‘Eigenlijk’, zegt gitarist Menno, ‘moet jij gewoon met je motor op de foto.’ Ik kijk Menno grijnzend aan. ‘Zo had ik het vroeger inderdaad in mijn hoofd: rockmuzikant Boudje op zijn Harley op de achterkant van de lp-hoes. Maar ik héb geen Harley. En is zoiets anno 2020 niet een beetje… suf?’ Menno lacht: ‘No way dude! Het is old skool!’
Drie dagen later heeft het idee me nog niet helemaal losgelaten. Doen wat je als kind al in je hoofd had, wat kan daar nou mis mee zijn? Frozen Steam heet mijn nieuwe band – ik speel basgitaar. En elke band heeft tegenwoordig een eigen website. Daar is natuurlijk ook mooi beeld voor nodig.
Ik pak ‘Denim & Leather’ erbij, de lp van mijn favoriete hardrockband Saxon uit 1981. Op de achterkant: mijn vijf helden op dikke Harley’s. Nu pas valt me op dat de loodzware bakbeesten in het gras staan. Die van Biff staat schuin; de zanger lijkt de motor met zijn linkerbeen overeind te houden. Onmogelijk, dus heeft iemand een plank onder zijn standaard gewurmd. Niet héél rock ’n’ roll. Zo ga ik het dus in elk geval níet doen.
Ik fiets naar de motorstalling, vijf minuten verderop, en trek mijn Honda X11 een stukje naar achteren, zodat ik de perfecte hoek voor de camera kan bepalen. Op ‘Denim & Leather’ zie je vijf koplampen naast elkaar. Maar dat gaat bij mijn Honda X11, een logge naked bike uit 2000, sowieso niet werken. Van voren vind ik de Honda op z’n afstotelijkst. Dat komt door de enorme luchthapper. Het lijkt alsof er een kachel uit het vroegere Oostblok op het frame is gemonteerd.
Van opzij vind ik de motor ook lelijk, dankzij de buitenproportioneel grote tank vooral. Bovendien zitten er twee deukjes in de tank. De schuld van de vorige eigenaar, die de X tijdens een ruzie met zijn vriendin uit zijn handen liet glippen, maar dat verhaal gelooft helaas niemand.
Schuin van achteren dan? Ja, dat is wél gaaf. De Honda ziet er dan retesnel en lekker agressief uit. Mede dankzij de twee enorme uitlaten die ogen als mitrailleurs (en waaraan je in korte broek lelijk je poten kunt branden).
Oké, dat zou kunnen werken. Maar hoe ga ik dan zitten? Handen aan het stuur en achterom kijken? Geen gezicht. Nonchalant tegen het ding aanhangen dan maar? Ik waag een poging. Kont tegen het zadel. Benen schuin over elkaar. Ik fantaseer er een sigaret bij die ‘seriously cool’ uit mijn linker mondhoek bungelt. En dan een hand losjes op de kop van mijn basgitaar laten rusten? Ja, zo zou ik het doen!
Maar… hullie dan? Zanger Wouter, drummer Jeroen en de gitaristen Ivar en Menno? Gaan we daar motoren voor huren? En wat voor motoren dan? Een beetje homogeniteit is wel leuk, zie je op die Saxon-hoes. Maar de Honda X11 is begin dit decennium hopeloos mislukt wegens te dorstig en te lelijk, dus vind daar maar eens vijf stuks van.
Dan toch maar allemaal op een Harley? Dat voelt dan weer als verraad naar mijn trouwe X11. En wíllen de anderen wel op een motor op de site staan? Is dat niet te gekunsteld?
Bevangen door een aanval van eerlijkheid stuur ik de mannen een whatsapp. ‘Heren, het gaat niet werken. Want dan moeten jullie met die saaie leasebakken van jullie op de kiek.’
Jeroen schrijft: ‘Misschien is één motor wel genoeg. Kom es door met een foto.’
Dat doe ik. Dertig seconden later krijg ik antwoord: ‘Koop in godsnaam een Harley!’