maandag 16 september 2024

Boudewijn Geels: ‘Gaat mijn motor ook op Marktplaats als ik de vijfenzestig heb bereikt?’

Het gebeurt niet vaak, maar af en toe kom ik ze tegen in mijn praktijk als journalist: motorrijdende politici. Dat doen ze doorgaans tot ze een jaar of zestig zijn. De diehards gaan wat langer door, maar rond hun 65ste is het meestal wel klaar. Ik vraag me dan altijd af: gaat mijn motor ook op Marktplaats als ik die leeftijd heb bereikt? Het zal toch niet? Nee hoor, denk ik dan, ik word een ouwe motorijzervreter.

Ouweijzervreteriger dan Henk Kamp heb je ze niet. Hij is oud-minister van veel, waaronder Defensie. Als zodanig was hij veelvuldig in Afghanistan. Helm op, scherfvest om het lijf, en er dan maar van uitgaan dat de Taliban niet weten dat in dat Hercules-transportvliegtuig een heuse Nederlandse bewindsman zit. Het uitschakelen van Henricus Gregorius Jozeph Kamp (Hengelo, 1952) zou voor de bebaarde ‘verzetsstrijders’ een triomf vanjewelste zijn geweest.

Boudewijn Geels: ‘167 pk is meer dan zat voor deze flitspaal-angsthaas.’

Het ging altijd goed, want Kamp is er nog. Hij zit nu tegenover me in de fabelachtig mooie tuin van een restaurant in het Twentse Diepenheim. We hebben het over het nieuwe kabinet, waar ook zijn VVD in zit. Veel partijgenoten van hem geloven er niet in, maar Kamp wel, bezweert hij. Na rechters en politiemensen zijn journalisten de meest voorgelogen beroepsgroep, maar als de oud-minister het zegt (‘Ik vertel niet alles, maar ik lieg nooit,’ benadrukt hij) schrijf ik dat zo op. Want dat is het vak.

Natuurlijk vraag ik ook naar de legergroene Moto Guzzi waarop hij vele jaren geleden zo trots poseerde voor een fotograaf. Opvallend: meteen valt Kamp uit de rol van hardliner die tijdens zijn carrière bij velen weerstand opriep. Met een brede glimlach: ‘Ik had er zelfs twee.’

Hij ging pas motorrijden op zijn vijftigste. ‘Ik kreeg de Guzzi destijds van mijn vrouw. Een ex-legermotor was het. Mijn huisarts had precies dezelfde. Die man was wat ouder dan ik, dus hij hield er op een gegeven moment mee op. Ik heb ook zijn Guzzi overgenomen, voor mijn echtgenote. Toen ik in 2009 Commissaris voor Bonaire, Sint-Eustatius en Saba werd hebben we de Guzzi’s meegenomen. Reed ik op Bonaire gewoon met slippers, korte broek en een T-shirt aan, en zonder helm. Heerlijk was dat!’

Waar zijn die Guzzi’s nu? ‘Ik heb ze daar achtergelaten. Verkocht. Ik had er ook altijd gelazer mee. Terug in Nederland heb ik nog wel een Honda en een Yamaha Fazer gehad, van allebei 600 cc. Eerst heb ik de Yamaha verkocht, en drie jaar geleden ook de Honda.’

Dan heeft Kamp het nog behoorlijk lang volgehouden. De ex-minister schetst mijn perspectief: ‘Als je ouder wordt, word je strammer. Allerlei bewegingen die als je jonger bent vanzelf gaan, gaan moeilijker. Ik dacht: ik moet stoppen voor het een keer echt mis gaat.’ Het geworstel met zijn beschermende kleding, die hij in Nederland wel altijd droeg, ging hem ook steeds meer tegenstaan. ‘En als je dan ergens was en iets wilde ondernemen, moest je die kleding aanhouden. Of je moest andere kledij meenemen, óók gedoe.’ Herkenbaar.

Kamp vraagt wat voor motor ik heb. Het antwoord doet zijn ogen schitteren. ‘Zo zeg, een Kawasaki van 1000 cc! Als je daar een pleur gas op geeft… Mijn Honda was helemaal niet zo spectaculair, maar ook die was al geweldig snel.’

Heeft hij nooit overwogen om iets zwaarders te kopen? ‘Nee, want als ik heel hard reed, dacht ik altijd aan de moeren van de wielen. Je brengt zo’n motor naar de werkplaats en denkt: het zal wel goed zijn. Ik controleer niet iedere keer of zo’n moer goed vastzit. En dan ging het malen in mijn hoofd: stel nou dat…?’

Ook herkenbaar.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen