zich luttele kilometers later de mogelijkheid voor om weer snel het binnenland in te piepen, waar de motorbanden het rijk alleen hebben. Ter hoogte van het fameuze motorcafé Fahrtwind (tegenwoordig Ahrwind geheten) pik ik het smalle wegverloop op van de L85, en dan rechtsaf richting Kaltenborn. Om voor mij onbegrijpelijke redenen staan er maar weinig huizen in dit fraaie dal. De natuur is prachtig, het uitzicht overweldigend en er is maar weinig verkeer.

En dat terwijl de L90 toch zo’n mooi alternatief is voor de drukke Bundesstrasse beneden in het dal. Het plaatsje is gelegen onder aan een berg die zo’n prachtige naam heeft: ‘Auf der Wurst’. Zeshonderd en vijftien meter hoog. Wilt u er currysaus bij, mosterd of mayonaise?

De motor wordt niet afgeremd door bebouwde kommen of verkeersdrempels. Alleen in Herschbach moeten de teugels eventjes aangetrokken worden. In Kaltenborn sla ik af richting Jammelshofen, aan de voet van de Hohe Acht, met 747 meter de hoogste berg van de Eifel. Niet dat ik daar veel van merk, want de weg loopt over een plateau van wel zeshonderd meter hoog. In Jammelshofen verrast me een bord dat de weg wijst naar een Oldtimermotorenmuseum. Vlak boven de rook van de Nürburgring is het geen slechte plek daarvoor.

Circuit tussen de vulkaanbulten

De weg gaat pittig naar beneden, tijdens het afremmen op de motor gaat de Triumph loeien. Hij past zich daarmee aan plaatselijke gebruiken aan, zoals ik in Breitscheid kan constateren. Hier brullen motorvoertuigen door een bocht in het circuit van de Nürburgring. Direct nadat ik onder het circuit ben doorgereden heb ik links uitzicht op het voortrazende verkeer. Vanouds is Breitscheid een van de poorten waar je per motor op gezette tijden de oude Nordschleife van de Nürburgring op mag draaien. Tegen betaling van een vuistvol euro’s mag je dan met je motor op de Grüne Hölle, zoals voormalig Formule 1-wereldkampioen Jackie Stewart de Nordschleife noemde in een documentaire over het wereldberoemde racecircuit tussen de vulkaanbulten.

Je kunt er natuurlijk ook gewoon op het terras gaan zitten van de plaatselijke horeca. Een gouden locatie, zo met zicht op een bocht van het beroemde en beruchte circuit. Motorrijders komen al ongeveer sinds de prehistorie bij dit familiebedrijf. Of in ieder geval sinds 1958, toen Papa Imbiss de zaak begon. Die naam zie ik vaker in Duitsland, zal dus wel net zoiets zijn als Van der Valk bij ons. In ieder geval is de oude man nog even fief als toen hij de zaak begon; hij zegt dat het komt door de gezonde uitlaatgassen, voor de fijnproevers opgepept met de geur van racebenzine, smeulende koppelingsplaten en verschroeid rubber.

De banden roffelen over kinderkopjes Adenau binnen. Het sympathieke Eifelstadje laat zich graag zien met zijn mooie vakwerkhuizen. Bij Müllenbach bewijs ik de pioniers uit 1927 eer op een stukje openbare weg dat ooit als Südschleife bij de Nürburgring hoorde. Het is het kleine broertje van de Nordschleife waarop op 8 juni 1927 de eerste Ring-race ooit werd gereden. Met motorfietsen! Begin jaren tachtig slokte het gloednieuwe Grand Prix-circuit de Südschleife zo goed als helemaal op en verdrongen auto’s motoren.

De banden rollen verder op de B258 naar het oosten. Ter hoogte van de Nitzer Mühle lijkt de snelle wereld van de Nürburgring alweer tot een andere planeet te behoren. Linksaf naar Langenfeld. De doorgaande wegen zijn voor motorrijders al de moeite waard, maar het geheim van de Eifel schuilt in kleine zijwegen als deze. Wat buitelt daar in de ooghoeken voorbij? Slot Bürresheim, op de plek waar de wateren van Nitzbach en Nettebach zich in een vrolijke dans samenvoegen.

Parel van het Enzdal

De zwarte lavastenen van Mayen glijden voorbij, de weg kronkelt door een steeds nauwere vallei. Na de zoveelste bocht kom ik in Monreal. Zo romantisch stellen zich Aziatische en Amerikaanse toeristen Duitsland voor. Ook ik laat me verrassen door de sfeer van weleer in het stadje aan de Elz, die vrolijk tussen de huizen doorklatert die met fraaie vakwerkgevels zijn gestut. Daarboven torenen de riddertorens uit die in de legende opduiken waarmee Monreal zich in de toeristenfolders wurmt. Gebouwd door twee broers, ridders natuurlijk, die elkaar het licht in de ogen niet gunden. En het liep uiteraard slecht met hen af, kijk maar hoe vervallen de ruïnes van hun rivaliteit er bij staan. De middeleeuwse Philippsburg en Löwenburg torenen uit boven de liefdevol gerestaureerde vakwerkhuisjes van de ‘Parel van het Enzdal’. Monreal kan zelfs de meest verstokte bochtenjager verleiden om even uit het zadel te komen, en over de bekinderkopte straten te wandelen.

Monreal ligt aan de rand van een kale, dorre hoogvlakte die het Siberië van het Rijnland wordt genoemd. En waar denken we aan bij Siberië? Precies: aan ijzige koude en sneeuwstormen. Maar dat heeft toch niks met de Eifel te maken? Wie dat denkt, is er nog nooit in het voor- of najaar door de weergoden verrast. Met kuip-ruit en handvatverwarming in de hoogste stand blijft het echter comfortabel aan boord van de Triumph.

De bochten zijn excellent en het uitzicht mag er wezen op de kegels van de vulkanen die de Eifel haar huidige vorm gaven. In Brockscheid wordt het ijzer gesmeed als het heet is. Hier is de Eifeler Glockengiesserei gevestigd, een firma die in Duitsland haar gelijke niet kent. Vroeger werden tijdens de hele walpurgisnacht de klokken geluid om het zaaigoed tegen kwade geesten te beschermen. De klokkengieterij is tegen entreegeld te bezichtigen, inclusief leerzame rondleiding. De familie Mark, die al sinds 1840 in Brockscheid klokken maakt, heeft naast de werkplaats een souvenirwinkel en een cafetaria neergezet. Specialiteit van het huis: klokkengieter toast.

Ogen van de Eifel

De route slingert langs een aantal Ogen van de Eifel. Zo worden de vulkaanmeren genoemd, die tot in de eeuwigheid naar de hemel staren. Alleen te voet kun je langs die Maare, ik hou m’n ogen op de asfaltslierten voor mij gericht.

Bij Daun kom ik voorbij de voormalige Biker-Herbergen Zum Alten Schmiede en Zum Holzschnitzer. Daar heb ik heel wat nachtjes doorgebracht, maar de eigenaren Henry en Eddy bereikten de pensioengerechtigde leeftijd en daarmee sloten hun trefpunten voor motorrijders. Voort naar Barweiler dus. Er is verrassend weinig verkeer. Aan de kwaliteit van het asfalt kan het niet liggen. De uitmuntende kwaliteit daarvan zet zich door na de afslag richting Gelenberg. Ik rij onbekommerd verder over de heuvelkam in de Hohe Eifel. Die doet haar naam eer aan met fijne vergezichten over open land, hier en daar een stukje bos voor versiering. Laat mij maar op de motor mijn Eifelroute rijden. Tot in alle eeuwigheid.

Download de route ‘Eifel, Duitsland’

Nürburgring

Eeuwenlang trokken door deze streek plunderende krijgsbendes en roofridders, die de tactiek van de verschroeide aarde toepasten. Die slagen kwam de Eifel tot in de twintigste eeuw niet te boven. De Nürburgring werd daarom in de jaren twintig van de vorige eeuw aangelegd om de noodlijdende bevolking aan werk en de hele streek aan een economische impuls te helpen.

De Nummer Eins Eifelbezienswaardigheid is natuurlijk de Nürburgring en het erbij behorende Erlebnisweltmuseum, met onder meer een prachtige collectie motorfietsen.

Nordschleife

Ook een keer rijden op de Nordschleife? Over het uitdagende traject, dat niet voor niets de Groene Hel wordt genoemd, kun je tegen betaling zelf een rondje van 20,8 kilometer rijden. Ook worden er ook trainingen gegeven om je stuurmans/vrouwskunsten te verbeteren.

Informatie: www.nuerburgring.de.

Eifeldiploma

Voor echte Eifelveteranen is er het Eifel-Diplom. Waren het schooldiploma en het stempeltje in je rijbewijs je laatste examens? Om een Eifeltoer nóg leuker te maken kun je met een gids de mooiste routes rijden en aan het eind je ‘Eifeldiploma‘ in ontvangst nemen. Slagen gegarandeerd.

Informatie: www.eifeldiplom.de.

Reisinformatie

Overnachten in motorhotel Hüllen: www.hotelhuellen.de.

Michiel van Dam
Michiel van Dam
Michiel van Dams schrijft als freelance redacteur prachtige reisverslagen voor Motor.NL. Reizen die de fervente motorrijder inspireren om erop uit te trekken. Wordt het Slovenië om die prachtige privé-collectie motoren te bekijken? Een rondje bergpassen in de Dolomieten? Of de Nederlandse herberg in de Vogezen, exclusief voor motorrijders?

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen