zondag 24 november 2024

Polen: Białowieża, het laatste oerbos

Polen strekt zijn poten uit en schudt de vacht schoon. Na jaren (onterecht) het stempel ‘de schlemiel van Europa’ te hebben gedragen, staat er een trotse natie die zich ontwikkelt tot een land waar je rekening mee moet houden. Maar het is ook een land waar je terecht kunt voor ongerepte natuur. Volop genieten dus.

[sgpx gpx=”/wp-content/uploads/gpx/polen-het-laatste-oerbos.gpx”]

Paul Cnossen, Jacco van de Kuilen en Peter Zuurbier

De Polen hebben keihard geknokt. Met de Russen én de Duitsers. En wie werd er de dupe van: het gewone Poolse volk hebben elkaar streng bestreden en bogen heen en weer tussen overwinning en verlies. Toen de gruwel van de tweede wereldoorlog was bestreden, gingen bevrijder Stalin en de opeenvolgende communistische regimes tekeer als een dolle honden. Stilaan verdween de intelligentsia en bleven arbeiders en boeren over.

Waarom deze informatie van belang is? We gingen toch naar een van de mooiste natuurgebieden van Europa? Simpel, juist in de jaren van onderdrukking lag de economische expansie lang stil en dat pakte was voor de uitgestrekte oerbossen en enorme landerijen niet verkeerd uit. Die werden niet opgeofferd aan VINEX-wijken en industriegebieden. En juist vanwege die ongereptheid is met name de oostelijke regio Podlaskie, grenzend aan Wit-Rusland, zeer aantrekkelijk om op de motor te ontdekken. Honderdduizenden hectares van nationale parken zijn met elkaar verweven tot een groen landschap met over het algemeen prima wegen. De Suzuki V-Stroms bleken geknipt voor de trip.

Nieuwe wegen

Het startpunt van onze trip door Oost-Polen is Lublin, een stad op zo’n 1.400 km rijden van Amsterdam en 170 km ten zuidoosten van Warschau. De grap is dat wanneer je bij knooppunt Watergraafsmeer de A1 oprijdt, je eigenlijk pas bij Warschau de eerste afslag hoeft te nemen. Je rijdt in één streep over de E30 richting de oostgrens van de Europese Unie. In theorie dan, want je doorkruist zoveel mooie natuurgebieden in Duitsland en West-Polen dat één of meerdere stops en toerdagen zijn aan te raden. Over de wegen hoef je je geen zorgen te maken. Overal langs de Poolse snelwegen zie je bouwborden. Omdat het Poolse alfabet iets anders is dan het onze, zijn niet alle woorden te herleiden, maar de blauwe vlag met het kransje van gele sterren in het midden zegt genoeg. Met Europees geld wordt een gelikte infrastructuur aangelegd. Houd er wel rekening mee dat deze snelweg zo’n beetje de enige west-oost verbinding is, dus oponthoud door wegwerkzaamheden zijn niet te vermijden.

Graan in overvloed

Bij Warschau nemen we afscheid van het Polen dat we vóór aanvang van de reis in gedachten hebben. We laten een grauw stedelijk buitengebied achter ons en naar mate we Lublin naderen, wordt de omgeving groener. Onze route gaat zo snel mogelijk van de snelweg af, over provinciale wegen. De vergelijking met Frankrijk dringt zich op. Alsof je over een prima D-weg rijdt, zoeven we verder en verder. Aan weerszijden strekken de korenvelden zich glooiend uit. Het IJzeren Gordijn mag dan al dertig jaar zijn opengeschoven, we krijgen toch het idee dat de kolchozen en sovchozen, de immense boerderijen uit de Sovjettijd, in omvang intact zijn gebleven. Tientallen kilometers lang trekt wuivend graan aan ons voorbij.

De hotels onderweg zijn verzorgd en netjes geprijsd. De tijd dat je je voor vijf euro helemaal klem kon eten is dan wel voorbij, maar het eten is nog alleszins betaalbaar. Dit deel van Polen is bovendien nog niet té toeristisch. Dat leidt overigens wel tot een taalbarrière: de oma die ons tijdens een tussenstop met weidse armgebaren vol trots over haar dorp vertelt, zal ongetwijfeld prachtige verhalen hebben gehad: we verstonden er geen snars van. En niet in elk etablissement is er iemand die Engels spreekt. Gelukkig zie je dat bij de jongere generatie wel veranderen. Wees overigens wat voorzichtig met Duits, niet elke Pool heeft goede herinneringen aan onze oosterburen…

Langs de Boeg

We rijden vanaf Lublin verder naar het oosten. Over de ’82’, een nette provinciale weg, richting het Polezki park met daarin het Wytyckie meer. Een stop waard. Het gebied is goed toegankelijk voor een flinke wandeling. Blijf aandachtig in het water kijken, want in dit meer leven schildpadden! Maar voor het echte natuurgeweld moeten we verder noordwaarts, naar de regio Podlaskie. Hier zijn maar liefst vier Nationale Parken en drie beschermde natuurgebieden met een bijzondere biodiversiteit te vinden, waaronder de laatste oerbossen van Europa. Een mooie leidraad naar Podlaskie is de rivier de Boeg. De rivier is een belangrijke ‘verkeersader’ in het Europese ecosysteem. Je treft hier een zeer diverse flora en fauna, vooral omdat de omgeving van de rivier jarenlang – met dank aan de communisten – niemandsland is geweest. Ook nu nog heeft de Boeg een belangrijke strategische functie: het is de grens tussen Polen en Wit-Rusland en vormt daarmee ook de scheidslijn tussen de EU en ‘Moskou’. De grensbewaking is dan ook indrukwekkend. We hopen op een glimp van de Wit-Russische stad Brest, maar dikke bomenrijen en een imposante grensovergang belemmeren het zicht. Onwillekeurig denk je hier aan de jaren ’80 hit Over de muur van Het Klein Orkest. De natuur van Oost-Polen trekt zich niets aan van de grens met Wit-Rusland. De tientallen bijzondere spechtensoorten die hier leven, fladderen frank en vrij heen en weer. Eerlijk gezegd hadden we de Boeg wel wat breder verwacht, met een mooie route à la de dijkweggetjes in Nederland als bonus. Maar de rivier is niet alleen heel kronkelig, hij is ook erg smal. Gelukkig zijn de aangrenzende dorpjes en stadjes ook zeker de moeite waard.

Uienbollen

Onderweg valt op dat ook in het kleinste gehucht een bak van een kerkgebouw staat. Niet alleen een baken in het landschap, maar ook een teken van de Poolse machtsverhoudingen. De laatste jaren zijn vanuit het conservatieve Rooms-Katholieke denken van de regering een hoop – in onze Westerse ogen – controversiële beslissingen genomen. Opvallend, want in menig ander voormalig Oostblokland verfoeit de regering én de bevolking al te nadrukkelijke kerkelijke bemoeienis. In Polen is dat duidelijk anders. Hoewel we meermalen merken dat de koers van de regering niet door elke Pool gedeeld wordt, is de gepredikte gemeenschapszin wél overal aanwezig. Alle generaties krijgen volop aandacht. Niet alleen is het opvallend hoeveel jonge mensen we in de dorpen zien, menig jonge vrouw loopt achter de kinderwagen. Tegelijkertijd is er ook de zorg voor de doden. Langs de wegen liggen de begraafplaatsen als erevelden vol in het zicht, met mausolea en goed onderhouden graven. Als je van religieuze architectuur houdt, kun je hier je hart ophalen. De Oosters-Orthodoxe kerk is namelijk eveneens sterk aanwezig, wat vooral te zien is aan de grote gebedshuizen met kleurrijke ‘uienbollen’ op de torenpunten. In Jabłeczna is het Oosters-Orthodoxe klooster gewijd aan de heilige Onufry. Liefhebbers van overdadige kerkelijke architectuur moeten er zeker een kijkje nemen.

Oerbos

Na het culturele intermezzo vervolgen we de weg naar het hoogtepunt van de natuur in Podlaskie: de wouden rond Białowieża. Gids en bioloog Sławomir toont ons daar zíjn kathedralen: eeuwenoude bomen waar hij álles over kan vertellen. Zo moet een groot deel van centraal Europa er eeuwen geleden bij hebben gelegen. Verwacht bij de term ‘oerbos’ overigens geen ondoordringbare wouden met metersdikke reuzenbomen. Sławomir legt uit dat de term ‘oer’ vooral verwijst naar het zeer beperkte ingrijpen van de mens. ‘De eeuwenoude genen van de natuur zit hier in de bosbodem,’ legt hij op een haast mystieke wijze uit. Ondertussen zijn wij hard bezig de enorme horzels die het op ons bloed voorzien hebben van ons af te slaan. Tip: houd je pak aan, ook al is het bloed verziekend heet.

De biodiversiteit in het woud van Białowieża is enorm: alle soorten spechten die bekend zijn, komen hier voor, er zijn 1.600 paddenstoelensoorten, 300 soorten korstmos, 120 soorten broedvogels en 60 soorten zoogdieren. Ook bijzondere grassen en tientallen soorten amfibieën hebben hier hun biotoop. Niet voor niets staat het gebied al sinds 1979 te boek als UNESCO Biosfeerreservaat. Neem dus de tijd als je optimaal wilt genieten van Białowieża. Zie het niet als een korte stop tijdens de reis. Vogelaars en plantenliefhebbers moeten hier vooral met loep en camera naar toe waarmee ze de rijke schatkamer van Moeder Natuur kunnen ontdekken. Houd je meer van industrieel erfgoed dan heeft Białowieża een andere mooie attractie: het stokoude stationnetje dat in alle grandeur gerestaureerd is en nu dienst doet als een fraai restaurant met een uitstekende keuken. De oude watertoren is te huur als (prijzige!) hotelkamer.

Wisenten

Een woudbewoner waar je zeker geen loep voor nodig hebt is de wisent. Deze langharige bisonsoort heeft hier, net als de wolf en eland, weten te overleven. Je hebt geluk als je er één spot, ze zijn ondanks hun grootte meesters in verstoppertje spelen. In het naastgelegen dierenpark kun je gelukkig je hart ophalen en deze imposante wezens van dichtbij aanschouwen.

Helaas ligt het woud onder vuur van juist één van zijn allerkleinste bewoners: de letterzetter. Dit kleine insectje nestelt zich onder de bast van dennenbomen en tast de beschermende laag tussen stam en buitenlucht aan. Sławomir breekt de bast van een aangetaste stam af en wijst op het ‘wegennet’ dat de kleine parasiet heeft achtergelaten. ‘De boom zal sterven, jammer. Maar het is ook een volkomen natuurlijk proces,’ weet de bioloog. Dode en rottende bomen zijn het voedsel voor andere organismen. Maar die letterzetter is ook koren op de molen van de politieke machthebbers. Om de letterzetter uit te roeien wil de overheid preventief bomen omhalen, zelfs in het meest beschermde gebied, waar de mens nog nooit heeft ingegrepen. De opengevallen gronden moeten korenakkers worden. Het verzet van lokale actiegroepen, Greenpeace en de Europese Unie bracht de Poolse regering niet op andere gedachten. Jammer, het zou zonde zijn als dit unieke stukje natuur grootschalig beschadigd wordt door de mens.

De andere dagen in Oost-Polen bezoeken we de andere natuurgebieden van Podlaskie. Waar Białowieża vooral bekendheid geniet door de enorme diversiteit en de strikte toegang, zijn de overige parken en natuurreservaten vooral gericht op natuurbeleving. Je kunt er naar hartenlust kanoën en wandelen en je vooral verbazen dat zo’n totaal andere wereld net zo ver van Amsterdam verwijderd is als de Côte d’Azur.

Relaxt rijden

Maar het gebied leent zich ook prima voor een heerlijk ontspannen toertocht met van tijd tot tijd een koffiepauze of lunchstop op een prachtige locatie. De bochtige wegen tussen de imposante bossen zijn avontuurlijk in de lichte categorie: overzichtelijk zonder al te veel verkeer. Gebruik je je navigatie dan is het vooraleerst zaak de plaatsnamen letter voor letter in te tikken: door het afwijkende Poolse alfabet en plaatsnamen die veel op elkaar lijken is een fout zó gemaakt. We spreken uit ervaring…

Houd er ook rekening mee dat wanneer je snelwegen actief mijdt, er soms wegen opdoemen die van bedenkelijke kwaliteit zijn. Op één van de trips troffen we een weggetje waar je vullingen uit je kiezen rammelden bij een gangetje van 10 km/u. Let wel: we reden V-Strom! Maar leuk was het wel.

Moet je naar Polen gaan puur voor het rijden? Nee. Moet je naar Polen gaan voor een goedkope vakantie? Nee. Polen is het complete plaatje van cultuur, mooie wegen, vriendelijke mensen en bovenal een indrukwekkende natuur. Een onbekend stukje Europa dat alle kilometers dubbel en dwars waard is.

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen