maandag 25 november 2024

De Chinezen komen: route Promotor Primavera 2017

Het thema van de Promotor Primavera was hoe buitenlanders Nederland zien, een perspectief dat wij al eeuwen geleden zijn verloren. Waarom komen al die Aziatische toeristen naar Nederland? Kortom: een toer langs molens…

[sgpx gpx=”/wp-content/uploads/gpx/primavera-2018.gpx”]

In 1973 liepen er twee Australiërs met een rugzak door de Cederstraat in Zaandam-Zuid. Dat was vreemd, want sinds Tsaar Peter de Grote hadden ze hier geen toerist meer gezien. Zaandam had geen attracties, geen hotel en geen camping. Wel waren er walmende fabrieken en zoveel stinksloten dat het een wonder mocht heten dat het kraanwater drinkbaar was. Een aanzwellende groep kinderen die de avonturiers volgde, zag hoe ze voor een blok rijtjeshuizen stopten en een plattegrond tevoorschijn haalden. Ze leken verdwaald. Of ze kwamen voor de populaire zus van Dennis Kwast.

‘Doen jullie weten waar de molen staat?’, vroeg een van de mannen. Nee, dat wisten de kinderen niet. Er was hier geen molen. Een argwanende vader Kwast die zijn huis was uitgekomen, hoorde het aan en zei. ‘Jullie hebben een oude kaart. De molen is verhuisd naar de Zaanse Schans.’

De Zaanse Schans, aan de andere kant van Zaandam, daar kwamen wel wat toeristen op af. Waarom begrepen we helemaal niet. Het was een soort kerkhof voor scheefgezakte huisjes en molens, die waren versleept om plaats te maken voor rijtjeshuizen. En rijtjeshuizen waren toch eigenlijk veel mooier dan die oude troep?

Nederland op zijn best

Architect Jaap Schipper, die waarschijnlijk aanzienlijk poëtischer was aangelegd, dacht er anders over. Hij zag dat de oude molens en huisjes zeer bijzonder waren. Om ze te redden, bedacht hij de Zaanse Schans. Vanaf de jaren zestig kreeg de schans gestalte en nog steeds groeit het molendorpje. Bijna twee miljoen bezoekers komen er nu jaarlijks op af. Een groot deel daarvan komt uit Japan en China. Die reizen dus 10.000 km om de ‘oude troep’ te zien en een miniatuurmolentje te kopen dat waarschijnlijk in China is gemaakt. Er moet toch wel iets heel bijzonders met die molens aan de hand zijn. Iets wat we zelf toen niet zagen, maar Chinezen nu wel.

De bestemming van honderdduizenden Chinezen is op zaterdag 21 april het vertrekpunt van de onze lentetocht, de Primavera. We gaan er een tocht van maken waar elke Chinese toerist van droomt. Dus met heel veel molens en zo nu en dan wat klompen en tulpen. En misschien een Chinees restaurant. Nederland op zijn best dus, volgens de buitenlanders die er verstand van hebben.

Zeventiende eeuwse Silicon Valley

Er zijn veel meer landen met windmolens. China, om maar wat te noemen, had in de dertiende eeuw al wat molens met verticale wieken, net als Perzië. Ook in de landen om ons heen vind je ze. Maar nergens kwamen ze zo tot bloei als in het westen van ons land en dan vooral in de Zaanstreek. Eind negentiende eeuw stonden er maar liefst 650 te draaien. Het overgrote deel bestond uit industriële molens.

De basis van het succes van de Zaanse molen werd al in 1594 gelegd met een revolutionaire uitvinding van Cornelis Corneliszoon (ook wel Krelis Loodjes genoemd) uit Uitgeest: de krukas. Hiermee werd de draaiende beweging omgezet in een op- en neergaande beweging. Dit betekende de geboorte van de houtzaagmolen. Deze molen zaagde hout dertig keer sneller dan Amsterdammers met de hand haalden. Dat was de lont in de kruitvat. Honderd jaar later stonden er 252 van deze paltrokmolens in de Zaanstreek. Soms met wel dertig man personeel. Het succes inspireerde tot nieuwe molensoorten: er kwamen papiermolens, oliemolens, rijstpelmolens en nog veel meer. Ver voordat de stoommachine in Engeland een wereldwijde industriële revolutie in gang zette, was die in de Zaanstreek al begonnen. Het was de Silicon Valley van de zeventiende en achttiende eeuw. Dus als ze op de tv weer eens een Pronkstuk van Nederland gaan aanwijzen, kom dan niet aan met een schilderij, een staatsman of een boek. Het is de krukas van Krelis die Nederland omhoog stuwde. En wat heb je trouwens aan een motor zonder krukas? Nou dan.

Van de 650 molens die de Zaanstreek had, is maar een fractie overgebleven. Maar de gevolgen van de molenrevolutie zie je langs de hele Zaan. Veel grote bedrijven die hier staan of stonden komen er uit voort of hebben er een sterke link mee. Duyvis, Verkade, Albert Heijn, Honig, Lassie, Cacao de Zaan, Wessanen, Bruynzeel om de bekendste te noemen.

Als ik na veel jaren afwezigheid weer terug ben op mijn geboortegrond, snap ik niet dat we vroeger de grote schoonheid van deze streek niet zagen. Maar soms heb je de ogen van Chinese toeristen nodig om het eindelijk te zien.

De natuurramp overwonnen

De betekenis van molens gaat natuurlijk veel verder dan de Zaanstreek. En daarom rijden we via de veerpont bij Nauerna naar het zuiden. Eerst door de Haarlemmermeer en daarna dwars door het Groene Hart, langs zoveel mogelijk molens. Bijna allemaal zijn het poldermolens. We rijden dus vaak over land dat er zonder molens niet was geweest. Je kent ze vast wel, de alarmistische filmpjes over de gevolgen van de zeespiegel- stijging. Het westen van Nederland zou tot aan Utrecht onder water komen te staan. Maar dat probleem hebben we al honderden jaren geleden al opgelost. Met een ingenieus systeem van dammen, sluizen, dijken én molens.

Molens krijgen we onderweg redelijk vaak te zien – Zuid-Holland heeft nog altijd meer dan 200 molens – al is de pompfunctie vrijwel volledig overgenomen door gemalen. Maar vlakbij het eindpunt van de tocht bij Kinderdijk treffen we ze nog in volle glorie aan: negentien stuks uit 1738-1740, vlak bij elkaar. En daarom komen ook hier weer duizenden Chinese en Japanse toeristen op af. Ze zien niet alleen zeventiende-eeuwse hi-tech, maar ook een land dat door de bewoners zelf is gemaakt. Bewoners die eeuwen geleden al hun eigen natuurramp volledig onder controle kregen en er een vriendelijk landschap voor terugkregen. Dat is nog eens hoopvol. De Aziatische toeristen kijken hun ogen uit naar dit Werelderfgoed. En ze hebben groot gelijk.

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

1 Reactie

  1. Dat 2de pontje waar we achteruit er op moesten, hilarisch. Beter géén pontjes in een route met zoveel motoren. Maar wel genoten van de route, het mooie weer en de andere rijders en niet te vergeten; het lekkere eten.

Reacties zijn gesloten.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen